BELGISCHE SENAAT | ||||
________ | ||||
Zitting 2010-2011 | ||||
________ | ||||
18 december 2010 | ||||
________ | ||||
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 5-620 | ||||
de Guido De Padt (Open Vld) |
||||
aan de minister van Binnenlandse Zaken |
||||
________ | ||||
Zwakke weggebruikers - Fietsers - Ongevallen - Aantallen | ||||
________ | ||||
verkeersveiligheid tweewielig voertuig ongeval bij het vervoer officiële statistiek geografische spreiding leeftijdsverdeling |
||||
________ | ||||
|
||||
________ | ||||
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-621 | ||||
________ | ||||
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 5-620 d.d. 18 december 2010 : (Vraag gesteld in het Nederlands) | ||||
Als 10 % van de afstanden korter dan 7,5 kilometer wordt afgelegd met de fiets in plaats van met de auto, zou dat volgens een Nederlands onderzoek kunnen leiden tot een toename van vier tot acht verkeersdoden en ongeveer vijfhonderd ernstige verkeersgewonden per jaar. Fietsers, als kwetsbare verkeersdeelnemers, zijn immers minder beschermd in het verkeer dan auto-inzittenden. Fietsers raken vlugger gewond bij een ongeval. Als er een motorvoertuig bij betrokken is, lopen zij meer risico om te overlijden of gewond te raken. Daarnaast raken zij relatief vaak gewond bij ongevallen waar geen ander voertuig bij betrokken is. In Nederland vallen daarbij volgens de ziekenhuisregistratie jaarlijks vijfduizend ernstig gewonden. Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen: 1) Hoeveel fietsers raakten in ons land in 2007, 2008, 2009 en 2010 betrokken bij een verkeersongeval en hoeveel daarvan raakten gewond en / of overleefden het ongeval niet (met zo mogelijk een uitsplitsing per leeftijdscategorie en naargelang het ging om een gemeentelijke, provinciale of gewestweg)? 2) Hoeveel fietsers raakten in ons land in 2007, 2008, 2009 en 2010 betrokken bij een ongeval (waar geen ander voertuig bij betrokken was) en hoeveel daarvan raakten gewond en / of overleefden het ongeval niet (met zo mogelijk een uitsplitsing per leeftijdscategorie, per gewest en naargelang het ging om een gemeentelijke, provinciale of gewestweg)? 3) In hoeveel van de ongevallen vermeld onder vraag 1, is er sprake van volgende oorzaken ? (a) overdreven snelheid van het voertuig; (b) middelenmisbruik; 4) In welke mate is de staat van de rijweg opgelijst als oorzaak van het ongeval in de gevallen vermeld onder vraag 2? |
||||
Antwoord ontvangen op 14 februari 2011 : | ||||
Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op zijn vraag. Deze parlementaire vraag valt niet onder onze bevoegdheid, maar onder de bevoegdheid van de Federale Overheidsdienst (FOD) Mobiliteit. |