SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2010-2011 Zitting 2010-2011
________________
12 juillet 2011 12 juli 2011
________________
Question écrite n° 5-2708 Schriftelijke vraag nr. 5-2708

de Guido De Padt (Open Vld)

van Guido De Padt (Open Vld)

au vice-premier ministre et ministre des Finances et des Réformes institutionnelles

aan de vice-eersteminister en minister van Financiën en Institutionele Hervormingen
________________
Nouvelle construction - Mesure TVA - Faillite d'entrepreneurs Nieuwbouw - BTW-maatregel - Faillissement van aannemers 
________________
industrie du bâtiment
taux de TVA
faillite
bouwnijverheid
BTW-tarief
faillissement
________ ________
12/7/2011Verzending vraag
25/8/2011Antwoord
12/7/2011Verzending vraag
25/8/2011Antwoord
________ ________
Question n° 5-2708 du 12 juillet 2011 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-2708 d.d. 12 juli 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Le secteur de la construction a accordé 50 000 permis de bâtir en 2010, ce qui représente une augmentation de 10 % par rapport à 2009. Une des raisons de cette augmentation est la diminution temporaire, pour les nouvelles constructions, de la TVA qui passe de 21 à 6 % sur une première tranche de 50 000 euros. Pour pouvoir bénéficier de cette mesure, il fallait introduire une demande de permis de bâtir avant avril 2010. Depuis le 1er janvier 2011, la TVA est à nouveau de 21 %.

Malgré l'augmentation frappante du nombre de permis de bâtir accordés en 2010, nous ne sommes toujours pas revenus au niveau des années antérieures à 2009. Tous les entrepreneurs n'ont pas réussi à s'en sortir. La faillite de leur entrepreneur coûte cher à certains maîtres de l'ouvrage. Je pense ici en particulier aux personnes qui ont introduit une demande de permis de bâtir avant avril 2010 mais qui, à cause de la faillite de leur entrepreneur, n'ont pu continuer à construire qu'en 2011. Ils perdent ainsi l'avantage de la TVA réduite.

Je souhaiterais obtenir une réponse aux questions suivantes :

1) Le ministre dispose-t-il de chiffres relatifs au nombre de faillites d'entrepreneurs de la construction en 2009 et 2010 ?

2) Est-il disposé à accorder quand même provisoirement une diminution de TVA ou à rembourser les frais supplémentaires aux personnes qui ont introduit une demande de permis de bâtir avant avril 2010 mais qui, à cause de la faillite de leur entrepreneur, n'ont pu continuer à construire qu'en 2011 ?

 

De bouwsector leverde, in 2010, 50 000 bouwvergunningen af. Het betreft een stijging van 10 % in vergelijking met 2009. Een van de redenen van die heropleving is de tijdelijke BTW-verlaging van 21 naar 6 % op een eerste schijf van 50 000 euro voor nieuwbouw. Om van de verlaagde BTW-maatregel te genieten, moest men voor april 2010 een bouwaanvraag indienen. Sinds 1 januari 2011 geldt opnieuw een BTW-tarief van 21 %.

Ondanks de markante stijging van het aantal afgeleverde bouwvergunningen in 2010, zitten we nog niet aan het niveau van de jaren voor 2009. Niet alle aannemers hebben hierdoor het hoofd boven water kunnen houden. Voor enkele bouwers komt het faillissement van hun aannemer nu duur te staan. Ik heb het hier in het bijzondere over mensen die voor april 2010 een bouwvergunning hebben aangevraagd, maar door een faillissement van hun aannemer pas in 2011 konden verder bouwen. De gunstige BTW-maatregel is hen hierdoor ontglipt.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen:

1) Beschikt de geachte minister over cijfers omtrent het aantal faillissementen van bouwaannemers in 2009 en 2010?

2) Is hij bereid om voor mensen die voor april 2010 een bouwvergunning hebben aangevraagd, maar die door een faillissement van hun aannemer pas in 2011 konden verder bouwen toch nog tijdelijk een BTW-verlaging toe te kennen of de extra kosten te vergoeden?

 
Réponse reçue le 25 aôut 2011 : Antwoord ontvangen op 25 augustus 2011 :
  1. Selon la Direction générale Statistique et Information économique du Service public fédéral (SPF) Economie, 1 442 et 1 560 entrepreneurs en construction ont été déclarés en faillite respectivement en 2009 et 2010.

  2. La mesure proposée par l’honorable membre serait, à mon sens, contraire au principe constitutionnel d’égalité et au principe de neutralité de la taxe. Un maître d’ouvrage qui, anté-rieurement au 1er avril 2010, a introduit sa demande de permis d’urbanisme auprès de l’autorité compétente et qui ne peut commencer ou poursuivre la construction de son logement privé qu’en 2011 à cause d’autres circons-tances imprévisibles et indépendantes de sa volonté, ne peut, à l’égard de la TVA qui est devenue exigible après le 31 décembre 2010, pas davantage bénéficier du taux réduit de TVA de 6 % prévu par l’article 1erquinquies de l’Arrêté Royal n° 20 relatif au taux de TVA qui, entretemps, n’est plus en vigueur.

  1. Volgens de Federale Overheidsdienst (FOD) Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie gingen in 2009 en 2010 respectievelijk 1 442 en 1 560 bouwaannemers failliet.

  2. De maatregel voorgesteld door het geachte lid, zou mijns inziens strijdig zijn met het grondwettelijk gelijk-heidsbeginsel en met het neutraliteits-beginsel van de belasting. Een bouw-heer die vóór 1 april 2010 zijn aanvraag voor de stedenbouwkundige vergunning heeft ingediend bij de bevoegde overheid en die pas in 2011 kan starten of verder gaan met de bouw van zijn privé-woning wegens andere on-voorziene omstandigheden buiten zijn wil, kan ten aanzien van de btw die opeisbaar wordt na 31 december 2010 immers evenmin nog genieten van het verlaagd btw-tarief van 6 % van het inmiddels niet meer van toepassing zijnde artikel 1quinquies van het koninklijk besluit nr. 20 inzake btw-tarieven.