BELGISCHE SENAAT
________
Zitting 2011-2012
________
30 december 2011
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 5-5100

de Nele Lijnen (Open Vld)

aan de vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Europese Zaken
________
De intimidatie van Syrische opposanten in ons land
________
Syrië
andersdenkende
staatsgeweld
geheime dienst
diplomatieke betrekking
________
30/12/2011Verzending vraag
16/4/2012Antwoord
________
Herindiening van : schriftelijke vraag 5-3804
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 5-5100 d.d. 30 december 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Ik verwijs naar mijn eerdere schriftelijke vraag (stuk nr.5-3246) en uw antwoord hierop. Op mijn vraag of u weet had van intimidatie vanwege het regime in Syrië ten aanzien van opposanten die in ons land verblijven gaf u aan geen weet te hebben van dergelijke feiten in ons land.

In tegenstelling tot wat u in uw antwoord van 18 oktober 2011 aangaf is de genadeloze repressie door het Syrische regime wel degelijk ook in ons land binnengedrongen.

Syriërs in België die zich aan de zijde van de demonstranten in hun thuisland hebben geschaard, kregen de voorbije maanden dreigtelefoontjes en haatmail. 'Hij zei dat hij wist waar ik mee bezig was en dat ik er onmiddellijk mee moest stoppen. Of dat me anders de dood wachtte.', aldus een getuige in de krant De Morgen van 6 oktober 2011.

Eén getuige die in ons land verblijft, gaf aan dat de dreigtelefoons bijzonder griezelig waren gezien de anonieme bellers details wisten uit het privéleven van de betrokkene. Ook Hasan Addaher, de voorzitter van het Belgisch Comité van de Syrische revolutie, krijgt dreigtelefoontjes. In diezelfde kranten kunnen we tevens lezen dat de 25-jarige Abdulsattar A. dreigtelefoontjes, sms'en en zelfs haatmail ontvangt. Betrokkene werkt aan mee aan de Facebookgroep 'De Syrische revolutie 2011" en is één van de drijvende krachten achter het protest in het thuisland. Deze getuigenissen stroken met wat Amnesty concludeerde in acht andere landen: het Syrische regime intimideert en bedreigt systematisch zijn burgers in het buitenland die zich bij de protestbeweging hebben aangesloten en strookt tevens met mijn eerdere vraag waarin ik deze feiten oplijstte dd. 29 september 2011.

De genadeloze repressie van het regime van Bashar al-Assad stopt niet aan de grenzen. Het rapport van Amnesty deed alvast in Frankrijk en Zweden heel wat stof opwaaien. De autoriteiten daar reageren furieus en benadrukken dat ze dergelijke praktijken niet op hun grondgebied tolereren. Hoe reageert ons land?

Graag had ik hieromtrent dan ook een gedetailleerd antwoord ontvangen op volgende vragen:

1) Bent u heden op de hoogte van de intimidatie van Syriërs die in ons land verblijven door medestanders van het Syrische regime en kan u aangeven hoe u reageert als minister gezien we heden onomstotelijk weten dat ook in ons land het bloedige Syrische regime mensen intimideert?

2) Zal u naar het voorbeeld van Frankrijk en Zweden concrete diplomatieke stappen nemen ten aanzien van Syrië gezien deze verregaande inmenging in de werking van onze democratie en gezien er dreigementen worden geuit ten aanzien van mensen die in ons land resideren alsook ten aanzien van hun familie?

3) Bent u bereid eventueel vertegenwoordigers van de Syrische oppositie te ontmoeten? Zo neen, waarom niet? Kan u uitvoerig toelichten?

4) Bent u ervan op de hoogte dat de Syrische veiligheidsdiensten en meer bepaald de beruchte Mukhabaraat ervan wordt beschuldigd te opereren vanuit de Syrische ambassade en dat zij een wezenlijk onderdeel uitmaken van het repressieapparaat van het Syrische regime? Hoe reageert u op deze aantijgingen?

