SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2012-2013 Zitting 2012-2013
________________
14 février 2013 14 februari 2013
________________
Question écrite n° 5-8156 Schriftelijke vraag nr. 5-8156

de Nele Lijnen (Open Vld)

van Nele Lijnen (Open Vld)

à la secrétaire d'État à l'Asile et la Migration, à l'Intégration sociale et à la Lutte contre la pauvreté, adjointe à la ministre de la Justice

aan de staatssecretaris voor Asiel en Migratie, Maatschappelijke Integratie en Armoedebestrijding, toegevoegd aan de minister van Justitie
________________
Travail à domicile - Services du ministre ou du secrétaire d'État - Chiffres - Mesures Thuiswerk - Diensten van de minister of staatssecretaris - Cijfers - Maatregelen 
________________
travail à domicile
travail à distance
ministère
statistique officielle
thuiswerk
werk op afstand
ministerie
officiële statistiek
________ ________
14/2/2013Verzending vraag
22/4/2013Antwoord
14/2/2013Verzending vraag
22/4/2013Antwoord
________ ________
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8140
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8141
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8142
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8143
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8144
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8145
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8146
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8147
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8148
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8149
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8150
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8151
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8152
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8153
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8154
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8155
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8157
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8158
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8140
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8141
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8142
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8143
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8144
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8145
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8146
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8147
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8148
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8149
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8150
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8151
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8152
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8153
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8154
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8155
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8157
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8158
________ ________
Question n° 5-8156 du 14 février 2013 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-8156 d.d. 14 februari 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Ces dernières années, les entreprises s'intéressent de plus en plus au travail à domicile (ou télétravail). Le nom le dit lui-même : le travailleur effectue son travail à son domicile et non sur le lieu de travail, ce qui offre des avantages au travailleur et à l'employeur. Le travailleur ne perd pas de temps à se déplacer et ce temps peut être mis à profit pour travailler. Le travailleur peut mieux planifier sa journée : il ou elle peut, par exemple, consacrer une heure de la journée à ses enfants et travailler une heure de plus en soirée. Cette liberté peut engendrer une plus grande motivation et moins de stress chez le travailleur, ce qui peut aboutir à de meilleurs résultats et davantage de créativité. Moins de déplacements et de consommation (par exemple d'électricité) au travail est positif pour l'environnement et signifie moins de frais pour l'employeur. Selon le site web, 2 506 personnes ont participé à la Journée nationale du télétravail de 2012. Le SPF Sécurité sociale et le SPF Chancellerie du premier ministre figurent dans la liste des participants.

Un argument que l'on peut opposer au télétravail est la non-présence physique de la personne sur le lieu de travail. Les techniques modernes permettent cependant de résoudre ce problème. Des vidéoconférences avec différents partenaires peuvent être organisées par le biais de programmes de chat et de videochat ( Skype par exemple). Les services de Cloud computing (par exemple Dropbox) permettent de stocker des fichiers via internet de sorte qu'ils sont partout disponibles online en toute sécurité.

Je souhaite poser les questions suivantes sur ce sujet :

1. Le télétravail prend-il de l'ampleur dans vos services ? Disposez-vous de chiffres à ce sujet et, dans l'affirmative, pouvez-vous les communiquer ? Pouvez-vous dresser un état des lieux du télétravail pour les cinq dernières années ? Dans la négative, estimez-vous utile de rassembler à l'avenir des chiffres à ce sujet ?

2. Le télétravail est-il encouragé auprès de vos collaborateurs ? Pourquoi oui/non ?

3. Le télétravail représente-t-il une économie pour vos services ? Disposez-vous de chiffres à ce sujet ?

4. Des initiatives ont-elles déjà été prises dans vos services pour promouvoir le télétravail ? Dans l'affirmative, pouvez-vous expliquer cela ? Dans la négative, pourquoi pas ?

