BELGISCHE SENAAT
________
Zitting 2012-2013
________
21 januari 2013
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 5-7832

de Hassan Bousetta (PS)

aan de minister van Justitie
________
Voorlopige hechtenis - Onwerkzame hechtenis - Schadevergoeding - Cijfers - Gevallen van elektronisch toezicht
________
voorlopige hechtenis
vervangende straf
vergoeding
________
21/1/2013Verzending vraag
24/5/2013Antwoord
________
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 5-7832 d.d. 21 januari 2013 : (Vraag gesteld in het Frans)

Het debat over de voorlopige hechtenis geeft vaak aanleiding tot opmerkingen. Ik verwijs bijvoorbeeld naar de getuigenissen in de media, zie http://www.rtbf.be, en het artikel van 20 maart 2012, waarin het gaat over het debat over dr voorlopige hechtenis, dat weer op gang is gebracht ingevolge een aangrijpende getuigenis.

Onwerkzame hechtenissen zijn gevallen van voorlopige hechtenis waarbij de verdachte uiteindelijk niet werd veroordeeld.

Als de betrokkene onterecht in hechtenis werd genomen, kan hij een schadevergoeding eisen. Naar het schijnt zou het mechanisme van schadevergoeding geen volledige voldoening schenken. Volgens advocaat Réginald de Béco zou ze zelfs belachelijk laag zijn.

De FOD Justitie publiceerde op 13 november 2012 op zijn website:”Veertig procent van de gedetineerden zit in voorlopige hechtenis. Om de overbevolking een stukje te kunnen terugschroeven, krijgen rechters voortaan de mogelijkheid mensen in voorlopige hechtenis onder elektronisch toezicht met gps te plaatsen. Een dag onder elektronisch toezicht wordt in de nieuwe wet diverse bepalingen gelijkgesteld aan een dag voorhechtenis”.

Bij “gelijkstelling aan een dag voorhechtenis”, zijn de rechten op schadevergoeding bij een onwerkbare voorlopige hechtenis, conform de artikelen 27 en 28 van de wet van 13 maart 1973 betreffende de vergoeding voor de onwerkdadige voorlopige hechtenis, dus van toepassing op personen die onterecht onder elektronisch toezicht werden geplaatst.

Bevestigt de minister de analyse dat deze rechten, bepaald in artikelen 27 en 28 ,van toepassing zijn ingeval van onwerkzaam elektronisch toezicht?

Hoe zijn de schadevergoedingen toegekend op grond van de wet van 13 maart 1973 betreffende de vergoeding vooronwerkzame voorlopige hechtenis de jongste vijf jaar geëvolueerd?

Aangezien elektronisch toezicht voor een individu minder zwaar om dragen is, bestaat het gevaar dan niet dat de dossiers met voorlopige hechtenis (aangepaste maatregelen inbegrepen) zullen toenemen, met als logisch gevolg ook een vermeerdering van het aantal gevallen van onwerkzame hechtenis?

Antwoord ontvangen op 24 mei 2013 :

Na de bekendmaking van de wet houdende diverse bepalingen betreffende Justitie, inzonderheid titel II - Hechtenis onder elektronisch toezicht, en van het koninklijk uitvoeringsbesluit bij die titel, zal de wet van 13 maart 1973 betreffende de vergoeding voor onwerkzame voorlopige hechtenis ook van toepassing zijn op verzoekschriften ingediend door personen die onder elektronisch toezicht zijn geplaatst ten gevolge van de beslissing van een onderzoeksrechter in het kader van de tenuitvoerlegging van een aanhoudingsbevel. 

De volgende vergoedingen zijn de voorbije 5 jaar toegekend op basis van de wet van 13 maart 1973 : 

  • 2008 : 488 731,62 euro (66 toekenningen en 28 weigeringen = 94 dossiers) ;

  • 2009 : 484 433,93 euro (72 toekenningen en 30 weigeringen = 102 dossiers) ;

  • 2010: 347 501,48 euro (62 toekenningen en 41 weigeringen = 103 dossiers) ;

  • 2011: 376 988,13 euro (53 toekenningen, 38 weigeringen. In 10 gevallen wordt gewacht op een beslissing van de Commissie voor de onwerkzame voorlopige hechtenis = 101 dossiers) ;

  • 2012 : 143 328,99 euro (33 toekenningen, 20 weigeringen. In 46 gevallen wordt gewacht op een beslissing van de Commissie voor de onwerkzame voorlopige hechtenis = 99 dossiers). 

Met betrekking tot de vraag of het gevaar bestaat dat de dossiers met voorlopige hechtenis (daaronder begrepen gelijksoortige dossiers) zullen toenemen omdat de maatregel van elektronisch toezicht voor de betrokkene minder zwaar om dragen is, moet worden onderstreept dat de wet van 20 juli 1990 betreffende de voorlopige hechtenis steeds moet worden nageleefd wanneer iemand voorlopig in hechtenis wordt genomen. De voorlopige hechtenis onder elektronisch toezicht zal evenwel een nieuwe wijze zijn om de voorlopige hechtenis ten uitvoer te leggen, en geen verlichting van de procedure en de voorwaarden voor voorlopige hechtenis.