SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2017-2018 Zitting 2017-2018
________________
26 octobre 2017 26 oktober 2017
________________
Question écrite n° 6-1618 Schriftelijke vraag nr. 6-1618

de Christie Morreale (PS)

van Christie Morreale (PS)

au ministre des Classes moyennes, des Indépendants, des PME, de l'Agriculture, et de l'Intégration sociale

aan de minister van Middenstand, Zelfstandigen, KMO's, Landbouw en Maatschappelijke Integratie
________________
Règlement d'exécution (UE) n° 485/2013 de la Commission européenne du 24 mai 2013 - Modification - Position belge - Acétamipride et thiaclopride - Molécules toujours autorisées - Réévaluation Uitvoeringsverordening (EU) nr. 485/2013 van de Commissie van 24 mei 2013 - Wijziging- Belgisch standpunt - Acetamiprid en Thiacloprid -Moleculen nog toegelaten - Reëvaluatie 
________________
contrôle phytosanitaire
apiculture
semence
insecticide
autorisation de vente
santé animale
Autorité européenne de sécurité des aliments
fytosanitaire controle
bijenteelt
zaad
insecticide
verkoopvergunning
gezondheid van dieren
Europese Autoriteit voor voedselveiligheid
________ ________
26/10/2017Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 30/11/2017)
3/12/2018Rappel
17/1/2019Rappel
23/5/2019Einde zittingsperiode
26/10/2017Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 30/11/2017)
3/12/2018Rappel
17/1/2019Rappel
23/5/2019Einde zittingsperiode
________ ________
Question n° 6-1618 du 26 octobre 2017 : (Question posée en français) Vraag nr. 6-1618 d.d. 26 oktober 2017 : (Vraag gesteld in het Frans)

À plusieurs reprises, nous avons eu l'occasion de traiter de la problématique des néonicotinoïdes, ces insecticides incriminés dans la mortalité des abeilles. Depuis le 1er décembre 2013, la Commission européenne, via le règlement d'exécution (UE) n° 485/2013 de la Commission du 24 mai 2013 modifiant le règlement d'exécution (UE) n° 540/2011 en ce qui concerne les conditions d'approbation des substances actives clothianidine, thiaméthoxame et imidaclopride et interdisant l'utilisation et la vente de semences traitées avec des produits phytopharmaceutiques contenant ces substances actives, a suspendu l'utilisation de l'imidaclopride, la clothianidine et la thiaméthoxame sur quatre grandes cultures (maïs, colza, tournesol et coton). Ces restrictions devaient faire l'objet d'informations et d'études complémentaires. À cet effet, la Commission a chargé l'Autorité européenne de sécurité des aliments (European Food Safety Authority – EFSA) d'organiser un appel à données en 2015. Cette initiative a généré la soumission de nombreuses données.

Le 22 mars 2017, un projet de modification du règlement 485/2013 a été rédigé suite aux résultats défavorables émis en novembre 2016 par l'EFSA.

Ce projet envisage d'interdire définitivement les trois molécules incriminées, à l'exception de l'utilisation sous serre, en raison de « risques élevés et graves pour les abeilles ». La commission Environnement du Parlement européen s'est déjà prononcée en faveur de cette modification de règlement. Si la proposition est acceptée par la majorité des États membres, l'interdiction pourrait être mise en place dès cette année.

L'ensemble de ces questions relève de la compétence du Sénat dans la mesure où elles concernent une matière fédérale qui a une influence sur les compétences des entités fédérées en matière d'agriculture, de santé publique, d'environnement, de bien-être, etc.

1) Dans sa réponse à ma question écrite n° 6-1436 adressée à votre prédécesseur, Monsieur Borsus affirmait soutenir : « une révision du règlement 485/2013 afin de le rendre plus sévère. » Confirmez-vous la position de Monsieur Borsus de voter en faveur de cette modification du règlement ?

