1-208/2 | 1-208/2 |
16 JANUARI 1996
De Commissie heeft dit ontwerp besproken tijdens haar vergadering van 16 januari 1996.
De minister merkt op dat de ontwapening in het algemeen en de uitbanning van chemische wapens in het bijzonder, de jongste jaren een belangrijke plaats heeft ingenomen in het Belgische buitenlands beleid.
Hij hoopt dan ook dat ons land deel zal uitmaken van de groep van 65 ratificerende staten die nodig is om deze overeenkomst van kracht te doen worden.
De minister wijst erop dat momenteel 159 staten de tekst ondertekend hebben wat onmiskenbaar een succes is, gezien de draagwijdte van de overeenkomst.
Toch moeten nog een aantal zaken worden geregeld.
Zo hebben de Verenigde Staten zich ertoe verbonden de vroegere Sovjet-Unie financieel te steunen bij het vernietigen van de enorme hoeveelheden chemische wapens die hier zijn opgeslagen, maar dienen er ter zake nog concrete afspraken te worden gemaakt.
Ook de « Organisatie voor het verbod op chemische wapens » vermeld in artikel VIII moet nog worden opgericht.
De minister wijst erop dat het verdrag ook financiële consequenties heeft.
Bij de oprichting van de uitvoerende instellingen wordt van België in eerste instantie een bedrag van ongeveer 11 miljoen frank gevraagd. Nadien kan de jaarlijkse bijdrage oplopen tot 70 miljoen frank.
Wat de inhoud van het verdrag betreft, verklaart de minister dat de voorliggende overeenkomst de doelstellingen en beginselen van het protocol van Genève van 1925 nopens het verbod van het gebruik tijdens oorlogshandelingen van verschillende, giftige of andere gassen bevestigt, maar veel ruimer is. Waar het protocol allen betrekking had op het gebruik van chemische wapens, verbiedt de voorliggende tekst eveneens de ontwikkeling, de produktie, de verwerving, de opslag en de overdracht van dergelijke wapens. Tevens wordt de verplichting opgelegd de bestaande voorraden te vernietigen. Het gaat hier derhalve om het eerste verdrag dat ertoe strekt een bestaand wapensysteem volledig te bannen.
De minister onderstreept dat in de tekst een zeer ruime omschrijving van het begrip « chemische wapens » wordt gegeven, die het omzeilen van de verbodsbepalingen onmogelijk moet maken. Zij omvat niet alleen de toxische stoffen als dusdanig, maar ook de munities en andere inzetmiddelen, speciaal ontworpen met het oog op hun gebruik als chemisch wapen.
Toxische stoffen bestemd voor niet-militaire toepassingen worden niet gezien als chemische wapens, op voorwaarde evenwel dat zij worden geproduceerd in hoeveelheden die in overeenstemming zijn met het vreedzaam gebruik.
Met betrekking tot de vernietiging van de bestaande wapens is het voor ons land van bijzonder belang dat in de definitie een onderscheid wordt gemaakt tussen wapens die vóór en na 1925 geproduceerd werden. De eerste categorie wordt voor de verificatie gelijkgesteld met chemisch afval en is daardoor onderworpen aan een soepeler verificatieregime.
Dit heeft voor het wegwerken van de oorlogsmunitie in Poelkapelle een aanzienlijke vereenvoudiging van de procedures en besparing tot gevolg.
De bepalingen in hoofdstuk IV en V betreffende de vernietiging van de wapens geproduceerd na 1925, zijn vanzelfsprekend vooral van belang voor de twee grootmachten uit de koude oorlog.
Zij zouden samen beschikken over ongeveer 70 000 ton chemische wapens. Over deze hoeveelheden kan evenwel pas uitsluitsel worden gegeven bij de inwerkingtreding van het verdrag, want pas dan moet opgave van de voorraden worden gedaan.
Wat de verificatie betreft deelt de minister mee dat alles wat door het verdrag wordt verboden, ook door de daartoe aangewezen instantie kan worden gecontroleerd.
De algemene verificatie is in het bijzonder geaxeerd op drie domeinen :
1. de vernietiging van de bestaande wapens, binnen de door het verdrag voorgeschreven termijn van 10 jaar;
2. de controle op de chemische industrie die bepaalde, in de aan het verdrag toegevoegde lijsten vermelde produkten aanmaakt of verwerkt;
3. de transferts van deze produkten tussen de diverse landen.
De opstellers van het verdrag zijn er zich van bewust dat de ontwikkeling van nieuwe produkten en wapens zeer moeilijk controleerbaar is.
Daarom voorziet het verdrag, naast de routine-verificaties, die vooral gebaseerd zijn op de opgaven van de verdragsluitende staten, in een systeem van wat in het Frans « inspections par mise en demeure » en in het Nederlands « uitdagingsinspecties » genoemd wordt.
Staten die andere landen ervan verdenken het verdrag te overtreden, kunnen een inspectie doen uitvoeren. Het gaat hier dus om een controle op aanvraag.
De minister zegt dat de verificatie behoort tot de opdracht van de « Organisation for prohibition of chemical weapons » (O.P.C.W.) die in Den Haag wordt gevestigd. Alle staten die het verdrag ratificeren zijn lid van deze organisatie.
Binnen elke staat moet een « nationale autoriteit » worden opgericht die alle relevante gegevens met betrekking tot de chemische industrie verzamelt. Zij staat ook in voor de organisatie van de verificaties door de O.P.C.W.
Men mag ervan uitgaan dat het aantal installaties die in België voor inspectie in aanmerking komen, eerder beperkt is.
De minister vestigt vervolgens de aandacht op artikel 11 van de overeenkomst.
Ten gevolge van bepaalde gebeurtenissen in de jaren 80 en van de golfoorlog hebben een aantal Westerse staten zich verenigd in de « Australië Groep voor chemische en biologische non-proliferatie » die tot doel heeft de handel in bepaalde produkten te controleren en aan banden te leggen.
Een aantal derde-wereldlanden zien deze beperkingen als een verzwaring van de verdragstekst. Vandaar dat de groep de intentie heeft geformuleerd dat de maatregelen die zij heeft genomen ten einde de verspreiding van bepaalde produkten tegen te gaan en die tegen het voorwerp van het verdrag ingaan, geleidelijk af te bouwen.
De minister verwijst tenslotte naar artikel 22 waarin wordt bepaald dat het verdrag in werking treedt, 180 dagen na de 65ste ratificatie.
Een lid vraagt of de oorlogsmunitie die voor de Belgische kust in zee werd gedumpt onder de bepalingen van het verdrag valt en derhalve dient te worden vernietigd.
De minister antwoordt dat deze munitie inderdaad onder het verdrag ressorteert, maar een afzonderlijk statuut heeft gekregen. De chemische wapens die na 1985 in zee werd gestort moet worden vernietigd volgens de gewone procedure. De munitie gestort vóór 1985 hoeft niet te worden opgeruimd.
