SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2017-2018 Zitting 2017-2018
________________
15 juin 2018 15 juni 2018
________________
Question écrite n° 6-1910 Schriftelijke vraag nr. 6-1910

de Peter Van Rompuy (CD&V)

van Peter Van Rompuy (CD&V)

au vice-premier ministre et ministre de l'Emploi, de l'Economie et des Consommateurs, chargé du Commerce extérieur

aan de vice-eersteminister en minister van Werk, Economie en Consumenten, belast met Buitenlandse Handel
________________
Mesure « Tremplin-indépendants » - Chiffres - Adaptations éventuelles - Situation Maatregel « Springplank naar zelfstandige » - Cijfers - Eventuele aanpassingen - Stand van zaken 
________________
création d'entreprise
Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling
profession indépendante
oprichting van een onderneming
Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling
zelfstandig beroep
________ ________
15/6/2018Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 19/7/2018)
31/8/2018Antwoord
15/6/2018Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 19/7/2018)
31/8/2018Antwoord
________ ________
Question n° 6-1910 du 15 juin 2018 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 6-1910 d.d. 15 juni 2018 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Motivation du caractère transversal de la question écrite : la mesure fédérale " Tremplin-indépendants " a une incidence sur la politique d'activation flamande et la compétence en matière de contrôle et de sanction.

Les demandeurs d'emploi peuvent quitter le système de chômege ou bien pour exercer ou bien un emploi salarié ou bien pour se lancer dans une activité d'indépendant. À cet effet, l'Office flamand de l'emploi et de la formation professionnelle (VDAB) offre, à certaines conditions, un accompagnement gratuit des nouveaux entrepreneurs, tandis que l'autorité fédérale a mis sur pied la mesure " Tremplin-indépendants ". Depuis le 1er octobre 2016, une activité d'indépendant à titre complémentaire peut être combinée à une allocation de chômage pendant douze mois.

Je souhaite dès lors poser les questions suivantes :

1) a) Depuis le 1er octobre , combien de chômeurs ont ils opté pour le " Tremplin indépendants " ?

b) Entretemps, combien d'entre eux sont ils passés à une activité d'indépendant à titre principal ?

c) Combien d'entre eux ont ils mis fin à leur activité d'indépendant à titre complémentaire ?

Je souhaiterais obtenir des chiffres par mois et par province.

2) Comment le ministre évalue t il la mesure " Tremplin-indépendants " ? Quelles adaptations éventuelles proposerait il en la matière ?

 

Motivering van het transversale karakter van de schriftelijke vraag : de federale maatregel " Springplank naar zelfstandige " heeft een impact op het Vlaamse activeringsbeleid en de controle en sanctioneringsbevoegdheid.

Werklozen kunnen, naast een tewerkstelling als werknemer, ook uitstromen als zelfstandige. Hiervoor voorziet de Vlaamse Dienst voor arbeidsbemiddeling en beroepsopleiding (VDAB), onder bepaalde voorwaarden, in een gratis startersbegeleiding en creëerde de federale overheid de maatregel " Springplank naar zelfstandige ". Sinds 1 oktober 2016 kan een zelfstandige activiteit in bijberoep gedurende twaalf maanden gecombineerd worden met een werkloosheidsuitkering.

Ik heb dan ook de volgende vragen :

1) a) Hoeveel werklozen kozen sinds 1 oktober 2016 voor de " Springplank naar zelfstandige " ?

b) Hoeveel van hen stroomden ondertussen uit naar een voltijdse zelfstandige activiteit ?

c) Hoeveel van hen stopten hun zelfstandige activiteit in bijberoep ?

Graag kreeg ik cijfers per maand en per provincie.

2) Hoe evalueert de geachte minister de maatregel " Springplank naar zelfstandige " ? Welke eventuele aanpassingen zou hij hieromtrent voorstellen ?

 
Réponse reçue le 31 aôut 2018 : Antwoord ontvangen op 31 augustus 2018 :

L’avantage « Tremplin-indépendants » est une mesure qui permet au chômeur de conserver, durant l’exercice d’une activité accessoire en qualité d’indépendant, son droit aux allocations de chômage pendant douze mois. Le moment (jour ou heure) où le chômeur exerce cette activité est sans importance. Les revenus sont cumulables dans les limites prévues dans l’article 130, § 2, de l’arrêté royal du 25 novembre 1991 portant la réglementation du chômage.

