Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-2918

van Geert Lambert (Onafhankelijke) d.d. 2 februari 2009

aan de vice-eersteminister en minister van Financiën en Institutionele Hervormingen

Financiële markt - Ratingagentschappen - Controle - Evaluatie van de kwaliteit van de banken door een officiële instelling

monetaire crisis
financiële analyse
geldmarkt
bank
Europese Centrale Bank
kredietinstelling
schuldvordering
financieel beroep

Chronologie

2/2/2009Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 5/3/2009)
24/7/2009Antwoord

Vraag nr. 4-2918 d.d. 2 februari 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

In ons financieel-economische systeem zijn de ratingagentschappen de referentie alhoewel zij mee de crisis gecreëerd hebben door hoge ratings te geven aan beleggingen in complexe financiële producten die dat achteraf bekeken niet verdienden. Hierbij speelde soms belangenvermenging : de ratingagentschappen adviseerden de banken bij het concipiëren van de complexe financiële producten en gaven daarna een te gunstige rating. Hierdoor creëerden zij de perceptie dat het risico van financiële beleggingen laag was, waardoor te veel belegd werd in producten die veel riskanter waren dan de ratings lieten uitschijnen.

Terwijl de ratingagentschappen in het verleden overdreven optimistisch waren, zijn zij vandaag veel te pessimistisch. Zij verminderen nu dramatisch de ratings van bedrijven, banken en overheden waardoor deze veel hogere interestlasten moeten dragen, wat hun herstel bemoeilijkt. De negatieve ratings die vandaag worden uitgedeeld, maken de financiële crisis intenser en de recessie dieper.

De grote invloed van de ratingagentschappen op de financiële markten dient aangepakt te worden.

Ik vernam dan ook graag van de geachte minister of hij op niveau van de Europese en internationaal zal ijveren voor een grondiger controle en sanctionering van de ratingagentschappen ?

Zal hij ook ijveren voor het in huis laten doen van de evaluatie van de kwaliteit van de banken door officiële instellingen zoals de Europese Centrale Bank, in plaats van deze evaluatie afhankelijk te maken van de ratings van de agentschappen ?

Antwoord ontvangen op 24 juli 2009 :

1. Op internationaal niveau

De internationale organisatie van effectentoezichthouders, IOSCO (International Organization of Securities Commissions), heeft zich gebogen over de rol die de ratingagentschappen in de recente financiële crisis hebben gespeeld. In juni 2008 heeft IOSCO een herziene versie gepubliceerd van haar Gedragscode (IOSCO Code of Conduct Fundamentals for Credit Rating Agencies), alsook een verslag getiteld: "The Role of Credit Rating Agencies in Structured Finance Markets". In dit laatste document gaat zij onder andere nader in op de bijdrage die de ratingagentschappen hebben geleverd aan de expansie van de markten voor gestructureerde producten. Beide documenten bevatten elementen die kunnen bijdragen tot het uitwerken van een oplossing voor de problematiek van de integriteit van de ratings die worden toegekend door de ratingagentschappen, alsook van het belangenconflictenprobleem dat rijst bij de gestructureerde producten. In september 2008 heeft IOSCO een initiatief opgezet, gesteund op vier pijlers die een betere opvolging van de ratingagentschappen op internationaal niveau mogelijk moeten maken en een oplossing moeten bieden voor de problemen die mee de deficiëntie hebben veroorzaakt van de markt voor gestructureerde producten:

1. streven naar eenzelfde en consequente reglementaire benadering, gebaseerd op de Gedragscode;

2. een ondersteunend netwerk voor de regulatoren uitbouwen;

3. de implementatie van de Gedragscode in de praktijk geregeld bijsturen;

4. een groep oprichten voor de follow-up op internationaal niveau, met het oog op een vlottere interactie tussen de toezichthouders en de ratingagentschappen.

2. Op Europees niveau

Naast de werkzaamheden die in dit verband worden verricht door het Comité van Europese Effectenregelgevers, CESR (Committee of European Securities Regulators) (meer bepaald op het vlak van de opvolging van de implementatie van de IOSCO-Gedragscode op Europees niveau, de analyse van de rol van de ratingagentschappen op de markt voor gestructureerde producten, ...), heeft de Europese Commissie het initiatief genomen om een reglementering uit te werken voor de ratingagentschappen.

Op 31 juli 2008 heeft de Europese Commissie ter consultatie een voorstel gepubliceerd voor een verordening inzake de vergunning, de werkzaamheden en het toezicht op de ratingagentschappen. Tezelfdertijd werden een aantal wijzigingen aan de Capital Requirements Directive voorgesteld om een oplossing aan te reiken voor het probleem van het overmatige vertrouwen in de ratings die door de agentschappen worden toegekend.

De ontwerpverordening, die zich thans in de goedkeuringsfase bevindt, houdt in dat een wettelijke omkadering wordt gecreëerd voor de ratingagentschappen, waarbij een reeks wettelijke verplichtingen worden opgelegd en een toezichtskader wordt opzet. Bijgevolg zullen de ratingagentschappen op Europees niveau moeten worden geregistreerd en gecontroleerd. Dit toezicht behoort tot de verantwoordelijkheid van de Lid Staten, met evenwel een specifieke rol voor CESR, gericht op een eenvormige toepassing van de regelgeving in de Europese Unie. De ratingagentschappen zullen ook over een duurzame vestiging in Europa moeten beschikken. Ratings die buiten Europa worden toegekend, kunnen echter worden goedgekeurd door entiteiten die in Europa zijn geregistreerd mits voldaan is aan bepaalde voorwaarden die waken over de naleving van de verordening in specifieke gevallen.

3. Houding Belgische regering

Rekening houdend met de centrale rol die ratingagentschappen in de financiële sector vervullen - en in het bijzonder gezien hun rol in de financiële crisis - acht de Belgische regering een aangepast toezicht op de betrokken agentschappen als fundamenteel in het kader van het herstel van het vertrouwen in de financiële markten en sector. Passende regels inzake deugdelijk bestuur, in het bijzonder gericht op het vermijden van belangenconflicten, transparantie over de gehanteerde methodologie, toezicht op de kwaliteit van de ratings, onafhankelijk toezicht met reële sanctioneringsbeveogdheden op de activiteiten van de agentschappen .....beschouwt de Belgische Regering als evenveel minimale vereisten van een aangepast toezichtskader. Enkel indien vermelde omkadering in de Europese regelgeving wordt opgenomen zal de Belgische regering hieraan haar volle steun kunnen verlenen. De Belgische regering schaart zich hiermee volledig achter de aanbevelingen zoals geformuleerd door het interim rapport van het High Committee on a new financial infrastructure (voorgezeten door Baron A. Lamfalussy) aan de regering en de aanbevelingen geformuleerd door het zogenaamde “de Larosière”- comité aan de Europese Commissie.