5-28

5-28

Sénat de Belgique

Annales

JEUDI 30 JUIN 2011 - SÉANCE DE L'APRÈS-MIDI

(Suite)

Question orale de Mme Inge Faes au ministre de la Justice sur «des cas de contamination par la tuberculose à la prison de Tilburg» (nº 5-231)

Mevrouw Inge Faes (N-VA). - Twee weken geleden vond in de Nederlandse gevangenis van Tilburg een tbc-screening plaats. Acht Belgische gedetineerden werden preventief in quarantaine geplaatst. Volgens de woordvoerder van het gevangeniswezen worden in alle gevangenissen alle personeelsleden jaarlijks gescreend op tbc. Uit het onderzoek bleek dat acht gevangenen mogelijk positief waren. Zij werden naar Wortel overgebracht. Uit de bijkomende test bleek dat zes van die acht gevangenen uiteindelijk negatief testten. Voor twee gedetineerden wordt bijkomend onderzoek afgewacht.

Een gedetineerde verklaarde dat de quarantaine niet goed werd georganiseerd. Hij verklaarde aan de pers dat hij, eens aangekomen in de penitentiaire instelling van Wortel voor verder onderzoek, bij de gewone populatie werd geplaatst in plaats van in quarantaine.

Gedetineerden komen dikwijls uit risicolanden. Een mogelijke besmetting van één of twee gedetineerden op 650 gevangenen is niet abnormaal. Uiteraard moet wel een tbc-uitbraak in een gevangenis worden vermeden. Gezien de grote bevolkingsdichtheid in een gevangenis kan een dergelijke ziekte verregaande gevolgen hebben.

Klopt het wat in de pers verschenen is en kunt u mij meer informatie geven over de recente uitbraak van tuberculose in de gevangenis van Tilburg?

De heer Stefaan De Clerck, minister van Justitie. - Afgezien van een eerste onderzoek op het moment dat een gedetineerde de gevangenis binnenkomt, worden alle gedetineerden jaarlijks aan een tbc-controle onderworpen door middel van een thoraxfoto. Dat geldt eveneens voor de gedetineerden die te Tilburg verblijven.

Bij de laatste screening te Tilburg werden 102 gedetineerden getest. Voor acht van hen bleek op basis van de röntgenopname dat verder onderzoek noodzakelijk was. Dat betekent niet automatisch dat die gedetineerden met tbc besmet zijn, maar dat op basis van de foto verder onderzoek vereist is. Dat was het geval voor 8%, hetgeen volgens de medici geen abnormaal percentage is. Zij worden aan bijkomende medische tests onderworpen die uitsluitsel op het vlak van de diagnose moeten geven.

Voor die acht personen werden drie afzonderlijke transporten naar België aangevraagd aan de Nederlandse autoriteiten. Het verdrag bepaalt immers dat het transport door Nederland wordt uitgevoerd. Het verdrag bepaalt eveneens dat specialistisch onderzoek in België moet gebeuren.

Twee transporten werden uitgevoerd zonder dat er nog andere gedetineerden aan boord waren. Het derde transport was een gewoon transport - dit werd zo beslist door de Nederlandse transferdienst -, maar de gedetineerde werd voorzien van een mondmasker.

Nadat hij aangekomen was te Wortel, werd de betrokkene in isolatieregime geplaatst. Het verder onderzoek heeft voor zes van de acht gedetineerden uitgewezen dat ze niet besmet zijn. De zevende gedetineerde wordt verder onderzocht door de medische dienst van de gevangenis te Wortel en is nog steeds afgezonderd van de andere gedetineerden. De definitieve diagnose wordt vandaag verwacht.

Een achtste gedetineerde verblijft momenteel nog in het geneeskundig centrum te Sint-Gillis, eveneens voor verder onderzoek.

De dienst gezondheidszorgen van de gevangenissen is zich bewust van het verhoogde risico op tbc-besmetting bij gevangenen. Daarom werd meer dan tien jaar geleden al een procedure voor periodieke screening van alle gedetineerden uitgewerkt, die nauwkeurig wordt opgevolgd. Ook bestaan sinds lang instructies binnen het Directoraat-generaal EPI met betrekking tot de te nemen voorzorgen in het geval van ontdekking van een besmettelijke aandoening.

Mevrouw Inge Faes (N-VA). - Ik wacht het antwoord in verband met de twee bijkomende onderzoeken af.