Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-2214

van Anke Van dermeersch (Vlaams Belang) d.d. 8 januari 2009

aan de vice-eersteminister en minister van Financiën en Institutionele Hervormingen

Federale Overheidsdienst (FOD) Financiën - Directies - Aantallen dienstwagens - Verschillen tussen Vlaanderen en Wallonië

ministerie
automobiel
wagenpark
geografische spreiding
gewesten en gemeenschappen van België

Chronologie

8/1/2009Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 12/2/2009)
17/2/2009Antwoord

Vraag nr. 4-2214 d.d. 8 januari 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

In antwoord op mijn schriftelijke vraag nr. 4-1098 geeft de geachte minister mij een overzicht van de dienstwagens in zijn departement.

Wat de directies betreft, kan men vaststellen dat voor de vijf directies die in Vlaanderen gelegen zijn zestig dienstwagens worden gebruikt, of gemiddeld twaalf dienstwagens per directie. Voor de vijf directies in Wallonië tellen wij echter achtenzeventig dienstwagens of gemiddeld 15,6 dienstwagens per directie. In Wallonië zijn er dus 30 % meer dienstwagens in gebruik dan in Vlaanderen.

Hoe verklaart de geachte minister dit verschil ? Volgens welke regels worden dienstwagens aan de verschillende directies toegekend ?

Antwoord ontvangen op 17 februari 2009 :

Aansluitend op mijn antwoord ingevolge uw schriftelijke vraag nr. 4-1098 van 17 juni 2008 betreffende het aantal dienstwagens in de verschillende directies bij de Federale Overheidsdienst (FOD) Financiën, kan ik het geachte lid mededelen dat de verdeling van het autopark op een functionele manier per administratie gebeurt en niet volgens geografische criteria.