SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2017-2018 Zitting 2017-2018
________________
24 mai 2018 24 mei 2018
________________
Question écrite n° 6-1872 Schriftelijke vraag nr. 6-1872

de Christie Morreale (PS)

van Christie Morreale (PS)

au vice-premier ministre et ministre de l'Emploi, de l'Economie et des Consommateurs, chargé du Commerce extérieur

aan de vice-eersteminister en minister van Werk, Economie en Consumenten, belast met Buitenlandse Handel
________________
Économie circulaire - Développement en Belgique - Incitants financiers - Mesures - Collaboration avec les Régions Circulaire economie - Ontwikkeling in België - Financiële stimulansen - Maatregelen - Samenwerking met de Gewesten 
________________
économie circulaire
technologie du recyclage
recyclage des déchets
économie sociale
transition économique
circulaire economie
recyclingtechnologie
hergebruik van afvalstoffen
sociale economie
economisch overgangsproces
________ ________
24/5/2018Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 28/6/2018)
26/6/2018Antwoord
24/5/2018Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 28/6/2018)
26/6/2018Antwoord
________ ________
Question n° 6-1872 du 24 mai 2018 : (Question posée en français) Vraag nr. 6-1872 d.d. 24 mei 2018 : (Vraag gesteld in het Frans)

Notre modèle actuel de production de type linéaire « Extraire-Fabriquer-Consommer-Jeter », s'il génère toujours de la richesse, affecte négativement aussi bien notre environnement que des tiers non impliqués dans le processus de production. La gestion des déchets devient de plus en plus problématique et l'épuisement des ressources naturelles augmente le prix des matières premières.

À terme, l'augmentation de la population mondiale (de 7,3 milliards en 2015 à 9,7 milliards en 2050), sa concentration en zone urbaine et la croissance économique des pays en développement rendra ce modèle classique insoutenable.

L'économie circulaire représente une alternative viable à notre modèle actuel.

Selon le bureau de consultance McKinsey :

– en Europe : le budget consacré aux matières premières pourrait baisser de 32 % (600 milliards d'euros) d'ici 2030 (par une moindre dépendance des importations, une hausse du produit intérieur brut (PIB) de 7 points via la chute des prix, l'augmentation du revenu disponible et la hausse de la consommation). Le travail nécessaire dans l'industrie du recyclage serait positif pour l'emploi ;

– en Belgique : les secteurs des industries chimique, alimentaire et automobile ont été étudiés dans une étude commandée par le service public fédéral (SPF) Santé publique, Sécurité de la chaîne alimentaire et Environnement. Les chiffres potentiels de 1,2 milliard d'euros de valeur ajoutée et de 11 500 emplois sont cités d'ici 2030. Extrapolés à l'ensemble de l'économie belge, on obtient 7 milliards d'euros de valeur ajoutée et 100 000 emplois nouveaux (chiffres à prendre avec prudence). D'autres sources (notamment le professeur Van Acker de la KU Leuven) évoquent 6 milliards d'euros d'économies par an, 2,7 % de croissance annuelle et 27 000 nouveaux emplois.

L'ensemble de ces questions relève de la compétence du Sénat dans la mesure où elles concernent une matière fédérale qui a une influence sur les compétences des entités fédérées en matière d'économie, d'emploi, d'environnement, etc.

Pour favoriser la mise en place d'une économie circulaire en Belgique, il est essentiel que les entreprises soient partie prenante du processus. Envisagez-vous la mise en place d'incitants financiers concrets à destination des entreprises ? Pourrait-on, par exemple, imaginer une diminution de la taxe sur la valeur ajoutée (TVA) de 21 à 6 % pour tout achat de matériel recyclé ou de récupération ? Entendez-vous travailler de concert avec vos confrères des Régions et combiner vos forces pour la création d'incitants financiers réels ?

 

Ons huidig lineair productiesysteem van “ontginnen-fabriceren- consumeren- wegwerpen” kan dan wel nog steeds welvaart genereren, maar het heeft ook een negatieve weerslag op ons milieu en op derden die niet bij het productieproces betrokken zijn. Afvalverwerking wordt steeds problematischer en de uitputting van natuurlijke rijkdommen jaagt de prijzen van grondstoffen de hoogte in.

Op termijn zal de groei van de wereldbevolking (van 7,3 miljard in 2015 naar 9,7 miljard in 2050), de bevolkingsconcentratie in stedelijk gebied en de economische groei van ontwikkelingslanden dit klassieke model onhoudbaar maken.

De circulaire economie is een leefbaar alternatief voor ons huidige model.

