(Vervolg-Suite)

MEDEDELINGEN ­ COMMUNICATIONS

Vlaams Parlement

De voorzitter. ­ Bij boodschap van 22 september 1997 heeft het Vlaams Parlement aan de Senaat laten weten dat hij zich ter vergadering van die dag geconstitueerd heeft.

Par message du 22 septembre 1997 le Vlaams Parlement a fait connaître au Sénat qu'il s'est constitué en sa séance de ce jour.

­ Voor kennisgeving aangenomen.

Pris pour notification.

Resolutie aangenomen door het Waals Parlement

Résolution adoptée par le Parlement wallon

De voorzitter. ­ Bij brief van 22 juli 1997 zendt de voorzitter van het Waals Parlement aan de Senaat, een resolutie betreffende het actieve en passieve kiesrecht van de onderdanen van de Europese Unie bij gemeenteraadsverkiezingen, aangenomen door het Waals Parlement op 18 juli 1997.

Par lettre du 22 juillet 1997, le président du Parlement wallon transmet au Sénat, une résolution concernant le droit de vote et d'éligibilité aux ressortissants de l'Union européenne pour les élections communales, adoptée par le Parlement wallon le 18 juillet 1997.

­ Neergelegd ter griffie.

Dépôt au greffe.

Rat der Deutschsprachigen Gemeinschaft

De voorzitter. ­ Bij boodschap van 16 september 1997 heeft de Rat der Deutschsprachigen Gemeinschaft aan de Senaat laten weten dat hij zich ter vergadering van die dag geconstitueerd heeft.

Par message du 16 septembre 1997 le Rat der Deutschsprachigen Gemeinschaft a fait connaître au Sénat qu'il s'est constitué en sa séance de ce jour.

­ Voor kennisgeving aangenomen.

Pris pour notification.

Arbitragehof ­ Cour d'arbitrage

De voorzitter. ­ Met toepassing van artikel 76 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof, geeft de griffier van het Arbitragehof aan de voorzitter van de Senaat kennis van :

1. het beroep tot vernietiging van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 25 februari 1997 betreffende de integrale kwaliteitszorg in de verzorgingsinstellingen, ingesteld door de Ministerraad (rolnummer 1100);

2. de beroepen tot gedeeltelijke vernietiging van hoofdstuk V « Successierechten » van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 20 december 1996 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1997, ingesteld door A. Michaux e.a., H.A. Segers e.a. en door de Ministerraad (rolnummers 1101, 1106, 1116 en 1120, samengevoegde zaken);

3. het beroep tot vernietiging van artikel 47, § 2, 38º, en § 3, van het decreet van het Vlaamse Gewest van 2 juli 1981 betreffende de voorkoming en het beheer van afvalstoffen, zoals gewijzigd bij de artikelen 40 en 41 van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 20 december 1996 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1997, ingesteld door de gemeente Wemmel (rolnummer 1109);

4. het beroep tot vernietiging van artikel 1bis , §§ 3 en 4, van de wet van 14 augustus 1933 betreffende de bescherming van drinkwaters, zoals ingevoegd bij artikel 34 van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 20 december 1996 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1997, ingesteld door de gemeente Wemmel (rolnummer 1110);

5. het beroep tot gedeeltelijke vernietiging van artikel 59, 1º, van het Wetboek der Successierechten, zoals vervangen bij artikel 19 van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 20 december 1996 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1997, ingesteld door de Koning Boudewijnstichting e.a. (rolnummer 1113);

6. het beroep tot vernietiging van artikel 26 van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 20 december 1996 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1997, ingesteld door de provincie West-Vlaanderen (rolnummer 1114);

7. de beroepen tot vernietiging van de wet van 24 december 1996 betreffende de vestiging en de invordering van de provincie- en de gemeentebelastingen, ingesteld door de gemeente Schaarbeek, de stad Charleroi en de Waalse regering (rolnummers 1117, 1118 en 1119, samengevoegde zaken);

8. het beroep tot vernietiging en de vordering tot schorsing van de artikelen 102, tweede lid, en 103 van de ordonnantie van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest van 5 juni 1997 betreffende de milieuvergunningen, ingesteld door M. Berg en S. Barreca (rolnummers 1135);