5) Bent u bereid de Syrische ambassadeur concreet aan te spreken over de bedreigingen ten aanzien van Syriërs die in ons land verblijven en erop aan te dringen dat dergelijke feiten in ons land ten opzichte van Syrische residenten niet aanvaardbaar zijn? Kan u dit concreet toelichten?

6) Meent u niet in het licht van het hoge aantal burgers dat in Syrië dat wordt afgeslacht en gemarteld dat het tijd wordt om onze ambassadeur al of niet tijdelijk terug te roepen? Zo neen, kan, u uitvoerig toelichten waarom niet alsook welke de meerwaarde is om onze ambassadeur aldaar te houden? Welke ander stappen gaat u ondernemen?

Antwoord ontvangen op 16 april 2012 :

1) Uit de berichtgeving in de media heb ik ook vernomen dat sommige leden van de Syrische oppositie zouden geïntimideerd worden, al dan niet door de Syrische veiligheidsdienst en leden van de Syrische ambassade. Mijn diensten hebben tevens contact opgenomen met de Veiligheid van de Staat om meer informatie te verkrijgen. De resultaten van dit onderzoek is echter vertrouwelijk en geheim en kan ik u langs deze weg dan ook niet meedelen. Ik kan u wel verzekeren dat ikzelf en mijn diensten dit van nabij blijven volgen.

In het algemeen is het onaanvaardbaar dat een buitenlandse veiligheidsdienst of leden van een ambassade betrokken zouden zijn bij de intimidatie van leden van de oppositie. Dit is niet te tolereren in een democratische rechtstaat.

2) Aangezien de rapporten van de Veiligheid van de Staat geheim zijn, kan ik niet antwoorden op deze vraag, ook om de veiligheid van alle betrokkenen niet in gevaar te brengen.

3) Begin januari heb ik apart twee belangrijke Syrische oppositiegroepen ontmoet in Brussel. Ik had een gesprek met vertegenwoordigers van de Syrische Nationale Raad onder leiding van de heer Burhan Ghalioun en met vertegenwoordigers van het Nationaal Coördinatiecomité, vertegenwoordigd door de heer Haithem Manna. Ik heb hen beiden dezelfde boodschap gegeven waarin ik hen aanspoor om werk te maken van een verenigd oppositieplatform, al dan niet onder een gezamenlijke structuur. Dit gezamenlijk initiatief is immers belangrijk om een geloofwaardig alternatief te bieden voor het post-Assad-tijdperk. Mijn diensten hadden ook eerder al verschillende contacten met de Syrische oppositie, zowel in Brussel als in Damascus.

4) Aangezien de rapporten van de Veiligheid van de Staat geheim zijn, kan ik niet antwoorden op deze vraag, ook om de veiligheid van alle betrokkenen niet in gevaar te brengen.

5) Aangezien de rapporten van de Veiligheid van de Staat geheim zijn, kan ik niet antwoorden op deze vraag, ook om de veiligheid van alle betrokkenen niet in gevaar te brengen.

6) Zoals ook mijn voorganger reeds aanhaalde, is het terugroepen van een ambassadeur een belangrijk politiek signaal aan een regime. Dit signaal heeft echter ook andere gevolgen die ook in overweging moeten genomen worden. Zo zijn de ambassadeurs ter plaatse een belangrijke bron van informatie, zeker in een land als Syrië, waar de internationale pers slechts moeizaam toegang krijgt. Daarnaast is een ambassade ook belangrijk voor de ondersteuning van de landgenoten in het land en voor de bijstand bij een eventuele evacuatie. Ik heb echter op 6 februari beslist om onze ambassadeur terug te roepen voor overleg. Het ging over een politiek signaal gezien de patstelling in de Verenigde Naties (dubbel Russische en Chinese veto) en gezien de verslechtering van de situatie op het terrein, onder meer op veiligheidsvlak. De ambassadeur heeft haar functies hernomen op 2 maart.