|
|
Niger - Bilaterale ontwikkelingshulp - Opschorting
humanitaire hulp
Niger
ontwikkelingshulp
bilaterale hulp
| 7/9/2009 | Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 8/10/2009) |
| 12/10/2009 | Antwoord |
België bestudeert de opschorting van een deel van de bilaterale ontwikkelingshulp aan het Afrikaanse land Niger. De Minister sprak zijn bezorgdheid uit over de politieke ontwikkelingen in het land en deelde zijn ambtgenote mee dat België een opschorting van een deel van de ontwikkelingshulp voor 2009 bestudeert.
Niger vormt het decor van een zware politieke crisis sinds president Mamadou Tandja aankondigde dat hij op 4 augustus 2009 een referendum wil organiseren dat hem in staat moet stellen langer aan de macht te blijven. Zijn tweede en laatste mandaat als president verstrijkt in december. In afwachting stuurde Tandja het parlement de laan uit en regeert hij via decreten.
De internationale gemeenschap beschouwt het referendum als ongrondwettelijk. De Europese Commissie heeft reeds haar budgettaire steun aan Niger opgeschort. België overweegt de bevriezing van een enveloppe van acht miljoen euro voor 2009. Dat geld is bestemd voor institutionele projecten.
Gezien het korte voorgaande kader, volgende vragen:
1. Schort België zijn steun op? Zo ja, voor welke projecten? Over welke uitgaven gaat het? Zo nee, waarom niet?
2.Is de geacht minister ook bereid voor de volgende jaren het Indicatief Samenwerkingsakkoord met Niger te herbekijken?
3.Hoe is de politieke evolutie ter plaatse?
4. Hoeveel Belgische personeelsleden van de Directie-Generaal Ontwikkelingssamenwerking zijn actief in Niger? Wordt er Belgisch personeel teruggeroepen ten gevolge van de opschorting van de middelen?
1. Bij mijn ontmoeting in juli laatstleden met de Nigerese minister van Buitenlandse Zaken en Ontwikkeling, Mevrouw Aïchatou Mindaoudou, heb ik de opschorting aangekondigd van drie specifieke overeenkomsten met betrekking tot de institutionele ondersteuning van het ministerie van Volksgezondheid (2,8 miljoen euro), van het ministerie voor de Vooruitgang van de vrouw en de bescherming van het kind (een miljoen euro) en van het ministerie van Veeteelt en Dierenindustrie (twee miljoen euro).
België deelt de mening dat de donorlanden niet de ogen kunnen sluiten voor de democratische dwaling waaraan de Nigerese regering zich schuldig heeft gemaakt. Het dient evenwel de doelstelling van de Belgische samenwerking voor ogen te houden, namelijk het verbeteren van de levensomstandigheden van de Nigerese bevolking. Om die reden heeft de opschorting van een deel van de bilaterale hulp geen betrekking op de rechtstreekse steun aan de bevolking.
2. Gezien de evolutie van de toestand in Niger en van het overleg dat de Europese Commissie normaal binnenkort opstart in het kader van artikel 96 van de Cotonou-Overeenkomst, valt een herziening van het huidige Indicatief Samenwerkingsprogramma niet uit te sluiten. Weliswaar betekent dit niet dat bijkomende maatregelen betrekking zouden hebben op de humanitaire hulp of op de rechtstreekse steun aan de Nigerese bevolking.
3. President Tandja voert momenteel een beleid van « nultolerantie » ten opzichte van iedereen die zich openlijk tegen het regime verzet. Tijdens manifestaties die door de oppositie werden georganiseerd, werden politieke tegenstanders gearresteerd. Onlangs werd de leider van de belangrijkste oppositiepartij (PNDS), Mahamadou Issoufou, gearresteerd toen hij het land wilde verlaten om naar Benin af te reizen. Bij zijn voorlopige invrijheidstelling werd zijn identiteitskaart afgenomen. Journalist Abdoulaye Tiemogo, directeur van de krant “Le canard déchaîné” , en Marou Amadou, actief verdediger van de mensenrechten en lid van het Front uni pour la sauvegarde des acquis démocratiques (FUSAD) werden gevangengenomen.
Daarnaast vond een reeks arrestaties plaats van leden van de Assemblée nationale die werden verdacht van frauduleuze praktijken in het kader van hun mandaat (”operatie propere handen”).
4. Momenteel telt het Bureau voor Samenwerking van Niamey drie uitgezonden werknemers.
Tot nog toe is er geen sprake van een terugroeping naar Brussel.