SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2008-2009 Zitting 2008-2009
________________
15 juin 2009 15 juni 2009
________________
Question écrite n° 4-3582 Schriftelijke vraag nr. 4-3582

de Sabine de Bethune (CD&V)

van Sabine de Bethune (CD&V)

au ministre de l'Intérieur

aan de minister van Binnenlandse Zaken
________________
Étrangers - Prise en charge - Visa délivré en 2007 et en 2008 Buitenlanders - Ten laste neming - Visa uitgereikt in 2007 en 2008 
________________
admission des étrangers
politique des visas
ressortissant étranger
Office des étrangers
droit de séjour
toelating van vreemdelingen
visabeleid
buitenlandse staatsburger
Dienst Vreemdelingenzaken
verblijfsrecht
________ ________
15/6/2009Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 16/7/2009)
9/7/2009Antwoord
15/6/2009Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 16/7/2009)
9/7/2009Antwoord
________ ________
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3581 Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3581
________ ________
Question n° 4-3582 du 15 juin 2009 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 4-3582 d.d. 15 juni 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Tout demandeur d'asile doit pouvoir prouver qu'il dispose de moyens suffisants pour couvrir son séjour, son retour et éventuellement, les coûts en matière de soins de santé. Une autre possibilité est un engagement de prise en charge par une personne en Belgique. Celle-ci se porte garante pour le demandeur de visa et est ainsi responsable de tous les coûts que celui-ci générera pour l'État belge. Pour un certain nombre de nationalités, un tel engagement de prise en charge est même une obligation.

Cependant, le garant doit remplir certaines conditions. Il doit toujours être une personne physique. Il doit en outre posséder la nationalité belge ou être autorisé à séjourner pour une durée illimitée. Il doit enfin disposer de moyens suffisants d'existence. Le garant peut prendre en charge une personne.

Étant donné que le garant doit toujours être une personne physique, les organisations ne peuvent conclure aucun engagement de prise en charge. Il existe toutefois une réglementation spéciale pour les personnes physiques qui représentent une institution. Ainsi, la brochure d'information de l'Office des étrangers prévoit que si des étrangers sont invités dans le cadre d'activités académiques, scientifiques, socioculturelles, humanitaires ou sportives par une institution dont les activités sont reconnues par la loi et/ou jouissent d'une certaine notoriété, institution qui reçoit éventuellement des subventions publiques à cet effet, une personne qui intervient au nom de celle-ci peut conlure un engagement de prise en charge vis-à-vis des étrangers en question. Dans ce cas, le garant peut prendre en charge jusqu'à quinze personnes. Il devra cependant disposer d'importants moyens financiers pour pouvoir se porter garant pour quinze personnes.

J'aimerais poser les questions suivantes à ce sujet :

1) Combien de personnes ne représentant aucune institution ont-elles conclu en 2007 et en 2008 un engagement de prise en charge vis-à-vis d'un demandeur de visa  ?

2) Combien de personnes représentant une institution ont-elles conclu en 2007 et en 2008 un engagement de prise en charge vis-à-vis d'un demandeur de visa ?

3) Combien de personnes représentant une institution se sont-elles porté garantes en 2007 et en 2008 pour plus d'un demandeur de visa ? Le ministre peut-il donner le détail du nombre de personnes concernées par chaque engagement de prise en charge, allant de deux personnes à un maximum de quinze personnes ?

 

Elke visumaanvrager moet kunnen bewijzen dat hij of zij over voldoende middelen beschikt voor het verblijf, terugkeer en eventuele kosten voor gezondheidszorgen. Een andere mogelijkheid is een verbintenis tot ten laste neming door een persoon in België. Deze persoon stelt zich dan garant voor de visumaanvrager en wordt op die manier verantwoordelijk voor alle eventuele kosten die de visumaanvrager de Belgische staat oplevert. Voor een aantal nationaliteiten is een dergelijke verbintenis tot ten laste neming zelfs een verplichting.

Er zijn echter een aantal voorwaarden voor de garant. Deze is steeds een natuurlijke persoon. Daarnaast bezit de persoon in kwestie de Belgische nationaliteit of is hij of zij gemachtigd tot een verblijf voor onbeperkte duur. Tenslotte beschikt hij of zij over voldoende bestaansmiddelen. De garant kan een persoon ten laste nemen.

Omdat de garant steeds een natuurlijke persoon moet zijn, kunnen organisaties dus geen verbintenis tot ten laste neming afsluiten. Wel bestaat er een speciale regeling voor natuurlijke personen die een instelling vertegenwoordigen. Zo staat in de informatiebrochure van de Dienst vreemdelingenzaken dat als vreemdelingen worden uitgenodigd in het kader van academische, wetenschappelijke, sociaal-culturele, humanitaire of sportieve activiteiten door een instelling waarvan de activiteiten wettelijk erkend zijn en / of een zekere faam genieten en die hiervoor eventueel overheidstoelagen ontvangt, een verbintenis tot ten laste neming met betrekking tot deze vreemdelingen kan worden aangegaan door een persoon die optreedt in naam van of in opdracht van deze instelling. In dit geval kan de garant tot vijftien personen ten laste nemen. Hij of zij zal echter over heel wat financiële middelen moeten beschikken om zich voor vijftien personen garant te kunnen stellen.

Graag had ik hieromtrent de volgende vragen gesteld:

1)Hoeveel personen die geen instelling vertegenwoordigden, gingen in 2007 en in 2008 een verbintenis tot ten laste neming aan ten aanzien van een visumaanvrager?

2)Hoeveel personen die daarbij een instelling vertegenwoordigden gingen in 2007 en in 2008 een verbintenis tot ten laste neming aan ten aanzien van een visumaanvrager?

3)Hoeveel personen die een instelling vertegenwoordigden, stelden zich in 2007 en in 2008 garant voor meer dan een visumaanvrager? Kan de geachte minister hier een opsplitsing geven van het aantal personen per aantal garantstellingen, gaande van twee garantstellingen tot het maximum van vijftien?

 
Réponse reçue le 9 juillet 2009 : Antwoord ontvangen op 9 juli 2009 :

La problématique évoquée relève de la compétence de la ministre de la Politique d’asile et de migration.

De aangehaalde problematiek behoort tot de bevoegdheid van de minister van Migratie- en asielbeleid