5. Comptez-vous prendre à l'avenir des initiatives à ce sujet ? Pourquoi oui/non ?

6. Si la personne travaille à domicile, utilise-t-on des programmes, par exemple, de vidéo-chat ou de cloud computing ? Les travailleurs reçoivent-ils une formation pour utiliser ces programmes correctement et en toute sécurité, ou compte-t-on sur l'auto-formation ?

7. À votre avis, outre ceux qui sont cités dans l'exposé, quels autres avantages le télétravail procure-t-il à vos collaborateurs ?

 

De jongste jaren is er in het bedrijfsleven steeds meer aandacht voor thuiswerken (of telewerken). De naam zegt het zelf: de werknemer werkt van thuis uit in plaats van op het werk. Dat levert voordelen op voor de werknemer en de werkgever. De werknemer verliest geen tijd met pendelen, tijd die kan worden gebruikt om te werken. De werknemer kan zijn dag beter plannen: hij of zij kan bijvoorbeeld overdag een uur uittrekken voor de kinderen, en 's avonds nog een uurtje werken. Die vrijheid kan resulteren in een grotere motivatie en minder stress bij de werknemer, wat dan weer betere resultaten en creativiteit tot gevolg kan hebben. Minder verplaatsingen en verbruik op het werk (bijvoorbeeld elektriciteit) is positief voor het milieu en betekent minder kosten voor de werkgever. Aan de Nationale Thuiswerkdag van 2012 namen volgens de website 2506 mensen deel. Ook de FOD Sociale Zekerheid en de FOD Kanselarij van de Eerste minister staan in de lijst van deelnemers.

Een argument tegen thuiswerken is dat de werknemer vanzelfsprekend niet fysiek aanwezig is op de werkvloer. Moderne technieken laten echter toe om dit te overbruggen. Via chat- en videochatprogramma's (bijvoorbeeld Skype) kunnen videoconferenties met verschillende partners worden gevoerd. Cloud computing services (bijvoorbeeld Dropbox) laten toe om bestanden via het internet op te slaan zodat ze online overal veilig beschikbaar zijn.

Graag had ik enkele vragen gesteld over dit thema:

1. Is er bij uw diensten sprake van een toename van het thuiswerk? Heeft u hierover ook cijfers, en indien ja, kan u die meedelen? Kan u het thuiswerk opdelen voor de jongste 5 jaren? Zo niet, acht u het nuttig om hier in de toekomst cijfers over bij te houden?

2. Wordt thuiswerk aangemoedigd ten aanzien van uw medewerkers? Waarom wel/niet?

3. Weet u of thuiswerken een kostenbesparing voor uw diensten betekent? Heeft u hier cijfers over?

4. Zijn er bij uw diensten al initiatieven genomen om thuiswerk te promoten? Zo ja, kan u dit toelichten? Zo neen, waarom niet?

5. Bent u van plan om in de toekomst hieromtrent initiatieven te nemen? Waarom wel/niet?

6. Wordt er, indien de werknemer thuis werkt, gebruik gemaakt van programma's om bijvoorbeeld te videochatten of voor cloud computing? Krijgen werknemers een opleiding om die programma's correct en veilig te gebruiken, of wordt hierin zelfstandigheid verwacht?

7. Welke andere voordelen, buiten die aangehaald in de toelichting, levert thuiswerken volgens u op voor uw medewerker?

 
Réponse reçue le 22 avril 2013 : Antwoord ontvangen op 22 april 2013 :

L’honorable membre trouvera ci-après la réponse à ses questions.

Depuis novembre 2006, il existe un cadre légal en matière de télétravail (A.R. du 22 novembre 2006) qui s’applique à tous les membres du personnel des services publics fédéraux. Deux types de télétravail sont possibles.

Le premier est le « télétravail régulier ». Un système informatique sécurisé permet aux télétravailleurs d’opérer dans le même environnement virtuel que les agents présents sur le lieu de travail. Comme le suggère le terme, ce type de télétravail est effectué sur une base régulière, à savoir un ou deux jours maximum par semaine.