9. het beroep tot gedeeltelijke vernietiging van het decreet van de Franse Gemeenschap van 4 februari 1997 houdende de regeling inzake verlof en disponibiliteit wegens ziekte en gebrekkigheid van sommige leden van het onderwijspersoneel, ingesteld door M. Hupet en andere (rolnummer 1138);

10. het beroep tot vernietiging van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 20 december 1996 houdende bekrachtiging van het besluit van de Vlaamse regering van 24 juli 1996 betreffende de erkenning van de televisiediensten, ingesteld door de Ministerraad (rolnummer 1139);

11. de beroepen tot gedeeltelijke vernietiging van het decreet van het Waalse Gewest van 5 december 1996 betreffende de Waalse intercommunales, ingesteld door J. Leclère en anderen, door de gemeente Amblève en andere, door F. Wirtz en door « die Interkommunale für das Sozial- und Gesundheitswesen » van de gemeenten Amel, Büllingen, Burg-Reuland, Bütgenbach en Sankt Vith (rolnummers 1140, 1141, 1142 en 1143, samengevoegde zaken);

12. het beroep tot gedeeltelijke vernietiging van de wet van 30 december 1996 tot wijziging van de wet van 19 juli 1991 tot regeling van het beroep van privé-detective, ingesteld door de VZW Nationaal Syndicaat der Militairen en anderen (rolnummer 1145);

13. het beroep tot vernietiging van artikel 2, 1º, van de wet van 13 juni 1997 tot bekrachtiging van de koninklijke besluiten genomen met toepassing van de wet van 26 juli 1996 strekkende tot realisatie van de budgetaire voorwaarden tot deelname van België aan de Europese Economische en Monetaire Unie, en de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels, ingesteld door de BVBA Advocaat Coopman (rolnummer 1149);

14. het beroep tot vernietiging van het artikel 17, eerste lid, van het decreet van de Franse Gemeenschapscommissie van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest van 23 januari 1997 tot bevordering van de inschakeling van gehandicapten in het arbeidsproces, ingesteld door de VZW Braille-Liga (rolnummer 1151);

15. het beroep tot vernietiging van artikel 1, § 5, van het decreet van de Franse Gemeenschap van 4 februari 1997 tot wijziging van de onderwijswetgeving tot hervorming van de inrichting en de financiering van het hoger onderwijs, ingesteld door G. Petit (rolnummer 1152).

En application de l'article 76 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage, le greffier de la Cour d'arbitrage notifie au président du Sénat :

1. le recours en annulation du décret de la Communauté flamande du 25 février 1997 relatif à la gestion totale de la qualité dans les établissements de soins, introduit par le Conseil des ministres (numéro du rôle 1100);

2. les recours en annulation partielle du chapitre V « Droits de succession » du décret de la Communauté flamande du 20 décembre 1996 contenant diverses mesures d'accompagnement du budget 1997, introduits par A. Michaux e.a., par H.A. Segers et par le Conseil des ministres (numéros du rôle 1101, 1106, 1116 et 1120, affaires jointes);

3. le recours en annulation de l'article 47, § 2, 38º, et § 3 du décret de la Région flamande du 2 juillet 1981 relatif à la prévention et la gestion des déchets, tel que modifiée par les articles 40 et 41 du décret de la Communauté flamande du 20 décembre 1996 contenant diverses mesures d'accompagnement du budget 1997, introduit par la commune de Wemmel (numéro du rôle 1109);

4. le recours en annulation de l'article 1^er bis , §§ 3 et 4, de la loi du 14 août 1933 contenant la protection des eaux de boisson, tel qu'introduit par l'article 34 du décret de la Communauté flamande du 20 décembre 1996 contenant diverses mesures d'accompagnement du budget 1997, introduit par la commune de Wemmel (numéro du rôle 1110);

5. le recours en annulation partielle de l'article 59, 1º, du Code des droits de succession, tel que remplacé par l'article 19 du décret de la Communauté flamande du 20 décembre 1996 contenant diverses mesures d'accompagnement du budget 1997, introduit par la Fondation Roi Baudouin e.a. (numéro du rôle 1113);

