SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2014-2015 Zitting 2014-2015
________________
5 mai 2015 5 mei 2015
________________
Question écrite n° 6-638 Schriftelijke vraag nr. 6-638

de François Desquesnes (cdH)

van François Desquesnes (cdH)

au ministre de la Justice

aan de minister van Justitie
________________
Personnel judiciaire - Audit de la Cour des comptes - Constats - Mesures - Vacances de postes - Nombre - Budget Gerechtspersoneel - Audit van het Rekenhof - Vaststellingen - Maatregelen - Vacante betrekkingen - Aantal - Begroting 
________________
greffes et parquets
profession judiciaire
pénurie de main-d'oeuvre
audit
Cour des comptes (Belgique)
audit financier
griffies en parketten
rechterlijk beroep
tekort aan arbeidskrachten
audit
Rekenhof (België)
financiële audit
________ ________
5/5/2015Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 4/6/2015)
14/7/2015Antwoord
5/5/2015Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 4/6/2015)
14/7/2015Antwoord
________ ________
Question n° 6-638 du 5 mai 2015 : (Question posée en français) Vraag nr. 6-638 d.d. 5 mei 2015 : (Vraag gesteld in het Frans)

La sixième réforme de l'État a transféré davantage de compétences aux Régions et aux Communautés. Les législateurs régionaux et communautaires ont utilisé cette compétence dans de très nombreux domaines puisqu'il s'agit d'un élément indispensable pour mener une politique crédible.

Ces compétences amènent nécessairement les justiciables à introduire des actions en justice pour faire droit à leurs demandes.

Le récent audit du personnel judiciaire de la Cour des comptes du 8 avril 2015 est cinglant quant au manque de personnel judiciaire qui risque de bloquer à terme les juridictions (https://www.ccrek.be/docs/2015_12_PersonnelJudiciaire.pdf).

En effet, selon ce rapport, " Le personnel judiciaire est affecté sur la base de cadres du personnel fixés par la loi ou la réglementation. Ces cadres ne résultent toutefois pas d'une analyse objective des besoins en personnel pour cour ou tribunal. […] En raison de mesures d'économie, les cadres du personnel des tribunaux de première instance ne sont plus entièrement pourvus. De plus une période relativement longue s'écoule souvent entre la déclaration de vacance d'emploi et le recrutement effectif. " (p. 1).

La Cour des comptes conclut donc que l'effectif du personnel des tribunaux de première instance non complètement pourvu ne suffit pas pour répondre aux besoins actuel en personnel. Il oscille actuellement entre 80 % et 90 % en termes d'équivalents temps plein sans tenir compte des membres du personnel absents pour une longue période. Ainsi, au tribunal de Liège, l'effectif des greffes est inférieur à 80 %.

De plus, dans bien des cas, le personnel actuel devrait recevoir des formations complémentaires.

Alors que la Justice doit résorber un arriéré judiciaire inquiétant, des audiences nécessaires ne peuvent se tenir en raison de pénurie du personnel des greffes.

Vous vous êtes rallié aux observations de la Cour des comptes et avez reconnu qu'en raison des économies budgétaires, il existe une sous-occupation des cadres du personnel et un manque de formations adaptées.

Vous savez que vos réformes mettront un certain temps pour avoir des effets durables sur la diminution recherchée de la charge de travail .

1) Comment allez-vous faire en sorte que les tribunaux puissent poursuivre leur travail de façon efficace sans augmenter encore l'arriéré judiciaire compte tenu de ce constat de la Cour des comptes ?

2) Quel sera le nombre de vacances de postes ouvertes d'ici la fin de l'année judiciaire au siège comme au parquet et dans quels arrondissements judiciaires ?

3) Quels sont les budgets que vous pourrez récupérer pour répondre à votre volonté que des exceptions soient accordées pour garantir la continuité et le bon fonctionnement de la justice ?

 

Met de zesde staatshervorming werden nog meer bevoegdheden overgedragen aan de Gewesten en Gemeenschappen. De decreetgevers van die deelgebieden hebben daar al in vele domeinen gebruik van gemaakt, omdat het om een onmisbaar element gaat voor het voeren van een geloofwaardig beleid.