Le second type de télétravail est le « télétravail occasionnel ». Il se distingue principalement du télétravail régulier par le fait qu’il ne peut être pratiqué que sur une base non régulière et dans des circonstances exceptionnelles. Il peut s’agir de problèmes qui peuvent affecter les transports en commun, de situations dans lesquelles la présence sur le lieu de travail peut entraîner certains risques (par exemple en cas de pandémie) ou de l’exécution de tâches bien définies. En outre, aucun matériel n’est mis à la disposition des télétravailleurs occasionnels, ils n’ont pas accès au réseau interne et leurs frais ne sont pas remboursés.

Office des Étrangers (OE)

  1. Je ne peux pas vous donner les chiffres des cinq années précédentes. Des statistiques ne sont tenus que depuis 2012. En 2012, trente-quatre agents ont un contrat de télétravail de un ou de deux jours et 800 jours de télétravail occasionnel ont été prestés.

  2. Pour l’instant, une majorité d’agents ne peuvent l’exercer vu l’impossibilité de consulter le programme Evibel à distance et pour des raisons de sécurité. Les agents des services n’utilisant pas ce logiciel peuvent prétendre à un contrat de télétravail (un ou deux jours par semaine). Ces agents font principalement partie des services logistiques (Traduction, P&O, etc.) ou des services d’appui tels que le bureau d’études, les relations internationales.

  3. A ce stade, nous ne possédons pas d’estimation des montants épargnés.

  4. Non, voir 2).

  5. A long terme, il est dans l’intention de la Direction d’inclure la fonctionnalité de travailler dans le système à distance.

  6. Pour l’instant, ces programmes ne sont pas encore utilisés.

  7. Les agents qui effectuent du télétravail nous font part d’une plus grande vitesse d’exécution dans leurs tâches. Ils se disent plus concentrés que lors de leur travail en open space. Du point de vue de l’employeur, le télétravail permettra de faire des économies d’espace et donc de loyer, s’il est lié à du desk sharing.

Commissariat général aux réfugiés et aux Apatrides (CGRA)

1. Le nombre de télétravailleurs au CGRA ne cesse d’augmenter.

a. En 2012, le CGRA comptait 182 télétravailleurs réguliers (sur un total de 529 collaborateurs), qui ont travaillé chez eux, en tout, 7 041 jours. En 2011, ils étaient 122;

b. En 2012, de nombreux collaborateurs (quarant-et-un par mois, en moyenne) ont presté en tout 678,5 jours de télétravail occasionnel. Le télétravail occasionnel répond à des besoins provisoires ou à des problèmes externes et permet de mieux garantir la continuité du travail. En 2011, une moyenne de trente collaborateurs ont presté en tout 453 jours de télétravail occasionnel.

2. et 7. Oui. Le télétravail s’inscrit dans la stratégie du CGRA pour responsabiliser davantage les membres du personnel et les faire travailler dans une perspective plus orientée vers les résultats. La plus-value du télétravail (qu’il soit régulier ou occasionnel) pour le CGRA est indiscutable. Les télétravailleurs vivent le télétravail comme une alternative efficace aux conditions de travail traditionnelles. Télétravailler signifie une autre manière de travailler, plus orientée vers les résultats et répondant mieux aux besoins d’aujourd’hui. Les principaux avantages du télétravail sont : une plus grande harmonie de la vie privée et professionnelle; moins de distractions; un environnement de travail moins stressant et plus confortable; et une plus grande productivité. Plus même : le télétravail aurait également un impact positif sur la collégialité et l’engagement, dans la mesure où un télétravailleur répondra positivement à la confiance qui lui est accordée.