6. le recours en annulation de l'article 26 du décret de la Communauté flamande du 20 décembre 1996 portant des mesures d'accompagnement du budget 1997, introduit par la province de Flandre occidentale (numéro du rôle 1114);

7. les recours en annulation de la loi du 24 décembre 1996 relative à l'établissement et au recouvrement des taxes provinciales et communales, introduits par la commune de Schaerbeek, la ville de Charleroi et le gouvernement wallon (numéros du rôle 1117, 1118 et 1119, affaires jointes);

8. le recours en annulation et la demande de suspension des articles 102, alinéa 2, et 103 de l'ordonnance de la Région de Bruxelles-Capitale du 5 juin 1997 relative aux permis d'environnement, introduit par M. Berg et S. Barreca (numéro du rôle 1135);

9. le recours en annulation partielle du décret de la Communauté française du 4 février 1997 fixant le régime des congés et de disponibilité pour maladie et infirmité de certains membres du personnel de l'enseignement, introduit par M. Hupet et autres (numéro du rôle 1138);

10. le recours en annulation du décret de la Communauté flamande du 20 décembre 1996 sanctionnant l'arrêté du gouvernement flamand du 24 juillet 1996 relatif à l'agrément des services télévisés, introduit par le Conseil des ministres (numéro du rôle 1139);

11. les recours en annulation partielle du décret de la Région wallonne du 5 décembre 1996 relatif aux intercommunales wallonnes, introduits par J. Leclère et autres, par la commune d'Amblève et autres, par F. Wirtz et par l'intercommunale « Interkommunale für das Sozial- und Gesundheitswesen der Gemeinden Amel, Büllingen, Burg-Reuland, Bütgenbach und Sankt Vith » (numéros du rôle 1140, 1141, 1142 et 1143, affaires jointes);

12. le recours en annulation partielle de la loi du 30 décembre 1996 modifiant la loi du 19 juillet 1991 organisant la profession de détective privé, introduit par l'A.S.B.L. Syndicat national des militaires et autres (numéro du rôle 1145);

13. le recours en annulation de l'article 2, 1º, de la loi du 13 juin 1997 portant confirmation des arrêtés royaux pris en application de la loi du 26 juillet 1996 visant à réaliser les conditions budgétaires de la participation de la Belgique à l'Union économique et monétaire européenne, et la loi du 26 juillet 1996 portant modernisation de la sécurité sociale et assurant la viabilité des régimes légaux de pensions, introduit par la S.P.R.L. Advocaat Coopman (numéro du rôle 1149);

14. le recours en annulation de l'article 17, alinéa 1^er , du décret de la Commission communautaire française de la Région de Bruxelles-Capitale du 23 janvier 1997 visant à promouvoir l'intégration professionnelle des personnes handicapées, introduit par l'A.S.B.L. Ligue Braille (numéro du rôle 1151);

15. le recours en annulation de l'article 1^er , § 5, du décret de la Communauté française du 4 février 1997 modifiant la législation dans le domaine de l'enseignement réformant l'organisation et le financement de l'enseignement supérieur, introduit par G. Petit (numéro du rôle 1152).

­ Voor kennisgeving aangenomen.

Pris pour notification.

Met toepassing van artikel 77 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof, geeft de griffier van het Arbitragehof aan de voorzitter van de Senaat kennis van :

1. de prejudiciële vraag inzake artikel 4, § 1, van de wet van 9 maart 1953 betreffende zekere aanpassingen inzake militaire pensioenen toekenende kosteloze medische zorgen en geneesmiddelen aan de militaire invaliden van de vredestijd, gesteld door de Rechtbank van Eerste Aanleg te Namen (rolnummer 1103);

2. de prejudiciële vraag betreffende artikel 29 van het decreet van de Franse Gemeenschap van 4 februari 1997 houdende regeling inzake verlof en disponibiliteit wegens ziekte en gebrekkigheid van sommige leden van het onderwijspersoneel, gesteld door de Raad van State (rolnummer 1105);

3. de prejudiciële vraag betreffende het artikel 22, derde lid, van de wet van 20 juli 1990 betreffende de voorlopige hechtenis, gesteld door de Rechtbank van Eerste Aanleg te Namen (rolnummer 1108);

