4-33 | 4-33 |
M. le président. - Mme Inge Vervotte, ministre de la Fonction publique et des Entreprises publiques, répondra.
Mevrouw Els Van Hoof (CD&V-N-VA). - De voorbije weken was er heel wat aandacht voor verschillende zaken van seksueel misbruik van kinderen. Het assisenproces tegen Abdallah Ait Oud ging van start, Michel Fourniret werd tot levenslang veroordeeld en Josef Fritzl werd opgepakt. Al die zaken vertonen één grote gelijkenis: de beschuldigden en veroordeelden werden in het verleden al voor soortgelijke feiten veroordeeld. In Oostenrijk wordt de wetgeving inzake vermelding op het strafblad van dergelijke feiten aangescherpt.
In België kan iedere veroordeelde, ook een pedofiel, op zijn uitdrukkelijk verzoek in eer en rechten worden hersteld en veroordelingen uit zijn strafregister laten schrappen, zij het - sinds de affaire Dutroux - onder bepaalde voorwaarden. Bij een veroordeling voor seksuele delicten ten aanzien van minderjarigen moet het advies van gespecialiseerde diensten, de zogenaamde CAW's of CGG's, worden ingewonnen.
Het arrest waarbij herstel wordt toegestaan, wordt weliswaar opgenomen in het strafregister, maar is enkel zichtbaar voor de gerechtelijke organen. Administratieve overheden of particulieren die een uittreksel vragen, vinden geen spoor terug van het herstel, noch van de veroordeling die eraan ten grondslag lag. De veroordeling of het herstel wordt zelfs niet vermeld wanneer een uittreksel dient om de in eer en rechten herstelde pedofiel toegang te geven tot een activiteit waarbij kinderen betrokken zijn, zoals opvoeding, psychologische, medische of sociale begeleiding, hulpverlening aan de jeugd, kinderbescherming, animatie of begeleiding van minderjarigen.
Daarom had ik graag geweten of er sinds de invoering van het verplichte advies in 2001 herstel in eer en rechten werd verleend voor seksuele delicten ten aanzien van minderjarigen, aangezien krachtens de vigerende wetgeving een pedofiel in eer en rechten wordt hersteld nadat hij zijn straf heeft uitgezeten en een proefperiode van drie jaar heeft doorlopen.
Mevrouw Inge Vervotte, minister van Ambtenarenzaken en Overheidsbedrijven. - Ik lees het antwoord van minister Vandeurzen.
De FOD Justitie beschikt niet over de gevraagde informatie. Het Centraal Strafregister registreert enkel het arrest van eerherstel met de datum van de herstelde veroordelingen en wist de veroordelingen uit het strafregister van de veroordeelde. Het Centraal Strafregister houdt niet bij op welke gronden en in welke gevallen eerherstel werd toegekend.
Alleen de diensten van eerherstel bij de parketten zouden de gevraagde informatie kunnen verstrekken. Het zijn immers de gerechtelijke overheden die het dossier analyseren en eventueel eerherstel verlenen. Ik wens echter te benadrukken dat de gerechtelijke overheden niet lichtzinnig omspringen met het verlenen van herstel in eer en rechten voor seksuele delicten ten aanzien van minderjarigen.
Mevrouw Els Van Hoof (CD&V-N-VA). - Er werden inderdaad al heel wat maatregelen genomen om recidive bij seksueel misbruik ten aanzien van minderjarigen efficiënter te bestrijden. Toch vind ik het onaanvaardbaar dat er bij een herstel in eer en rechten geen spoor meer is van een veroordeling voor dergelijke feiten.
Uit een artikel in De Standaard van vandaag is nog gebleken dat een aangepaste behandeling het risico op een terugval halveert. De helft van de gevallen is dus niet te revalideren. Daarom mag men bij dergelijke feiten geen enkel risico nemen, zowel in het belang van het kind als van de dader zelf.
Ik ben de mening toegedaan dat het herstel in eer en rechten dan ook moet worden beperkt tot veroordelingen die geen verband houden met feiten met een pedofiele inslag. Een veroordeelde kan na herstel in eer en rechten na drie jaar immers aan de slag in een school. Ik denk dat dit vandaag moeilijk te begrijpen is.