SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2012-2013 Zitting 2012-2013
________________
19 avril 2013 19 april 2013
________________
Question écrite n° 5-8803 Schriftelijke vraag nr. 5-8803

de Cécile Thibaut (Ecolo)

van Cécile Thibaut (Ecolo)

au vice-premier ministre et ministre de l'Économie, des Consommateurs et de la Mer du Nord

aan de vice-eersteminister en minister van Economie, Consumenten en Noordzee
________________
Le suivi des pratiques commerciales de sociétés de tiers investisseur dans le secteur des panneaux photovoltaïques De controle van de handelspraktijken van derde investeerders in de sector van de fotovoltaïsche zonnepanelen 
________________
collecteur solaire
réglementation commerciale
crédit à la consommation
protection du consommateur
zonnecollector
handelsregelingen
consumptief krediet
bescherming van de consument
________ ________
19/4/2013Verzending vraag
28/4/2014Einde zittingsperiode
19/4/2013Verzending vraag
28/4/2014Einde zittingsperiode
________ ________
Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-2966 Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-2966
________ ________
Question n° 5-8803 du 19 avril 2013 : (Question posée en français) Vraag nr. 5-8803 d.d. 19 april 2013 : (Vraag gesteld in het Frans)

Fin 2011, le secteur des panneaux photovoltaïques résidentiels a connu un réel essor suite à la perspective de la suppression des primes fédérales et de la modification du régime des certificats verts.

De nombreuses firmes dites de tiers-investisseur ont vu le jour dans ce secteur. Généralement, l'installateur conclut un contrat de vente avec son client qui finance l'installation en contractant un prêt bancaire, bien souvent par le biais d'une banque proche de l'installateur. L'installateur s'engage à rembourser ce prêt grâce à la vente des certificats verts que lui cède le client à un prix contractuellement déterminé, ainsi que a revente de l'énergie produite.

L'avantage théorique pour le client est d'être déchargé de la gestion de ses certificats verts et de bénéficier d'une solution " clé sur porte " incluant le financement de l'installation. Dans les faits, force est de constater que le coût des installations via cette formule est largement supérieur à celui du marché. De plus, malgré l'appellation " tiers-investisseur ", ce n'est pas l'installateur qui finance l'achat mais bien le client, propriétaire du crédit et le seul à être engagé auprès de la banque. Lorsque l'installateur est défaillant, quelle qu'en soit la raison, le client se trouve dès lors obligé de faire face, seul, au remboursement du crédit qu'il n'escomptait pas devoir payer.

L'organisation de défense des consommateurs Test-Achats a souligné qu'elle relève régulièrement des anomalies voir des irrégularités dans ces conventions. Il me revient également qu'une enquête générale aurait été commanditée à ce sujet par les services du SPF Economie.

De telles pratiques ne peuvent être tolérées. Il m'apparaît primordial d'agir concrètement en exerçant un contrôle spécifique de ces sociétés, voir en rédigeant un contrat cadre. Ce contrat cadre aurait pour objectif de garantir le respect de la législation relative à la protection des consommateurs et au crédit à la consommation.

Monsieur le Ministre, pouvez-vous me confirmer qu'une enquête générale est commanditée à ce sujet par les services du SPF Economie ?

Dans l'affirmative, les conclusions sont-elles déjà disponibles ?

Un contrôle spécifique de ces entreprises est-il en cours ou prévu ?

Envisagez-vous de prendre des mesures pour garantir le respect de la législation relative à la protection des consommateurs et au crédit à la consommation ?

Si oui, quelles sont-elles ?

 

Eind 2011 kende de sector van de fotovoltaïsche zonnepanelen een grote groei omdat de opheffing van de federale premies en de wijziging van de regeling van de groenestroomcertificaten was aangekondigd.

Talrijke firma's, zogenaamde derde investeerders, kwamen in die sector tot stand. Meestal sluit de installateur een verkoopscontract af met de klant, die de installatie financiert met een banklening, vaak via een bank dichtbij de installateur. De installateur verbindt er zich toe de lening terug te betalen dankzij de verkoop van de groenestroomcertificaten die de klant aan hem overdraagt tegen een contractueel bepaalde prijs, en met de herverkoop van de geproduceerde energie.

Het theoretisch voordeel voor de klant is dat hij de groenestroomcertificaten niet meer moet beheren en een “sleutel-op-de-deur”-oplossing krijgt, onder andere de financiering van de installatie. In werkelijkheid ligt de kostprijs van de installaties via die formule veel hoger dan de marktprijs. Bovendien is het, ondanks de benaming “derde investeerder”, niet de installateur die de aankoop financiert, maar wel de klant, die de kredietnemer is en die als enige een verbintenis heeft met de bank. Als de installateur failliet gaat, om welke reden ook, moet de klant in zijn eentje de lening terugbetalen, waarop hij niet had gerekend.

De consumentenorganisatie Test-Aankoop heeft onderstreept dat ze regelmatig afwijkingen en zelfs overtredingen van die overeenkomsten vaststelt. Ik heb ook vernomen dat in dat verband een algemeen onderzoek zou zijn bevolen door de diensten van de FOD Economie.

Dergelijke praktijken kunnen niet worden geduld. Het is uiterst belangrijk concreet te reageren door een specifieke controle van die bedrijven te verrichten, of zelfs door een modelcontract op te stellen. Dat modelcontract zou als doel hebben het respect voor de wetgeving betreffende de consumentenbescherming en betreffende het consumentenkrediet te garanderen.

Bevestigt de minister dat de diensten van de FOD Economie de opdracht hebben gegeven een algemeen onderzoek over dat thema uit te voeren?

Zo ja, zijn er al conclusies beschikbaar?

Is er een specifieke controle van die ondernemingen aan de gang of is een dergelijke controle gepland?

Plant de minister maatregelen om de naleving van de wetgeving betreffende de consumentenbescherming en het consumentenkrediet te waarborgen?

Zo ja, welke?