Tout chômeur indemnisé, qui remplit les conditions, peut bénéficier de l’avantage « Tremplin-indépendants ». Il peut notamment s’agir d’un bénéficiaire d’allocations de chômage, d’allocations d’insertion, d’allocation de garantie de revenus (AGR) ou d’allocations de chômage temporaire. Ne peuvent donc bénéficier de l’avantage, les jeunes durant leur stage d’insertion professionnelle ou les travailleurs à temps partiel avec maintien des droits qui n’ont pas sollicité le bénéfice de l’AGR.

1) a) Nombre de chômeurs qui depuis octobre 2016 sont entrés dans le régime « Tremplin-indépendants », répartis par mois d’entrée et par province :

Mois d'entrée

Bruxelles

Prov. d'Anvers

Prov. de Brabant flamand

Prov. de Brabant wallon

Prov. de la Flandre Occ.

Prov. de la Flandre Or.

Prov. de Hainaut

Prov. de Liège

Prov. de Limbourg

Prov. de Luxembourg

Prov. de Namur

Pays

2016/10

10

38

17

5

21

19

16

23

17

5

12

183

2016/11

20

46

25

8

21

36

36

27

24

3

13

259

2016/12

36

42

22

11

18

23

28

30

21

5

14

250

2017/01

59

139

54

34

52

106

113

85

65

23

43

773

2017/02

58

84

42

31

47

46

70

50

42

14

32

516

2017/03

51

64

41

23

26

38

52

63

30

12

30

430

2017/04

93

143

57

56

45

107

152

132

61

24

62

932

2017/05

68

72

55

26

32

63

67

79

36

13

44

555

2017/06

39

67

32

26

26

53

50

52

33

13

13

404

2017/07

55

96

63

44

41

93

120

79

50

14

53

708

2017/08

31

54

34

26

28

43

61

51

34

13

27

402

2017/09

55

91

50

31

34

54

59

60

34

10

28

506

2017/10

82

137

68

51

59

97

134

111

48

15

68

870

2017/11

46

85

53

30

38

47

80

54

36

10

36

515

2017/12

39

47

25

12

22

43

46

40

13

3

18

308

2018/01

62

130

66

54

73

105

117

96

48

21

47

819

2018/02

62

66

49

26

22

47

57

65

41

5

24

464

2018/03

33

60

25

23

28

37

49

44

21

11

23

354

2018/04

79

112

65

39

36

69

122

93

53

21

49

738

2018/05

35

57

12

7

10

44

52

48

23

6

20

314

Total

1 013

1 630

855

563

679

1 170

1 481

1 282

730

241

656

10 300

1) b) Pour les personnes qui sortent du chômage, l’Office national de l'emploi (ONEM) a la possibilité de vérifier si elles ont presté des jours comme indépendantes. Néanmoins, l’ONEM ne sait pas dire s’il s’agit d’une activité principale, ou d’une activité accessoire. Afin de vérifier si les chômeurs sortants ont presté des jours comme indépendant; l’ONEM doit consulter la base de données de l'Institut national d'assurances sociales pour travailleurs indépendants (INASTI). À cet effet, il faut écrire une analyse et un programme. Ceci n’est pas réalisable dans le délai fixé.

1) c) L’ONEM ne dispose pas de ces données.

2) Cette mesure fait l'objet depuis janvier 2018 d'une évaluation régulière. Il est cependant trop tôt pour pouvoir exploiter les résultats de cette évaluation. Les données obtenues sont encore trop peu nombreuses. Pour pouvoir apprécier tous les effets de l'avantage « Tremplin-indépendants », il convient d'examiner, outre le nombre de recours à la mesure, ce qu'il advient des chômeurs qui en ont bénéficié durant douze mois. À l'heure actuelle, eu égard au délai de vérification des paiements, seules les données concernant les chômeurs ayant bénéficié de la mesure lors du dernier trimestre 2016 et du premier trimestre 2017 sont disponibles.

Het voordeel « Springplank naar zelfstandige » is een maatregel die de werkloze toelaat om tijdens de uitoefening van een nevenactiviteit als zelfstandige, het recht op werkloosheidsuitkeringen te behouden gedurende twaalf maanden. Het tijdstip (dag of uur) waarop de werkloze die activiteit verricht, heeft geen belang. De inkomsten zijn cumuleerbaar binnen de grenzen bepaald in artikel 130, § 2, van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering.