3. Bien entendu, notamment l’économie d’espace de bureaux. En avril 2011, le CGRA a lancé le desksharing (il s’agit d’une forme d’innovation, qui consiste pour plusieurs collaborateurs à partager un même poste de travail). Initialement, vingt télétravailleurs étaient concernés. En 2012, ils étaient vingt-cinq. Ces télétravailleurs occupent ce que l’on appelle des «  îlots » dans un bureau paysagé équipé d’un mobilier adapté. Dans ce contexte, six télétravailleurs partagent quatre emplacements. Les télétravailleurs concernés par ce système le vivent positivement. L’application du desksharing doit encore être étendue.

4. La possibilité d’effectuer du télétravail est communiquée de différentes manières via l’intranet du Service public fédéral (SPF) :

  1. Il existe un FAQ détaillé ainsi que des conseils sur la manière d’introduire au mieux une demande de télétravail.

  2. Une brochure a été rédigée pour les télétravailleurs.

  3. Une série de conseils sont donnés pour les chefs des télétravailleurs.

  4. Une auto-évaluation est disponible pour les membres du personnel intéressés. Par le biais d’une série de questions, il leur est clairement indiqué ce dont ils doivent tenir compte dans le cadre du télétravail. Ces questions les aident également à déterminer si le télétravail leur convient.

  5. Les documents permettant d’introduire une demande de télétravail sont consultables en ligne.

5. Aucune nouvelle initiative n’est prévue. Les informations communiquées sur l’intranet sont claires et accessibles.

6. Non.

Conseil du Contentieux des Étrangers (CCE)

1. Le nombre de télétravailleurs réguliers au Conseil du Contentieux des Étrangers a augmenté au cours des quatre dernières années.

  • En 2009 : 29 télétravailleurs

  • En 2010 : 87 télétravailleurs

  • En 2011 : 108 télétravailleurs

  • En 2012 : 127 télétravailleurs

2. et 4. Le télétravail est encouragé auprès des collaborateurs du Conseil. Le Conseil offre, deux fois par année, la possibilité aux attachés ayant dix mois d’ancienneté de service et travaillant à temps plein d’introduire leur candidature pour effectuer du télétravail régulier à concurrence d’un jour par semaine.

Depuis janvier 2013, au sein du greffe du conseil, un tour de rôle est organisé afin de permettre chaque semaine à quatre assistants administratifs de greffe d’effectuer une journée de télétravail.

Le Conseil voit dans le télétravail les avantages suivants : une augmentation de la motivation des employés (reconnaissance par la hiérarchie de la qualité du travail accompli et signe de la confiance placée dans les collaborateurs) ; une augmentation de la concentration (ce qui favorise la réflexion juridique), un incentive pour maintenir les collaborateurs qualifiés en service ; un moyen d’assurer la continuité du service lors de grèves des transports publics ; un moyen pour diminuer le nombre de travailleurs par bureau.

3. Le Conseil ne dispose pas de chiffres qui démontrent que le télétravail signifie une économie de frais pour son fonctionnement.

5. À l’avenir, les systèmes mis en place pour les attachés et les assistants administratifs du greffe seront poursuivis.

6. Des logiciels de videochat ou de cloud computing ne sont pas utilisés. Néanmoins, les collaborateurs peuvent se connecter au réseau, de sorte que les fichiers peuvent être créés ou édités tant à la maison qu’au travail.

7. Le télétravail augmente la motivation des employés. Il est perçu comme un signe de reconnaissance, par la hiérarchie, de la qualité du travail accompli et de la confiance placée dans le membre du personnel. Il permet au collaborateur de travailler au calme, ce qui favorise la réflexion juridique.

Agence fédérale pour l’accueil des demandeurs d’asile (FEDASIL)l

La mission de l’Agence, l’accueil des demandeurs d'asile, exige de la plupart du personnel une présence quotidienne dans le centre d’accueil. Le personnel occupé au siège central de l’Agence pourrait principalement entrer en compte pour faire du télétravail. A ce stade on n’a pas encore entamé un projet de télétravail structuré. Fedasil permet par contre, de manière spécifique, à certains collaborateurs de travailler à domicile.

