3-100 | 3-100 |
M. le président. - M. Vincent Van Quickenborne, secrétaire d'État à la Simplification administrative, adjoint au premier ministre, répondra au nom de M. Karel De Gucht, ministre des Affaires étrangères.
Je vous propose de joindre ces demandes d'explications. (Assentiment)
De heer Lionel Vandenberghe (SP.A-SPIRIT). - Willen we de politiek goed volgen, dan moeten we mijns inziens ministers beoordelen aan de hand van wat er in het regeerakkoord staat. Daarom citeer ik nogal graag uit het federaal regeerakkoord, waarin de krijtlijnen van het buitenlandse beleid zijn uitgetekend. Het akkoord schrijft "een actief, dynamisch, voluntaristisch en ethisch geïnspireerd buitenlands beleid" voor dat inspeelt op de wereldwijde uitdagingen: de schending van de mensenrechten, onderontwikkeling, armoede, epidemische ziekten, vervuiling en plundering van natuurlijke rijkdommen, ongelijkheid, gewelddadige conflicten, terrorisme en de proliferatie van massavernietigingswapens.
Met deze vraag om uitleg wil ik de focus richten op het beleid inzake het bestrijden van mensenrechtenschendingen in twee grote landen waarmee we vriendschappelijke relaties onderhouden, met name de Volksrepubliek China en de Russische Federatie.
Ik begin met de Russische Federatie. Sinds de gijzeling in Beslan begin september 2004 heeft de Russische president Vladimir Poetin één prioriteit: de staatsmacht onder zijn persoonlijke controle krijgen.
In naam van de "oorlog tegen het internationale terrorisme" worden openlijk democratische hervormingen teruggeschroefd. Centralisme en imperialisme zijn in de plaats gekomen van federalisme en democratisering. Rusland evolueert naar een autocratische tsaristische staat.
Vooral in de Kaukasus leidt deze houding tot problemen. De deelrepublieken vragen zelfbestuur, politieke autonomie en culturele vrijheid. In Tsjetsjenië leidde de botte weigering van Moskou tot een uitzichtloze en bloedige oorlog. Door in november jongstleden de Tsjetsjeense regeringsgezant, Ahmed Zakajev, niet tot het Belgische grondgebied toe te laten gaf de minister de indruk het Russische optreden in Tsjetsjenië goed te keuren. Intussen is door de moord op de Tsjetsjeense president Maschadov de situatie geëscaleerd. De Tsjetsjeense voorman genoot de cruciale legitimiteit om een einde te maken aan het conflict tussen Moskou en Grozny. Die legitimiteit ontleende hij aan zijn door de OVSE en Moskou erkende verkiezingen in januari 1997, als president van de Tsjetsjeense republiek en aan het vredesakkoord van 1997, dat hij samen met de vorige Russische president Jeltsin, ondertekende. Ondanks de fouten die hij tijdens zijn korte regeerperiode beging, werd hij door de Tsjetsjenen gerespecteerd en gesteund. Het eenzijdige staakt het vuren van februari 2005 heeft zijn gezag bewezen.
Dit manifest vredessignaal viel niet in goede aarde bij de Russische regering en bij de aangestelde administratie in Grozny. Die laatste moet in opdracht van Moskou orde op zaken stellen in Tsjetsjenië. Moskou stimuleert hiermee opzettelijk interne onveiligheid, met een aanslepende burgeroorlog tot gevolg. Een escalatie van geweld is in de gegeven omstandigheden nog te verwachten. De internationale gemeenschap zwijgt en legitimeert zo de Russische geweldpolitiek.