4. de prejudiciële vraag inzake artikel 8, § 1, van de wet van 29 juni 1964 betreffende de opschorting, het uitstel en de probatie, gesteld door de Politierechtbank te Nijvel (rolnummer 1111);

5. de prejudiciële vraag betreffende artikel 8, 3º, (hoofdstuk II « Toepassing van de verzekering tegen werkloosheid, de ziekteverzekering (sector uitkeringen) en de moederschapsverzekering op sommige personeelsleden van de overheidssector en van het vrij gesubsidieerd onderwijs ») van de wet van 20 juli 1991 houdende sociale en diverse bepalingen, gesteld door het Arbitragehof te Gent (rolnummer 1121);

6. de prejudiciële vraag betreffende artikel 46, § 2, tweede lid, van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971, gesteld door de Politierechtbank te Westerlo (rolnummer 1122);

7. de prejudiciële vraag inzake artikel 31 van de wet van 24 juli 1987 betreffende de tijdelijke arbeid, de uitzendarbeid en het ter beschikking stellen van werknemers ten behoeve van gebruikers, gesteld door de Arbeidsrechtbank te Hasselt (rolnummer 1124);

8. de prejudiciële vraag betreffende artikel 55 van de wet van 29 maart 1962 houdende organisatie van de ruimtelijke ordening en van de stedebouw, gesteld door de Raad van State (rolnummer 1126);

9. de prejudiciële vraag betreffende artikel 37 van het decreet van de Franse Gemeenschap van 4 maart 1991 inzake hulpverlening aan de jeugd, gesteld door de Jeugdrechtbank te Luik (rolnummer 1127);

10. de prejudiciële vragen over artikel 2bis , § 1, van de wet van 24 februari 1921 betreffende het verhandelen van de gifstoffen, slaapmiddelen en verdovende middelen, ontsmettingsstoffen en antiseptica, en de artikelen 1 (nr. 15), 11 en 28 van het koninklijk besluit van 31 december 1930 omtrent de handel in slaap- en verdovende middelen, gesteld door de Correctionele Rechtbank te Brussel (rolnummers 1128, 1129 en 1130, samengevoegde zaken);

11. de prejudiciële vragen over :

­ artikel 317 van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 13 juli 1994 betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap, zoals aangevuld bij artikel 133 van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 8 juli 1996 betreffende het onderwijs VII;

­ de artikelen 133 en 148, 5º, van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 8 juli 1996 betreffende het onderwijs VII;

­ artikel 323, § 2, van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 13 juli 1994 betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap, gesteld door de Raad van State (rolnummer 1131);

12. de prejudiciële vragen over :

­ artikel 317 van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 13 juli 1994 betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap, zoals aangevuld bij artikel 133 van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 8 juli 1996 betreffende het onderwijs VII;

­ de artikelen 133 en 148, 5º, van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 8 juli 1996 betreffende het onderwijs VII, gesteld door de Raad van State (rolnummer 1132);

13. de prejudiciële vragen over :

­ artikel 317 van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 13 juli 1994 betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap, zoals aangevuld bij artikel 133 van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 8 juli 1996 betreffende het onderwijs VII;

­ de artikelen 133 en 148, 5º, van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 8 juli 1996 betreffende het onderwijs VII;

­ artikel 323, § 2, van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 13 juli 1994 betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap, gesteld door de Raad van State (rolnummer 1133);

14. de prejudiciële vragen over artikel 76, § 1, van het BTW-Wetboek, gesteld door de Rechtbank van Eerste Aanleg te Brussel (rolnummer 1134);

15. de prejudiciële vraag betreffende de artikelen 43 en 44 van het Wetboek van Strafvordering, artikel 10 van de wet van 1 juni 1849 op de herziening van het tarief in lijfstraffelijke zaken en de artikelen 962 en volgende van het Gerechtelijk Wetboek, gesteld door de Correctionele Rechtbank te Luik (rolnummer 1136);

16. de prejudiciële vraag betreffende artikel 13 van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971, gesteld door de Arbeidsrechtbank te Bergen (rolnummer 1137);

17. de prejudiciële vragen inzake de wet van 12 juli 1978 betreffende het accijnsregime van alcohol, gesteld door de Correctionele Rechtbank te Hoei (rolnummer 1144);

