SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2012-2013 Zitting 2012-2013
________________
23 janvier 2013 23 januari 2013
________________
Question écrite n° 5-7960 Schriftelijke vraag nr. 5-7960

de Cécile Thibaut (Ecolo)

van Cécile Thibaut (Ecolo)

à la vice-première ministre et ministre des Affaires sociales et de la Santé publique, chargée de Beliris et des Institutions culturelles fédérales

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Beliris en de Federale Culturele Instellingen
________________
La déclaration anticipée d'euthanasie De wilsverklaring inzake euthanasie 
________________
euthanasie
euthanasie
________ ________
23/1/2013Verzending vraag
21/2/2013Antwoord
23/1/2013Verzending vraag
21/2/2013Antwoord
________ ________
Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-2549 Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-2549
________ ________
Question n° 5-7960 du 23 janvier 2013 : (Question posée en français) Vraag nr. 5-7960 d.d. 23 januari 2013 : (Vraag gesteld in het Frans)

Notre législation a admis l'acte euthanasique par une loi du 28 mai 2002, complété par la loi du 22 août 2002 relative aux droits du patient. Pour pouvoir prétendre à l'euthanasie, le patient doit être majeur ou mineur émancipé, être capable et conscient au moment de sa demande, effectuer une demande volontaire, réfléchie et répétée, sans résulter d'une pression extérieure et se trouver dans une situation médicale sans issue et faire état d'une souffrance physique ou psychique constante et insupportable.

Afin de pouvoir respecter la volonté du patient incapable ou inconscient, la loi permet de tenir compte d'une déclaration anticipée. Pour que celle-ci soit valable, la loi prévoit qu'elle soit rédigée moins de 5 ans avant le début de l'impossibilité de manifester sa volonté.

La commission fédérale de contrôle et d'évaluation de l'euthanasie a publié cet été son cinquième rapport aux chambres législatives. Dans celui-ci, la commission fait part de différentes recommandations.

Je souhaite revenir Madame la Ministre, sur deux recommandations de ce rapport relatives à la demande anticipée d'euthanasie. En effet, sur 1133 euthanasies pratiquées en 2011 seulement 25 sont pratiquées sur base d'une déclaration anticipée. La commission fédérale réitère donc son souhait exprimé dans les rapports antérieurs d'une brochure d'information destinée au public. La commission précise qu' " outre les clarifications utiles pour le public concernant le champ d'application de la loi, ce document devrait attirer l'attention sur l'importance de la déclaration anticipée d'euthanasie pour les cas d'inconscience irréversible où les décisions médicales sont particulièrement difficiles à prendre. "

Ce nombre reste particulièrement faible également en raison du caractère lourd des démarches à entreprendre actuellement pour renouveler la déclaration anticipée. Les membres de la commission fédérale estiment majoritairement que la procédure de renouvellement de la déclaration telle qu'elle est définie par l'A.R du 2 avril 2003 " est inutilement lourde et devrait être remplacée par un simple écrit du déclarant ".

Madame la Ministre, envisagez-vous de revoir la procédure relative à la demande anticipée d'euthanasie ?

Dans l'affirmative, une simplification du renouvellement de la déclaration anticipée est-elle envisagée ?

Est-il dans votre intention d'éditer une brochure d'information relative à la procédure de demande anticipée d'euthanasie ?

 

Euthanasie is wettelijk toegestaan krachtens de wet van 28 mei 2002, aangevuld met de wet van 22 augustus 2002 betreffende de rechten van de patiënt. Om aanspraak te kunnen maken op euthanasie moet de patiënt een meerderjarige of een ontvoogde minderjarige zijn die handelingsbekwaam en bewust is op het ogenblik van zijn verzoek; moet het verzoek vrijwillig, overwogen en herhaald zijn en niet tot stand zijn gekomen als gevolg van enige externe druk; en moet de patiënt zich in een medisch uitzichtloze toestand bevinden van aanhoudend en ondraaglijk fysiek of psychisch lijden.

