SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session extraordinaire de 2010 Buitengewone zitting 2010
________________
30 septembre 2010 30 september 2010
________________
Question écrite n° 5-198 Schriftelijke vraag nr. 5-198

de Guido De Padt (Open Vld)

van Guido De Padt (Open Vld)

à la vice-première ministre et ministre des Affaires sociales et de la Santé publique, chargée de l'Intégration sociale

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Maatschappelijke Integratie
________________
Centres d'hébergement et de soins - Dentisterie - Cabinet dentaire mobile Woon- en zorgcentra - Tandheelkunde - Mobiele tandartspraktijk 
________________
médecine dentaire
soins aux personnes âgées
dentiste
tandheelkunde
zorg voor ouderen
tandarts
________ ________
30/9/2010Verzending vraag
12/7/2011Antwoord
30/9/2010Verzending vraag
12/7/2011Antwoord
________ ________
Question n° 5-198 du 30 septembre 2010 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-198 d.d. 30 september 2010 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Il ressort d'une étude que dans les centres d'hébergement et de soins, plus de trois résidents sur quatre n'ont pas vu de dentiste sur une période de deux ans et que l'hygiène dentaire diminue lorsque l'on vieillit. On pourrait en déduire que les maisons de repos accordent trop peu d'attention aux soins dentaires et buccaux. Une personne âgée qui vit chez elle, va nettement plus souvent chez le dentiste, la différence se situant principalement au niveau des soins dentaires préventifs et conservatoires. Il importe dès lors que les centres d'hébergement et de soins portent (également) davantage d'attention aux soins dentaires, le dentiste devant pouvoir effectuer un premier examen et un traitement de base dans le centre. Il n'est en effet pas évident pour les personnes âgées (ainsi que pour les personnes handicapées ) qui ont des problèmes de mobilité, de se rendre chez le dentiste.

Je souhaiterais obtenir une réponse aux questions suivantes :

1. La ministre confirme-t-elle ces constatations et peut-elle me fournir toutes les données utiles à ce sujet ?

2. La législation permet-elle actuellement à des dentistes d'effectuer des visites dans les établissements hospitaliers et de soins de santé (personnes âgées, handicapées,... ? Dans l'affirmative, de quelle manière cela est-il réglementé ? Dans la négative, quelles prescriptions légales faut-il alors instaurer pour que cela devienne possible ?

3. Est-il permis que le dentiste dispense des soins via un cabinet dentaire mobile (par exemple, une sorte de remorque d'où l'on peut retirer du matériel de traitement pour l'installer dans l'établissement) ? Dans l'affirmative, à quelles conditions et exigences faut-il répondre ? Dans la négative, existe-t-il une volonté d'autoriser cette sorte de pratique médicale et de la réglementer/subsidier ?

 

Uit onderzoek blijkt dat meer dan drie op de vier inwoners van een woonzorgcentrum tijdens een periode van twee jaar geen tandarts heeft gezien en dat tandverzorging afneemt bij het ouder worden. Daaruit zou kunnen worden afgeleid dat in de rustoorden te weinig aandacht wordt besteed aan tand- en mondverzorging. Een bejaarde die thuis verblijft, gaat duidelijk meer naar de tandarts, waarbij het verschil zich voornamelijk situeert bij de preventieve en conserverende tandverzorging. Het is dus belangrijk dat (ook) in woonzorgcentra aandacht wordt besteed aan tandverzorging, waarbij de tandarts in de instelling een eerste onderzoek en basisbehandeling moet kunnen uitvoeren. Een bezoek aan de tandarts is immers voor bejaarden (en ook voor gehandicapten) die weinig mobiel zijn, geen evidentie.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen:

1. Bevestigt de geachte minister voormelde vaststellingen en wil zij alle nuttige gegevens daarover verschaffen?

2. Laat de wetgeving het momenteel toe dat tandartsen op huisbezoek gaan in verpleeg- en verzorgingsinstellingen (bejaarden, gehandicapten,…)? Zo ja, op welke wijze is dit geregeld? Zo nee, welke wettelijke voorschriften moeten dan ingevoerd worden om dit mogelijk te maken?

3. Is het toegelaten dat de tandarts via een mobiele tandheelkundige inrichting (bijvoorbeeld, een soort aanhangwagen, waaruit men behandelingsmodules rolt, om die op te stellen in de instelling) zorg verstrekt? Zo ja, aan welke voorwaarden en eisen moet dan worden voldaan? Zo nee, bestaat de bereidheid om deze vorm van medische praktijk toe te laten en te reglementeren / subsidiëren?