18. de prejudiciële vraag inzake artikel 57, § 2, van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, zoals gewijzigd bij artikel 65 van de wet van 15 juli 1996, gesteld door de Arbeidsrechtbank te Brussel (rolnummer 1147);

19. de prejudiciële vraag betreffende de artikelen 2, 1º, e) , en 23, van de wet van 11 april 1995 tot invoering van het « handvest » van de sociaal verzekerde, of artikel 71 van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, zoals gewijzigd door de wet van 12 januari 1993, gesteld door de Arbeidsrechtbank te Brussel (rolnummer 1148).

En application de l'article 77 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage, le greffier de la Cour d'arbitrage notifie au président du Sénat :

1. la question préjudicielle relative à l'article 4, § 1^er , de la loi du 9 mars 1953 réalisant certains ajustements en matière de pensions militaires et accordant la gratuité des soins médicaux et pharmaceutiques aux invalides militaires du temps de paix, posée par le Tribunal de première instance de Namur (numéro du rôle 1103);

2. la question préjudicielle relatif à l'article 29 du décret de la Communauté française du 4 février 1997 fixant le régime des congés et de disponibilité pour maladie et infirmité de certains membres du personnel de l'enseignement, posée par le Conseil d'État (numéro du rôle 1105);

3. la question préjudicielle concernant l'article 22, alinéa 3, de la loi du 20 juillet 1990 relative à la détention préventive, posée par le Tribunal de première instance de Namur (numéro du rôle 1108);

4. la question préjudicielle relative à l'article 8, § 1^er , de la loi du 29 juin 1964, concernant la suspension, le sursis et la probation, posée par le Tribunal de police de Nivelles (numéro du rôle 1111);

5. la question préjudicielle concernant l'article 8, 3º, (chapitre II « Assujettissement de certains agents du secteur public et de l'enseignement subventionné libre à l'assurance contre le chômage, à l'assurance maladie (secteur des indemnités) et à l'assurance maternité ») de la loi du 20 juillet 1991 portant des dispositions sociales et diverses, posée par la Cour de travail de Gand (numéro du rôle 1121);

6. la question préjudicielle relative à l'article 46, § 2, alinéa 2, de la loi sur les accidents de travail du 10 avril 1971, posée par le Tribunal de police de Westerlo (numéro du rôle 1122);

7. la question préjudicielle relative à l'article 31 de la loi du 24 juillet 1987 sur le travail temporaire, le travail intérimaire et la mise de travailleurs à la disposition d'utilisateurs, posée par le Tribunal du travail de Hasselt (numéro du rôle 1124);

8. la question préjudicielle relative à l'article 55 de la loi du 29 mars 1962 organique de l'aménagement du territoire et de l'urbanisme, posée par le Conseil d'État (numéro du rôle 1126);

9. la question préjudicielle concernant l'article 37 du décret de la Communauté française du 4 mars 1991 relatif à l'aide à la jeunesse, posée par le Tribunal de la jeunesse de Liège (numéro du rôle 1127);

10. les questions préjudicielles relatives à l'article 2bis , § 1^er , de la loi du 24 février 1921 concernant le trafic des substances vénéneuses, soporifiques, stupéfiantes, désinfectantes ou antiseptiques, et les articles 1^er (nº 15), 11 et 28 de l'arrêté royal du 31 décembre 1930 concernant le trafic des substances soporifiques et stupéfiantes, posées par le Tribunal correctionnel de Bruxelles (numéros du rôle 1128, 1129 et 1130, affaires jointes);

11. les questions préjudicielles relatives à :

­ l'article 317 du décret de la Communauté flamande du 13 juillet 1994 relatif aux instituts supérieurs en Communauté flamande, tel que complété par l'article 133 du décret de la Communauté flamande du 8 juillet 1996 relatif à l'enseignement VII;

­ les articles 133 et 148, 5º, du décret de la Communauté flamande du 8 juillet 1996 relatif à l'enseignement VII;

­ l'article 323, § 2, du décret de la Communauté flamande du 13 juillet 1994 relatifs aux instituts supérieurs en Communauté flamande, posée par le Conseil d'État (numéro du rôle 1131);