Volgens het consultancybureau McKinsey geldt het volgende :

– in Europa kan de begroting voor grondstoffen met 32 % dalen (600 miljard euro) tegen 2030 (door een kleinere afhankelijkheid van de invoer, een stijging van het bruto binnenlands product (bbp) met 7 punten dankzij de sterke daling van de prijzen, de stijging van de beschikbare inkomsten en de toename van de consumptie). De nodige bijkomende arbeid in de recyclage-industrie zal een positief effect hebben op de tewerkstelling ;

– in België werden de sectoren van de chemie, de voedings- en de automobielindustrie onderzocht in een studie besteld door de Federale Overheidsdienst (FOD) Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu. Er is sprake van 1,2 miljard euro toegevoegde waarde en 11 500 extra jobs tegen 2030. Geëxtrapoleerd naar de gehele Belgische economie, zou dat 7 miljard euro toegevoegde waarde en 100.000 nieuwe jobs betekenen (cijfers onder het nodige voorbehoud). Andere bronnen (zoals professor Van Acker van de KU Leuven) maken gewag van 6 miljard euro besparingen per jaar, 2,7 % jaarlijkse groei en 27 000 nieuwe jobs.

Al deze vragen vallen onder de bevoegdheid van de Senaat omdat ze gaan over een federale materie die van invloed is op de bevoegdheden van de deelstaten inzake economie, terwerkstelling, milieu, enz.

Om de ontwikkeling van de circulaire economie in België te bevorderen, is het van essentieel belang dat bedrijven aan dat proces deelnemen. Overweegt u concrete financiële stimulansen voor bedrijven? Zou er een verlaging van de btw denkbaar zijn van 21 naar 6 % voor de aankoop van gerecycleerd of recuperatiemateriaal ? Bent u van plan in dit verband samen te werken met uw collega's van de Gewesten en de krachten te bundelen voor het scheppen van echte financiële stimuli ?

 
Réponse reçue le 26 juin 2018 : Antwoord ontvangen op 26 juni 2018 :

Les études montrent que l’économie circulaire est une alternative viable au modèle économique linéaire actuel. L’économie circulaire relève à la fois de la compétence fédérale (économie, environnement, finances) et de la compétence régionale. Mon administration est dans une logique de concertation avec les différents niveaux de pouvoir compétents afin de favoriser la mise en place d’une économie circulaire en Belgique.

De plus, la Commission économique interministérielle (CEI) au sein de mon administration coordonne depuis février 2018 une plateforme fédérale et régionale d’économie circulaire.

Pour favoriser notamment la mise en place d'une économie circulaire, l’État belge a émis ses premières obligations souveraines vertes (OLO vertes) en février 2018 pour un montant total de 4,5 milliards d’euros, avec une échéance de quinze ans. Le cadre de l’émission a été préparé conjointement par la Chancellerie du premier ministre, le service public fédéral (SPF) Finances, le SPF Environnement et l'Agence fédérale de la dette. Cette initiative encourage les investisseurs particuliers et institutionnels (des épargnants, fonds de pensions, gestionnaires de portefeuilles, entreprises, universités et autres) à investir leur capital ou le capital qu’ils gèrent dans des projets respectant certains critères de durabilité, comme par exemple l’économie circulaire.

Pour les aspects fiscaux de votre question, je vous renvoie au ministre des Finances.

Studies tonen aan dat de circulaire economie een levensvatbaar alternatief is voor de huidige lineaire economie. De circulaire economie is een gedeelde federale (Economie, Leefmilieu, Financiën) en regionale bevoegdheid. Mijn administratie werkt nauw samen met de verschillende bevoegdheidsniveaus om de circulaire economie in België ingang te doen vinden.

Daarenboven coördineert de Interministeriële Economische Commissie (IEC) binnen mijn administratie sinds februari 2018 een federaal en regionaal overlegplatform inzake circulaire economie.

Om onder meer de totstandkoming van een circulaire economie te bevorderen, heeft de Belgische Staat in februari 2018 haar eerste groene soevereine obligaties (groene OLO’s) uitgegeven, voor een totaalbedrag van 4,5 miljard euro en met een looptijd van vijftien jaar. Het uitgiftekader werd gezamenlijk voorbereid door de Kanselarij van de eerste minister, de federale overheidsdienst (FOD) Financiën, de FOD Leefmilieu en het Federaal Agentschap van de schuld. Dit initiatief moedigt zowel particuliere als institutionele investeerders (spaarders, pensioenfondsen, vermogensbeheerders, ondernemingen, universiteiten, en anderen) aan om hun kapitaal of het kapitaal dat ze beheren, te investeren in projecten die bepaalde duurzaamheidscriteria, zoals bijvoorbeeld de circulaire economie, respecteren.

Voor de fiscale aspecten van uw vraag, verwijs ik u door naar de minister van Financiën.