Een ander lid wenst te vernemen of de installatie die momenteel wordt gebouwd in Poelkapelle beantwoordt aan de bepalingen van het verdrag.
De minister zegt hierop dat volgens de overeenkomst de toxische munitie uit de eerste wereldoorlog moet worden vernietigd.
De installatie in Poelkapelle beantwoordt aan de voorwaarden die in dit verband worden opgelegd. In de installatie wordt de munitie gedemilitariseerd : de toxische stoffen worden gescheiden van de rest van de munitie. Omdat het hier gaat om munitie van vóór 1922 kunnen de giftige stoffen daarna in een andere fabriek als chemisch afval worden vernietigd.
Zoals reeds werd gezegd, levert deze bepaling die op aandringen van België in het verdrag werd ingevoegd, een aanzienlijke besparing op.
Een derde spreker stelt vast dat dit verdrag ongeveer 160 bladzijden beslaat en een aangelegenheid regelt die in 1925 werd gevat in een Protocol van 1 bladzijde.
Er is nochtans geen garantie dat deze tekst beter zal functioneren dan de vorige. Hiervoor kan men alleen vertrouwen stellen in de onderhandelaars.
Spreker beaamt dat inderdaad reeds een groot aantal landen het verdrag hebben ondertekend. Op zichzelf zegt dit echter niets. Het is vooral van belang dat precies de landen die op het vlak van chemische wapens een reëel gevaar vormen in de lijst van ondertekenaars voorkomen en de intentie hebben het verdrag na te leven.
Spreker vermeldt in dit verband onder meer Irak en Noord-Korea.
Wat de afbakening van de produkten in de bij het verdrag gevoegde lijsten betreft, wijst hij erop dat de chemische industrie in de westerse landen sedert 1845 ongeveer dubbel zo snel is gegroeid als de rest van de economie. Ook in de nieuwe geïndustrialiseerde staten kent deze sector een zeer snelle ontwikkeling.
Deze groei situeert zich zowel op het kwalitatieve als op het kwantitatieve vlak.
Voortdurend wordt geëxperimenteerd met nieuwe produkten, waarvan ook de building bricks, de samenstellende delen, vaak volkomen nieuw zijn.
Spreker vraagt zich af hoe het in deze context mogelijk is, a priori lijsten aan te leggen van produkten die gevaarlijk worden geacht en te bepalen in welke kwantiteiten ze mogen worden aangemaakt.
Hij merkt ten slotte op dat het verdrag van ons land een aanzienlijke financiële inspanning vergt. België is nochtans niet verantwoordelijk voor de grote hoeveelheden chemische wapens die overal ter wereld werden aangelegd en kan in tegenstelling tot vroeger moeilijk nog als een industriële grootmacht worden beschouwd.
Het lijkt niet meer dan logisch dat hiermee rekening wordt gehouden bij de verdeling van de kosten.
De minister beaamt dat het succes van dit verdrag in aanzienlijke mate afhangt van de vraag welke staten de tekst wensen te ratificeren. Ter zake kunnen vanzelfsprekend geen verplichtingen worden opgelegd. Men kan alleen proberen de regeringen te overtuigen van het belang van het verdrag. Wat dit betreft is de voorliggende overeenkomst overigens vergelijkbaar met andere multilaterale ontwapeningsverdragen.
Hij merkt op dat momenteel binnen de regio's moeilijk een lijn te trekken is. In het Midden-Oosten hebben Israël en Iran de tekst ondertekend. Egypte, Syrië, Jordanië en Irak hebben dit nog niet gedaan. Dit laatste land maakt wel het voorwerp uit van afzonderlijke controles op zijn bewapening.
China heeft de overeenkomst ondertekend, maar Noord-Korea niet.
De minister stelt voor de lijst met de ondertekenaars en met de landen die reeds hebben geratificeerd aan het verslag toe te voegen, evenals de verdeling van de kosten tussen de verschillende staten die partij zijn bij de Overeenkomst.
Wat dit laatste betreft stipt hij aan dat de verificaties en controles van chemische wapens zeer complex en derhalve ook zeer duur zijn.
Het aandeel van België in de totale kostprijs bedraagt momenteel ongeveer één procent. Naarmate meer landen het verdrag ondertekenen kunnen vanzelfsprekend ook de kosten meer worden gespreid.
Wat de controles en de omschrijving van de toegelaten produkten betreft, merkt de minister op dat aan de basis hiervan de aangiften door de diverse staten liggen.
Wanneer wordt vermoed dat een land bepaalde produkten niet aangeeft of geheime installaties heeft gebouwd, zullen zogenaamde uitdagingsinspecties plaatsvinden. Deze kunnen door de betrokken staat niet worden geweigerd maar ze zijn wel beperkt in de tijd.
De minister verklaart dat de aan het verdrag toegevoegde lijsten steunen op de bestaande kennis van de betrokken produkten en wapens, waarvan men mag aannemen dat ze vrij volledig is. De meeste stoffen zijn wel degelijk gekend.
Het verdrag bepaalt de criteria voor de aanpassing van deze lijsten en voorziet ook in de mogelijkheid van vijfjaarlijkse herzieningsconferenties.
De minister geeft toe dat het opsporen van nieuwe produkten die bewust zouden worden aangemaakt tegen het verdrag in, geen gemakkelijke opdracht is. De praktijk zal moeten uitwijzen hoe het verdrag op dit vlak werkt.
Op een vraag ter zake van een commissielid antwoordt de minister dat het verbod op het gebruik van bacteriologische wapens weliswaar werd toegevoegd aan het protocol van 1925, maar niet onder de voorliggende overeenkomst ressorteert.
In 1972 werd voor deze groep wapens een verdrag gesloten dat vergelijkbaar is met de voorliggende overeenkomst, maar dat niet voorziet in een verificatieprocedure. Men tracht dit nu te verhelpen in het kader van vijfjaarlijkse herzieningsconferenties.
Een commissielid merkt op dat het verdrag misschien niet perfect is, maar dat er toch een lovenswaardige poging werd gedaan om de chemische wapens op termijn te doen verdwijnen.
Indien ons land in internationaal verband een belangrijke opdracht te vervullen heeft, dan is het zeker op dit vlak.
Toch wenst het lid een aantal bedenkingen te formuleren.
De overeenkomst verplicht alle staten de bestaande munitie te vernietigen. Hopelijk zal de regering niet wachten met het opstarten van de installatie in Poelkapelle tot het verdrag effectief in werking treedt.
België heeft op dit vlak een voorbeeldfunctie te vervullen, ook al zouden hier volgens de bepalingen van de overeenkomst de procedures voor de verwerking van chemische afval mogen worden toegepast.
Het lid is voorts van oordeel dat het verdrag slechts ten volle kan slagen indien een aantal randvoorwaarden vervuld zijn.
Het opruimen van chemische wapens kost handenvol geld. Het is lang niet zeker dat de ontwikkelingslanden, die soms over aanzienlijke hoeveelheden van dit soort wapens beschikken, de middelen hebben om deze te vernietigen.