12. les questions préjudicielles relatives à :

­ l'article 317 du décret de la Communauté flamande du 13 juillet 1994 relatif aux instituts supérieurs en Communauté flamande, tel que complété par l'article 133 du décret de la Communauté flamande du 8 juillet 1996 relatif à l'enseignement VII;

­ les articles 133 et 148, 5º, du décret de la Communauté flamande du 8 juillet 1996 relatif à l'enseignement VII, posée par le Conseil d'État (numéro du rôle 1132);

13. les questions préjudicielles relatives à :

­ l'article 317 du décret de la Communauté flamande du 13 juillet 1994 relatif aux instituts supérieurs en Communauté flamande, tel que complété par l'article 133 du décret de la Communauté flamande du 8 juillet 1996 relatif à l'enseignement VII;

­ les articles 133 et 148, 5º, du décret de la Communauté flamande du 8 juillet 1996 relatif à l'enseignement VII;

­ l'article 323, § 2, du décret de la Communauté flamande du 13 juillet 1994 relatif aux instituts supérieurs en Communauté flamande, posée par le Conseil d'État (numéro du rôle 1133);

14. les questions préjudicielles relatives à l'article 76, § 1^er , du Code de la taxe sur la valeur ajoutée, posées par le Tribunal de première instance de Bruxelles (numéro du rôle 1134);

15. la question préjudicielle relative aux articles 43 et 44 du Code d'instruction criminelle, à l'article 10 de la loi du 1^er juin 1849 sur la révision des tarifs en matière criminelle et aux articles 962 et suivants du Code judiciaire, posée par le Tribunal correctionnel de Liège (numéro du rôle 1136);

16. la question préjudicielle relative à l'article 13 de la loi du 10 avril 1971 sur les accidents du travail, posée par le Tribunal du travail de Mons (numéro du rôle 1137);

17. les questions préjudicielles concernant la loi du 12 juillet 1978 relative au régime d'accise des alcohols, posées par le Tribunal correctionnel de Huy (numéro du rôle 1144);

18. la question préjudicielle relative à l'article 57, § 2, de la loi du 8 juillet 1976 organique des centres publics d'aide sociale, tel que modifié par l'article 65 de la loi du 15 juillet 1996, posée par le Tribunal du travail de Bruxelles (numéro du rôle 1147);

19. la question préjudicielle concernant les articles 2, 1º, e) , et 23, de la loi du 11 avril 1995 visant à instituer « la charte » de l'assuré social et l'article 71 de la loi du 8 juillet 1976 organique des centres publics d'aide sociale, modifié par la loi du 12 janvier 1993, posée par le Tribunal du travail de Bruxelles (numéro du rôle 1148).

­ Voor kennisgeving aangenomen.

Pris pour notification.

Met toepassing van artikel 113 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof, geeft de griffier van het Arbitragehof kennis aan de voorzitter van de Senaat van :

1. het arrest nr. 54/97, uitgesproken op 18 juli 1997, in zake de prejudiciële vraag betreffende artikel 1380, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek, gesteld door de voorzitter van de Rechtbank van Eerste Aanleg te Namen, zitting houdende in kort geding;

2. het arrest nr. 55/97, uitgesproken op 17 september 1997, in zake het beroep tot vernietiging van artikel 143ter van het Gerechtelijk Wetboek, ingevoegd door artikel 3 van de wet van 4 maart 1997 tot instelling van het college van procureurs-generaal en tot instelling van het ambt van nationaal magistraat, ingesteld door E. Verduyckt (nummer 1125).

En application de l'article 113 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage, le greffier de la Cour d'arbitrage notifie au président du Sénat :

1. l'arrêt nº 54/97, rendu le 18 juillet 1997, en cause de la question préjudicielle concernant l'article 1380, alinéa 2, du Code judiciaire, posée par le président du Tribunal de première instance de Namur, siégeant en référé;

2. l'arrêt nº 55/97, rendu le 17 septembre 1997, en cause du recours en annulation de l'article 143ter du Code judiciaire, inséré par l'article 3 de la loi du 4 mars 1997 instituant le collège des procureurs généraux et créant la fonction de magistrat national, introduit par E. Verduyckt (numéro du rôle 1125).