Het Belgische optreden jegens de Volksrepubliek China doet nog meer de wenkbrauwen fronsen. We mogen onze ogen niet sluiten voor de mensenrechtenschendingen in China. Reeds jaren probeert de Europese Unie tevergeefs dit probleem met China te bespreken. Internationale mensenrechtenorganisaties wijzen telkens weer op de pijnpunten in de Chinese samenleving: er is de geweldcampagne tegen de Oeigoeren, de bezetting en onderdrukking in Tibet, de maatregelen tegen internetdissidenten en maatschappelijke groeperingen, het geweld tegen politieke en religieuze organisaties, het grote aantal politieke gevangenen en het grote aantal doodvonnissen.
Ook het EU-wapenembargo versus China staat onder druk. Ons land wil graag een graantje meepikken bij de bewapening van dit reusachtige land. Dat bleek nog maar eens toen de Chinese minister van Defensie, midden oktober 2004, een geheim bezoek bracht aan de bekende fabrikant van wapens voor legers en ordestrijdkrachten in Herstal. Laat me duidelijk zijn: ik kan onmogelijk instemmen met de opheffing van het EU-wapenembargo en vraag dat het Parlement zich over dit dossier kan uitspreken. Ik heb hierover een resolutie ingediend. Voor één keer steunen we de Amerikaanse president Bush.
Als klap op de vuurpijl kwam de afgelasting van het bezoek van de Dalai Lama, Nobelprijswinnaar voor de vrede en spirituele leider van het door China bezette en onderdrukte Tibet.
Ik verwijs ook naar wat zich de voorbije weken in China heeft afgespeeld. Volgens Amnesty International werden in de twee weken voor het begin van het nieuwe maanjaar op 9 februari 2005 meer dan 200 terechtstellingen gerapporteerd. In december 2004 en januari 2005 maakten lokale media melding van 650 executies. De huidige Chinese overheid maakt zich op grote schaal schuldig aan schendingen van het internationale recht.
Tot slot verwijs ik nog naar de recente oorlogszuchtige taal van China aan het adres van Taiwan. Op het Nationaal Volkscongres, het Chinese parlement, werd deze week een wetsvoorstel goedgekeurd, dat de basis vormt voor een mogelijk militair ingrijpen in Taiwan, als dit formeel de onafhankelijkheid zou uitroepen. We kunnen opnieuw van een provocatie spreken.
De Russische Federatie en de Volksrepubliek China zijn geen landen waar men kritiekloos uitstekende relaties mee kan onderhouden. Ook niet als er grote economische voordelen in het vooruitzicht staan. Men kan blijven volhouden dat er geen vuiltje aan de lucht is. Men kan een dergelijk beleid onmogelijk uitleggen aan mensen, die, net als de minister zelf, altijd veel aandacht besteden aan democratie en mensen- en volkerenrechten in deze landen. Voornoemde feiten contrasteren immers fel met de intenties die in het regeerakkoord werden opgenomen.
Gisteren vertelde de minister nog in de commissie voor de Buitenlandse Betrekkingen en voor de Landsverdediging dat hij tijdens zijn reis naar het Midden-Oosten ook de problematiek van de mensen- en volkenrechten heeft aangekaart. Welke initiatieven heeft hij al genomen om, al dan niet in een Europees kader, het gebrek aan mensenrechten in de Russische federatie en de Volksrepubliek China aan de kaak te stellen en te bestrijden?
Welke initiatieven denkt hij te nemen in het raam van het voorgeschreven "actief, dynamisch, voluntaristisch en ethisch geïnspireerd buitenlands beleid" inzake de verdediging van de mensenrechten in de Russische Federatie en in de Volksrepubliek China?
Acht de minister het opportuun dat koning Albert II officieel een land bezoekt dat zich volgens alle internationale mensenrechtenorganisaties en volgens verschillende internationale instellingen systematisch schuldig maakt aan ernstige schendingen van de mensenrechten?
