SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2017-2018 Zitting 2017-2018
________________
7 juin 2018 7 juni 2018
________________
Question écrite n° 6-1900 Schriftelijke vraag nr. 6-1900

de Christophe Lacroix (PS)

van Christophe Lacroix (PS)

à la ministre des Affaires sociales et de la Santé publique

aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
________________
Colorant E171 - Toxicité potentielle - Suppression - Principe de précaution - État de la question en Belgique Kleurstof E171 - Mogelijke toxiciteit - Verbod - Voorzorgsprincipe - Stand van zaken in België 
________________
colorant alimentaire
oxyde
substance toxique
kleurstof voor levensmiddelen
oxide
giftige stof
________ ________
7/6/2018Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 12/7/2018)
28/1/2019Rappel
23/5/2019Einde zittingsperiode
7/6/2018Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 12/7/2018)
28/1/2019Rappel
23/5/2019Einde zittingsperiode
________ ________
Question n° 6-1900 du 7 juin 2018 : (Question posée en français) Vraag nr. 6-1900 d.d. 7 juni 2018 : (Vraag gesteld in het Frans)

En France, dans quelques mois, l'industrie agroalimentaire ne pourra plus utiliser le colorant E171, déclinaison alimentaire du dioxyde de titane.

Ce colorant sert notamment à rendre les couleurs des confiseries plus éclatantes en servant de couche primaire, comme en peinture de bâtiments.

Il est également employé en pâtisserie et pour la préparation de crèmes glacées, et il entrerait même dans la composition de dentifrices et de médicaments.

Alfred Bernard, toxicologue à l'Université catholique de Louvain (UCL) met en garde : ces substances pourraient notamment favoriser le cancer du côlon.

En outre, selon le chercheur, la plus-value nutritionnelle du E171 serait nulle.

En fait, il ne présenterait qu'un intérêt commercial, tout en posant question sur la santé à long terme. Cette question relève bien évidemment de la compétence du Sénat car la prévention de la santé des concitoyens est une responsabilité des entités fédérées et une concertation en la matière me semble toute indiquée.

Comme précisé précédemment, la France a eu raison de l'interdire par principe de précaution.

D'autant que, toujours selon Alfred Bernard, cette substance est contenue dans des produits destinés aux enfants, dont les barrières digestives sont immatures et qui composent donc un groupe à risque.

Il me revient que les autorités européennes se sont saisies du problème et que nous sommes en attente des résultats d'une étude scientifique en la matière.

Toujours est-il que les producteurs alimentaires actifs en Belgique peuvent donc continuer à utiliser le E171, contrairement à leurs alter ego français.

Pour Alfred Bernard, les microparticules peuvent aussi quitter notre système digestif et migrer ailleurs dans le corps : « Notre paroi intestinale ne s'embarrasse pas de la taille exacte des particules pour les laisser ou non passer. Plus généralement, il faudrait se débarrasser de toutes les substances métalliques dans notre alimentation et les remplacer par des ingrédients naturels. »

C'est justement à cela que s'attellerait une série de producteurs.

Si remplacer les colorants artificiels dans l'ensemble des produits d'alimentation humaine est un objectif à atteindre à terme, ne pensez-vous pas que le principe de précaution devrait, à l'instar de la France, être la règle dans notre pays ?

Disposez-vous d'informations complémentaires par rapport à ce dossier ? Quel est l'état de la question ?

 

In Frankrijk zal de voedingsindustrie over enkele maanden niet langer kleurstof E171, of titaniumdioxide, als voedingskleurstof mogen gebruiken.

Deze kleurstof is een goed dekkend wit pigment, dat als grondlaag wordt gebruikt om de kleur van snoep helderder te maken.

Het wordt ook in de banketbakkerij gebruikt voor het vervaardigen van roomijs en zelfs in tandpasta en geneesmiddelen.

Toxicoloog Alfred Bernard van de Université catholique de Louvain (UCL) waarschuwt: die stoffen zouden darmkanker in de hand kunnen werken.

Volgens de wetenschapper zou E171 geen enkele nutritieve meerwaarde hebben.

De kleurstof heeft een louter commerciële waarde, maar houdt op de lange termijn mogelijk een gezondheidsrisico in. Deze vraag valt binnen de bevoegdheid van de Senaat omdat preventieve gezondheidszorg een bevoegdheid is van de deelstaten en overleg op dit gebied aangewezen is.

Zoals eerder gezegd, heeft Frankrijk het gebruik van deze stof terecht uit voorzorg verboden.

Volgens Alfred Bernard zit deze stof bovendien in producten voor kinderen, die een risicogroep vormen omdat hun spijsverteringssyteem nog niet volgroeid is.

Naar verluidt hebben de Europese autoriteiten het probleem naar zich toe getrokken en mogen we hierover een wetenschappelijke studie verwachten.

Anders dan hun Franse collega's, mogen de bedrijven in de Belgische voedingsindustrie intussen wel kleurstof E171 blijven gebruiken.

Volgens Alfred Bernard kunnen de micropartikels ons spijsverteringssysteem verlaten en elders in ons lichaam terechtkomen. Voor de darmwand is de exacte afmeting van de partikels geen echte maatstaf om ze al dan niet door te laten. Algemeen zouden we alle metaaldeeltjes uit onze voeding moeten weren en ze vervangen door natuurlijke ingrediënten, aldus Bernard.

Daar zijn een aantal producenten nu mee bezig.

Als we op termijn alle kunstmatige kleurstoffen willen weren uit de menselijk voeding, vindt u dan niet dat het voorzorgsprincipe, zoals het in Frankrijk wordt toegepast, ook de regel zou moeten zijn in ons land ?

Beschikt u over meer informatie in verband met dit dossier ? Wat is de stand van zaken ?