Service public de programmation (SPP) Intégration Sociale

1. Il n’existe pas de chiffres pour les cinq dernières années.

Pour 2012, le SPP Intégration sociale dispose des chiffres suivants :

  • Le nombre total de jours de télétravail s’élève à 875.

  • Les télétravailleurs étaient au nombre de 3,5 par jour, soit 2 % du nombre total de collaborateurs, à savoir 160.

Ces chiffres ne comprennent pas 12 télétravailleurs mobiles, c’est-à-dire les collaborateurs pour qui la mobilité fait nécessairement partie de la fonction.

Les chiffres seront constamment enregistrés à l’avenir.

2. Le télétravail est encouragé auprès des collaborateurs. À l’heure actuelle, les collaborateurs peuvent travailler occasionnellement à domicile: lorsque les circonstances les empêchent de se rendre sur leur lieu de travail normal ou lorsqu’il n’est pas nécessaire ou souhaitable de se rendre sur le lieu de travail en raison de tâches spécifiques.

Le SPP Intégration sociale s’engage également dans le programme Optifed ‘Nouvelle façon de travailler’ au travers d’un projet du même nom au sein de l’organisation. Le SPP Intégration sociale souhaite de cette manière introduire une nouvelle façon de travailler dont les lignes de force sont le travail à domicile et un lieu de travail flexible.

3. À l’heure actuelle, le télétravail n’implique pas encore d’économies significatives pour le SPP Intégration sociale.

Au terme du projet « Nouvelle façon de travailler », nous pourrions obtenir une diminution des charges de loyer parce que moins de collaborateurs sont présents en même temps.

4. Depuis le 26 mai 2008, il est possible de travailler occasionnellement à domicile. Cette possibilité a été communiquée aux collaborateurs à plusieurs reprises.

Depuis février 2010, les ordinateurs de bureau sont remplacés par des ordinateurs portables en cas de panne.

Depuis octobre 2012, un projet pilote est en cours au service Human Resources Management (HRM): tous les collaborateurs de ce service disposent d’un ordinateur portable et la possibilité leur est offerte de travailler à domicile un à deux jours par semaine.

5. Le SPP Intégration sociale prévoit de prendre des initiatives à l’avenir pour promouvoir davantage le télétravail dans le cadre du projet « Nouvelle façon de travailler »

6. À l’heure actuelle, le SPP IS n’utilise pas encore de programmes pour le chat vidéo ou le cloud computing. En revanche, le SPP IS utilise beConnected, une plateforme électronique pour la collaboration et la gestion de documents. Les collaborateurs du SPP Intégration sociale reçoivent une formation détaillée pour pouvoir utiliser cette plateforme correctement et en toute sécurité.

Les collaborateurs du SPP Intégration sociale qui disposent déjà d’un ordinateur portable de l’organisation peuvent se connecter par Virtual Private Network (VPN) au réseau de l’organisation lorsqu’ils télétravaillent. Ce système leur offre également la possibilité d’utiliser à domicile les programmes qui font appel à des données stockées sur le réseau du SPP Intégration sociale.

7. Outre les avantages cités dans les explications, la combinaison du télétravail et d’un lieu de travail flexible permet d’offrir un environnement de travail agréable et de qualité, associé à une utilisation efficiente des espaces de bureau.

Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op haar vragen.

Sinds november 2006 bestaat een wettelijk kader (koninklijk besluit van 22 november 2006) dat van toepassing is op alle personeelsleden van de federale overheidsdiensten. Er zijn twee vormen van telewerk mogelijk.

De eerste vorm van telewerk is het zogenaamde “regulier telewerk”. Door gebruik te maken van een goed beveiligd informaticasysteem werken de telewerkers in dezelfde virtuele werkomgeving als de medewerkers die op de werkvloer aanwezig zijn. Zoals het woord zelf suggereert kan men dit type telewerk op regelmatige basis verrichten, namelijk één tot maximum twee dagen per week.

