Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-137

van Louis Ide (CD&V N-VA) d.d. 14 januari 2008

aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid

Ziekenfondsen – Controle – Ziekenhuizen en apotheken

ziekteverzekering
ziekenhuis
apotheek
depolitisering
geografische spreiding
officiële statistiek

Chronologie

14/1/2008Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 14/2/2008)
12/2/2008Antwoord

Herindiening van : schriftelijke vraag 4-111

Vraag nr. 4-137 d.d. 14 januari 2008 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Het gegeven van de verzuiling is een fenomeen dat in de loop der tijden in verval is gekomen. In Vlaanderen is dit proces echter veel sneller gegaan dan in Wallonië. Vroeger hadden de verschillende zuilen een grote greep op het maatschappelijke leven. Heden is die invloed al veel verminderd, al mag die nu ook niet onderschat worden. Vele ziekenfondsen zijn rechter en partij in de gezondheidszorg. Ze organiseren en controleren de gezondheidszorg.

In de hoop de situatie vandaag de dag te kunnen inschatten, had ik graag een antwoord gekregen op de volgende vragen waarbij, zeker voor wat de apotheken betreft, er geen rekening dient gehouden te worden met de apart opgerichte structuren waarbij het ten gronde toch gaat over apotheken van ziekenfondsen. Met andere woorden apotheken zoals Vooruit of Volksmacht dienen geïncludeerd te worden in de telling.

1. Hoeveel ziekenhuizen in België zijn nog in handen van de ziekenfondsen en dit uitgesplitst over de verschillende ziekenfondsen?

2. Hoeveel ziekenhuizen in Vlaanderen zijn nog in handen van de ziekenfondsen en dit uitgesplitst over de verschillende ziekenfondsen?

3. Hoeveel ziekenhuizen in Wallonië zijn nog in handen van de ziekenfondsen en dit uitgesplitst over de verschillende ziekenfondsen?

4. Hoeveel ziekenhuizen in Brussel zijn nog in handen van de ziekenfondsen en dit uitgesplitst over de verschillende ziekenfondsen?

5. Hoeveel apotheken in België zijn nog in handen van de ziekenfondsen en dit uitgesplitst over de verschillende ziekenfondsen?

6. Hoeveel apotheken in Vlaanderen zijn nog in handen van de ziekenfondsen en dit uitgesplitst over de verschillende ziekenfondsen?

7. Hoeveel apotheken in Wallonië zijn nog in handen van de ziekenfondsen en dit uitgesplitst over de verschillende ziekenfondsen?

8. Hoeveel apotheken in Brussel zijn nog in handen van de ziekenfondsen en dit uitgesplitst over de verschillende ziekenfondsen?

Antwoord ontvangen op 12 februari 2008 :

Historisch gezien hebben ziekenfondsen een belangrijke rol gespeeld in de ontwikkeling van het zorgaanbod in ons land. In het begin en over het geheel genomen is deze rol positief geweest want zo kreeg de hele bevolking een billijke toegang tot alle zorgniveaus.

De daaropvolgende « verzuiling » van het zorgaanbod heeft echter aanleiding gegeven tot een zekere overvloed, deels ten gevolge van de concurrentie tussen de zuilen.

Sinds midden de jaren 70 is deze situatie evenwel geleidelijk aan beginnen te vervlakken door de invoering van maatregelen op het vlak van programmatie en rationalisering, en dit proces is nog steeds aan de gang. Vandaag de dag komen landsbonden van ziekenfondsen bijna niet meer als zodanig voor in de inrichtende machten van de zorginstellingen. Wat deze inrichtende macht betreft, is de enige informatie waarover de federale overheidsdienst beschikt, het onderscheid publiek-privaat, met of zonder academisch karakter.

Bovendien kunnen de zorginstellingen aangesloten zijn bij uiteenlopende verenigingen waarvan de ledenlijst openbaar is en toegankelijk op het internet. De hierna volgende informatie is afkomstig van deze lijsten en van gegevens die op het niveau van de FOD beschikbaar zijn. Aangezien op de lijsten van de ziekenhuizen die lid zijn van de verschillende verenigingen van zorginstellingen niet noodzakelijk een datum van update vermeld staat, moet deze informatie als indicatief worden beschouwd.

