SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2009-2010 Zitting 2009-2010
________________
7 décembre 2009 7 december 2009
________________
Question écrite n° 4-5853 Schriftelijke vraag nr. 4-5853

de Dirk Claes (CD&V)

van Dirk Claes (CD&V)

au ministre pour l'Entreprise et la Simplification

aan de minister voor Ondernemen en Vereenvoudigen
________________
Cartes de crédit - Utilisation problématique - Mesures Kredietkaarten - Problematisch gebruik - Maatregelen 
________________
achat à crédit
monnaie électronique
endettement
crédit à la consommation
vente à crédit
protection du consommateur
aankoop op krediet
elektronisch betaalmiddel
schuldenlast
consumptief krediet
verkoop op krediet
bescherming van de consument
________ ________
7/12/2009Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 8/1/2010)
2/3/2010Antwoord
7/12/2009Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 8/1/2010)
2/3/2010Antwoord
________ ________
Réintroduction de : question écrite 4-3478 Réintroduction de : question écrite 4-3478
________ ________
Question n° 4-5853 du 7 décembre 2009 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 4-5853 d.d. 7 december 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Le Vlaams Centrum voor schuldbemiddeling tire la sonnette d’alarme. Il constate que, dans notre pays, de plus en plus de personnes achètent à crédit. Un problème supplémentaire est que la carte de crédit est également de plus en plus utilisée pour les petits achats (montants de 10 à 20 euros). La hausse serait due, d’une part, à la promotion de l’utilisation de la carte de crédit par de grandes chaînes de magasins. Même Visa a mené dernièrement une campagne de promotion pour recommander ses services pour de petits montants. En outre, le phénomène du chômage temporaire a entraîné une hausse de l’utilisation de la carte de crédit.

Ceci crée des situations problématiques. Les personnes ne voient l’argent retiré de leur compte qu’après un certain temps, ce qui leur donne un faux sentiment puisqu’elles n’ont aucune vision des sommes réellement dépensées. Le Vlaams Centrum voor schuldbemiddeling constate également que de nombreuses personnes traînent la dette de plus en plus longtemps et sont donc, mois après mois, redevables d’intérêts supplémentaires. Le taux d’intérêt peut atteindre 16 %. C’est ainsi que certaines personnes se trouvent dans de réelles difficultés. C’est particulièrement le cas des personnes qui sont déjà confrontées à des problèmes financiers ou qui ont du mal à dépenser leur argent raisonnablement.

Dernièrement, le ministre a annoncé qu’il souhaitait prendre une initiative et élaborer une loi adaptée sur le crédit.

1. Quels sont les fondements d’une loi adaptée sur le crédit ?

2. Quels sont les objectifs que poursuit le ministre en adaptant la loi ?

3. Dans quel délai souhaite-t-il déposer un projet de loi en ce sens au Parlement ?

4. Outre cette initiative législative, le ministre prendra-t-il encore d’autres initiatives pour s’attaquer au problème de l’utilisation des cartes de crédit ?

5. Compte-t-il consulter au préalable d’autres instances à ce sujet ?

 

Het Vlaams Centrum voor schuldbemiddeling trekt aan de alarmbel. Ze constateert dat steeds meer mensen in ons land aankopen doen op krediet. Bijkomend probleem is dat de kredietkaart nu ook steeds vaker wordt gebruikt voor kleinere aankopen (bedragen van 10 tot 20 euro). De stijging zou enerzijds te wijten kunnen zijn aan de promotie van het gebruik van de kredietkaart door grotere winkelketens. Ook Visa zelf voerde onlangs een promotiecampagne om haar diensten voor kleine bedragen aan te bevelen. Daarnaast zou ook het fenomeen van de tijdelijke werkloosheid het gebruik van de kredietkaart doen toenemen.

Dit zorgt voor problematische situaties. Mensen zien het geld van na verloop van tijd van hun rekening gaan. Dit geeft een vals gevoel want de cliënt heeft geen zicht op het werkelijk opgebruikte bedrag. Het Vlaams Centrum voor schuldbemiddeling stelt eveneens dat vele mensen de schuld ook steeds langer met zich blijven meespelen zodat er ook elke maand intrest bijkomt. Die intrest kan soms oplopen tot 16 %! Zo geraken mensen echt in de problemen. Zeker mensen die het financieel al wat moeilijker hebben of weinig voeling hebben met het principe van bewust omgaan met geld.

Recent kondigde de geachte minister aan dat hij een initiatief wenst te nemen en een aangepaste wet op de kredietverlening wenst uit te werken.

1.Wat zijn de uitgangspunten van een aangepaste wet op de kredietverlening?

2.Wat zijn de doelstellingen die hij hierbij nastreeft?

3.Binnen welke termijn wenst hij een dergelijk wetsontwerp in het Parlement neer te leggen?

4.Zal hij, naast dit wetgevend initiatief, ook andere initiatieven ontwikkelen die het probleem van het gebruik van de kredietkaarten moet aanpakken?

5.Is hij van plan om voorafgaandelijk overleg te plegen met andere instanties hieromtrent?

 
Réponse reçue le 2 mars 2010 : Antwoord ontvangen op 2 maart 2010 :

J’ai l’honneur de fournir à l’honorable membre la réponse suivante aux questions posées.

