Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-3916

van Christine Defraigne (MR) d.d. 4 augustus 2009

aan de minister van Landsverdediging

Afghanistan Amerikaans leger Verandering van tactiek

Afghanistan
strijdkrachten in het buitenland
NAVO
Verenigde Staten
luchtmacht

Chronologie

4/8/2009Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 3/9/2009)
4/9/2009Antwoord

Vraag nr. 4-3916 d.d. 4 augustus 2009 : (Vraag gesteld in het Frans)

Generaal Stanley McChrystal is pas benoemd aan het hoofd van de Amerikaanse strijdkrachten en van de NAVO in Kaboel. Hij heeft aangekondigd dat hij de luchtaanvallen zal beperken, vooral in de gebieden waar burgers wonen, teneinde de colleterale schade te verminderen.

Dat voornemen zal een grondige wijziging meebrengen van de manier waarop de Amerikaanse legerstaf de oorlog in Afghanistan voert. De troepen zullen een nieuwe opleiding krijgen en er zal een nieuwe definitie komen van de rules of engagement van de piloten van de bommenwerpers.

Generaal Stanley McChrystal had al aangekondigd dat er nog slechts luchtaanvallen zouden zijn als het NAVO-personeel in gevaar zou zijn. Op het terrein heeft hij een nieuw onderzoek naar de operationele prioriteiten bevolen : de troepen moeten zich voortaan concentreren op de bescherming van de grote stedelijke centra.

Welke gevolgen hebben die tactische wijzigingen voor de missies en de rol van de Belgische militairen op het terrein?

Zullen de rules of engagement van onze F-16's worden herzien?

Zijn onze soldaten opgeleid en uitgerust om deel te nemen aan contraguerillaoperaties, die zullen toenemen?

Antwoord ontvangen op 4 september 2009 :

Het geachte lid gelieve hierna het antwoord te willen vinden op de door haar gestelde vragen.

1. Het document “Tactical Directive” uitgegeven door de Generaal Stanley McChrystal, legt bijkomende limieten en voorwaarden op met betrekking tot het gebruik van bepaalde gevechtsmethodes en middelen. Meer bepaald heeft dit betrekking op vuursteun vanuit de lucht alsook op artillerie- en mortiervuren. Het te bereiken praktische doel is hoofdzakelijk om collaterale schade te verminderen. Elke actie die op het tactische niveau gevoerd wordt, moet bijdragen tot het verwerven en bewaren van de steun van de plaatselijke bevolking.

De operationele processen die toegepast worden door het Belgische contingent binnen ISAF (International Security Assistance Force) hebben zich steeds ingepast in een voorzichtige aanwendingspolitiek van de vuursteunmiddelen om collaterale schade en onnodige vernielingen te vermijden. Deze benadering weerspiegelt zich in de formulering van de inzetregels en in de vooropgestelde preferentiële gevechtsmethodes en middelen. Het is dus niet noodzakelijk om, in dit stadium, enige wijziging aan te brengen aan de rol en de opdrachten van de in Afghanistan ontplooide Belgische militairen.

2. De oorspronkelijke inzetregels van onze F-16 zijn conform aan de nieuwe directieven van de Commandant van ISAF en geen enkele herziening is in dit stadium noodzakelijk.

3. Elke Belgische militair die verondersteld is aangeduid te worden voor een operationele inzet in een welbepaald theater, moet vooraf een opleiding doorlopen, gericht op de specifieke opdracht die hij er zal uitvoeren. Militairen waarvan aangenomen wordt dat zij geconfronteerd kunnen worden met “counter insurgency” operaties worden er dus zo goed mogelijk op voorbereid. De vereiste uitrusting wordt hen in prioriteit geleverd, en dit zowel kwantitatief als kwalitatief.