De tweede vorm van telewerk is het zogenaamde “occasioneel telewerk”. Het belangrijkste verschil met regulier telewerk is dat de occasionele telewerker op een niet regelmatige basis en slechts in uitzonderlijke omstandigheden kan telewerken. Uitzonderlijke omstandigheden zijn problemen met het openbaar vervoer, situaties waarin de aanwezigheid op de werkvloer bepaalde risico’s met zich kan meebrengen (bijvoorbeeld pandemie) of voor bepaalde welomschreven opdrachten. Verder wordt aan deze telewerkers geen materiaal ter beschikking gesteld, hebben ze geen toegang tot het netwerk en kunnen zij geen kosten inbrengen.

Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ)

  1. Ik kan u geen cijfers voor de vijf voorgaande jaren geven. Sinds 2012 worden statistieken bijgehouden. In 2012 hadden vierendertig ambtenaren een contract om een of twee dagen thuis te werken en werden 800 dagen occasioneel thuiswerk gepresteerd.

  2. Op dit moment kan een meerderheid van de ambtenaren dit niet uitoefenen wegens de onmogelijkheid om het programma Evibel op afstand te raadplegen en om veiligheidsredenen. De ambtenaren die deze software niet gebruiken, kunnen aanspraak maken op een contract voor thuiswerk (een of twee dagen per week). Deze ambtenaren behoren vooral tot de logistieke diensten (Vertaaldienst, P&O, enz.) of de ondersteunende diensten zoals het Studiebureau, het Bureau Internationale Betrekkingen.

  3. Op dit moment beschikken wij niet over een raming van de uitgespaarde bedragen.

  4. Neen, zie 2).

  5. Op lange termijn is het de bedoeling van de Directie de functionele mogelijkheid werken op afstand op te nemen.

  6. Op dit ogenblik worden die programma’s nog niet gebruikt.

  7. De ambtenaren die thuiswerken melden ons dat zij hun taken sneller kunnen uitvoeren. Zij zeggen zich beter te kunnen concentreren dan bij hun werk in open space. Uit het oogpunt van de werkgever maakt thuiswerk het mogelijk ruimte te besparen, en dus huur, als het werk wordt uitgevoerd in desk sharing.

Commissariaat-generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen (CGVS)

1. Het aantal telewerkers op het CGVS blijft stijgen.

a. In 2012 telde het CGVS 182 reguliere telewerkers (op een totaal van 529 medewerkers), die in totaal 7 041 dagen thuis hebben gewerkt. In 2011 waren dit er 122

b. In 2012 verrichtten tal van medewerkers (per maand gemiddeld eenenveertig) in totaal 678,5 dagen occasioneel telewerk. Occasioneel telewerk speelt in op de tijdelijke behoeften of externe problemen waardoor de continuïteit van het werk beter wordt gegarandeerd. In 2011 verrichten gemiddeld dertig medewerkers in totaal 453 dagen occasioneel telewerk.

2. en 7. Ja. Telewerk past in de strategie van het CGVS om personeelsleden meer te responsabiliseren en meer resultaatgericht te laten werken. De meerwaarde van telewerk (hetzij regulier hetzij occasioneel) staat voor het CGVS buiten kijf. De telewerkers ervaren telewerk als een aangenaam en efficiënt alternatief voor de traditionele werksituatie. Telewerken betekent een andere manier van werken die meer resultaatgericht is en beter beantwoordt aan de behoeften van vandaag. De grootste voordelen van telewerk zijn een betere afstemming van het professionele en privéleven, weinig afleiding, een meer ontspannen en comfortabele werkomgeving en een hogere productiviteit. Meer zelfs, telewerk zou ook een positieve impact hebben op de collegialiteit en de betrokkenheid omdat een telewerker een positief antwoord wil geven op het vertrouwen dat in hem wordt gesteld.