De kans is groot dat het verdrag dode letter blijft indien geen internationaal kader wordt gecreëerd om ze financieel bij te staan.
Daarbij komt dat de stoffen die door het verdrag zijn verboden, door de derde-wereldlanden vaak zelf wordt aangemaakt. Is het westen bereid de nodige financiële stimuli te geven om de chemische industrie in deze landen te heroriënteren naar meer vreedzame doeleinden ?
Met betrekking tot de verificatie wijst het lid erop dat de « uitdagingsinspecties » in een land dat het verdrag heeft ondertekend worden uitgevoerd op vraag van een andere staat.
Kunnen ook bevolkingsgroepen binnen een bepaalde staat dergelijke inspecties doen uitvoeren ? Het recente verleden leert immers dat chemische wapens maar al te vaak tegen de eigen bevolking worden ingezet.
Het lid vraagt ten slotte of het verdrag in uitzonderingen voorziet op het algemene verbod inzake chemische wapens. De wetgeving op de anti-personenmijnen heeft geleerd dat dergelijke uitzonderingsclausules al te gemakkelijk een middel kunnen vormen om de wet te omzeilen.
Heeft België overigens in het kader van de N.A.T.O. verplichtingen die in strijd zijn met de bepalingen van het verdrag ?
De minister stipt aan dat met betrekking tot de anti-personenmijnen het parlement zijn rol heeft gespeeld en de uitzonderingen in de wet aanzienlijk heeft beperkt.
Hij verklaart dat over het voorliggende verdrag tien jaar werd onderhandeld, wat toch mag doen vermoeden dat ernstig werk werd geleverd. Overigens geeft het feit dat een groot aantal landen zich hebben aangesloten, aan de overeenkomst een groot moreel gezag.
In de strategie van de N.A.T.O. komen de chemische wapens op geen enkele wijze voor. De overeenkomst werd trouwens door alle N.A.T.O.-lidstaten ondertekend.
De minister wijst erop dat het hier een overeenkomst tussen staten betreft. Minderheden binnen een bepaald land kunnen er officieel geen rechten uit putten of zich als afzonderlijke groep doen gelden.
Hij verklaart vervolgens dat, behoudens de eerder vermelde regeling tussen de Verenigde Staten en Rusland, het verdrag niet voorziet in financiële steun aan armere landen bij het vernietigen van hun wapens.
Misschien is het hiervoor ook nog te vroeg en moet worden gewacht tot een status questionis van alle wapentuig is opgemaakt. Er mag echter worden gevreesd dat de vraag die in dit verband werd gesteld niet onterecht is en dat bepaalde landen financieel niet in staat zullen zijn hun voorraden te vernietigen.
De minister is anderzijds van oordeel dat de problemen in verband met de mogelijke omschakeling van de chemische industrie in de derde wereld minder groot zullen zijn.
Het gaat hier immers in belangrijke mate om een uit het westen geïmporteerde industrie. De meeste landen hanteren nu reeds een aantal normen die bepalen wat kan worden uitgevoerd en wat niet. België leeft op dit vlak alleszins een zeer strenge code na.
Wat ten slotte de installatie in Poelkapelle voor het demilitariseren van toxische munitie betreft, verklaart de minister dat zij momenteel wordt opgeleverd aan het leger.
Na een aantal maanden proefdraaien zal dan vermoedelijk in september, dus vóór de inwerkingtreding van het verdrag, definitief van start kunnen worden gegaan met het ontmantelen van de granaten.
De vorige spreker wenst terug te komen op de omschrijving van het begrip « chemisch wapen ». Olie kan worden beschouwd als een chemisch produkt en wordt, bijvoorbeeld in Nigeria, ingezet als een wapen bij militaire conflicten.
De minister antwoordt dat het verdrag alleen van toepassing is op produkten die toxisch zijn voor mens en dier en die een gezocht bio-chemisch effect hebben.
Olieprodukten worden niet als dusdanig beschouwd. Zij kunnen onder bepaalde voorwaarden wel ressorteren onder het verdrag inzake « environmental warfare », dat echter los staat van de voorliggende overeenkomst.
De minister wijst in dit verband ook op de herbiciden. Het verdrag stipuleert dat deze produkten niet als oorlogswapens tussen staten mogen worden aangewend, maar voor het overige staan zij buiten de overeenkomst. Deze stoffen zijn immers zo verspreid dat een permanente controle onmogelijk is.
Een spreker merkt op dat de landen die het verdrag ondertekenen bij de inwerkingtreding opgave moeten doen van hun voorraden toxische munitie.
In België wordt jaarlijks nog ongeveer 140 ton oorlogsmunitie gevonden, waarvan 20 à 30 pct. giftig is.
Betekent dit dat de aangegeven hoeveelheid jaarlijks moet worden herzien ?
De minister antwoordt dat het verdrag voorziet in een halfjaarlijkse update van de aangegeven hoeveelheden toxische wapens.
Een lid acht de ratificatie van voorliggende overeenkomst van het grootste belang. De instemming ermee heeft uiteraad ook budgettaire gevolgen. België dient in de mate van het mogelijke een voorbeeldfunctie te vervullen, dus ook voor de financiële bijdrage.
Het lid wenst te weten hoeveel landen de overeenkomst reeds hebben geratificeerd.
Op 15 december 1993 waren er reeds 154 staten die de overeenkomst hadden ondertekend. Zijn andere staten intussen toegetreden ? Bestaat er een procedure waarbij staten nu nog kunnen toetreden ? Welke autoriteit is bevoegd om de onderhandelingen ter zake te voeren ? Is het verdrag op korte of op middellange termijn uitvoerbaar door de landen die het ondertekend hebben ? Beschikken de ondertekenende staten over voldoende middelen ? Kunnen ze technisch de vernietiging van de chemische wapens aan ?
In de toekomst dient het concreet resultaat ervan te worden nagegaan.
Is er in België overleg geweest met de ondernemingen die actief zijn in de chemische sector ? Is de chemische industrie overtuigd van het nut van de overeenkomst ? Kan men op hun medewerking beroep doen ?
Welk departement heeft in België het beheer van de uitvoering van het verdrag ?
De minister antwoordt dat begin 1996 159 staten tot het verdrag zijn toegetreden. De toetredingsvoorwaarden zijn immers soepel. Artikel XX bepaalt immers dat iedere staat die dit verdrag niet vóór zijn inwerkingtreding ondertekent, op elk tijdstip kan toetreden. De drempel ligt dus laag.
Wat de haalbaarheid van het verdrag betreft, stelt de minister vast dat over het algemeen verdragen met militaire inslag vrij nauwkeurig worden nageleefd, temeer daar hierover rapporten worden gepubliceerd. De publieke afkeuring is een van de instrumenten waarop iedere partij bij het verdrag die het ernstig meent, rekent om andere Staten ertoe aan te zetten snel tot de ondertekening en de ratificering van het verdrag over te gaan, en efficiënt op te treden.
