SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2013-2014 Zitting 2013-2014
________________
20 novembre 2013 20 november 2013
________________
Question écrite n° 5-10422 Schriftelijke vraag nr. 5-10422

de Cindy Franssen (CD&V)

van Cindy Franssen (CD&V)

au vice-premier ministre et ministre des Pensions

aan de vice-eersteminister en minister van Pensioenen
________________
Réforme des pensions - Inégalité des genres - Pension de survie - Adaptation au bien-être Pensioenhervorming - Genderongelijkheid - Overlevingspensioen - Welvaartsaanpassing 
________________
intégration des questions d'égalité entre les hommes et les femmes
régime de retraite
égalité homme-femme
égalité de rémunération
discrimination sexuelle
gendermainstreaming
pensioenregeling
gelijke behandeling van man en vrouw
gelijkheid van beloning
discriminatie op grond van geslacht
________ ________
20/11/2013Verzending vraag
10/12/2013Antwoord
20/11/2013Verzending vraag
10/12/2013Antwoord
________ ________
Question n° 5-10422 du 20 novembre 2013 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-10422 d.d. 20 november 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Plus tôt cette année, j'ai demandé dans une question écrite à la ministre de l'Intérieur et de l'Égalité des chances quelles mesures elle comptait prendre pour s'attaquer , entre autres, aux effets de genre indésirables de la réforme des pensions.

Dans sa réponse à cette question (n°5-8737) la ministre renvoie au rôle du ministre des Pensions dans le cadre du plan de gender mainstreaming.

« Dans le cadre de l’adoption du plan fédéral de gender mainstreaming, j’ai demandé, en début de législature à mes collègues du gouvernement de choisir au moins deux politiques qu’ils comptaient mener durant la législature et dans lesquelles ils s’engageaient à intégrer la dimension de genre.

Le ministre des pensions s’est engagé à intégrer plus particulièrement la dimension de genre dans le cadre de la réforme de la pension de survie et la revalorisation de certaines pensions les plus faibles dans le cadre de l’adaptation des pensions au bien-être. »

J'aimerais poser au ministre les questions suivantes :

1) Comment tiendrez-vous compte de la dimension du genre dans la réforme des pensions de survie ?

2) De quelle manière tiendrez-vous compte spécifiquement de la dimension du genre dans le cadre de l'adaptation des pensions au bien-être ?

 

Eerder dit jaar vroeg ik via een schriftelijke vraag aan de minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen welke maatregelen zij zou nemen om onder meer de ongewenste gendereffecten van de pensioenhervorming aan te pakken.

In haar antwoord op deze vraag (nr. 5-8737) verwijst de minister naar de rol van de minister van Pensioenen in het kader van het gender-mainstreaming plan:

"In het kader van de aanname van het federaal gender-mainstreaming plan heb ik aan het begin van de legislatuur aan mijn collega's in de regering gevraagd om minstens twee geplande beleidsmaatregelen te kiezen waarbij ze zich verbonden tot de integratie van de genderdimensie.

De minister van Pensioenen heeft zich meer in het bijzonder geëngageerd om de genderdimensie te integreren in het kader van de hervorming van het overlevingspensioen en de opwaardering van sommige van de kleinste pensioenen in het kader van de aanpassing van de pensioenen aan de welvaart."

Ik had aan de geachte minister het volgende willen vragen:

1) Hoe zult u concreet rekening houden met de genderdimensie bij de hervorming van het overlevingspensioen?

2) Op welke wijze zult u rekening houden met de genderdimensie specifiek in het kader van de welvaartsaanpassing van de pensioenen?

 
Réponse reçue le 10 décembre 2013 : Antwoord ontvangen op 10 december 2013 :

A la première question de l’honorable membre, je puis communiquer que concernant les pensions, la réglementation et la jurisprudence européenne interdisent qu’il existe des règles de calcul distinctes pour les hommes et pour les femmes.

La réglementation belge de pension y est en parfaite conformité.

Pour ce qui est plus spécifiquement de la pension de survie, je ne puis que confirmer que les hommes et les femmes ont tous deux droit à une pension de survie. Ne perdez pas de vue que la pension de survie découle de la carrière et des rémunérations du partenaire.

Les hommes et les femmes seront traités d’une manière identique également lors de la réforme de la pension de survie .

Quant à la seconde question, je puis communiquer qu’une adaptation de bien-être se base sur la date de prise de cours de la pension. C’est en effet une adaptation des pensions ayant pris cours auparavant à la hausse du bien-être.

La dimension de genre réside essentiellement dans l’assimilation du travail à temps partiel lors du calcul de pension, l’obtention d’une pension minimum pour le travail à temps partiel, la prise en considération d’une certaine période d’interruption de carrière pour charge de famille lors de l’établissement de l’ouverture du droit à la pension anticipée, etc…

Cette dimension s’est très bien développée en Belgique et je l’intégrerai également dans des réformes ultérieures

Op de eerste vraag van het geachte lid kan ik u meedelen dat wat de pensioenen betreft de Europese regelgeving en jurisprudentie verbieden dat er voor mannen en vrouwen aparte rekenregels bestaan.

De Belgische pensioenreglementering is hiermee volledig in overeenstemming.

Wat meer specifiek het overlevingspensioen betreft kan ik enkel bevestigen dat mannen en vrouwen beiden recht openen op een overlevingspensioen. Verlies niet uit het oog dat het overlevingspensioen een afgeleide is van de loopbaan en de lonen van de partner.

Ook bij de hervorming van het overlevingspensioen zullen mannen en vrouwen op identiek dezelfde wijze behandeld worden.

Wat de tweede vraag betreft, kan ik meedelen dat een welvaartsaanpassing gebaseerd is op de ingangsdatum van het pensioen. Het is immers een aanpassing van de vroeger ingegane pensioenen aan de gestegen welvaart.

De genderdimensie zit hem voornamelijk in het gelijkstellen van deeltijdse arbeid bij de pensioenberekening, het hebben van een minimumpensioen voor deeltijdse arbeid, het in aanmerking nemen van een bepaalde periode van loopbaanonderbreking wegens kinderlast bij de vaststelling van de opening recht op vervroegd pensioen, enzovoort.

Dit is in België zeer goed uitgebouwd en dit neem ik ook mee in verdere hervormingen.