­ Voor kennisgeving aangenomen.

Pris pour notification.

Akkoord van Schengen ­ Accord de Schengen

De voorzitter. ­ Overeenkomstig artikel 2, eerste lid, 1º, van de wet van 18 maart 1993 houdende goedkeuring van de Overeenkomst ter uitvoering van het Akkoord van Schengen van 14 juni 1985, heeft de vice-eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken, bij brief van 8 oktober 1997, aan de Senaat overgezonden, de agenda, evenals de bijhorende bescheiden, van de vergadering van het Uitvoerend Comité, ingesteld bij artikel 131 van de genoemde Overeenkomst, die werd gehouden te Wenen op 7 oktober 1997.

Conformément à l'article 2, alinéa 1^er , 1º, de la loi du 18 mars 1993 portant approbation de la Convention d'application de l'Accord de Schengen du 14 juin 1985, le vice-Premier ministre et ministre de l'Intérieur a transmis au Sénat, par lettre du 8 octobre 1997, l'ordre du jour, ainsi que les documents y annexés, de la réunion du Comité exécutif instauré par l'article 131 de la Convention précitée, qui s'est tenue à Vienne le 7 octobre 1997.

­ Verzending naar het Adviescomité voor Europese Aangelegenheden.

Envoi au Comité d'avis chargé des questions européennes.

Wereldvrouwenconferentie in Peking 1995

Conférence mondiale sur les femmes à Pékin 1995

De voorzitter. ­ Bij brief van 9 oktober 1997 zendt de staatssecretaris voor Ontwikkelingssamenwerking aan de Senaat over, het verslag aan het Parlement naar aanleiding van de indiening van de wet strekkende tot controle op de toepassing van de resoluties van de Wereldvrouwenconferentie van Peking.

Par lettre du 9 octobre 1997, le secrétaire d'État à la Coopération au Développement a transmis au Sénat, le rapport au Parlement suite à l'introduction de la loi visant au contrôle de l'application des résolutions de la Conférence mondiale sur les femmes de Pékin.

­ Verzending naar de commissie voor de Buitenlandse Aangelegenheden en naar het Adviescomité voor Gelijke Kansen voor Vrouwen en Mannen.

Envoi à la commission des Affaires étrangères et au Comité d'avis pour l'égalité des chances entre les femmes et les hommes.

Centrale Raad voor het Bedrijfsleven

Conseil central de l'économie

De voorzitter. ­ Bij brief van 11 september 1997 heeft de voorzitter van de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven aan de Senaat overgemaakt, het advies over de afschaffing van bijlage 14 van de gewone wet van 16 juli tot vervollediging van de federale staatsstructuur.

Par lettre du 11 septembre 1997, le président du Conseil central de l'économie a transmis au Sénat, l'avis sur la suppression de l'annexe 14 de la loi ordinaire du 16 juillet 1993 visant à achever la structure fédérale de l'État.

­ Verzending naar de commissie voor de Financiën en de Economische Aangelegenheden.

Envoi à la commission des Finances et des Affaires économiques.

Deposito- en Consignatiekas

Caisse des dépôts et consignations

De voorzitter. ­ Overeenkomstig artikel 36 van het koninklijk besluit nr. 150 van 18 maart 1935 zendt de vice-eerste minister en minister van Financiën en Buitenlandse Handel, bij brief van 10 september 1997, aan de Senaat het verslag over de verrichtingen van de Deposito- en Consignatiekas gedurende het jaar 1996.

En exécution de l'article 36 de l'arrêté royal nº 150 du 18 mars 1935, le vice-Premier ministre et ministre des Finances et du Commerce extérieur transmet au Sénat, par lettre du 10 septembre 1997, le rapport sur les opérations de la Caisse des dépôts et consignations pendant l'année 1996.

­ Verzending naar de commissie voor de Financiën en de Economische Aangelegenheden.

Envoi à la commission des Finances et des Affaires économiques.

