SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2016-2017 Zitting 2016-2017
________________
31 octobre 2016 31 oktober 2016
________________
Question écrite n° 6-1097 Schriftelijke vraag nr. 6-1097

de Christie Morreale (PS)

van Christie Morreale (PS)

à la secrétaire d'État à la Lutte contre la pauvreté, à l'Égalité des chances, aux Personnes handicapées, et à la Politique scientifique, chargée des Grandes Villes, adjointe au Ministre des Finances

aan de staatssecretaris voor Armoedebestrijding, Gelijke Kansen, Personen met een beperking, en Wetenschapsbeleid, belast met Grote Steden, toegevoegd aan de Minister van Financiën
________________
Associations actives en matière d'égalité des genres - Subsides - Suppression Verenigingen actief op het vlak van gendergelijkheid - Subsidies - Schrapping 
________________
intégration des questions d'égalité entre les hommes et les femmes
égalité homme-femme
organisation non gouvernementale
financement
soutien économique
gendermainstreaming
gelijke behandeling van man en vrouw
niet-gouvernementele organisatie
financiering
economische steun
________ ________
31/10/2016Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 1/12/2016)
30/11/2016Antwoord
31/10/2016Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 1/12/2016)
30/11/2016Antwoord
________ ________
Question n° 6-1097 du 31 octobre 2016 : (Question posée en français) Vraag nr. 6-1097 d.d. 31 oktober 2016 : (Vraag gesteld in het Frans)

Parmi les inégalités qui touchent notre société, la lutte contre les inégalités liées au genre a depuis de nombreuses années été un des fers de lance au niveau belge. À titre d'exemple je pense notamment à ces différentes mesures prises par les gouvernements précédents : la législation gender mainstreaming, la lutte contre les violences faites aux femmes et ses plans d'actions nationaux, la réduction de l'écart salarial, la parité hommes-femmes sur les listes électorales, l'introduction de quotas de genre dans la composition des conseils d'administration des grandes entreprises, etc.

Cependant, même si grâce à ces mesures, de réelles avancées sont constatées, les discriminations liées au genre sont toujours présentes et tout aussi révoltantes.

Il me revient cependant qu'à partir du 1er janvier 2017, à la suite des lourdes courbes budgétaires prise par le gouvernement dans le cadre des mesures d'économies qui touchent les institutions publiques, l'Institut pour l'égalité des femmes et des hommes ne sera plus en mesure d'octroyer de subsides aux associations actives en matière d'égalité des genres ou aux projets ayant pour finalité la réalisation de l'égalité des genres.

Matière transversale, l'égalité entre hommes et femmes concerne aussi bien le niveau fédéral que celui des entités fédérées. Se pose dès lors la question des répercussions sur ces dernières. En effet, il ne faudrait pas que les lacunes du fédéral se répercutent sur les entités fédérées. Pourriez-vous me dire à combien se chiffre la perte de ces subsides ?

Par ailleurs, il me revient que les associations qui seront les plus touchées seront les associations défendant les droits des transgenres. Pouvez-vous me confirmer cette information ? Je ne peux que m'en étonner dans la mesure où l'amélioration de la situation des personnes LGBTI était une des priorités de votre politique générale en matière d'égalité des chances.

 

De strijd tegen genderongelijkheid is in België al jarenlang een van de speerpunten van de strijd tegen ongelijkheden in onze maatschappij. Ik denk bijvoorbeeld aan de verschillende maatregelen van de vorige regeringen: de wetgeving op de gender mainstreaming, de strijd tegen geweld op vrouwen en de bijbehorende nationale actieplannen, het verkleinen van de loonkloof, de gelijke vertegenwoordiging van mannen en vrouwen op de kieslijsten, de invoering van genderquota in de samenstelling van de raden van bestuur van grote ondernemingen, enzovoort.

Dankzij die maatregelen is een reële vooruitgang geboekt, maar desondanks blijft discriminatie op basis van gender bestaan.

Ik heb echter vernomen dat, ten gevolge van de scherpe budgettaire bocht van de regering in het kader van de besparingsmaatregelen die de openbare instellingen treffen, het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen vanaf 1 januari 2017 geen subsidies meer zal kunnen toekennen aan verenigingen die actief zijn op het vlak van gendergelijkheid of aan projecten die als doel hebben gendergelijkheid te verwezenlijken.

Als transversale materie heeft de gelijkheid tussen mannen en vrouwen zowel betrekking op het federale niveau als op dat van de deelstaten. De vraag rijst bijgevolg wat de weerslag zal zijn voor de deelstaten. De leemtes op federaal niveau mogen immers geen weerslag hebben op de deelstaten. Kunt u me meedelen hoeveel het verlies van die subsidies vertegenwoordigt?

Ik heb trouwens vernomen dat de verenigingen die het ergst worden getroffen, de verenigingen zijn die de rechten van transgenders verdedigen. Kunt u die informatie bevestigen? Het verbaast me ten zeerste, aangezien de verbetering van de situatie van de lgbt's een van de prioriteiten van uw algemeen beleid inzake gelijke kansen vormde.

 
Réponse reçue le 30 novembre 2016 : Antwoord ontvangen op 30 november 2016 :

La mise en œuvre de la politique fédérale n’est pas uniquement la mission des politiciens élus et désignés. Dans notre société actuelle, elle est également influencée par les organisations de la société civile. En tant que secrétaire d’État en charge de l’Égalité des chances, je suis consciente de la plus-value qu’apportent les organisations de la société civile dans l’élaboration, le suivi et l’évaluation de ma politique. J’entretiens de bons contacts avec toutes ces organisations.

L’Institut a apporté son soutien à la politique relative à la transsexualité tant sur le plan structurel que sous la forme de petits subsides ponctuels.

Je souhaite toutefois souligner qu’au cours des années écoulées, seul un nombre restreint de demandes a été introduit par des organisations transgenres.

Vous trouverez un aperçu ci-après :

– 2013 : 20 % des dossiers concernaient la thématique transgenre ;

– 2014 : 12 % ;

– 2015 : 10 % ;

– 2016 : 4 %.

Les demandes de petits subsides diminuent donc déjà depuis plusieurs années.

En 2016, j’ai moi-même prévu une subvention de 12 000 euros pour les organisations coupoles transgenres tant néerlandophones que francophones.

De totstandkoming van het federale overheidsbeleid is niet enkel de opdracht van de verkozen en aangestelde politici, maar wordt binnen onze hedendaagse samenleving ook beïnvloed door middenveldorganisaties. Als staatssecretaris voor Gelijke Kansen ben ik me bewust van de meerwaarde die de middenveldsorganisaties hebben bij de uitbouw, opvolging en evaluatie van mijn beleid. Ik onderhoud met al deze organisaties goede contacten.

Zowel op het gebied van structurele ondersteuning als punctuele kleine subsidies heeft het Instituut het beleid rond transseksualiteit ondersteund.

Toch wil ik opmerken dat er de afgelopen jaren slechts een beperkt aantal aanvragen werden ingediend door transgenderorganisaties.

Hieronder vindt u het overzicht :

– 2013 : 20 % van de dossiers zijn transgenderdossiers ;

– 2014 : 12 % ;

– 2015 : 10 % ;

– 2016 : 4 %.

De vraag naar kleine subsidies is dus al jaren dalende.

Zelf heb ik in 2016 een subsidie van 12 000 euro voorzien voor zowel de Nederlandstalige als de Franstalige transgender koepelorganisatie.