De minister is van oordeel dat een gedwongen solidariteit erin zou bestaan middelen te verschaffen om andere Staten te helpen van de kwaal verlost te worden. Dit proces kan slechts op gang komen nadat we inzicht hebben gekregen in de pijnpunten en in de landen die voor een specifieke hulp zouden in aanmerking komen.
De minister herinnert er trouwens aan dat België met de beperkte middelen en manschappen waarover het beschikt, opmerkelijke hulpacties op het vlak van de ontmijning verricht, vooral in ontwikkelingslanden.
Deze acties maken deel uit van de ethische verplichting die België op zich heeft genomen.
Wat het overleg met de chemische nijverheid betreft, legt de minister uit dat er in het beginstadium in België nauwe contacten met de chemische nijverheid bestonden. Nu speelt het overleg zich op Europees niveau af. De Europese Federatie van Chemische Nijverheid heeft op geregelde tijdstippen contacten met Den Haag.
Er dient aan toegevoegd dat de chemische nijverheid in België weinig problemen stelt omdat het hoofdzakelijk een verwerkend karakter heeft. De Duitse chemische industrie daarentegen is vooral sterk op het vlak van de produktie van organo-fosfaten, die veel meer geïnspecteerd en gecontroleerd wordt. Door haar massaproduktie vormt zij een grotere mogelijke bedreiging voor de conventie.
De minister merkt op dat er solidariteit voorzien is voor hulp aan die landen die bedreigd of aangevallen worden door chemische wapens.
België kan een nuttige solidariteitsbijdrage leveren. De Koninklijke School van de Medische Dienst in Gent beschikt over een goed werkend team dat bestaat uit mensen die speciaal opgeleid zijn in de behandeling van intoxicaties veroorzaakt door chemische wapens. Vermits die specialisten internationaal erkend zijn, zou België een team kunnen ter beschikking stellen van die landen waar zich problemen stellen, zoals ze haar ontmijners ter beschikking stelt van bepaalde probleem-landen.
De minister is van oordeel dat dit zou kunnen afgesproken worden met de gezondheidsdienst van de Belgische krijgsmacht.
Die hulpactie zou aan België het bijkomend voordeel geven haar kennis en know-how bij te houden en zelfs aan te scherpen. Zonder ervaring wordt de bedreiging op termijn veel groter. Dit moet ten alle prijze vermeden worden. Professor De Bisschop waarschuwt trouwens voor het feit dat chemische wapens één van de weinige wapentypes zijn waartegen men zich kan beschermen, maar men mag de ervaring ter zake niet laten verloren gaan.
Het is aan België om te bepalen hoe het artikel X over de bijstand in te vullen.
De minister stelt dat in plaats van financiële bijstand een technische bijstand is aangewezen, die nuttig is zowel voor het departement van Landsverdediging als voor de wereldgemeenschap waar chemische wapens een grote bedreiging vormen, zolang een aantal staten het verdrag niet ondertekenen, noch ratificeren.
Een lid is van oordeel dat de technische know-how die men via de installatie in Poelkapelle zal opdoen eveneens ten dienste kan worden gesteld.
De minister is het eens met het nut van de transfert van technologie en know-how, in de eerste plaats naar ontwikkelingslanden. Dit getuigt immers van een open mentaliteit.
Stoffen vernietigen voor anderen is daarentegen uitgesloten, vermits ons land zelf geconfronteerd wordt met een dergelijk probleem.
De minister legt uit dat het probleem Poelkapelle een uniek karakter heeft.
Het gaat grotendeels om gewapende munitie, d.w.z. munitie die ooit werd afgevuurd en bij aanraking kan ontploffen. Dit is de reden waarom zeer strenge veiligheidsmaatregelen ter bescherming van de ontmijners moeten worden genomen, wat de hoge kostprijs verklaart.
De problemen die zich eventueel zouden stellen in landen die chemische wapens zouden aangemaakt hebben, zullen betrekking hebben op voorraden van munitie die niet gewapend is. De primaire springstof stelt in die gevallen geen problemen.
De technologie die wordt aangewend in Poelkapelle is zeer specifiek.
De installatie ter beschikking stellen van andere landen heeft dus weinig zin.
Oosteuropese landen (1) kunnen eventueel belangstelling hebben. In de Eerste Wereldoorlog werden er op het Oostfront chemische wapens ingezet met gelijkaardige problemen van niet-geëxplodeerde munitie. Toch is de situatie er echter totaal anders : weinig bevolkte streken met geringe bewerking van het land.
Vanuit Den Haag werd Professor De Bisschop informeel gepolst over de bereidheid de installatie ter beschikking te stellen met het oog op de opleiding van inspecteurs.
Procedurieel dient nog het een en het ander nagetrokken te worden. Er dient onderzocht via welk departement het dossier kan behandeld worden.
Een positief antwoord mag niet uitgesloten worden, temeer dat hierdoor de inspanningen die België ter zake levert op internationaal vlak zullen kunnen opgewaardeerd worden.
De minister verduidelijkt dat de navolging van het voorliggend verdrag tot de bevoegdheid van het departement van Buitenlandse Zaken behoort, maar dat er een gestructureerde coördinatie tussen het departement van Buitenlandse Zaken en het departement van Landsverdediging bestaat.
Een lid stelt vast dat het verdrag geen specifieke sancties kent.
De minister legt uit dat de algemene beginselen van internationaal sanctierecht geldig zijn. De mogelijkheid bestaat zelfs dat de Veiligheidsraad kan optreden. Hij verwijst naar artikel XII van het verdrag.
Artikel 1
Enkele leden zijn van oordeel dat de voor instemming voorgelegde internationale verdragen sneller ter beschikking van de Commissie zouden moeten worden gesteld.
Bovendien achten dezelfde leden de budgettaire weerslag van het verdrag voor België zeer hoog.
Artikel 1 wordt aangenomen met 8 stemmen bij 2 onthoudingen.
Artikel 2
Artikel 2 wordt aangenomen met 8 stemmen bij 2 onthoudingen.
Het wetsontwerp in zijn geheel wordt aangenomen met 8 stemmen bij 2 onthoudingen.
Vertrouwen werd geschonken aan de rapporteur voor het opstellen van dit verslag.
