Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-4400

van Paul Wille (Open Vld) d.d. 11 september 2009

aan de minister van Binnenlandse Zaken

Eremisdrijven - Aantallen - Actieve rol van de politie - Sensibilisatie van de betrokken bevolking

misdaad tegen de personen
doodslag
huiselijk geweld
bewustmaking van de burgers
rechten van de vrouw
gebruiken en tradities
officiële statistiek
migrerende vrouw

Chronologie

11/9/2009Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 15/10/2009)
25/11/2009Dossier gesloten

Heringediend als : schriftelijke vraag 4-5995

Vraag nr. 4-4400 d.d. 11 september 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

De cijfers voor eremisdrijven zijn bekend voor 2007 en deel 2008. Zo zou in België iedere vier maanden een eremoord gepleegd worden. De voorbije vijf jaar werden 17 dergelijke feiten vastgesteld. Meestal zijn de slachtoffers moslimvrouwen. De cijfers staan in een rapport van de federale politie, dat in de Senaat werd voorgesteld. Meer en meer worden er in Europa eremisdaden gepleegd. Deze eremisdaden hebben voornamelijk nefaste gevolgen voor vrouwen in bepaalde gemeenschappen. Het gaat vaak over kleine patriarchale en fundamentalistische gemeenschappen die in grootsteden wonen. Vele vormen van geweld tegen vrouwen zijn vaak in naam van traditie en de familie-eer. De bekendste vormen zijn uiteraard de eremoord, huisgevangenschap, inperking van bewegingsvrijheid en verplichte keuze van een partner. Uiteraard kan in een rechtstaat noch cultuur noch traditie de oorzaak zijn van gewelddadige acties of andere misdrijven vanuit het zogenaamde eergevoel.

Gezien het korte voorgaande kader

Worden onze politiediensten met dergelijk gewelddadige eremisdrijven geconfronteerd? Zo ja, welke eremisdrijven komen hier voor? Heeft de geachte minister enig idee bij welke gemeenschappen deze problemen het vaakst voorkomen? Waar komen deze eremisdrijven het meeste voor? Is zij akkoord dat de misdrijven vaak binnenshuis blijven en zelden aan het licht komen? Is zij akkoord dat de politie deze eremisdaden assertief moet ‘opzoeken’?

Hoeveel arrestaties waren er in 2006, 2007, 2008 en 2009 gelinkt aan dergelijke gewelddadige eremisdrijven?

Welk beleid stelt zij voorop om in dialoog met deze gemeenschappen te sensibiliseren dat dergelijke eremisdrijven niet te rijmen vallen met de Belgische rechtstaat, de grondwettelijke gelijkheid in burgerrechten en het individueel vrijheidsbeginsel? Kunnen de wijkagenten hierin een rol spelen?

Worden onze agenten in opleiding duidelijk geïnformeerd om dergelijke eremisdaden te herkennen?