1 et 2. L’adaptation de la loi du 12 juin 1991 relative au crédit à la consommation s’inscrit dans le cadre de la transposition de la directive 2008/48/CE du Parlement européen et du Conseil du 23 avril 2008 concernant les contrats de crédit aux consommateurs et abrogeant la directive 87/102/CEE du Conseil. Par ailleurs, il est possible d’apporter d’autres adaptations ou corrections à la loi. Il en va par exemple ainsi du renforcement des exigences légales en matière de publicité, ce qui n’est pas prescrit mais est autorisé par cette directive.

Je vous communique à titre informatif que nous avons notamment apporté des modifications dans les domaines suivants :

  • j’oblige de faire figurer sur chaque publicité pour des crédits la mention ‘Attention, emprunter coûte de l’argent’ ;

  • j’interdis la publicité pour le groupement de crédit ;

  • j’instaure un délai de réflexion plus long avant la conclusion d’un contrat de crédit : il passe de 7 à 14 jours ;

  • j’oblige de mentionner dans la publicité pour les crédits non seulement le taux annuel effectif global mais aussi un montant concret à rembourser basé sur un exemple représentatif ;

  • j’interdis le remboursement en espèces des sommes empruntées.

  • 3. La date limite de transposition est fixée au 12 mai 2010. Le Service public fédéral (SPF) Économie, PME, Classes moyennes et Énergie a adapté le projet de loi modifiant la loi du 12 juin 1991 relative au crédit à la consommation, approuvé par le Conseil des ministres en septembre 2009, en fonction des remarques du Conseil d’État. Le texte pourra bientôt être soumis au Parlement.

4. Il me semble indiqué de d’abord attendre cette initiative législative avant de prendre des mesures supplémentaires.

J’ai la conviction que les lignes de force tracées pour les prêteurs contribueront sensiblement à empêcher le surendettement.

Il est en outre important de souligner que la majorité des « cartes de crédit » ne sont pas couplées à une ligne de crédit qui permet de payer beaucoup plus tard des dépenses effectuées et qui implique donc un intérêt. La plupart des « cartes de crédit » en circulation dans notre pays sont des cartes à débit différé : après quelques semaines de report de paiement, le consommateur doit payer et ne peut négocier un nouveau délai.

5. Dans le cadre de la révision de la loi, mon collègue, le ministre du Climat et de l’Énergie, chargé de la protection des consommateurs, avait demandé un avis au Conseil de la Consommation. Ledit Conseil a rendu, le 14 mai 2009, un avis très intéressant « sur les propositions d’adaptation de la loi du 12 juin 1991 relative au crédit à la consommation pour la rendre conforme à la directive 2008/48 du 23 avril 2008 » (avis n° 410).

Ik heb de eer het geachte lid het volgende antwoord te geven op de gestelde vragen.

1 en 2. Het aanpassen van de wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet kadert in de omzetting van de richtlijn 2008/48/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2008 inzake kredietovereenkomsten voor consumenten en tot intrekking van Richtlijn 87/102/EEG van de Raad. Daarnaast is er ruimte om andere aanpassingen of verbeteringen aan de wet aan te brengen. Dat is bijvoorbeeld het geval wat het verstrengen van de wettelijke reclamevereisten betreft, wat niet is voorgeschreven maar wel wordt toegelaten door deze richtlijn.

Ter infomatie kan ik u melden dat onder meer wijzigingen doorgevoerd worden op volgende vlakken:

  • Ik verplicht om op elke reclame voor kredieten de melding ‘Let op, geld lenen kost geld’ te vermelden

  • Ik stel een verbod in voor op reclame voor kredietgroepering

  • Ik voer een langere bedenktijd in voor het afsluiten van een kredietovereenkomst: van 7 naar 14 dagen

  • Ik verplicht om in reclame voor kredieten niet alleen een Jaarlijks Kostenpercentage te vermelden, maar tevens een concreet terug te betalen bedrag op basis van een representatief voorbeeld

  • Ik verbied het cash uitbetalen van geleende sommen

3. De deadline van omzetting is vastgesteld op 12 mei 2010. De Federale Overheidsdienst (FOD) Economie, KMO, Middenstand en Energie heeft het ontwerp van wet tot wijziging van de wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet dat goedgekeurd werd door de ministerraad in september 2009 ondertussen aangepast aan de opmerkingen van de Raad Van State waardoor de tekst binnenkort in het parlement kan ingediend worden.

4. Het lijkt mij aangewezen om eerst dit wetgevende initiatief en de resultaten af te wachten alvorens bijkomende maatregelen te nemen.

Ik ben ervan overtuigd dat de uitgezette krijtlijnen voor kredietverschaffers een sterke steun zullen zijn in het voorkomen van schuldoverlast.

Daarnaast is het ook belangrijk aan te stippen dat het gros van de zogenaamde kredietkaarten niet aan een bijhorende kredietlijn gekoppeld zijn die toelaat uitgaven op een veel later tijdstip te betalen en daarvoor een interestvergoeding vragen. De meeste ‘kredietkaarten’ in omloop in ons land zijn ‘defered debit-kaarten’ waarbij de consument na enkele weken betalingsuitstel moet betalen en geen verder uitstel kan bedingen.

5. In het kader van de wetsherziening werd door mijn collega, de minister van Klimaat en Energie, beslast met consumentenzaken, een advies gevraagd aan de Raad voor het Verbruik. Zo gaf deze Raad op 14 mei 2009 een zeer interessant advies “over de voorstellen tot aanpassing van de wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet om haar in overeenstemming te brengen met de richtlijn 2008/48 van 23 april 2008” (advies nr. 410).