De Rapporteur,
André BOURGEOIS. |
De Voorzitter,
Valère VAUTMANS. |
Bijlage 1
List of signatures to and ratifications of the Convention on the prohibition of the development, production, stockpiling and use of chemical weapons and on their destruction as of 31 October 1995
No. | State | Signature (1) | Deposit (2) |
1 | Afghanistan | 14-01-1993 | |
2 | Albania | 14-01-1993 | 11-05-1994 |
3 | Algeria | 13-01-1993 | 14-08-1995 |
4 | Argentina | 13-01-1993 | 02-10-1995 |
5 | Armenia | 19-03-1993 | 27-01-1995 |
6 | Australia | 13-01-1993 | 06-05-1994 |
7 | Austria | 13-01-1993 | 17-08-1995 |
8 | Azerbaijan | 13-01-1993 | |
9 | Bahamas | 02-03-1994 | |
10 | Bahrain | 24-02-1993 | |
11 | Bangladesh | 14-01-1993 | |
12 | Belarus | 14-01-1993 | |
13 | Belgium | 13-01-1993 | |
14 | Benin | 14-01-1993 | |
15 | Bolivia | 14-01-1993 | |
16 | Brazil | 13-01-1993 | |
17 | Brunei Darussalam | 13-01-1993 | |
18 | Bulgaria | 13-01-1993 | 10-08-1994 |
19 | Burkina Faso | 14-01-1993 | |
20 | Burundi | 15-01-1993 | |
21 | Cambodia | 15-01-1993 | |
22 | Cameroon | 14-01-1993 | |
23 | Canada | 13-01-1993 | 26-09-1995 |
24 | Cape Verde | 15-01-1993 | |
25 | Central African Republic | 14-01-1993 | |
26 | Chad | 11-10-1994 | |
27 | Chile | 14-01-1993 | |
28 | China | 13-01-1993 | |
29 | Colombia | 13-01-1993 | |
30 | Comoros | 13-01-1993 | |
31 | Congo | 15-01-1993 | |
32 | Cook Islands | 14-01-1993 | 15-07-1994 |
33 | Costa Rica | 14-01-1993 | |
34 | Côte d'Ivoire | 13-01-1993 | 18-12-1995 |
35 | Croatia | 13-01-1993 | 23-05-1995 |
36 | Cuba | 13-01-1993 | |
37 | Cyprus | 13-01-1993 | |
38 | Czech Republic | 14-01-1993 | |
39 | Denmark | 14-01-1993 | 13-07-1995 |
40 | Djibouti | 28-09-1993 | |
41 | Dominica | 02-08-1993 | |
42 | Dominican Republic | 13-01-1993 | |
43 | Ecuador | 14-01-1993 | 06-09-1995 |
44 | El Salvador | 14-01-1993 | 30-10-1995 |
45 | Equatorial Guinea | 14-01-1993 | |
46 | Estonia | 14-01-1993 | |
47 | Ethiopia | 14-01-1993 | |
48 | Fiji | 20-01-1993 | 20-01-1993 |
49 | Finland | 14-01-1993 | 07-02-1995 |
50 | France | 13-01-1993 | 02-03-1995 |
51 | Gabon | 13-01-1993 | |
52 | Gambia | 13-01-1993 | |
53 | Georgia | 14-01-1993 | 00-00-1995 |
54 | Germany | 13-01-1993 | 12-08-1994 |
55 | Ghana | 14-01-1993 | |
56 | Greece | 13-01-1993 | 22-12-1994 |
57 | Guatemala | 14-01-1993 | |
58 | Guinea | 14-01-1993 | |
59 | Guinea-Bissau | 14-01-1993 | |
60 | Guyana | 06-10-1993 | |
61 | Haiti | 14-01-1993 | |
62 | Holy See | 14-01-1993 | |
63 | Honduras | 13-01-1993 | |
64 | Hungary | 13-01-1993 | |
65 | Iceland | 13-01-1993 | |
66 | India | 14-01-1993 | |
67 | Indonesia | 13-01-1993 | |
68 | Iran (Islamic Republic of) | 13-01-1993 | |
69 | Ireland | 14-01-1993 | |
70 | Israel | 13-01-1993 | |
71 | Italy | 13-01-1993 | |
72 | Japan | 13-01-1993 | 15-09-1995 |
73 | Kazakhstan | 14-01-1993 | |
74 | Kenya | 15-01-1993 | |
75 | Kuwait | 27-01-1993 | |
76 | Kyrgyzstan | 22-02-1993 | |
77 | Lao People's Democratic Republic | 12-05-1993 | |
78 | Latvia | 06-05-1993 | |
79 | Lesotho | 07-12-1994 | 07-12-1994 |
80 | Liberia | 15-01-1993 | |
81 | Liechtenstein | 21-07-1993 | |
82 | Lithuania | 13-01-1993 | |
83 | Luxembourg | 13-01-1993 | |
84 | Madagascar | 15-01-1993 | |
85 | Malawi | 14-01-1993 | |
86 | Malaysia | 13-01-1993 | |
87 | Maldives | 01-10-1993 | 31-05-1994 |
88 | Mali | 13-01-1993 | |
89 | Malta | 13-01-1993 | |
90 | Marshall Islands | 13-01-1993 | |
91 | Mauritania | 13-01-1993 | |
92 | Mauritius | 14-01-1993 | 09-02-1993 |
93 | Mexico | 13-01-1993 | 29-08-1994 |
94 | Micronesia (Federated States of) | 13-01-1993 | |
95 | Monaco | 13-01-1993 | 01-06-1995 |
96 | Mongolia | 14-01-1993 | 17-01-1995 |
97 | Morocco | 13-01-1993 | 28-12-1995 |
98 | Myanmar | 14-01-1993 | |
99 | Namibia | 13-01-1993 | 00-00-1995 |
100 | Nauru | 13-01-1993 | |
101 | Nepal | 19-01-1993 | |
102 | Netherlands | 14-01-1993 | 30-06-1995 |
103 | New Zealand | 14-01-1993 | |
104 | Nicaragua | 09-03-1993 | |
105 | Niger | 14-01-1993 | |
106 | Nigeria | 13-01-1993 | |
107 | Norway | 13-01-1993 | 07-04-1994 |
108 | Oman | 02-02-1993 | 08-02-1995 |
109 | Pakistan | 13-01-1993 | |
110 | Panama | 16-06-1993 | |
111 | Papua New Guinea | 14-01-1993 | |
112 | Paraguay | 14-01-1993 | 01-12-1994 |
113 | Peru | 14-01-1993 | 20-07-1995 |
114 | Philippines | 13-01-1993 | |
115 | Poland | 13-01-1993 | 23-08-1995 |
116 | Portugal | 13-01-1993 | |
117 | Qatar | 01-02-1993 | |
118 | Republic of Korea | 14-01-1993 | |
119 | Republic of Moldava | 13-01-1993 | |
120 | Romania | 13-01-1993 | 15-02-1995 |
121 | Russian Federation | 13-01-1993 | |
122 | Rwanda | 17-05-1993 | |
123 | Saint Kitts and Nevis | 16-03-1994 | |
124 | Saint Lucia | 29-03-1993 | |
125 | Saint Vincent and the Grenadines | 20-09-1993 | |
126 | Samoa | 14-01-1993 | |
127 | San Marino | 13-01-1993 | |
128 | Saudi Arabia | 20-01-1993 | |
129 | Senegal | 13-01-1993 | |
130 | Seychelles | 15-01-1993 | 07-04-1993 |
131 | Sierra Leone | 15-01-1993 | |
132 | Singapore | 14-01-1993 | |
133 | Slovak Republic | 14-01-1993 | 27-10-1995 |
134 | Slovenia | 14-01-1993 | |
135 | South Africa | 14-01-1993 | 13-09-1995 |
136 | Spain | 13-01-1993 | 03-08-1994 |
137 | Sri Lanka | 14-01-1993 | 19-08-1994 |
138 | Swaziland | 23-09-1993 | |
139 | Sweden | 13-01-1993 | 17-06-1993 |
140 | Switzerland | 14-01-1993 | 10-03-1995 |
141 | Tajikistan | 14-01-1993 | 11-01-1995 |
142 | Thailand | 14-01-1993 | |
143 | Togo | 13-01-1993 | |
144 | Tunisia | 13-01-1993 | |
145 | Turkey | 14-01-1993 | |
146 | Turkmenistan | 12-10-1993 | 29-09-1994 |
147 | Uganda | 14-01-1993 | |
148 | Ukraine | 13-01-1993 | |
149 | United Arab Emirates | 02-02-1993 | |
150 | United Kingdom of Great Britain and Northern Ireland | 13-01-1993 | |
151 | United Republic of Tanzania | 25-02-1994 | |
152 | United States of America | 13-01-1993 | |
153 | Uruguay | 15-01-1993 | 06-10-1994 |
154 | Venezuela | 14-01-1993 | |
155 | Viet Nam | 13-01-1993 | |
156 | Yemen | 08-02-1993 | |
157 | Zaire | 14-01-1993 | |
158 | Zambia | 13-01-1993 | |
159 | Zimbabwe | 13-01-1993 |
(1) Signatures affixed on the original of the Convention deposited with the Secretary-General of the United Nations.