De heer Wim Verreycken (VL. BELANG). - In de eerste plaats wil ik, met alle respect voor de voorlezers van dienst, betreuren dat de minister van Buitenlandse Zaken al onze vragen over delicate onderwerpen systematisch ontwijkt. Ik heb hem veertien dagen geleden ondervraagd over het bezoek van de Dalai Lama en toen was het de heer De Decker die mijn vraag beantwoordde. Vandaag interpelleren we hem over ongeveer dezelfde materie en nu is het staatssecretaris Van Quickenborne die ons te woord staat. Ik betreur dit en beschouw dit als een vorm van minachting voor de Senaat. Een discussie achteraf is met de voorlezers, met alle respect, niet meer mogelijk.
Volgens Amnesty International werden in communistisch China `enkele honderden' executies uitgevoerd tijdens de weken voorafgaand aan het Chinese nieuwjaar, wat gebruikelijk zou zijn voor een `feestdag'.
De geestelijke leider van het door de Chinezen bezette Tibet, de Dalai Lama, is niet welkom in België, omdat dit onverenigbaar zou zijn met het bezoek dat Albert II aan communistisch China brengt. Ik vind het heel bizar dat dit een diplomatiek incident kan betekenen, want de minister zei daarover in een antwoord op een parlementaire vraag: "Het Tibetaanse gebied maakt derhalve voor België deel uit van China. Een verblijf van de Dalai Lama, waar ook ter wereld, kan nooit als een diplomatieke zending worden beschouwd, aangezien hij geen staat vertegenwoordigt".
Hoe kan zijn verblijf dan een diplomatiek incident veroorzaken? We worden voor de gek gehouden. Volgens de enge visie van België is een land, als het maar lang genoeg bezet is, geen eigen staat meer. Zelfs al zou die visie juist zijn, ga ik uit van een nationalistische invalshoek en beschouw ik de Tibetanen als een volk.
Toen ik ooit met een parlementaire missie in Turkije was, zei de woordvoerder van de Turkse regering dat er geen Koerden waren, maar Berg-Turken. De Chinezen beschouwen de Tibetanen wellicht ook als Berg-Chinezen. Ik ben het daar niet mee eens. Een volk, waar ook ter wereld, heeft recht op zijn eigenheid en op kansen op volledige ontplooiing op zijn eigen grondgebied.
Human Rights Watch publiceerde onlangs een rapport over Tenzin Delek Rinpoche, een ter dood veroordeelde Lama. De woordvoerder van Human Rights Watch zegt: "Geheime processen, geheime vonnissen: Tibetanen verdwijnen nog altijd in een zwart gat in het Chinese rechtssysteem. China blijft alles in het werk stellen om de culturele en spirituele identiteit van de Tibetanen uit te vegen". Er is dus duidelijk nog altijd een volkerenmoord aan de gang. De Amerikaanse Senaat en het Europees Parlement keurden resoluties goed voor de vrijlating van politieke gevangenen in Tibet. Deze resoluties kwamen er naar aanleiding van het dossier Tenzin Delek Rinpoche, die ondertussen nog steeds in een Chinese cel zit, ondanks de resoluties.
Gezien de grondwettelijke onverantwoordelijkheid van de Koning neem ik aan dat `Buitenlandse zaken' de toespraken van Albert II in China zal voorbereiden, en dus ook de kans heeft om respect voor de mensenrechten op de agenda te plaatsen.
Verschillende ministers van Buitenlandse Zaken van ons land hebben reeds aandacht gevraagd voor de mensenrechten in onder meer Oostenrijk, in Italië, in de Verenigde Staten en in Congo. Waarom ook niet in China? Buitenlandse Zaken voelt zich immers geroepen het geweten van heel de wereld te spelen.
Zal Albert II - dus Buitenlandse Zaken - de Tibetaanse bezetting aankaarten tijdens zijn bezoek? Zal hij respect eisen voor de mensenrechten, of zullen de mensenrechten ondergeschikt worden gemaakt aan economische belangen? Zal Albert II de vrijlating, of minstens een nieuw proces mét internationale waarnemers voor Tenzin Delek Rinpoche vragen, en bijgevolg voor alle Tibetaanse politiek veroordeelden waarvoor hij symbool staat?
