SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2011-2012 Zitting 2011-2012
________________
18 janvier 2012 18 januari 2012
________________
Question écrite n° 5-5310 Schriftelijke vraag nr. 5-5310

de Guido De Padt (Open Vld)

van Guido De Padt (Open Vld)

à la ministre de la Justice

aan de minister van Justitie
________________
Pompiers - Infractions - En route pour la caserne - Politique des poursuites Brandweerlieden - Overtredingen - Op weg naar kazerne - Vervolgingsbeleid 
________________
lutte anti-incendie
infraction au code de la route
brandbestrijding
overtreding van het verkeersreglement
________ ________
18/1/2012Verzending vraag
18/2/2013Antwoord
18/1/2012Verzending vraag
18/2/2013Antwoord
________ ________
Question n° 5-5310 du 18 janvier 2012 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-5310 d.d. 18 januari 2012 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

En réponse à ma question écrite antérieure, n° 4-276 du 26 juin 2008 à la Chambre sur la problématique des infractions au code de la route commises par les pompiers qui se rendent à leur caserne après un appel d'urgence, le ministre de l'Intérieur de l'époque avait déclaré que dans certaines communes, des accords sont conclus avec les procureurs du Roi compétents pour, moyennant présentation des justificatifs requis, adapter la politique des poursuites dans le cas de pompiers volontaires qui se rendent à la caserne pour un appel urgent. Ce système pourrait, selon lui, être appliqué dans toute la Belgique. Mais c’est le ministre de la Justice, qui arrête les directives de politique criminelle, y compris en matière de politique de recherche et de poursuites après avoir pris l’avis du Collège des procureurs généraux.

Dans ce cadre, j'aimerais obtenir une réponse aux questions suivantes :

1) La ministre dispose-t-elle, pour la période 2008-2011, de chiffres relatifs au nombre d'infractions au code de la route commises par des pompiers qui se rendent à leur caserne après un appel d'urgence et connaît-elle les suites qui y ont été données, y compris la motivation des décisions ?

2) Quelles sont les communes, ainsi que leur nombre, où des accords ont été conclus avec les procureurs du Roi compétents pour, moyennant présentation des justificatifs requis, adapter la politique des poursuites dans le cas de pompiers volontaires qui se rendent à la caserne pour un appel urgent ? De quels accords s'agit-il concrètement ?

3) La ministre veut-elle appliquer la politique des poursuites dans toute la Belgique dans le cas de pompiers volontaires qui se rendent à la caserne pour un appel urgent ? La ministre peut-elle commenter sa réponse ?

 

In antwoord op een vroegere schriftelijke vraag nr. 4-276 in de Kamer (26 juni 2008) betreffende de problematiek van het begaan van verkeersovertredingen door brandweerlieden op weg naar hun kazerne na een noodoproep antwoordde de toenmalige minister van Binnenlandse Zaken dat in sommige gemeenten afspraken werden gemaakt met de bevoegde procureurs des Konings om, mits voorlegging van de nodige bewijsstukken, het vervolgingsbeleid aan te passen in het geval van brandweervrijwilligers die zich naar de kazerne begeven voor een dringende oproep. Dit systeem zou volgens hem ook kunnen worden toegepast in heel België. Het is echter de minister van Justitie die de richtlijnen van het strafrechtelijk beleid vastlegt, inclusief die van het opsporings- en vervolgingsbeleid, nadat hij het advies van het College van procureursgeneraal heeft ingewonnen.

In dit kader volgende vraag:

1) Beschikt de geachte minister over cijfergegevens voor de periode 2008 tot 2011 betreffende het aantal verkeersovertredingen begaan door brandweerlieden op weg naar hun kazerne na een noodoproep en het verdere gevolg dat daaraan werd gegeven, met inbegrip voor de motivering van de beslissingen?

2) In hoeveel en welke gemeenten werden afspraken gemaakt met de bevoegde procureurs des Konings om, mits voorlegging van de nodige bewijsstukken, het vervolgingsbeleid aan te passen in het geval van brandweervrijwilligers die zich naar de kazerne begeven voor een dringende oproep? Om welke concrete afspraken gat het?

3) Wil de geachte minister het vervolgingsbeleid in heel België aanpassen in het geval van brandweervrijwilligers die zich naar de kazerne begeven voor een dringende oproep? Kan zij haar antwoord duiden?

 
Réponse reçue le 18 février 2013 : Antwoord ontvangen op 18 februari 2013 :

Sur la base des informations qui m’ont été transmises par le Centrex Circulation Routière et le Collège des procureurs généraux, je peux vous communiquer la réponse suivante.    

Réponse à la question 1

Il n’y a pas de données disponibles dans la banque de données statistiques relative aux infractions dans la circulation routière de la police pour répondre à votre question. 

Réponse aux questions 2 et 3

Je voudrais vous faire savoir qu’il ressort des renseignements communiqués par les procureurs du Roi du Royaume, qu’hormis dans l’arrondissement de Termonde, il n’a pas été pris d’accord concernant la politique de poursuite à l’égard des pompiers qui se rendent à la caserne en cas d’appel urgent.  

En tout état de cause, en l’espèce, les procureurs du Roi, en application de l’article 28quater du Code d’intruction criminelle, jugent de l’opportunité des poursuites au regard des éléments et des circonstances infractionnels qui justifieraient un classement sans suite. 

Op basis van de informatie die mij door Centrex Wegverkeer en het College van procureurs-generaal werd meegedeeld kan ik het volgende antwoorden :

Antwoord vraag 1

Met betrekking tot deze vraag zijn er geen gegevens beschikbaar in de statistische databank verkeersinbreuken van de politie. 

Antwoord op vragen 2 en 3 

Uit de informatie die door de Belgische procureurs des Konings werd meegedeeld, blijkt dat er, met uitzondering van het arrondissement van Dendermonde, geen afspraken werden gemaakt over het vervolgingsbeleid ten aanzien van brandweerlieden die zich voor een dringende oproep naar de kazerne begeven.  

Krachtens artikel 28quater van het Wetboek van Strafvordering oordelen de procureurs des Konings over de opportuniteit van de vervolgingen op basis van de elementen en omstandigheden van de overtreding die een zonder gevolgstelling zouden rechtvaardigen.