(2) Instruments of ratification deposited with the Secretary-General of the United Nations.
Bijlage 2
Financial Regulations
Article XXI of the Convention implicitly identifies two phases in the Commission's activities. Phase I began after signature of the Convention and will continue until entry into force of the Convention (hereafter abbreviated as EIF). Phase II will begin at the trigger point and will continue for 180 days, also concluding on the date when the Convention enters into force. The trigger point is the date of deposit of the sixty-fifth instrument of ratification.
In accordance with the Financial Regulations, the Budget of the Commission will comprise two separate parts as follows :
(a) Part I of the Budget is an annual one that relates to tasks during Phase I that permit the Commission and the Secretariat to complete all necessary preparations for Phase II of the Programme of Work; and
(b) Part II of the Budget specifically relates to those tasks that the Commission shall undertake during the 180 days prior to EIF (Phase II) concerning the organisation and work of the Technical Secretariat that will require immediate attention after EIF.
A. Barème des quotes-parts des États membres (159) et ventilation de la partie I du budget
de la Commission préparatoire pour 1996
État membre | Quote-part | ||
Nations Unies % |
Commission % |
Contribution en florins |
|
1 Afghanistan | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
2 Afrique du Sud | 0,32250 | 0,32078 | 78 774 |
3 Albanie | 0,01000 | 0,00995 | 22 443 |
4 Algérie | 0,16000 | 0,15915 | 39 082 |
5 Allemagne | 9,04250 | 8,99438 | 2 208 723 |
6 Arabie saoudite | 0,72000 | 0,71617 | 175 867 |
7 Argentine | 0,48000 | 0,47745 | 117 245 |
8 Arménie | 0,05500 | 0,05471 | 13 434 |
9 Australie | 1,48000 | 1,47212 | 361 505 |
10 Autriche | 0,86500 | 0,86040 | 211 285 |
11 Azerbaïdjan | 0,11750 | 0,11687 | 28 701 |
12 Bahamas | 0,02000 | 0,01989 | 4 885 |
13 Bahrein | 0,02000 | 0,01989 | 4 885 |
14 Bangladesh | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
15 Biélorussie | 0,29250 | 0,29094 | 71446 |
16 Belgique | 1,00750 | 1,00214 | 246 092 |
17 Bénin | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
18 Bolivie | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
19 Brésil | 1,62000 | 1,61138 | 395 702 |
20 Brunei Darussalam | 0,02000 | 0,01989 | 4 885 |
21 Bulgarie | 0,08250 | 0,08206 | 20 151 |
22 Burkina Faso | 0,01000 | 0,0099û | 2 443 |
23 Burundi | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
24 Cambodge | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
25 Cameroun | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
26 Canada | 3,10250 | 3,08599 | 757 817 |
27 Cap-Vert | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
28 Chili | 0,08000 | 0,07957 | 19 541 |
29 Chine | 0,73500 | 0,73109 | 179 531 |
30 Chypre | 0,03000 | 0,02984 | 7 328 |
31 Colombie | 0,10000 | 0,09947 | 24 426 |
32 Comores | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
33 Congo | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
34 Costa Rica | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
35 Côte d'Ivoire | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
36 Croatie | 0,09000 | 0,08952 | 21 983 |
37 Cuba | 0,05250 | 0,05222 | 12 824 |
38 Danemark | 0,71750 | 0,71368 | 175 257 |
39 Djibouti | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
40 Dominique | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
41 El Salvador | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
42 Émirats arabes unis | 0,19000 | 0,18899 | 46 409 |
43 Équateur | 0,02000 | 0,01989 | 4 885 |
44 Espagne | 2,36250 | 2,34993 | 577 065 |
45 Estonie | 0,04250 | 0,04227 | 10 381 |
46 États fédérés de Micronésie | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
47 États-Unis d'Amérique | 25,00000 | 24,86696 | 6 106 505 |
48 Éthiopie | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
49 Fédération de Russie | 4,45000 | 4,42632 | 1 086 958 |
50 Fidji | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
51 Finlande | 0,61750 | 0,61421 | 150 831 |
52 France | 6,40750 | 6,37340 | 1 565 097 |
53 Gabon | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
54 Gambie | 0,01000 | 40,00995 | 2 443 |
55 Géorgie | 0,11750 | 0,11687 | 28 701 |
56 Ghana | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
57 Grèce | 0,38000 | 0,37798 | 92 819 |
58 Guatemala | 0,02000 | 0,01989 | 4 885 |
59 Guinée | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
60 Guinée équatoriale | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
61 Guinée-Bissau | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
62 Guyane | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
63 Haïti | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
64 Honduras | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
65 Hongrie | 0,14000 | 0,13925 | 34 196 |
66 Îles Cook | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
67 Îles Marshall | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
68 Inde | 0,31000 | 0,30835 | 75 721 |
69 Indonésie | 0,14000 | 0,13925 | 34 196 |
70 Iran (République islamique d') | 0,46750 | 0,46501 | 114 192 |
71 Irlande | 0,21000 | 0,20888 | 51 295 |
72 Islande | 0,03000 | 0,02984 | 7 328 |
73 Israël | 0,26750 | 0,26608 | 65 340 |
74 Italie | 5,19750 | 5,16984 | 1 269 542 |
75 Japon | 15,43500 | 15,35286 | 3 770 156 |
76 Kazakhstan | 0,20000 | 0,19894 | 48 852 |
77 Kenya | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
78 Kirghizistan | 0,32500 | 0,32327 | 79 385 |
79 Koweit | 0,19000 | 0,18899 | 46 409 |
80 Lésotho | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
81 Lettonie | 0,08250 | 0,08206 | 20 151 |
82 Libéria | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
83 Liechtenstein | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
84 Lituanie | 0,08500 | 0,08455 | 20 762 |
85 Luxembourg | 0,07000 | 0,06963 | 17 098 |
86 Madagascar | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
87 Malaisie | 0,14000 | 0,13925 | 34 196 |
88 Malawi | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
89 Maldives | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
90 Mali | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
91 Malte | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
92 Maroc | 0,03000 | 0,02984 | 7 328 |
93 Maurice | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
94 Mauritanie | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
95 Mexique | 0,78750 | 0,78331 | 192 355 |
96 Monaco | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
97 Mongolie | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
98 Myanmar | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
99 Namibie | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
100 Nauru | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
101 Népal | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
102 Nicaragua | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
103 Niger | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