3. Uiteraard, onder andere besparing van kantoorruimte. In april 2011 startte het CGVS met desksharing (desksharing is een vorm van werkplekinnovatie waarbij verschillende medewerkers eenzelfde werkplek delen). Aanvankelijk werden er twintig telewerkers betrokken. In 2012 waren dit er vijfentwintig. Deze telewerkers werken in zogenaamde eilanden in een landschapsbureau met aangepast meubilair. zes telewerkers delen daarbij vier plaatsen. De telewerkers die betrokken zijn in dit systeem ervaren dit als positief. De toepassing van desksharing zal pas uitgebreid worden.

4. De mogelijkheid om aan telewerk te doen wordt op verschillende wijze gecommuniceerd, via het intranet van de Federale Overheidsdienst (FOD):

  1. Er is een uitgebreide Question and Answer lijst, ook met tips over hoe best een aanvraag tot telewerk in te dienen.

  2. Er is een handleiding voor telewerkers.

  3. Er bestaan een reeks van tips voor leidinggevenden van telewerkers.

  4. Er is een zelfevaluatie voor geïnteresseerde personeelsleden, via een aantal vragen wordt hen duidelijk gemaakt waarmee ze in het kader van telewerk moeten rekening houden en kunnen zij beter voor zichzelf uitmaken of telewerk een goede keuze is.

  5. De documenten om een telewerkaanvraag te doen zijn online consulteerbaar.

5. Er zijn geen bijkomende initiatieven voorzien. De informatie op het intranet is duidelijk en toegankelijk.

6. Neen.

Raad voor Vreemdelingenbetwistingen (RVV)

1. Bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen is het aantal reguliere telewerkers toegenomen gedurende de laatste vier jaar.

  • In 2009: 29 telewerkers

  • In 2010: 87 telewerkers

  • In 2011: 108 telewerkers

  • In 2012: 127 telewerkers

2. en 4. Thuiswerk wordt aangemoedigd ten aanzien van de medewerkers van de Raad. De Raad biedt de voltijdse attachés met tien maanden dienstanciënniteit tweemaal per jaar de mogelijkheid om hun kandidatuur in te dienen om één dag per week regulier telewerk te doen.

Sinds januari 2013 wordt er bij de griffie van de Raad een beurtrol georganiseerd om elke week vier administratief assistenten bij de griffie de mogelijkheid te bieden een dag telewerk te doen.

De Raad ziet in telewerk de volgende voordelen: een toename van de motivatie van de werknemers (erkenning, door de hiërarchie, van de kwaliteit van het geleverde werk en een teken van vertrouwen in de medewerkers); een toename van de concentratie (hetgeen de juridische reflectie bevordert), een “incentive” om gekwalificeerde medewerkers in dienst te houden; een middel om de continuïteit van de dienst te verzekeren bij stakingen van het openbaar vervoer; een middel om het aantal werknemers per bureau te verminderen.

3. De Raad beschikt niet over cijfers die aantonen dat thuiswerken een kostenbesparing betekent voor zijn werking.

5. In de toekomst zullen de systemen die voor de attachés en de administratief assistenten van de griffie werden ingevoerd, worden voortgezet.

6. Er worden geen programma’s gebruikt zoals videochat of cloud computing. De medewerkers kunnen wel inloggen in het netwerk zodat de bestanden zowel thuis als op het werk kunnen aangemaakt of bewerkt worden.

7. Telewerk verhoogt de motivatie van de werknemers. Het wordt ervaren als een teken van erkenning, door de hiërarchie, van de kwaliteit van het geleverde werk en van het vertrouwen dat in het personeelslid wordt gesteld. Het biedt de medewerker de mogelijkheid om rustig te werken, hetgeen de juridische reflectie bevordert.