Aan Franstalige kant zijn er twee grote verenigingen : de AFIS (Association francophone des institutions de santé) en de FNAMS (Fédération nationale des associations médico-sociales). Aan Nederlandstalige kant zien we de VVI (Vlaamse Vereniging der Verzorginginstellingen) en het NVMSV (Nationaal Verbond van Medisch-Sociale Verenigingen), de tegenhanger van de FNAMS. Er bestaat bovendien een Raad van de Universitaire Ziekenhuizen van België (RUZB) met daarin de zeven academische instellingen van het land. Deze verschillende verenigingen sluiten mekaar niet uit. In de hierna volgende lijst moet onder instelling een vestigingsplaats van een ziekenhuis verstaan worden (los van de fusies van ziekenhuizen).

De VVI telt 53 algemene ziekenhuizen, 2 ziekenhuizen met universitair karakter, 3 geriatrische ziekenhuizen, 6 gespecialiseerde instellingen, 35 psychiatrische ziekenhuizen en 3 academische ziekenhuizen, ofwel in totaal 102 instellingen die zich allemaal in het Vlaamse landsdeel bevinden.

Het NVMSV heeft een lijst van 12 leden : 11 algemene ziekenhuizen en een ziekenhuis met universitair karakter, allemaal privé-instellingen. De AFIS telt een universitair ziekenhuis, 2 algemene ziekenhuizen, 2 gespecialiseerde ziekenhuizen, een psychiatrisch ziekenhuis in het Brussels Gewest, 16 algemene ziekenhuizen, 6 ziekenhuizen met universitair karakter, een geriatrisch ziekenhuis, 6 gespecialiseerde ziekenhuizen en 6 psychiatrische ziekenhuizen in het Waals Gewest, dit wil zeggen 41 instellingen.

De FNAMS omvat 4 algemene ziekenhuizen in het Brussels Gewest, een psychiatrisch ziekenhuis in Duitstalig gebied, een geriatrisch ziekenhuis in het Vlaams Gewest, 10 algemene ziekenhuizen, een algemeen ziekenhuis met universitair karakter, 2 psychiatrische ziekenhuizen, een gespecialiseerd ziekenhuis, een universitair ziekenhuis in het Waals Gewest, dit wil zeggen 21 instellingen. Er zijn 101 private instellingen en een openbare instelling aangesloten bij de VVI, 30 openbare instellingen en 11 private instellingen bij de AFIS, 4 openbare instellingen en 17 private instellingen bij de FNAMS.

Bovendien bestaat er een Vereniging van Openbare Verzorgingsinstellingen, AEPS-VOV.

Voor de antwoorden op de vragen steunt de dienst Kadaster der apotheken van het FAGG zich op de gegevens die aan-gemeld werden door de vergunninghouders van een voor het publiek geopende officina, zoals bepaald in de wetgeving.

Het betreft de gegevens die op heden beschikbaar zijn en waarbij werd rekening gehouden met apotheken die werden aangemeld als tijdelijk of definitief gesloten.

Als hierbij een rechtspersoon geakteerd wordt als vergunninghouder van een apotheek, worden er geen gegevens verzameld die bijvoorbeeld kunnen wijzen op een verband met een ziekenfonds of andere organisaties.

Bijgevolg kan de dienst Kadaster der apotheken van het FAGG geen antwoord geven op de vraag « hoeveel apotheken in België, Vlaanderen, Wallonië of Brussel nog in handen zijn van de ziekenfondsen en dit uitgesplitst over de verschillende zieken fondsen. Dit behoort niet tot het domein van het FAGG.

Wel kan opgezocht worden of de aangegeven vergunninghouders rechtspersonen zijn die geakteerd staan als coöperatieve vennootschap, zonder daarom expliciet aan een ziekenfonds gelinkt te zijn.

De meeste van deze vennootschappen zijn ook aangesloten bij de erkende verenigingen van coöperatieve apotheken.

Is voor de dienst Kadaster echter niet mogelijk om dit exact te bepalen omdat deze apotheken ook onder andere vennootschapsvormen kunnen voorkomen.

Dit geeft volgende verdeling voor « coöperatieve vennootschappen » :

België : 665 apotheken of 12, 85 % van het aantal officina's. Vlaanderen : 233 of 8,6 % van de apotheken in Vlaanderen. Wallonië : 373 of 20,28 % van de apotheken in Wallonië. Brussel : 59 of 9,44 % van de apotheken in Brussel.