Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-1652

van Paul Wille (Open Vld) d.d. 24 september 2008

aan de minister voor Ondernemen en Vereenvoudigen

Derde pensioenpijler - Mogelijke reservetekorten op Belgische pensioenfondsen - Maatregelen

spaartegoed
aanvullend pensioen
Financial Services and Markets Authority
pensioenregeling
monetaire crisis
beleggingsmaatschappij
verzekeringsmaatschappij
verzekeringsproduct
financiële solvabiliteit
levensverzekering
boekhoudkundige reserve
bescherming van de consument
pensioenfonds

Chronologie

24/9/2008Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 23/10/2008)
12/12/2008Antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-1651

Vraag nr. 4-1652 d.d. 24 september 2008 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Ik verwijs naar mijn eerdere schriftelijke vraag hieromtrent (nr. 4-885) en uw antwoord hieromtrent alsook de zware impact van de kredietcrisis, de inflatie en de daarmee gepaard gaande rentestijgingen op de banken en de verzekeringen. Het hoeft geen betoog dat ook de pensioenfondsen in moeilijk vaarwater zijn terechtgekomen en dat het einde zo mogelijk nog verre van in zicht is.

De kredietcrisis, de dalende rente en de negatieve ontwikkelingen op de aandelenmarkten alsook de obligatiemarkten hebben in het eerste kwartaal geleid tot een daling van de dekkingsgraad. Dit is de mate waarin een pensioenfonds kan voldoen aan zijn toekomstige verplichtingen.

In Nederland zou de reserve van een op de drie Nederlandse pensioenfondsen inmiddels gezakt tot onder de grens die werd vastgelegd door de Nederlandse Nationale Bank.

Ik maak me bijzonder ongerust omtrent de spaarproducten in het kader van de derde pijler, gezien het gebrek aan transparantie wat betreft de opgelopen averij voor de individuele spaarder en gezien sommige spaarders niet anders kunnen dan eieren voor hun overgebleven geld te kiezen. Gezien de overheid deze aanmoedigt is het van belang om te zien wat de stand van zaken is, zeker gezien ook de meer veilige spaarproducten die vooral in obligaties beleggen getroffen zijn.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen:

1.Heeft de Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen of andere diensten weet van specifieke spaarproducten in het kader van de derde pensioenpijler die worden geconfronteerd met ernstige tekorten en/of een reservetekort zouden hebben opgelopen? Zo ja, om hoeveel fondsen gaat het specifiek en welke bedragen zijn hiermee gemoeid alsook hoeveel spaarders? Kan de geachte minister dit uitvoerig toelichten en aangeven hoeveel geld van de tabellen werd geveegd sinds 2008 wat betreft de boekwaarde van de spaarproducten in het kader van de derde pensioenpijler?

2.Hoeveel bedraagt de gemiddelde dekkingsgraad van de specifieke spaarproducten in het kader van de derde pensioenpijler en kan de ontwikkeling van de gemiddelde dekkingsgraad worden aangeven op kwartaal basis van deze fondsen en dit voor de jaren 2007 en vooral 2008 (eerste kwartalen)? Is er sprake van een negatieve tendens?

3.Kan de geachte minister aangeven welke waarborgen er zijn wat betreft het toezicht op de specifieke spaarproducten in het kader van de derde pensioenpijler en volstaan deze volgens de minister gezien de negatieve ontwikkelingen op de beurzen, de problemen tengevolge de “credit crunch” en het nog steeds dreigend inflatiespook?

4.Is er behoefte aan een herstelplan bij één van de spaarproducten in het kader van de derde pensioenpijler die vanwege één van onze instellingen werden uitgebracht en/of in ons land gevestigd zijn en kan dit uitvoerig worden toegelicht?

Antwoord ontvangen op 12 december 2008 :

Ik heb de eer het geachte lid het volgende te antwoorden:

Ik heb de eer het geachte lid eraan te herinneren dat de C.B.F.A. valt onder de bevoegdheid van mijn collega, de minister van Financiën.

Ik verwijs dan ook naar het antwoord van mijn collega, aan wie de vraag eveneens werd gesteld.