104 Nigéria | 0,11500 | 0,11439 | 28 090 |
105 Norvège | 0,56000 | 0,55702 | 136 786 |
106 Nouvelle-Zélande | 0,24000 | 0,23872 | 58 622 |
107 Oman | 0,04000 | 0,03979 | 9 770 |
108 Ouganda | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
109 Pakistan | 0,06000 | 0,05968 | 14 656 |
110 Panama | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
111 Papouasie-Nouvelle-Guinée | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
112 Paraguay | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
113 Pays-Bas | 1,58750 | 1,57905 | 387 763 |
114 Pérou | 0,06000 | 0,05968 | 14 656 |
115 Philippines | 0,06000 | 0,05968 | 14 656 |
116 Pologne | 0,33750 | 0,33750 | 82 438 |
117 Portugal | 0,27500 | 0,27354 | 67 172 |
118 Qatar | 0,04000 | 0,03979 | 9 770 |
119 République centrafricaine | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
120 République de Corée | 0,81750 | 0,81315 | 199 683 |
121 République de Moldova | 0,08500 | 0,08455 | 20 762 |
122 République démocratique populaire lao | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
123 République dominicaine | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
124 République slovaque | 0,08250 | 0,08206 | 20 151 |
125 République tchèque | 0,26000 | 0,25862 | 63 508 |
126 République-Unie de Tanzanie | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
127 Roumanie | 0,15000 | 0,14920 | 36 639 |
128 Royaume-Uni de Grande-Bretagne et d'Irlande du Nord | 5,31500 | 5,28672 | 1 298 243 |
129 Rwanda | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
130 Saint-Kitts-et-Nevis | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
131 Saint-Marin | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
132 Saint-Siège | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
133 Saint-Vincent-et-Grenadines | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
134 Sainte-Lucie | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
135 Samoa | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
136 Sénégal | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
137 Seychelles | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
138 Sierra Leone | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
139 Singapour | 0,14000 | 0,13925 | 34 196 |
140 Slovénie | 0,07000 | 0,06963 | 17 098 |
141 Sri Lanka | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
142 Suède | 1,22750 | 1,22097 | 299 829 |
143 Suisse | 1,21000 | 1,20356 | 295 555 |
144 Swaziland | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
145 Tadjikistan | 0,02000 | 0,01989 | 4 885 |
146 Tchad | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
147 Thaïlande | 0,13000 | 0,12931 | 31 754 |
148 Togo | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
149 Tunisie | 0,03000 | 0,02984 | 7 328 |
150 Turkménistan | 0,03250 | 0,03233 | 7 938 |
151 Turquie | 0,37500 | 0,37300 | 91 598 |
152 Ukraine | 1,14000 | 1,13393 | 278 457 |
153 Uruguay | 0,04000 | 0,03979 | 9 770 |
154 Venezuela | 0,33750 | 0,33570 | 82 438 |
155 Viêt-Nam | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
156 Yémen | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
157 Zaïre | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
158 Zambie | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
159 Zimbabwe | 0,01000 | 0,00995 | 2 443 |
(1) 100,53500 | (1) 100 | (2) 24 556 700 |
(1) Les quotes-parts sont fixées en fonction du pourcentage arrêté dans le barème des Nations Unies corrigé pour tenir compte du fait que le total des points de pourcentage relatifs aux États qui ont, à ce jour, signé la Convention s'élève à 100,535 p.c. Il s'ensuit que la formule employée pour obtenir le montant de la quote-part d'un État membre donné est la suivante :
La quote-part de l'État membre Y est égale au pourcentage fixé par l'O.N.U. pour cet État Y multiplié par le montant total de la partie I du budget de la Commission pour 1996, divisé par 100,535.
(2) Partie I du budget de 1996 | 24 856 700 florins |
moins recettes accessoires prévues | 300 000 florins |
Total des contributions . . . | 24 556 700 florins |
B. Barème des quotes-parts des États membres (159) et ventilation de la partie II du budget
de la Commission préparatoire pour 1996
État membre | Quote-part | ||
Nations Unies % |
Commission % |
Contribution en florins |
|
1 Afghanistan | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
2 Afrique du Sud | 0,32250 | 0,32078 | 97 049 |
3 Albanie | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
4 Algérie | 0,16000 | 0,15915 | 48 148 |
5 Allemagne | 9,04250 | 8,99438 | 2 721 124 |
6 Arabie saoudite | 0,72000 | 0,71617 | 216 667 |
7 Argentine | 0,48000 | 0,47745 | 144 445 |
8 Arménie | 0,05500 | 0,05471 | 16 551 |
9 Australie | 1,48000 | 1,47212 | 445 371 |
10 Autriche | 0,86500 | 0,86040 | 260 301 |
11 Azerbaidjan | 0,11750 | 0,11687 | 35 359 |
12 Bahamas | 0,02000 | 0,01989 | 6 019 |
13 Bahrein | 0,02000 | 0,01989 | 6 019 |
14 Bangladesh | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
15 Biélorussie | 0,29250 | 0,29094 | 88 021 |
16 Belgique | 1,00750 | 1,00214 | 303 183 |
17 Bénin | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
18 Bolivie | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
19 Brésil | 1,62000 | 1,61138 | 487 500 |
20 Brunei Darussalem | 0,02000 | 0,01989 | 6 019 |
21 Bulgarie | 0,08250 | 0,08206 | 24 826 |
22 Burkina Faso | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
23 Burundi | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
24 Cambodge | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
25 Cameroun | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
26 Canada | 3,10250 | 3,08599 | 933 623 |
27 Cap-Vert | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
28 Chili | 0,08000 | 0,07957 | 24 074 |
29 Chine | 0,73500 | 0,73109 | 221 181 |
30 Chypre | 0,03000 | 0,02984 | 9 028 |
31 Colombie | 0,10000 | 0,09947 | 30 093 |
32 Comores | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
33 Congo | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
34 Costa Rica | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
35 Côte d'Ivoire | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
36 Croatie | 0,09000 | 0,08952 | 27 083 |
37 Cuba | 0,05250 | 0,05222 | 15 799 |
38 Danemark | 0,71750 | 0,71368 | 215 914 |
39 Djibouti | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
40 Dominique | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
41 El Salvador | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
42 Émirats arabes unis | 0,19000 | 0,18899 | 57 176 |
43 Équateur | 0,02000 | 0,01989 | 6 019 |
44 Espagne | 2,36250 | 2,34993 | 710 938 |
45 Estonie | 0,04250 | 0,04227 | 12 789 |
46 États fédérés de Micronésie | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
47 États-Unis d'Amérique | 25,00000 | 24,86696 | 7 523 151 |
48 Éthiopie | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
49 Fédération de Russie | 4,45000 | 4,42632 | 1 339 121 |
50 Fidji | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
51 Finlande | 0,61750 | 0,61421 | 185 822 |
52 France | 6,40750 | 6,37340 | 1 928 184 |
