SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2018-2019 Zitting 2018-2019
________________
15 janvier 2019 15 januari 2019
________________
Question écrite n° 6-2208 Schriftelijke vraag nr. 6-2208

de Güler Turan (sp.a)

van Güler Turan (sp.a)

au vice-premier ministre et ministre des Finances, chargé de la Lutte contre la fraude fiscale, et Ministre de la Coopération au développement

aan de vice-eersteminister en minister van Financiën, belast met Bestrijding van de fiscale fraude, en Minister van Ontwikkelingssamenwerking
________________
La destination des bénéfices réalisés par la Belgique grâce à la crise grecque De bestemming van de winst die België heeft gemaakt aan de Griekse crisis 
________________
Grèce
crise monétaire
intérêt
bénéfice
Griekenland
monetaire crisis
rente
winst
________ ________
15/1/2019Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 14/2/2019)
5/2/2019Antwoord
15/1/2019Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 14/2/2019)
5/2/2019Antwoord
________ ________
Réintroduction de : question écrite 6-1936 Réintroduction de : question écrite 6-1936
________ ________
Question n° 6-2208 du 15 janvier 2019 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 6-2208 d.d. 15 januari 2019 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

L'État fédéral assure la gestion des finances et est conserve ainsi un " patrimoine commun " très étendu, qui comprend la sécurité sociale et les grandes lois de protection sociale (pensions et assurance maladie invalidité). Ce sont des matières qui intéressent directement les habitants des Régions.

Les pays de la zone euro et le Fonds monétaire international (FMI) ont prêté depuis 2010 quelque 273 milliards d'euros à la Grèce pour éviter la faillite du pays. Les pays de la zone euro mettent à présent fin au plan d'aide financière à la Grèce.

Il ressort d'une question posée par les écologistes allemands que l'Allemagne a massivement " profité " de la crise grecque. Depuis 2010, la Banque centrale allemande a engrangé 2,9 milliards d'euros sur les obligations achetées et les prêts consentis. Ces moyens ont ensuite été versés au budget allemand.

D'où mes questions au ministre :

1) Depuis 2010, à combien s'est élevée la participation totale de la Belgique dans les garanties accordées par les pays de la zone euro au Fonds européen de stabilité financière (FESF), grâce auxquelles ce Fonds a emprunté sur les marchés financiers les capitaux destinés à la Grèce ?

2) Combien la Belgique a t elle reçu d'intérêts pour sa contribution au FESF depuis 2010 ?

3) Quelle destination a t elle été donnée aux intérêts reçus ?

 

De federale staat beheert financiën, en staat zo ook in voor een aanzienlijk "gemeenschappelijk erfgoed", waaronder de sociale zekerheid en de belangrijke wetten over sociale bescherming (pensioenen en ziekte en invaliditeitsverzekering). Het zijn zaken die de inwoners van de gewesten onmiddellijk aanbelangen.

De eurolanden en het Internationaal Muntfonds (IMF) leenden sinds 2010 zo'n 273 miljard euro aan Griekenland om een bankroet van het land te vermijden. De eurolanden maken nu een einde aan het financiële steunprogramma voor Griekenland.

Uit een parlementaire vraag van de Duitse Groenen blijkt dat Duitsland massaal heeft "geprofiteerd" van de Griekse crisis. Sinds 2010 verdiende de Duitse centrale bank 2,9 miljard euro aan de opgekochte obligaties en leningen. Die middelen werden vervolgens doorgestort naar de Duitse begroting.

Mijn vragen aan de geachte minister :

1) Hoeveel bedroeg de totale Belgische bijdrage sinds 2010 in de garanties van de eurolanden aan het Europees Financieel Stabiliteitsfonds (European Financial Stability Facility - EFSF), waarmee dat fonds op de financiële markten de eigenlijke steungelden voor Griekenland heeft geleend?

2) Hoeveel heeft België ontvangen aan intresten voor zijn bijdrage aan het EFSF sinds 2010?

3) Welke bestemming werd gegeven aan de ontvangen intresten?