Elke vergoede werkloze die voldoet aan de voorwaarden kan het voordeel « Springplank – zelfstandige » genieten. Het kan met name gaan om iemand die gerechtigd is op werkloosheidsuitkeringen (al dan niet in het kader van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag – SWT), inschakelingsuitkeringen, inkomensgarantie-uitkeringen, en uitkeringen tijdelijke werkloosheid. Jongeren tijdens hun beroepsinschakelingstijd of deeltijdse werknemers met behoud van rechten die het recht op de inkomensgarantie-uitkering (IGU) niet hebben aangevraagd, kunnen het voordeel dus niet genieten.

1) a) Aantal werklozen die sinds oktober 2016 ingestroomd zijn in het stelsel « springplank naar zelfstandige », verdeeld volgens maand van instroom en provincie :

Maand van instroom

Brussel

Prov. Antwerpen

Prov. Vlaams Brabant

Prov. Waals Brabant

Prov. West-Vlaanderen

Prov. Oost-Vlaanderen

Prov. Henegouwen

Prov. Luik

Prov. Limburg

Prov. Luxemburg

Prov. Namen

Land

2016/10

10

38

17

5

21

19

16

23

17

5

12

183

2016/11

20

46

25

8

21

36

36

27

24

3

13

259

2016/12

36

42

22

11

18

23

28

30

21

5

14

250

2017/01

59

139

54

34

52

106

113

85

65

23

43

773

2017/02

58

84

42

31

47

46

70

50

42

14

32

516

2017/03

51

64

41

23

26

38

52

63

30

12

30

430

2017/04

93

143

57

56

45

107

152

132

61

24

62

932

2017/05

68

72

55

26

32

63

67

79

36

13

44

555

2017/06

39

67

32

26

26

53

50

52

33

13

13

404

2017/07

55

96

63

44

41

93

120

79

50

14

53

708

2017/08

31

54

34

26

28

43

61

51

34

13

27

402

2017/09

55

91

50

31

34

54

59

60

34

10

28

506

2017/10

82

137

68

51

59

97

134

111

48

15

68

870

2017/11

46

85

53

30

38

47

80

54

36

10

36

515

2017/12

39

47

25

12

22

43

46

40

13

3

18

308

2018/01

62

130

66

54

73

105

117

96

48

21

47

819

2018/02

62

66

49

26

22

47

57

65

41

5

24

464

2018/03

33

60

25

23

28

37

49

44

21

11

23

354

2018/04

79

112

65

39

36

69

122

93

53

21

49

738

2018/05

35

57

12

7

10

44

52

48

23

6

20

314

Totaal

1 013

1 630

855

563

679

1 170

1 481

1 282

730

241

656

10 300

1) b) De Rijksdienst voor arbeidsvoorziening (RVA) kan voor de mensen die uitgestroomd zijn uit de werkloosheid enkel nagaan of betrokkenen dagen als zelfstandige gepresteerd hebben. De RVA kan hierbij echter geen onderscheid maken tussen hoofd- en nevenactiviteit. Om na te gaan of de uitgestroomde werklozen dagen als zelfstandige hebben gepresteerd, moet de databank van de Rijksinstituut voor de sociale verzekeringen der zelfstandigen (RSVZ) bevraagd worden. Hiervoor moeten een analyse en programma geschreven worden. Dit is niet realiseerbaar binnen de vooropgestelde termijn.

1) c) De RVA beschikt niet over deze gegevens.

2) De maatregel wordt sedert januari 2018 regelmatig geëvalueerd. Het is echter nog te vroeg om de resultaten van die evaluatie te exploiteren. Er zijn op dit moment nog te weinig beschikbare data. Om alle gevolgen van het voordeel « Springplank – zelfstandige » te kunnen inschatten, moet men, naast het aantal mensen die het voordeel hebben aangevraagd, ook het aantal werklozen opvolgen die gedurende twaalf maanden van het voordeel genieten. Op dit moment – gezien de indieningstermijnen van de betalingen – zijn enkel de opvolgingsgegevens beschikbaar betreffende de werklozen die gedurende het laatste trimester van 2016 en het eerste trimester van 2017 het voordeel hebben aangevraagd.