Teneinde de wil van de handelingsonbekwame of onbewuste patiënt te respecteren, maakt de wet het mogelijk gebruik te maken van een wilsverklaring. Daarmee kan alleen rekening gehouden worden indien zij minder dan vijf jaar vóór het moment waarop betrokkene zijn wil niet meer kan uiten, is opgesteld of bevestigd.

De Federale Controle- en Evaluatiecommissie heeft afgelopen zomer haar vijfde verslag gepubliceerd voor de wetgevende kamers. Daarin doet de commissie verschillende aanbevelingen.

Ik wil ingaan op twee aanbevelingen in het verslag met betrekking tot de wilsverklaring inzake euthanasie. Op 1133 uitgevoerde gevallen van euthanasie in 2011 werden slechts 25 uitgevoerd op basis van een wilsverklaring. Net zoals in de vorige verslagen pleit de commissie ook nu nog voor een informatiebrochure bestemd voor het publiek. Naast de nodige verduidelijkingen voor het publiek met betrekking tot het toepassingsgebied van de wet, zou dit document de aandacht moeten vestigen op het belang van de wilsverklaring in situaties van onomkeerbaar bewustzijnsverlies, waarbij het bijzonder moeilijk is om medische beslissingen te nemen.

Het aantal wilsverklaringen blijft bijzonder laag. Dat is mede te wijten aan het feit dat het ingewikkeld is de verklaring te herbevestigen. De leden van de Federale Controle- en Evaluatiecommissie zijn van mening dat de wijze waarop de wilsverklaring moet worden herbevestigd, zoals bepaald door het koninklijk besluit van 2 april 2003, onnodig zwaar is en dat die procedure zou moeten worden vervangen door een eenvoudig geschrift van de aangever.

Is de minister van plan de procedure met betrekking tot de wilsverklaring inzake euthanasie te herzien?

Zo ja, is een vereenvoudiging van de herbevestiging van de wilsverklaring gepland?

Is de minister van plan om een informatiebrochure op te stellen met betrekking tot de procedure voor de wilsverklaring inzake euthanasie?

 
Réponse reçue le 21 février 2013 : Antwoord ontvangen op 21 februari 2013 :

L’allégement de la procédure de renouvellement de la déclaration anticipée d’euthanasie est en effet une question examinée actuellement par mes services mais devra également faire l’objet d’un débat au Parlement. Pour ce faire, il y aura lieu de modifier d’une part la loi du 28 mai 2002 et, d’autre part, l’arrêté royal du 27 avril 2007, lequel règle la façon dont la déclaration anticipée en matière d'euthanasie est enregistrée et est communiquée via les services du Registre national aux médecins concernés. Pour votre parfaite information, le nombre de déclarations anticipées enregistrées dans la base de données du Service public fédéral (SPF) Santé publique s’élève à 12.202 pour l’année 2011. Du reste, l’information, dans ce type de matière, est primordiale. Dans les limites budgétaires autorisées, j’analyserai, avec mon administration, la manière la plus opportune d’informer les citoyens concernant la loi de 2002 relative à l’euthanasie dans son ensemble et sur la déclaration anticipée en particulier.

Mijn diensten onderzoeken momenteel inderdaad de verlichting van de procedure voor de hernieuwing van de wilsverklaring inzake euthanasie, waarover ook uw vergadering zal moeten debatteren.Daartoe zal enerzijds de wet van 28 mei 2002 en anderzijds het koninklijk besluit van 27 april 2007 moeten worden gewijzigd. Dat besluit regelt de wijze waarop de wilsverklaring inzake euthanasie wordt geregistreerd en via de diensten van het Rijksregister aan de betrokken artsen wordt meegedeeld. Volledigheidshalve deel ik u mee dat er voor 2011 12.202 wilsverklaringen in de gegevensbank van de Federale Overheidsdienst (FOD) Volksgezondheid werden geregistreerd. Voor het overige komt in dergelijke zaken de informatie op de eerste plaats. Met mijn administratie zal ik, binnen de toegestane budgettaire beperkingen, onderzoeken hoe de burgers het beste worden ingelicht over de euthanasiewet van 2002 in haar geheel en over de wilsverklaring in het bijzonder.