 
Réponse reçue le 5 février 2019 : Antwoord ontvangen op 5 februari 2019 :

Avant de répondre aux questions, je voudrais signaler que la Belgique ne perçoit aucun intérêt sur les prêts octroyés par le Fonds européen de stabilité financière (FESF). Néanmoins, la Belgique perçoit bien des intérêts sur le prêt bilatéral qu’elle a conclu en 2010 avec la Grèce dans le cadre du premier programme grec (Greek Loan Facility – GLF). Le FESF se finance lui-même sur les marchés financiers et émet ses propres titres de créance. Les fonds ayant été mobilisés de cette manière sont, par la suite, utilisés afin d’octroyer des prêts aux États membres pour lesquels un programme d’ajustement macro-économique a été approuvé. Les intérêts de ces prêts reviennent donc directement au FESF.

En ce qui concerne plus spécifiquement le FESF, il a été créé en juin 2010 sous la forme d’une société anonyme (SA) de droit luxembourgeois. Les pays de la zone euro de l’époque ont souscrit un montant de capital très limité et ont principalement donné des garanties. La Belgique a apporté un montant de 988 446,50 euros au capital du FESF et a octroyé des garanties pour un montant maximale de 34,5 millions d’euros.

Comme mentionné ci-dessus, la Belgique ne perçoit pas d'intérêts sur les prêts octroyés par le FESF. Néanmoins, la Belgique reçoit une partie du bénéfice global réalisé par le FESF, mais, jusqu’à présent, il a toujours été décidé de transférer ces bénéfices au sein des réserves du FESF. La Belgique ne reçoit donc des intérêts que du prêt bilatéral qu'elle a conclu avec la Grèce en 2010 dans le cadre du GLF. Le montant total que la Belgique a prêté à la Grèce dans le cadre du GLF est de 1 945 236 116,78 euros. La Belgique a reçu jusqu’aujourd’hui des intérêts pour un montant de 142,4 millions d’euros. Il convient également de souligner que la Belgique a dû elle-même se financer sur les marchés financiers pour un montant équivalent à celui de ce prêt, et que dès lors on ne peut pas dire que les intérêts perçus sont des bénéfices nets. Les intérêts perçus sont versés dans le Budget des Voies et Moyens.

Vooraleer de vragen te beantwoorden, wil ik opmerken dat België geen interesten ontvangt uit leningen van de Europese Financiële Stabiliteitsfaciliteit (EFSF). België ontvangt wel interesten op de bilaterale lening die het in 2010 met Griekenland heeft afgesloten in het kader van het eerste Griekse programma (Greek Loan Facility – GLF). Het EFSF gaat zelf naar de markt en geeft eigen schuldinstrumenten uit. De middelen die op deze wijze opgehaald worden, worden dan gebruikt om leningen toe te staan aan lidstaten waarvoor een macro-economisch aanpassingsprogramma werd goedgekeurd. De interesten uit deze leningen vloeien rechtstreeks terug naar het EFSF.

Specifiek wat het EFSF betreft, dit werd opgericht in juni 2010 als een naamloze vennootschap (NV) naar Luxemburgs recht. De toenmalige landen van de Eurozone hebben zeer beperkt kapitaal ingebracht en voornamelijk garanties gegeven. België heeft voor 988 446,50 euro aan kapitaal ingebracht en voor maximaal 34,5 miljard euro aan garanties gegeven.

Zoals hierboven reeds vermeld, ontvangt België geen interesten uit EFSF-leningen. België krijgt wel een aandeel in de globale winst die het EFSF maakt, maar tot op heden werd telkens beslist om deze winst toe te voegen aan de EFSF-reserves. België krijgt enkel interesten uit de bilaterale lening die het in 2010 met Griekenland heeft afgesloten in het kader van de GLF. Het totale bedrag dat België in het kader van de GLF aan Griekenland heeft uitgeleend bedraagt 1 945 236 117,78 euro. België heeft hierop tot nu voor 142,4 miljoen euro aan interesten ontvangen. Hierbij moet benadrukt worden dat België zelf het bedrag dat overeenkomt met deze lening op de financiële markten heeft moeten ontlenen zodat niet kan gesteld worden dat de ontvangen interesten zuivere winsten zijn. De ontvangen interesten worden in de Rijksmiddelenbegroting gestort.