 
Réponse reçue le 12 juillet 2011 : Antwoord ontvangen op 12 juli 2011 :

En réponse à votre question, je peux informer qu’une étude actuellement en cours, financée par l’Institut national d’assurance maladie-invalidité (INAMI), vise à cartographier l’état de santé buccale des patients présentant des besoins spécifiques, dans le but de pouvoir évaluer leur besoin d’accompagnement et de traitement. L’étude porte sur deux groupes-cibles : les personnes âgées (fragiles) d’une part, et les personnes présentant des limitations mentales, physiques ou sociales d’autre part. Cette étude est réalisée par deux universités (KULeuven et UGent), accompagnées dans leur mission par deux groupes consultatifs. Un symposium international organisé dans le cadre de cette étude, qui s’est tenu le 25 août 2010, a confirmé l’existence d’un besoin de traitement élevé et la nécessité de supprimer les seuils d’accessibilité. Le contrat pour cette étude se terminait fin décembre 2010, mais en raison du retard dans l’association des données de l’enquête il y a provisoirement lieu d’attendre encore quelque peu les résultats. Comme prévu au point 4.2. de l’Accord national dento-mutualiste 2011-2012, un financement de 365 000 euros est prévu pour l’étude de l’implémentation des recommandations faites tant en ce qui concerne la faisabilité sur le terrain qu’en ce qui concerne l’incidence financière. Par la suite, au plus tôt à partir de 2012 et si les moyens budgétaires sont disponibles, le soutien de ces mesures sera appliqué à grande échelle en assurance obligatoire soins de santé.

Il n’existe actuellement aucune réglementation spécifique prévoyant que des dentistes peuvent se rendre dans des établissements hospitaliers et de soins. En fonction des recommandations qui seront formulées par l’étude, il sera examiné avec les différents secteurs concernés comment régler au mieux le problème lié à la mobilité, par exemple en engageant des unités dentaires mobiles. Outre la résolution de ces problèmes pratiques, il conviendra également de travailler à la sensibilisation des patients, des dispensateurs de soins et des aidants informels afin d’accroître l’attention sur une bonne hygiène buccale et de souligner son importance.

In antwoord op uw vraag, deel ik u mede dat er op dit ogenblik een studie lopende is die wordt gefinancierd door het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering (RIZIV) waarin de mondgezondheidstoestand van patiënten met bijzondere noden in kaart wordt gebracht zodat men op basis hiervan de nood aan begeleiding en behandeling kan inschatten. De studie wordt uitgevoerd bij twee deelgroepen: enerzijds de (kwetsbare) ouderen en anderzijds de personen met mentale, fysische of sociale beperkingen. Het onderzoek wordt gevoerd door twee universiteiten (KULeuven en UGent) die in hun opdracht worden bijgestaan door twee adviesgroepen. Tijdens een internationaal symposium op 25 augustus 2010, georganiseerd in het kader van deze studie, werd bevestigd dat er een grote behandelingsnood bestaat en dat de toegankelijkheidsdrempels moeten worden weggewerkt. Het contract voor deze studie liep eind december 2010 af, maar omwille van vertraging bij de koppeling van onderzoeksgegevens, is het voorlopig nog even wachten op de resultaten. Zoals werd vastgelegd in punt 4.2. van het Nationaal akkoord tandheelkundigen-ziekenfondsen 2011-2012 wordt in 2011 een financiering van 365 000 euro voorzien voor de studie van de implementatie van de gedane aanbevelingen, zowel qua haalbaarheid op het terrein als qua financiële impact. Vervolgens zal, ten vroegste vanaf 2012 en indien de budgettaire middelen voorhanden zijn, de ondersteuning van deze maatregelen vanuit de verplichte ziekteverzekering op grote schaal toegepast worden.

Op dit ogenblik bestaat er geen specifieke reglementering die voorziet dat tandartsen op huisbezoek kunnen gaan in verpleeg- en verzorgingsinstellingen. Afhankelijk van de aanbevelingen uit de studie zal in samenspraak met de verschillende betrokken sectoren worden nagegaan hoe het mobiliteitsprobleem het beste zal kunnen aangepakt worden, bijvoorbeeld door het inzetten van tandheelkundige mobiele eenheden. Naast het oplossen van deze praktische problemen zal er ook moeten gewerkt worden aan een sensibilisering van patiënten, zorgverleners en mantelzorgers om de aandacht voor en het belang van een goede mondhygiëne te verhogen en te benadrukken.