1-131 | 1-131 |
Sénat de Belgique |
Belgische Senaat |
Annales parlementaires |
Parlementaire handelingen |
SÉANCES DU JEUDI 17 JUILLET 1997 |
VERGADERINGEN VAN DONDERDAG 17 JULI 1997 |
De voorzitter. Aan de orde is de mondelinge vraag van de heer Loones aan de minister van Justitie.
Het woord is aan de heer Loones.
De heer Loones (VU). Mijnheer de voorzitter, ter attentie van de minister van Justitie werd door de heren voorzitter en hoofdgriffier van de Rechtbanken van Koophandel te Ieper en Veurne, een uitgebreide nota van 9 pagina's opgesteld, waarin zij op prangende wijze de noden van deze rechtbanken schetsen.
Bij de gerechtelijke hervorming van 1970 werden deze rechtbanken, gelegen op 32 km van elkaar, opgericht als totaal autonome rechtbanken. Sinds 1970 is het werkvolume er toegenomen met ongeveer 50 %. De kustzone kende een explosieve expansie, het arrondissement Ieper is een sterk groeiende economische groeipool en door de ontsluiting van de toegang tot Noord-Frankrijk kregen zowel Veurne als Ieper ook meer en meer een internationale functie.
Slechts door allerlei noodingrepen slaagt men erin de werking van deze rechtbanken op een goed peil te houden. Zo is daar een quasi-permanent systeem van vervangende rechters ingevoerd, wordt de schrapping van zaken in tegenstelling tot wat bij andere rechtbanken gebruikelijk is zeer strikt opgevolgd en wordt de briefwisseling mondeling beantwoord met het oog op tijdswinst. Hierdoor worden de statistieken zo niet vervalst, dan toch vertekend.
De situatie is echter onhoudbaar geworden, vooral met de nieuwe wetgeving inzake faillissement en gerechtelijk akkoord, waarin onder meer wordt voorzien in kamers van opschorting, die nu kamers van depistage heten. De voorzitter mag in deze kamers geen zitting hebben. Dit geldt in vele gevallen ook voor de consulaire rechters, gezien hun betrokkenheid in het plaatselijk maatschappelijk leven van kleine arrondissementen.
De Rechtbanken van Koophandel van Ieper en Veurne vragen ten minste op de volgende twee punten zeer dringend een beslissing : de benoeming van een extra full-time magistraat in de plaats van de huidige ambulante magistraat, die zijn diensten moet spreiden over Brugge, Oostende, Ieper en Veurne, en een bijkomende klerk-greffier zodat de griffies van Ieper en Veurne continu over een griffier en een klerk-griffier kunnen beschikken.
Graag kreeg ik van de minister een antwoord op volgende vragen. Heeft hij kennis genomen van de alarmbelnota van de voorzitter en de hoofdgriffier van de Rechtbanken van Koophandel te Ieper en Veurne ? Welke maatregelen zal hij treffen om iets aan de noodsituatie te doen, zodat de nieuwe wetgeving op het faillissement en het gerechtelijk akkoord, die op 1 januari van kracht wordt, ook in de regio Veurne-Ieper ten volle kan worden toegepast ?
De voorzitter. Het woord is aan minister De Clerck.
De heer De Clerck, minister van Justitie. Mijnheer de voorzitter, de heer Loones kent zeer goed mijn sympathie voor de streek Ieper-Veurne en haar rechtbanken. Ik heb dan ook veel aandacht gegeven aan de nota waarin uitvoerig wordt uiteengezet welke noden er aldaar zijn. Ik krijg echter zeer veel dergelijke nota's uit alle hoeken van het land. Er worden op zeer intense wijze argumenten aangedragen om te verdedigen dat het kader in bepaalde rechtbanken moet worden versterkt. In vele gevallen is dit inderdaad terecht. Ieper en Veurne zijn twee kleinere arrondissementen die dan ook met de specifieke problemen te kampen hebben van rechtbanken die soms te klein zijn om een goede werkverdeling mogelijk te maken. Wij kennen de problematiek en wij zoeken uiteraard naar oplossingen.
Dit alles moet echter ook in een ruimer kader worden geplaatst. Veel wetgeving wordt gewijzigd. Niet alleen het aantal zaken, de complexiteit en het internationale, grensoverschrijdende karakter ervan, maar ook de wijziging van de wetgeving op het faillissement en het gerechtelijk akkoord, op de overmatige schuldenlast, het ontwerp-Franchimont, de aanpassing van de wetgeving op de VZW's die binnenkort door de Ministerraad zal worden besproken en een betere aanpak van de financieel-economische criminaliteit, nopen ons ertoe voldoende middelen ter beschikking te stellen van de rechtbanken om hun job goed te doen.
Ik ben mij dus zeer goed bewust van het globale kader en probeer binnen het raam van het meerjarenplan te kijken hoe de rechtbanken kunnen worden versterkt. Ik kan daarop nu nog geen cijfer kleven, maar in de komende dagen moet worden beslist welke marge wij hebben. Dan zal een aantal bijkomende rechters over de arrondissementen worden verdeeld, waar zij bijkomende taken op zich zullen nemen, onder meer ter versterking van de rechtbanken van koophandel in verband met de nieuwe wet op het faillissement en het gerechtelijk akkoord. Dit zal zeker nodig zijn, indien wij meer preventief willen werken in de plaats van palliatief, zoals nu het geval is. De kaderuitbreiding is dus één element.
Ten tweede werd in de Kamer reeds een ontwerp over de toegevoegde rechters goedgekeurd dat meer flexibiliteit per rechtsgebied organiseert, zodat rechters kunnen worden ingeschakeld telkens er een probleem rijst ten gevolge van ziekte, benoemingsperikelen en dergelijke meer. Dit ontwerp werd overgezonden naar de Senaat die het in september of ten laatste oktober zal bespreken en goedkeuren. Het zal het probleem in de regio Ieper-Veurne mee helpen oplossen. Zo wordt vanuit een brede visie aan dit probleem, maar ook aan dat van vele andere, zo niet alle arrondissementen gewerkt.
De voorzitter. Het woord is aan de heer Loones voor een repliek.
De heer Loones (VU). Mijnheer de voorzitter, ik dank de minister voor zijn sympathie voor de streek van Ieper en Veurne en voor zijn bereidheid de problematiek van de rechtbanken aldaar te onderzoeken. De minister plaatste het probleem dat ik heb aangehaald wel in een algemeen kader.
De voorbije maanden werden hier vragen gesteld over zowat alle gerechtelijke arrondissementen, tot zelfs over het arrondissement Hoei toe. Het mag niet dat kleinere rechtbanken worden gestraft omwille van hun goed beheer, dat zoals ik al zei, soms niet tot uiting komt in de statistieken. Met deze vraag heb ik de aandacht van de minister vooral willen vestigen op de nota van voorzitter en hoofdgriffier van de rechtbanken van Ieper en Veurne en ik dank hem nogmaals voor zijn bereidheid die te willen onderzoeken.
De voorzitter. Het incident is gesloten.
L'incident est clos.