2) Enfin, qu'en est-il des molécules toujours autorisées, à savoir l'acétamipride et le thiaclopride ? Compte-tenu des différents avis scientifiques récents, cette molécule est soupçonnée d'être cancérigène (cf. avis n° 9241 du Conseil supérieur de la santé, avis de l'Agence française de protection de l'environnement – EPA, de l'European Chemicals Agency – ECHA), reprotoxique de catégorie 2, « comme ayant des effets perturbateurs endocriniens » (cf. avis de l'Agence nationale française de sécurité sanitaire de l'alimentation, de l'environnement et du travail – ANSES du 7 janvier 2016, Saisine n° 2015-SA-0142, p.17) et ayant des effets cytotoxiques (cf. « In vitro investigation of the genotoxic and cytotoxic effects of thiacloprid in cultured humain peripheral blood lymphocytes », in Environ Toxicol, juin 2014). Entendez-vous solliciter une réévaluation de ces molécules en vertu de l'article 21 du règlement (CE) n° 1107/2009 du Parlement européen et du Conseil du 21 octobre 2009 concernant la mise sur le marché des produits phytopharmaceutiques et abrogeant les directives 79/117/CEE et 91/414/CEE du Conseil ?

 

We hebben het al meermaals gehad over de problematiek van de neonicotinoïde-insecticiden die verantwoordelijk worden geacht voor de bijensterfte. Sedert 1 december 2013 heeft de Europese Commissie door middel van de uitvoeringsverordening (EU) nr. 485/2013 van de Commissie van 24 mei 2013 tot wijziging van de uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011, wat de voorwaarden voor goedkeuring van de werkzame stoffen clothianidin, thiamethoxam en imidacloprid betreft, en houdende een verbod op het gebruik en de verkoop van zaden die zijn behandeld met gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stoffen bevatten, het gebruik opgeschort van imidacloprid, clothianidin en thiamethoxam op vier belangrijke gewassen (maïs, koolzaad, zonnebloemzaden en katoen). Met betrekking tot die beperkingen moesten nog inlichtingen worden ingewonnen en onderzoeken worden uitgevoerd. Daarom heeft de Commissie de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) opgedragen een oproep tot het verstrekken van gegevens te organiseren in 2015. Ten gevolge van dit initiatief werden veel gegevens ingestuurd.

Op 22 maart 2017 werd een ontwerp tot wijziging van verordening 485/2013 opgesteld, nadat EFSA in november 2016 ongustige resultaten bekendgemaakt had.

Met dit ontwerp wordt het definitieve verbod mogelijk van de drie moleculen, behalve voor gebruik in serres, vanwege de 'grote en ernstige risico's voor de bijen'. De commissie Milieubeheer van het Europees Parlement heeft zich al uitgesproken voor deze wijziging van de verordening. Als de voorgestelde wijziging door een meerderheid van de lidstaten wordt aanvaard, kan het verbod dit jaar al ingaan.

Al deze vragen vallen onder de bevoegdheid van de Senaat omdat ze gaan over een federale materie die van invloed is op de bevoegdheden van de deelstaten inzake landbouw, volksgezondheid, milieu, welzijn, enz.

1) In zijn antwoord op mijn schriftelijke vraag nr. 6-1436 aan uw voorganger, antwoordde minister Borsus: “Ik steun een herziening van de Verordening 485/2013 ten einde deze strenger te maken.” Bevestigt u het standpunt van minister Borsus en zult u voor die wijziging van de verordening stemmen?

2) Wat is de stand van zaken voor de moleculen die wel nog toegelaten zijn, namelijk acetamiprid en thiacloprid? Rekening houdend met de verschillende recente wetenschappelijke adviezen wordt vermoed dat deze molecule kankerverwekkend is (zie advies nr. 9241 van de Hoge Gezondheidsraad, advies van het Environmental Protection Agency (EPA), en van het Europees Agentschap voor Chemische stoffen (ECHA)), een reprotoxische stof is van categorie 2 omdat ze hormoonverstorende effecten heeft, (zie advies van de Agence nationale française de sécurité sanitaire de l'alimentation, de l'environnement et du travail (ANSES) van 7 januari 2016, Verzoek nr. 2015-SA-0142, p.17) en cytotoxische effecten heeft (zie “In vitro investigation of the genotoxic and cytotoxic effects of thiacloprid in cultured humain peripheral blood lymphocytes”, in Environ Toxicol, juni 2014). Bent u van plan om een reëvaluatie te vragen van deze moleculen krachtens artikel 21 van verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen en tot intrekking van de richtlijnen 79/117/EEG en 91/414/EEG van de Raad?