Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-1356

van Yves Buysse (Vlaams Belang) d.d. 7 augustus 2008

aan de minister van Maatschappelijke Integratie, Pensioenen en Grote Steden

Fedasil - Begrotingsboekhouding

Federaal Agentschap voor de opvang van asielzoekers
begrotingscontrole
boekhoudkundige afschrijving
Rekenhof (België)

Chronologie

7/8/2008Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 12/9/2008)
2/10/2008Antwoord

Vraag nr. 4-1356 d.d. 7 augustus 2008 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Het Rekenhof heeft bij de controle van de begrotingsboekhouding van Fedasil een aantal tekortkomingen vastgesteld.

- De rekeningen van de jaren 2002 tot en met 2005 werden laattijdig door het directiecomité opgemaakt en met vertraging door de minister van Financiën aan het Rekenhof voorgelegd.

- De beheersrekening van het agentschap bevat gegevens die verband houden met interne bewegingen (aangroei van reserves, afschrijvingen, provisies) en geeft bijgevolg geen accuraat beeld van het gecumuleerde begrotingssaldo (liquiditeiten + vorderingen – schulden).

- Fedasil mag een gedeelte van zijn dotatie in een beschikbare reserve opnemen, maar de opbouw van een reserve vormt een interne beweging en geen begrotingsuitgave. Ondanks dat rekent het agentschap de toevoeging aan de reserves aan als uitgaven op zijn begroting.

- De reconciliatie van het begrotingsresultaat met het economische resultaat toont bovendien aan dat Fedasil zijn begrotingsboekhouding niet volgens het stelsel van beheer voert, maar in essentie volgens bedrijfseconomische aanrekeningsregels.

Het Rekenhof concludeert dat de boekingswijze van Fedasil afbreuk doet aan de finaliteit van de begrotingsboekhouding die informatie moet geven over de volgens het stelsel van beheer aangerekende uitgaven.

a. Deelt de minister de kritiek van het Rekenhof?

b. Welke maatregelen heeft de minister reeds genomen om deze tekortkomingen in de begrotingsboekhouding weg te werken?

Antwoord ontvangen op 2 oktober 2008 :

Ik heb de eer het geachte lid de volgende inlichtingen te verschaffen.

Sinds het boekhoudkundig en budgettair jaar 2005 gebeurt het voorleggen van de rekeningen van Fedasil in beide landstalen. In de loop van 2008 zou een nieuwe tweetalige versie van het boekhoudkundig plan en van het financieel reglement van het Agentschap ter goedkeuring worden voorgelegd aan de minister van Financiën, overeenkomstig artikel 18, § 3, van het koninklijk besluit van 7 april 1954, voor zover de wet van 22 mai 2003 op de boekhouding van de Staat niet van kracht gaat voor het Agentschap vanaf 1 januari 2009 want deze legt aan het geheel van de SPF en organen een specifiek en uniek boekhoudplan op.

Het Agentschap werd opgericht in mei 2002 en werd zelfstandig op boekhoudkundig en budgettair vlak vanaf januari 2003.

Tijdens deze periode heeft het Agentschap een adjunct-directeur Financiën en Begroting aangeworven die van bij de indiensttreding in september 2002 een Boekhoudkundige Dienst heeft opgericht, personeel heeft aangeworven, een budgettair boekhoudkundig en economisch plan heeft opgesteld, de boekhoudkundige procedures heeft bijgewerkt en een boekhoudkundige software heeft aangekocht waarmee alle financiële operaties vanaf 1 januari 2003 konden worden geregistreerd. Het uitbouwen van een functionele structuur op de dienst Financiën en Begroting liep over verschillende jaren, waardoor de jaren 2002 tot 2005 laattijdig werden afgesloten. De controle over deze jaren gebeurde met goedkeuring van het Rekenhof in een keer.

De beheersrekening per inkomsten en uitgaven van Fedasil werd tot en met 2006 opgesteld volgens een schema dat niet conform was met artikel 28 van het koninklijk besluit van 7 april 1954. Fedasil heeft ondertussen dit schema aangepast opdat het conform met de wet zou zijn.

Sinds het boekjaar 2006 rekent Fedasil de dotatie niet meer aan bij de reserve als begrotingsuitgave.

Fedasil past een systeem van begrotingsboekhouding toe volgens artikel 4 van het koninklijk besluit van 7 april 1954 en in het bijzonder volgens de notie van verworven recht dat verschilt van het systeem van onze controleurs van het Rekenhof. Deze verschillende toepassing is niet te wijten aan een opzettelijke en willekeurige beslissing van het Agentschap, maar eerder aan de onduidelijkheid van dit koninklijk besluit. In afwachting van de uitvoering van de nieuwe wet op de boekhouding van de Staat neemt het Agentschap zich voor haar boekhoudkundige en budgettaire regels niet te wijzigen teneinde een coherent en continue beleid te voeren.