Commissie voor de Normalisatie van de Openbare Comptabiliteit

Commission de normalisation de la comptabilité publique

De voorzitter. ­ Met toepassing van artikel 11 van het koninklijk besluit van 14 januari 1992 houdende organisatie van de Commissie voor de Normalisatie van de Openbare Comptabiliteit heeft de vice-eerste minister en minister van Financiën en Buitenlandse Handel, bij brief van 29 juli 1997, aan de voorzitter van de Senaat overgezonden, het derde verslag over de stand van de vorderingen van de werkzaamheden van de genoemde commissie.

En application de l'article 11 de l'arrêté royal du 14 janvier 1992 portant organisation de la Commission de normalisation de la comptabilité publique, le vice-Premier ministre et ministre des Finances et du Commerce extérieur a transmis au président du Sénat, par lettre du 29 juillet 1997, le troisième rapport sur l'état d'avancement des travaux de ladite commission.

­ Verzending naar de commissie voor de Financiën en de Economische Aangelegenheden.

Envoi à la commission des Finances et des Affaires économiques.

Commissie voor de Bescherming van de Persoonlijke Levenssfeer

Commission de la protection de la vie privée

De voorzitter. ­ In uitvoering van artikel 32, § 2, tweede lid, van de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens, heeft de voorzitter van de Commissie voor de Bescherming van de Persoonlijke Levenssfeer bij brief van 16 september 1997, aan de Senaat overgezonden, de verslagen over de werkzaamheden van de commissie met betrekking tot de jaren 1992 tot 1996.

En exécution de l'article 32, § 2, deuxième alinéa, de la loi du 8 décembre 1992 relative à la protection de la vie privée à l'égard des traitements de données à caractère personnel, le président de la Commission de la protection de la vie privée a, par lettre du 16 septembre 1997, transmis au Sénat, les rapports sur les activités de la commission se rapportant aux années 1992 à 1996.

­ Verzending naar de commissie voor de Justitie.

Envoi à la commission de la Justice.

Economische overheidsbedrijven

Entreprises publiques économiques

De voorzitter. ­ Met toepassing van artikel 23, § 6, van de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven, heeft de vice-eerste minister en minister van Economie en Telecommunicatie aan de Senaat overgezonden, het verslag aan de Wetgevende Kamers betreffende de toepassing door het autonoom overheidsbedrijf « De Post » van titel I van bedoelde wet, voor het werkingsjaar 1996.

En application de l'article 23, § 6, de la loi du 21 mars 1991 portant réforme de certaines entreprises publiques économiques, le vice-Premier ministre et ministre de l'Économie et des Télécommunications a transmis au Sénat, le rapport aux Chambres législatives sur l'application par l'entreprise publique autonome « La Poste » du titre I^er de ladite loi, pour l'exercice 1996.

­ Verzending naar de commissie voor de Financiën en de Economische Aangelegenheden.

Envoi à la commission des Finances et des Affaires économiques.

In-, uit- en doorvoer van wapens, munitie en militair materieel

Importation, exportation et transit d'armes, de munitions et de matériel militaire

De voorzitter. ­ Overeenkomstig artikel 14 van de wet van 5 augustus 1991 betreffende de in-, uit- en doorvoer van wapens, munitie en speciaal voor militair gebruik dienstig materieel en daaraan verbonden technologie, zenden de vice-eerste minister en minister van Financiën en Buitenlandse Handel en de minister van Buitenlandse Zaken aan de Senaat over, het verslag over de toepassing van voormelde wet voor het jaar 1996.

Conformément à l'article 14 de la loi loi du 5 août 1991 relative à l'importation, à l'exportation et au transit d'armes, de munitions et de matériel devant servir spécialement à un usage militaire et de la technologie y afférente, le vice-Premier ministre et ministre des Finances et du Commerce extérieur et le ministre des Affaires étrangères transmettent au Sénat le rapport sur l'application de ladite loi pour l'année 1996.

­ Neergelegd ter griffie.

Dépôt au greffe.

De voorzitter. ­ Dames en heren, onze agenda voor vandaag is afgewerkt.

Notre ordre du jour est ainsi épuisé.

De Senaat vergadert opnieuw donderdag 16 oktober 1997 om 15 uur.

Le Sénat se réunira le jeudi 16 octobre 1997 à 15 heures.

De vergadering is gesloten.

La séance est levée.

(De vergadering wordt gesloten om 15.10 uur.)

(La séance est levée à 15 h 10.)