SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2010-2011 Zitting 2010-2011
________________
23 février 2011 23 februari 2011
________________
Question écrite n° 5-1479 Schriftelijke vraag nr. 5-1479

de Cécile Thibaut (Ecolo)

van Cécile Thibaut (Ecolo)

à la ministre de la Fonction publique et des Entreprises publiques

aan de minister van Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven
________________
Société nationale des chemins de fer belges (SNCB) - Gares - Projet de gares multi-services - Déclaration commune avec la Région wallonne - Autres projets en cours Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen (NMBS) - Stations - Plannen voor multidienstencentra in stations - Gemeenschappelijke verklaring met het Waals Gewest - Andere lopende projecten 
________________
Société nationale des chemins de fer belges
gare ferroviaire
Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen
spoorwegstation
________ ________
23/2/2011Verzending vraag
7/12/2011Dossier gesloten
23/2/2011Verzending vraag
7/12/2011Dossier gesloten
________ ________
Heringediend als : schriftelijke vraag 5-4102 Heringediend als : schriftelijke vraag 5-4102
________ ________
Question n° 5-1479 du 23 février 2011 : (Question posée en français) Vraag nr. 5-1479 d.d. 23 februari 2011 : (Vraag gesteld in het Frans)

Le 5 janvier 2005, Monsieur Johan Vande Lanotte, à l'époque ministre des Entreprises publiques, était présent à la gare de Melreux-Hotton pour signer une déclaration commune avec le ministre wallon des Affaires intérieures et de la Fonction publique Philippe Courard en vue de la création d'espaces multi-services dans un certain nombre de gares wallonne que la Société nationale des chemins de fer belges (SNCB) envisageait de fermer.

Ce projet visait à installer dans ces gares des services au public, tels que des antennes de communes ou de centres publics d'action sociale (CPAS), des bureaux de police ainsi que des guichets de La Poste. Des services commerciaux, comme les librairies, n'étant pas exclus s'ils pouvaient s'intégrer au projet.

Quelques jours plus tard, une rencontre entre le ministre wallon et des représentants de la SNCB avait permis d'établir un calendrier des opérations et de nombreux projets étaient évoqués :

- à Houyet, on envisageait de loger des services communaux et l'Office du tourisme ;

- à Thuin, des services communaux (administration, police, CPAS) mais également des partenaires publics (La Poste et Belgacom) ;

- à Trois-Ponts, l'Office du tourisme ;

- à Huy, une antenne de la police communale à la gare de Statte.

Des possibilités pour rouvrir des gares fermées étaient également envisagées :

- il était évoqué, pour Habay, de localiser la Maison de l'emploi et le médiateur communal, ainsi qu'une antenne pour l'organisation du co-voiturage ;

- à Halanzy, le Syndicat d'initiative et la police avaient marqué leur intérêt.

Je plaide depuis bien longtemps pour la sauvegarde des gares, en particulier des gares rurales et leur humanisation au travers de « Maisons de services publics » ou centre multi-services. La « Maison de services publics », est un lieu dans lequel différents services se relayent pour offrir un guichet décentralisé à la population. Il y a un intérêt majeur dans la province la plus éloignée des centres administratifs et la plus étendue. Au-delà du Luxembourg, c'est pour moi un projet porteur pour de nombreuses régions rurales.

Je souhaite vous poser les questions suivantes :

1) Quels sont les gares dans lesquelles la déclaration commune signée par votre prédécesseur avec la Région wallonne a permis de développer des espaces multi-services ?

2) Quels sont les services que l'on peut y trouver ?

3) En dehors de cette déclaration commune, d'autres projets ont-ils été développés ?

4) Des projets d'espaces multi-services dans les gares belges sont-ils en cours? Si oui, quels sont les gares concernées ? Quels services pourra-t-on y trouver ? Et dans quels délais ?

 

Op 5 januari 2005 ondertekenden de heer Johan Vande Lanotte, toenmalig minister van Overheidsbedrijven en Philippe Courard, toenmalig Waals minister van Binnenlandse zaken en Ambtenarenzaken, in het station van Melreux-Hotton een gemeenschappelijke verklaring met het oog op het inrichten van ruimtes waar verschillende diensten kunnen worden verstrekt in stations die de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen (NMBS) van plan was te sluiten.

Dat project had tot doel in die stations diensten aan de bevolking onder te brengen, zoals een loket van de gemeente of van het Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn (OCMW), een politiebureau of een postkantoor. Commerciële activiteiten, zoals boekhandels zijn niet uitgesloten op voorwaarde dat ze in het project kunnen worden geïntegreerd.

Enkele dagen later werd tijdens een ontmoeting tussen de Waalse minister en vertegenwoordigers van de NMBS een tijdschema opgesteld en werden er talrijke projecten genoemd:

- in Houyet : diensten van de gemeente en de dienst voor toerisme;

- in Thuin: diensten van de gemeente (administratie, politie, OCMW) maar ook van overheidsbedrijven (de Post en Belgacom);

- in Trois-Ponts: de dienst voor toerisme;

- in Hoei: een antenne van de gemeentepolitie in het station van Statte.

De heropening van gesloten stations werd ook overwogen:

- in Habay werd overwogen om er de arbeidsbemiddeling en de ombudsdienst van de gemeente te vestigen en een loket voor de organisatie van carpooling;

- in Halanzy hadden de dienst voor toerisme en de politie hun interesse laten blijken.

Ik pleit al lang voor het behoud van de stations, in het bijzonder voor de stations in landelijke gebieden en voor hun omvorming tot multifunctionele centra voor openbare en administratieve dienstverlening. Zulk een openbaredienstencentrum is een plaats waar verschillende diensten aan de bevolking worden aangeboden. De meest uitgestrekte provincie, die het verst van de administratieve centra gelegen is, heeft daar het meeste belang bij. Ik vind dit een veelbelovend project, niet enkel voor Luxemburg, maar voor vele landelijke gebieden.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen:

1) In welke stations heeft men dankzij de gemeenschappelijke verklaring van uw voorganger en het Waals Gewest een multidienstencentrum kunnen inrichten?

2) Welke diensten zijn er ondergebracht?

3) Werden er nog andere projecten ontwikkeld, buiten deze verklaring om?

4) Worden er nog multidienstencentra in Belgische stations uitgebouwd? Zo ja, in welke stations? Welke diensten zullen er worden ondergebracht? Wanneer zijn ze klaar?