SÉNAT DE BELGIQUE | BELGISCHE SENAAT | ||||||||
________ | ________ | ||||||||
Session 2008-2009 | Zitting 2008-2009 | ||||||||
________ | ________ | ||||||||
4 aôut 2009 | 4 augustus 2009 | ||||||||
________ | ________ | ||||||||
Question écrite n° 4-3837 | Schriftelijke vraag nr. 4-3837 | ||||||||
de Dirk Claes (CD&V) |
van Dirk Claes (CD&V) |
||||||||
au vice-premier ministre et ministre de la Fonction publique, des Entreprises publiques et des Réformes institutionnelles |
aan de vice-eersteminister en minister van Ambtenarenzaken, Overheidsbedrijven en Institutionele Hervormingen |
||||||||
________ | ________ | ||||||||
Sociétés publiques de transport - Convention - Sécurité du transport public | Belgische openbare vervoersmaatschappijen - Overeenkomst - Veiligheid op het openbaar vervoer | ||||||||
________ | ________ | ||||||||
Société nationale des chemins de fer belges transport public transport de voyageurs sécurité publique délinquance lutte contre la délinquance |
Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen openbaar vervoer reizigersvervoer openbare veiligheid misdadigheid strijd tegen de misdadigheid |
||||||||
________ | ________ | ||||||||
|
|
||||||||
________ | ________ | ||||||||
Requalification de : demande d'explications 4-1036 | Requalification de : demande d'explications 4-1036 | ||||||||
________ | ________ | ||||||||
Question n° 4-3837 du 4 aôut 2009 : (Question posée en néerlandais) | Vraag nr. 4-3837 d.d. 4 augustus 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands) | ||||||||
La semaine dernière, la Société nationale des Chemins de fer belge a signé une charte pour une plus grande sécurité du transport public en collaboration avec De Lijn, la Société de transport intercommunale de Bruxelles (STIB) et les Transports en commun en Wallonie (TEC). En tant que responsable de ce domaine, le ministre sait combien la sécurité est importante pour les voyageurs, les membres du personnel et les passants dans les gares. La plupart du temps les problèmes se présentent de la même manière pour les différentes sociétés de transports et les auteurs d'incidents ne se limitent pas à un seul moyen de transport. En agissant de conserve, chacun peut bénéficier des expériences des autres et on aura peut-être la possibilité de d'utiliser les mesures de sécurité des autres. 1. Dans quel cadre ce protocole d'accord prend-il place et quels sont les acteurs impliqués ? Quel a été le rôle de la SNCB et celui du ministre ? 2. Quel est l'objectif de ce projet collectif de sécurité ? 3. De quelle manière ce protocole sera-t-il mis pratiquement en œuvre ? Quelles sont les possiblités et les plus-values qu'offre ce protocole par rapport à la situation passée ? 4. Cet accord permet-il à l”une des sociétés d'utiliser l'infrastrucuture et les dispositions de sécurité des autres sociétés (et éventuellement du personnel travaillant pour plusieurs sociétés) ? 5. Comment cette collaboration sera-t-elle évaluée ? Le ministre prévoit-il encore d'autres possibilités d'amélioration ou de renforcement de la collaboration dans le futur ? |
Vorige week heeft de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen (NMBS) een charter ondertekend voor meer veiligheid op het openbaar vervoer. Dit gebeurde in samenwerking met De Lijn, de Maatschappij voor het intercommunaal vervoer te Brussel (MIVB) en de Transports en commun en Wallonie (TEC). Als betrokken minister weet de geachte minister hoe belangrijk de veiligheid is voor de reizigers, de personeelsleden en de passanten in de stations. Meestal zijn de fenomenen gelijkaardig voor de diverse vervoersmaatschappijen en zullen ook daders van incidenten zich niet beperken tot één specifiek vervoersmiddel. Door de handen in elkaar te slaan, kan iedereen leren uit elkaars ervaringen en bestaat misschien de mogelijkheid om gebruik te maken van elkaars veiligheidsvoorzieningen. 1. Binnen welk kader is dit samenwerkingsverband tot stand gekomen en welke actoren zijn hierbij betrokken geweest? Wat was de rol van de NMBS en van de geachte minister? 2. Wat is de doelstelling van dit gezamenlijk veiligheidsproject? 3. Op welke manier zal dit protocol in de praktijk worden omgezet? Welke mogelijkheden / meerwaarde biedt dit protocol ten opzichte van het verleden? 4. Geeft deze overeenkomst de mogelijkheid om de infrastructuur en de veiligheidsvoorzieningen van andere vervoersmaatschappijen te gebruiken (eventueel ook veiligheidspersoneel dat netoverschrijdend werkt)? 5. Hoe zal deze samenwerking worden geëvalueerd en ziet hij nog mogelijkheden voor verbetering of nauwere samenwerking naar de toekomst? |
||||||||
Réponse reçue le 4 septembre 2009 : | Antwoord ontvangen op 4 september 2009 : | ||||||||
|
|