BELGISCHE SENAAT
________
Zitting 2011-2012
________
16 januari 2012
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 5-5239

de Sabine de Bethune (CD&V)

aan de staatssecretaris voor Leefmilieu, Energie en Mobiliteit, toegevoegd aan de minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen, en staatssecretaris voor Staatshervorming, toegevoegd aan de eerste minister
________
Raad van de Gelijke Kansen voor Mannen en Vrouwen - Samenwerking - 2010
________
gelijke behandeling van man en vrouw
gendermainstreaming
________
16/1/2012Verzending vraag
5/3/2012Antwoord
________
Herindiening van : schriftelijke vraag 5-3405
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 5-5239 d.d. 16 januari 2012 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

De Raad van de Gelijke Kansen voor Mannen en Vrouwen is een federaal adviesorgaan, dat werd opgericht bij koninklijk besluit van 15 februari 1993 en gereorganiseerd bij koninklijk besluit van 4 april 2003.

Overeenkomstig de artikelen 3, 4 en 5, van het laatstgenoemde besluit kan de Raad op eigen initiatief of op verzoek van de leden van de regering rapporten opstellen, onderzoekingen verrichten, wettelijke of verordeningsmaatregelen voorstellen, voorlichting en informatie verschaffen en verspreiden.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen:

1) Hebt u in 2010 een advies gevraagd of een (andere) opdracht gegeven aan de Raad van de gelijke kansen voor mannen en vrouwen? Zo ja, welke en waarom?

Zo neen, waarom niet?

2) Is er in de loop van het jaar 2010 enige vorm van samenwerking of overleg geweest tussen uw diensten en de Raad van de gelijke kansen voor mannen en vrouwen? Zo ja, welke?

3) In hoeverre hebt u in uw beleid lopende het jaar 2010 rekening gehouden met de in het verleden door de Raad geformuleerde adviezen en aanbevelingen? Zo ja, met welke adviezen en/of aanbevelingen en op welke wijze?

Antwoord ontvangen op 5 maart 2012 :
  1. Voor wat de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu betreft:

    1.Onze Federale Overheidsdienst (FOD) heeft de Raad van de Gelijke Kansen voor Mannen en Vrouwen niet om advies of ondersteuning gevraagd. Dat was niet nodig en we hadden er niet de gelegenheid toe.

    In 2010 werd de eerste ontmoeting van de interdepartementale coördinatiegroep inzake de federale opvolging van gender mainstreaming (overeenkomstig de wet van 12 januari 2007 en het koninklijk besluit (KB) van 25 januari 2010) georganiseerd. Daarop waren twee vertegenwoordigsters van onze FOD aanwezig.

    Sindsdien houden we rekening met de aanbevelingen die van kracht zijn inzake gender mainstreaming en meer specifiek gender budgeting.

  2. Voor wat de FOD Mobiliteit betreft:

    1.In 2010 werd geen mening gevraagd aan mijn diensten, noch overleg gepleegd met de Raad voor Gelijke Kansen tussen Mannen en Vrouwen. Inderdaad, de situatie van de FOD achtte het niet nodig een stap in deze richting te zetten tijdens deze periode.

    2.De FOD Mobiliteit en Vervoer heeft niet samengewerkt en/of overleg gepleegd met de Raad voor Gelijke Kansen tussen Mannen en Vrouwen in 2010.

    3.In de loop van 2010 werden mijn medewerkers op de hoogte gehouden van de adviezen van de Raad voor Gelijkheid tussen Mannen en Vrouwen wat betreft de uitvoering van de wet Gender Mainstreaming.

    Voor de praktische uitvoering zijn de aanbevelingen van het Instituut voor gelijkheid tussen mannen en vrouwen toegepast.

  3. Voor wat de FOD Economie betreft:

    1.Neen, want de gelegenheid heeft zich niet voorgedaan.

    2.Neen.

    3.Het departement houdt rekening met de adviezen en aanbevelingen van de Raad van de Gelijke Kansen voor Mannen en Vrouwen. In de tevredenheidsenquête van het personeel 2010 werden er tal van uitsplitsingen mannen-vrouwen gemaakt, waarvan de interpretaties kunnen leiden tot vooruitgang op het vlak van gelijkheid. Momenteel wordt er een actieplan voor diversiteit voorbereid, waarvan een deel gewijd is aan de gelijkheid van kansen voor mannen en vrouwen evenals aan acties ter zake.