Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 3-3957

van Hugo Vandenberghe (CD&V) d.d. 20 december 2005

aan de vice-eersteminister en minister van Binnenlandse Zaken

Uitlevering van verdachte personen - Gerechtelijke akkoorden tussen België en China.

Chronologie

20/12/2005Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 19/1/2006)
23/1/2006Antwoord
23/1/2006Beslissing niet publicatie

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 3-3956
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 3-3958

Vraag nr. 3-3957 d.d. 20 december 2005 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

De Chinese zakenman Zheyun Ye, die een spilfiguur was in de recente omkoopschandalen in het Belgische voetbal, is uit ons land vertrokken. Sinds zijn ondervraging is hij nergens meer te bespeuren. Zijn kledingwinkel in Parijs is intussen opgedoekt.

Daar er tussen ons land en China geen gerechtelijke akkoorden bestaan die een mogelijke uitlevering van verdachten aan ons land mogelijk maken, is de kans dat Ye nog voor een Belgische rechtbank zal worden gedaagd bijzonder klein. De onderzoekers die zich over de zaak ontfermen, verwachten niet dat ze Ye ooit nog te zien zullen krijgen.

Graag had ik vernomen of de geachte minister het niet hoogdringend nodig, wenselijk en opportuun acht om met de Chinese autoriteiten gerechtelijke akkoorden te sluiten die de uitlevering van verdachten aan ons land in de toekomst moeten mogelijk maken. Heeft de regering hiertoe al initiatieven genomen?

Deze vraag wordt tevens aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken en aan de minister van Buitenlandse Zaken gesteld.

Deze vraag wordt tevens aan de vice-eerste minister en minister van Justitie en aan de minister van Buitenlandse Zaken gesteld.

Deze vraag wordt tevens aan de vice-eerste minister en minister van Justitie en aan de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken gesteld.

Antwoord ontvangen op 23 januari 2006 :

Tekst nog niet beschikbaar.