BELGISCHE SENAAT
________
Zitting 2016-2017
________
26 september 2017
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 6-1554

de Christie Morreale (PS)

aan de minister van Middenstand, Zelfstandigen, KMO's, Landbouw en Maatschappelijke Integratie
________
Amitraz - Toxiciteit - Risico op besmetting - Gebruik in de veehouderij in Nederland - Eventuele tests door het Federaal Agentschap voor de veiligheid van de voedselketen(FAVV) - Eventuele verkoop van besmette producten in België
________
insecticide
intensieve fokkerij
giftige stof
verontreiniging van voedingsmiddelen
Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen
fytosanitair product
________
26/9/2017Verzending vraag
23/10/2017Antwoord
________
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 6-1554 d.d. 26 september 2017 : (Vraag gesteld in het Frans)

We beschikken nog niet over alle antwoorden in de eierencrisis, maar we vernamen op woensdag 23 augustus 2017 dat de Nederlandse minister van Volksgezondheid, Edith Schippers, en staatssecretaris van Economische Zaken Martijn van Dam in een brief gericht aan het Europees Parlement hebben bekendgemaakt dat naast fipronil ook een ander insecticide, amitraz, was gebruikt in Nederlandse runder- en kippenbedrijven. Het product zou zijn geleverd door het Nederlandse bedrijf ChickFriend, dat ook al verantwoordelijk was voor het gebruik van fipronil voor de bestrijding van bloedluis.

Er werd blijkbaar geen enkele informatie over de eventuele aanwezigheid van dat tweede bestrijdingsmiddel in eierproducten afkomstig uit Nederland gemeld aan de Europese Commissie.

Al deze vragen vallen binnen de bevoegdheid van de Senaat omdat ze gaan over een federale materie die van invloed is op de bevoegdheden van de deelstaten inzake landbouw, economie, volksgezondheid, milieu, welzijn, enz.

1) Voert het Federaal Agenstschap voor de veiligheid van de voedselketen tests uit om de aanwezigheid van dit insectendodend middel op te sporen? Werden er bij ons besmette producten uit Nederland verkocht? Moeten we vrezen voor een gezondheidscrisis zoals in het geval van fipronil?

2) Is dit product als biocide verboden? Voor welk gebruik is het product toegelaten? Hoe valt het eventuele gebruik ervan bij ons en bij onze buren te verklaren?

3) Kunt u de toxiciteit van dit bestrijdingsmiddel toelichten?

Antwoord ontvangen op 23 oktober 2017 :

1) Het opsporen van residuen van amitraz maakt, voor wat betreft planten, al jaren deel uit van het jaarlijks analyseprogramma van het Federaal Agentschap voor de veiligheid van de voedselketen (FAVV) (1 569 analyses uitgevoerd in 2016) en sinds 2016 is amitraz ook opgenomen in het analyseprogramma voor verschillende diersoorten (in honing en lever, in 2016 werden 144 analyses uitgevoerd). Amitraz werd in geen enkel geval aangetroffen. In het kader van de fipronilproblematiek heeft het FAVV naast de analyses die al waren geprogrammeerd in 2017 ook gezocht naar residuen van amitraz in monsters van eieren, pluimveevlees en eiproducten. Amitraz werd in geen enkel geval aangetroffen. Bovendien heeft de Europese Commissie aan alle Lidstaten gevraagd om een monitoring van de eieren en vlees / vet van pluimvee uit te voeren tegen eind november 2017. Twaalf stoffen, waaronder amitraz, maken het voorwerp uit van deze monitoring. België heeft geen enkele informatie ontvangen van Nederland die duidt op de verspreiding in België van levensmiddelen van dierlijke oorsprong die residuen van amitraz bevatten.

2) Amitraz is sinds 2004 in Europa verboden als fytofarmaceutisch product. Dit product is ook niet toegelaten als biocide. Amitraz is in Europa daarentegen wel toegelaten als diergeneesmiddel voor voedselproducerende dieren (runderen, schapen, geiten, varkens en bijen). In België is er momenteel slechts één diergeneesmiddel op basis van amitraz op de markt beschikbaar (Taktic, dat gebruikt moet worden als spray of dipbehandeling voor runderen, schapen en varkens, met inbegrip van dieren die melk produceren die bestemd is voor menselijke consumptie). Voor deze gebruiksdoeleinden moet een zeer strikte wachttermijn worden nageleefd tussen het gebruik van het product en het moment dat de behandelde dieren of hun producten terechtkomen in de voedselketen, met name om de gezondheid van de consumenten te beschermen. Overeenkomstig de Europese wetgeving kan een diergeneesmiddel op basis van amitraz ook worden toegediend aan pluimvee op voorwaarde dat de « cascadecriteria » worden nageleefd :

– er is geen behandelingsalternatief beschikbaar voor de betrokken doelsoort of het bedoelde gebruik ;

– het gaat om een noodzakelijke behandeling om onaanvaardbaar lijden te vermijden ;

– het gaat om een uitzonderlijke situatie.

De dierenarts is volledig verantwoordelijk voor de toepassing van het cascadesysteem. Het gebruik van het geneesmiddel gebeurt enkel onder zijn verantwoordelijkheid.

3) De orale toxiciteit van amitraz wordt beschouwd als laag tot gemiddeld. In geval van acute intoxicatie kunnen de volgende symptomen worden vastgesteld : lethargie, hyperexcitatie, depressie van het centrale zenuwstelsel en hypothermie. Toxicologische studies tonen aan dat amitraz en de metabolieten ervan noch genotoxisch, noch carcinogeen zijn. De acute referentiedosis die is vastgesteld voor amitraz is 0,01 mg / kg levend gewicht (= kg lichaamsgewicht van de consument). Voor een consument van 60 kg betekent dit dat bij de consumptie van meer dan 0,6 mg amitraz over een korte periode (een maaltijd of een dag) een effect op de gezondheid niet kan worden uitgesloten. De aanvaardbare dagelijkse inname (ADI) van amitraz werd vastgesteld op 0,003 mg / kg levend gewicht. Voor een consument van 60 kg betekent dit dat 0,18 mg amitraz per dag kan worden geconsumeerd zonder dat er schadelijke effecten zijn voor die consument. De maximale residulimieten die zijn vastgesteld voor amitraz als diergeneesmiddel variëren tussen 10 µg / kg voor melk en 400 µg / kg voor vet.