Federaal Agentschap voor opvang van asielzoekers (FEDASIL)

De missie van het Agentschap, de opvang van asielzoekers, vereist dat het merendeel van het personeel dagelijks aanwezig is in het opvangcentrum. Het personeel dat werkzaam is op de hoofdzetel zou in principe in aanmerking kunnen komen voor telewerk. Op dit moment is er nog geen telewerk-project opgestart. Fedasil laat haar personeelsleden daarentegen wel sporadisch toe om van thuis uit werken.

Programmatorische Overheidsdienst (POD) Maatschappelijke Integratie

1. Er zijn geen cijfers voor de laatste vijf jaren.

Voor 2012 beschikt de POD Maatschappelijke Integratie over volgende cijfers:

  • Er werd in totaal 875 dagen aan thuiswerk gedaan.

  • Er waren gemiddeld 3,5 thuiswerkers per dag, hetzij 2 % van het totaal aantal medewerkers, namelijk 160.

Deze cijfers zijn exclusief twaalf mobiele telewerkers, dat wil zeggen deze medewerkers voor wie mobiliteit noodzakelijk deel uitmaakt van de functie.

In de toekomst zullen cijfers blijvend bijgehouden worden.

2. Thuiswerk wordt aangemoedigd bij de medewerkers. Op heden is het voor de medewerkers mogelijk om occasioneel thuis te werken: indien omstandigheden hen verhinderen om zich naar de normale werkplek te begeven of indien het omwille van bepaalde taken niet noodzakelijk of niet wenselijk is om zich naar de werkplek te begeven.

De POD Maatschappelijke Integratie engageert zich ook in de Optifed cluster “Het Nieuwe Werken” via een gelijknamig project binnen de organisatie. De POD Maatschappelijke integratie wil zo een nieuwe manier van werken introduceren met als krachtlijnen het thuiswerk en een flexibele werkplek.

3. Op heden betekent thuiswerken nog geen significante kostenbesparing voor de POD Maatschappelijke Integratie.

Na voltooiing van het project “Het Nieuwe Werken” zou een vermindering van de huurlasten kunnen bekomen worden omdat er minder medewerkers tegelijkertijd aanwezig zijn.

4. Sinds 26 mei 2008 is het mogelijk om occasioneel thuis te werken. Dit werd herhaaldelijk gecommuniceerd aan de medewerkers.

Sinds februari 2010 worden vaste computertoestellen bij defect vervangen door draagbare computers.

Sinds oktober 2012 loopt er een proefproject bij de dienst Human Resources Management (HRM) waarbij alle medewerkers van die dienst beschikken over een laptop en de mogelijkheid geboden wordt om één à twee dagen per week thuis te werken.

5. De POD Maatschappelijke Integratie plant om in de toekomst initiatieven te nemen om thuiswerk verder te promoten en dit in het kader van het project “Het Nieuwe Werken”.

6. Er wordt op dit moment nog geen gebruik gemaakt van programma’s om te videochatten of voor cloud computing. Er wordt wel gebruik gemaakt van beConnected, een elektronisch platform voor samenwerking en documentbeheer. De medewerkers van de POD Maatschappelijke Integratie krijgen uitgebreid opleiding om dit platform correct en veilig te gebruiken.

De medewerkers van de POD Maatschappelijke Integratie die reeds over een laptop van de organisatie beschikken, kunnen bij thuiswerk via Virtual Private Network (VPN) een verbinding maken met het netwerk van de organisatie. Dit biedt hen ook de mogelijkheid om thuis die programma’s te gebruiken die beroep doen op gegevens op het netwerk van de POD Maatschappelijke Integratie.

7. De combinatie van thuiswerk met een flexibele werkplek, biedt bovenop de voordelen aangehaald in de toelichting, de mogelijkheid om een aangename en kwaliteitsvolle werkomgeving aan te bieden in combinatie met een efficiënt gebruik van de kantoorruimtes.