Met betrekking tot die bevoegdheden stellen rechtsonderhorigen ook rechtsvorderingen in om hun rechten ten laten gelden.

De recente audit van het gerechtspersoneel van het Rekenhof van 8 april 2015 bevat een strenge veroordeling van het personeelsgebrek dat de werking van de rechtbanken dreigt lam te leggen (https://www.ccrek.be/NL/2015_12_HRGerechtspersoneel.pdf).

Volgens het verslag wordt “Het gerechtspersoneel (...) toegewezen op basis van wettelijk of reglementair vastgelegde personeelskaders. Die zijn evenwel niet het resultaat van een objectieve analyse van de personeelsbehoeften per hof of rechtbank. […] Wegens besparingsmaatregelen zijn de personeelskaders van de rechtbanken van eerste aanleg niet meer volledig bezet. Bovendien verloopt doorgaans een vrij lange periode tussen het openvallen van een betrekking en de effectieve invulling ervan.”(p. 1).

Het Rekenhof besluit dat het personeelskader bij de rechtbanken van eerste aanleg niet volledig bezet is, waardoor hun personeelsaantal niet volstaat voor de huidige personeelsbehoeften. Het schommelt momenteel tussen 80% en 90% voltijds equivalenten, zonder rekening te houden met personeelsleden die langdurig afwezig zijn. Zo is bij de rechtbank van Luik de bezetting van het griffiepersoneel lager dan 80%.

In veel gevallen zou het huidige personeel bovendien ook nog een bijkomende opleiding moeten krijgen.

Justitie moet een zorgwekkende achterstand wegwerken, maar de rechtszittingen kunnen niet doorgaan wegens het personeelsgebrek in de griffies.

De minister heeft zich aangesloten bij de bevindingen van het Rekenhof en erkende dat wegens de besparingsmaatregelen er een onderbezetting is van het personeelskader en een gebrek aan aangepaste opleiding.

De minister weet dat zijn hervormingen pas na enige tijd een duurzaam effect zullen hebben op de nagestreefde werklastvermindering.

1) Hoe zal de minister ervoor zorgen dat de rechtbanken efficiënt verder kunnen werken zonder nog meer achterstand op te stapelen, gelet op deze vaststelling door het Rekenhof?

2) Hoeveel plaatsen zullen vacant worden verklaard tegen het einde van het gerechtelijk jaar, zowel bij de zetel als bij het parket, en per gerechtelijk arrondissement?

3) Welke begrotingsmiddelen kunnen ingezet worden om te voldoen aan de wil van de minister om uitzonderingen te maken, zodat de continuïteit en de goede werking van justitie verzekerd kunnen worden?

 
Réponse reçue le 14 juillet 2015 : Antwoord ontvangen op 14 juli 2015 :

Une procédure de mutation est en cours pour le personnel judiciaire. Les résultats de cette procédure de mutation sont en voie de finalisation.

Suite à la publication des circulaires 644 et 654 du 12 mai 2015 relative au monitoring fédéral, chaque décision structurelle, c’est-à-dire donc chaque décision HR à longue terme, dans l’ordre judiciaire, est tributaire d’une vérification de la disponibilité du budget dans l’année en cours ainsi que dans l’année budgétaire suivante.

En fonction des résultats de la procédure de mutation, sera déterminé le nombre d’emplois dont les vacances seront publiées d’ici peu.

Er loopt een mutatieprocedure voor het gerechtspersoneel, waarvan de resultaten nog moeten onderzocht worden.

Met de publicatie van de omzendbrieven 644 en 654 van 12 mei 2015 betreffende de federale monitoring is elke structurele, dus lange termijn-HR-beslissing voor de rechterlijke orde onderhevig aan de verificatie van beschikbaarheid van budget in het lopende budgetjaar en het volgende budgetjaar.

In functie van de resultaten van de mutatieprocedure zal het aantal vacatures dat binnenkort zal worden gepubliceerd, worden bepaald.