Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-4327

van Patrik Vankrunkelsven (Open Vld) d.d. 7 september 2009

aan de minister van Binnenlandse Zaken

Kinderen van gescheiden ouders - Verblijfplaats - Vermelding van de tweede verblijfplaats op het paspoort

kind
echtscheiding
domicilie
identiteitsbewijs
reis

Chronologie

7/9/2009Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 8/10/2009)
19/10/2009Antwoord

Vraag nr. 4-4327 d.d. 7 september 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Nu de vakantieperiode weer achter de rug is, hebben vele gescheiden ouders mij attent gemaakt op een probleem bij een vakantie in het buitenland. Een kind is gedomicilieerd bij één van de ouders. De co-ouder, bij wie het kind niet gedomicilieerd is, heeft ten opzichte van buitenlandse autoriteiten vaak geen enkel aanknopingspunt dat de band met het kind kan aantonen. Zeker als zijn of haar kind een andere naam heeft.

Het blijft uiteraard belangrijk dat een kind, net zoals iedere burger, één domicilie heeft. Toch kan het om bovengenoemde situaties nuttig zijn dat er op de documenten van het kind, in geval van co-ouderschap, melding wordt gemaakt van een band met de andere ouder, bij wie het kind niet gedomicilieerd is. Dit zou bijvoorbeeld kunnen door facultatief melding te maken van een tweede verblijfplaats.

Graag had ik van de geachte minister geweten of zij zich bewust is van het probleem en op welke manier zij hier in de toekomst aan wil verhelpen.

Antwoord ontvangen op 19 oktober 2009 :

Ik wens het geachte lid te doen opmerken, dat, indien zijn vraag, alleen betrekking heeft op het paspoort, ze dient te worden gericht aan mijn collega, de minister van Buitenlandse Zaken, die bevoegd is inzake de reglementering betreffende de paspoorten.

Indien andere reisdocumenten worden beoogd, zoals de identiteitsdocumenten die afgegeven worden aan kinderen van minder dan twaalf jaar, kan ik melden dat het probleem dat u opwerpt, niet meer actueel dient te worden beschouwd.

Het nieuwe elektronische identiteitsdocument voor kinderen onder de twaalf jaar, de zogenaamde ‘Kids-ID’, dat het kind toelaat om in sommige landen te reizen, vermeldt de identiteit van beide ouders en laat dus toe aan de ouder die het co-ouderschap heeft maar bij wie het kind niet gedomicilieerd is, zijn band met het kind te bewijzen.

Voor wat betreft minderjarigen die ouder zijn dan twaalf jaar, wordt de identiteit van de ouders niet vermeld op de elektronische identiteitskaart.

Overeenkomstig artikel 6, §2, van de wet van 19 juli 1991 met betrekking tot de identiteitskaarten, komt alleen het adres van de hoofdverblijfplaats voor op de chip van de kaart. De wet voorziet echter niet in de mogelijkheid om op de elektronische identiteitskaart ook melding te maken van een tweede verblijfsadres.

Dit laatste lijkt mij trouwens ook niet aangewezen, omdat de ouder bij wie het kind niet is gedomicilieerd over andere mogelijkheden beschikt om ten aanzien van buitenlandse controleautoriteiten blijk te geven van zijn band met het kind. Zo kan deze ouder ondermeer het eensluidend verklaard schriftelijk akkoord voorleggen van de andere ouder dat hem machtigt om met het kind te reizen. Desnoods kan ook een attest van afstamming of een afschrift van de geboorteakte worden voorgelegd.