53 Gabon | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
54 Gambie | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
55 Géorgie | 0,11750 | 0,11687 | 35 359 |
56 Ghana | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
57 Grèce | 0,38000 | 0,37798 | 114 352 |
58 Guatemala | 0,02000 | 0,01989 | 6 019 |
59 Guinée | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
60 Guinée équatoriale | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
61 Guinée-Bissau | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
62 Guyane | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
63 Haïti | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
64 Honduras | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
65 Hongrie | 0,14000 | 0,13925 | 42 130 |
66 Îles Cook | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
67 Îles Marshall | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
68 Inde | 0,31000 | 0,30835 | 93 287 |
69 Indonésie | 0,14000 | 0,13925 | 42 130 |
70 Iran (République islamique d') | 0,46750 | 0,46501 | 140 683 |
71 Irlande | 0,21000 | 0,20888 | 63 194 |
72 Islande | 0,03000 | 0,02984 | 9 028 |
73 Israël | 0,26750 | 0,26608 | 80 498 |
74 Italie | 5,19750 | 5,16984 | 1 564 063 |
75 Japon | 15,43500 | 15,35286 | 4 644 794 |
76 Kazakhstan | 0,20000 | 0,19894 | 60 185 |
77 Kenya | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
78 Kirghizistan | 0,32500 | 0,32327 | 97 801 |
79 Koweit | 0,19000 | 0,18899 | 57 176 |
80 Lésotho | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
81 Lettonie | 0,08250 | 0,08206 | 24 826 |
82 Libéria | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
83 Liechtenstein | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
84 Lituanie | 0,08500 | 0,08455 | 25 579 |
85 Luxembourg | 0,07000 | 0,06963 | 21 065 |
86 Madagascar | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
87 Malaisie | 0,14000 | 0,13925 | 42 130 |
88 Malawi | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
89 Maldives | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
90 Mali | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
91 Malte | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
92 Maroc | 0,03000 | 0,02984 | 9 028 |
93 Maurice | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
94 Mauritanie | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
95 Mexique | 0,78750 | 0,78331 | 236 979 |
96 Monaco | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
97 Mongolie | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
98 Myanmar | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
99 Namibie | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
100 Nauru | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
101 Népal | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
102 Nicaragua | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
103 Niger | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
104 Nigéria | 0,11500 | 0,11439 | 34 606 |
105 Norvège | 0,56000 | 0,55702 | 168 519 |
106 Nouvelle-Zélande | 0,24000 | 0,23872 | 72 222 |
107 Oman | 0,04000 | 0,03979 | 12 037 |
108 Ouganda | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
109 Pakistan | 0,06000 | 0,05968 | 18 056 |
110 Panama | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
111 Papouasie-Nouvelle-Guinée | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
112 Paraguay | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
113 Pays-Bas | 1,58750 | 1,57905 | 477 720 |
114 Pérou | 0,06000 | 0,05968 | 18 056 |
115 Philippines | 0,06000 | 0,05968 | 18 056 |
116 Pologne | 0,33750 | 0,33570 | 101 563 |
117 Portugal | 0,27500 | 0,27354 | 82 755 |
118 Qatar | 0,04000 | 0,03979 | 12 037 |
119 République centrafricaine | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
120 République de Corée | 0,81750 | 0,81315 | 246 007 |
121 République de Moldova | 0,08500 | 0,08455 | 25 579 |
122 République démocratique populaire lao | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
123 République dominicaine | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
124 République slovaque | 0,08250 | 0,08206 | 24 826 |
125 République tchèque | 0,26000 | 0,25862 | 78 241 |
126 République-Unie de Tanzanie | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
127 Roumanie | 0,15000 | 0,14920 | 45 139 |
128 Royaume-Uni de Grande-Bretagne et d'Irlande du Nord | 5,31500 | 5,28672 | 1 599 422 |
129 Rwanda | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
130 Saint-Kitts-et-Nevis | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
131 Saint-Marin | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
132 Saint-Siège | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
133 Saint-Vincent-et-Grenadines | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
134 Sainte-Lucie | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
135 Samoa | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
136 Sénégal | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
137 Seychelles | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
138 Sierra Leone | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
139 Singapour | 0,14000 | 0,13925 | 42 130 |
140 Slovénie | 0,07000 | 0,06963 | 21 065 |
141 Sri Lanka | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
142 Suède | 1,22750 | 1,22097 | 369 387 |
143 Suisse | 1,21000 | 1,20356 | 364 121 |
144 Swaziland | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
145 Tadjikistan | 0,02000 | 0,01989 | 6 019 |
146 Tchad | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
147 Thaïlande | 0,13000 | 0,12931 | 39 120 |
148 Togo | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
149 Tunisie | 0,03000 | 0,02984 | 9 028 |
150 Turkménistan | 0,03250 | 0,03233 | 9 780 |
151 Turquie | 0,37500 | 0,37300 | 112 847 |
152 Ukraine | 1,14000 | 1,13393 | 343 056 |
153 Uruguay | 0,04000 | 0,03979 | 12 037 |
154 Venezuela | 0,33750 | 0,33570 | 101 563 |
155 Viêt-Nam | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
156 Yémen | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
157 Zaïre | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
158 Zambie | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
159 Zimbabwe | 0,01000 | 0,00995 | 3 009 |
(1) 100,53500 | (1) 100 | (2) 30 253 600 |
(1) Les quotes-parts sont fixées en fonction du pourcentage arrêté dans le barème des Nations Unies corrigé pour tenir compte du fait que le total des points de pourcentage relatifs aux États qui ont, à ce jour, signé la Convention s'élève à 100,535 p.c. Il s'ensuit que la formule employée pour obtenir le montant de la quote-part d'un État membre donné est la suivante :
La quote-part de l'État membre Y est égale au pourcentage fixé par l'O.N.U. pour cet État Y multiplié par le montant total de la partie II du budget de la Commission pour 1996, divisé par 100,535.
(2) Partie II du budget de 1996 | 30 403 600 florins |
moins recettes accessoires prévues | 150 000 florins |
Total des contributions . . . | 30 253 600 florins |
(1) Hoofdzakelijk Polen en Belarus.