|
|
FOD Financiën - Project datawarehouse - Douane en accijnzen - Stand van zaken
douane
accijns
administratieve formaliteit
belastingaangifte
vervoer over zee
Verenigde Staten
maritiem toezicht
fraude
haveninstallatie
zeevaart
terrorisme
belastingfraude
gegevensbank
toepassing van informatica
| 2/7/2008 | Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 31/7/2008) |
| 5/8/2008 | Antwoord |
Een aanbesteding voor het opzetten van een datawarehouse voor de administratie Financiën werd in 2005 toegekend aan Siemens SBS in samenwerking met het Luikse bedrijf NRB (de informaticapijler van Ethias). Dit “datapakhuis” is een grote databank waarin gegevens uit verschillende systemen worden samengebracht om er vervolgens analyses op uit te voeren en bepaalde patronen zoals bijvoorbeeld fraude, mee op te sporen.
Begin 2007 liep het dossier mis met de eerste tests en werd er vertraging opgelopen voor de toepassing van dit datawarehouse voor douane-aangiften en accijnzen. Nochtans verplicht een richtlijn van de Europese Unie alle Lidstaten om tegen dit jaar de douaneactiviteiten en accijnzen te automatiseren. Dit wil zeggen dat alle 14 miljoen douane-aangiften die in België nog op papier gebeuren, tegen dan geïnformatiseerd (paperless) moeten zijn. Dit lijkt door de bovenvermelde vertraging welhaast onmogelijk.
Anderzijds zijn er afspraken tussen België en de Verenigde Staten in het kader van de strijd tegen het terrorisme, die de douane ertoe verplichten om alle goederenverkeer in de havens van Antwerpen en Zeebrugge te onderwerpen aan een veilige en betrouwbare risicoanalyse. In een eerste fase komen Amerikaanse douaniers containers ter plaatse controleren. Maar in een tweede fase wordt verwacht dat de aangiften van douane en accijnzen geautomatiseerd verlopen om de controles te vergemakkelijken. Het datawarehouse is daartoe onontbeerlijk, maar het onderdeel voor de douane heeft al grote vertraging opgelopen. Als de Vlaamse havens niet tijdig aan de Amerikaanse eisen voldoen, dreigen ze door de Verenigde Staten uitgesloten te worden en dreigt hun goederenverkeer omgelegd te worden naar concurrerende havens.
Ik vernam dan ook graag van de geachte minister wat de stand van zaken is inzake dit datawarehouse-project.
Zoals reeds uiteengezet aan het geachte lid in mijn antwoord op zijn schriftelijke vraag van 25 oktober 2007 met referentie 4-32, zijn de programma's Datawarehouse en PLDA twee componenten van de investeringen Informatietechnologie, die ingeschreven zijn in het kader van de modernisering van de FOD Financiën. Het gaat om twee duidelijk te onderscheiden instrumenten die een afzonderlijke evolutie volgen.
De staat van vooruitgang van deze programma's kan als voldoende beschouwd worden aangezien bepaalde vertragingen onvermijdbaar zijn bij de realisatie van projecten met een dergelijke omvang.
1. Datawarehouse
Wat het Datawarehouse betreft, heeft de eerste van de twee Releases "Personen", die het voorwerp uitmaken van het speciaal lastenboek DWH, zijn finale testfase bereikt; de effectieve ingebruikname is voorzien voor september 2008.
De werkzaamheden van de tweede Release "Goederen", die meer bepaald de gegevens van Douane en Accijnzen behandelt, zijn begonnen op het einde van het eerste semester 2008. De Administratie Patrimoniumdocumentatie zal eveneens meewerken aan de implementatiewerkzaamheden vanaf het eerste trimester 2009. Twee iteraties leiden tot de integratie van meerdere bronnen. Hun opeenvolgende fasen van ontwikkeling, constructie en test zullen parallel gefaseerd worden tot midden november 2009.
Eind december 2009 zal de ingebruikname en exploitatie gebeuren van de gegevensbronnen die geselecteerd werden door de Administratie der Douane en Accijnzen en Patrimoniumdocumentatie, anderhalve maand na de formele aanvaardingstests door de FOD Financiën.
2. PLDA
PLDA is operationeel sinds 2 februari 2008. Dit houdt in dat de aangevers alle douaneaangiften elektronisch kunnen indienen. Voordien konden de invoer- en uitvoeraangiften reeds elektronisch worden ingediend met SADBEL en de T-documenten moesten reeds elektronisch worden ingediend met NCTS.
Douaneagentschappen zijn verplicht om hun aangiften elektronisch in te dienen en voor de T-documenten geldt een algemene verplichting (voor alle aangevers) om deze elektronisch in te dienen. Voor de overige douaneaangiften geldt voor de aangevers, andere dan douaneagentschappen, vooralsnog geen verplichting om deze elektronisch in te dienen en worden er voor wat betreft de invoer nog ± 20 % aangiften op papier ingediend. Voor de uitvoer worden nog ongeveer 40 % van de aangiften op papier ingediend.
Voor wat de uitvoer betreft en de vooraf in te dienen summiere aangiften voor binnenkomende goederen wordt de verplichting voor het elektronisch indienen van de aangiften veralgemeend vanaf 1 juli 2009. Voor wat de aangiften voor een geoorloofde bestemming bij invoer betreft zal de verplichting voor het elektronisch indienen van de aangiften er pas komen tegen 2011, bij het in voege treden van het nieuwe communautair douanewetboek en de toepassingbepalingen daarop.
3. Samenwerking met de Verenigde Staten van Amerika
De samenwerking met de Verenigde Staten van Amerika verloopt nog steeds op een wijze die voldoening geeft. De vertragingen met betrekking tot de twee bovengenoemde programma's hebben op deze samenwerking geen enkele negatieve impact gehad. Het spreekt voor zich dat de voltooiing van deze programma's de samenwerking met de Verenigde Staten van Amerika enkel kan verbeteren.