De heer Vincent Van Quickenborne, staatssecretaris voor Administratieve Vereenvoudiging, toegevoegd aan de eerste minister. - Aangezien minister De Gucht vanavond naar het buitenland is vertrokken, antwoord ik namens hem.
België heeft in 1971 diplomatieke betrekkingen aangeknoopt met de Volksrepubliek China en dit zonder enig territoriaal voorbehoud. Dit betekent dat het autonoom gebied Tibet als een integraal deel van de Volksrepubliek China wordt beschouwd en niet als een door China bezet gebied.
Bij alle officiële gesprekken met de Chinese regering en bij politieke consultaties met de Chinese overheid, brengen de Belgische delegaties steeds de situatie van de mensenrechten in China ter sprake. De Europese Unie en haar lidstaten laten nooit na hun bezorgdheid over de toestand van de mensenrechten in China te uiten.
Bij middel van haar geregelde dialoog met China over de mensenrechten zoekt de Europese Unie positief en constructief bij te dragen tot de verbetering van die rechten. België wordt daarbij langs de geëigende kanalen actief betrokken.
Op 2 februari 2005 heeft de Europese Unie een verklaring vrijgegeven over Tenzin Delek Rinpoche waarin zij het besluit van de Chinese autoriteiten om de doodstraf om te zetten in levenslange opsluiting verwelkomt. In diezelfde verklaring uit de Europese Unie tevens haar bezorgdheid en de sterke twijfels die ze heeft over de onzijdigheid van het proces en over de zware strafmaat. De Europese Unie heeft de Chinese autoriteiten verder verzocht om haar nauwgezet op de hoogte te blijven houden van die zaak. België sluit zich volledig aan bij de aanpak van de Europese Unie terzake.
De heer Wim Verreycken (VL. BELANG). - Op mijn eerste vraag of Albert II de bezetting zal aankaarten, antwoordt de staatssecretaris neen, want sinds 1971 erkennen wij Tibet niet als staat. Op mijn tweede vraag of Albert II respect voor de mensenrechten zal eisen, antwoordt de staatssecretaris neen, aangezien de Europese Unie dat al doet. Op mijn derde vraag of Albert II de vrijlating van Tenzin Delek Rinpoche zal eisen, antwoordt de staatssecretaris weerom neen, omdat de Europese Unie dat al doet.
Mijn conclusie luidt dan ook dat in dit land de economische belangen zeer ver boven de mensenrechten gaan, of het nu gaat over één lama of over het hele Tibetaanse volk. Een volkerenmoord wordt hier geslikt, wanneer de economische belangen maar groot genoeg zijn. Ik betreur dat en ik zal niet nalaten om op die nagel te blijven hameren.
Mijnheer de voorzitter, al enkel weken geleden heb ik voorgesteld om met de vragen om uitleg 's morgens om 10 uur te beginnen. Bijna alle senatoren zijn 's ochtends aanwezig. Het is dan toch wel waanzinnig om de vergadering pas om 15 uur aan te vatten en ons er 's avonds over te beklagen dat het te laat wordt en dat de vragen in schriftelijke vragen moeten worden omgezet omdat de minister afwezig is. Om 10 uur is de minister aanwezig en als hij niet aanwezig is, dan moet zijn aanwezigheid worden gevorderd, want de minister is ondergeschikt aan de wetgevende macht.
Ik betreur de systematische afwezigheid van de minister bij verschillende vragen over dit onderwerp.
M. le président. - Le Bureau a décidé, en présence d'un représentant de votre groupe, d'organiser une séance dès le matin la semaine prochaine et dans quinze jours.
De heer Wim Verreycken (VL. BELANG). - De ochtendvergaderingen zullen gewijd zijn aan de discussie over de Millenniumdoelstellingen en niet aan de vragen om uitleg. Daarvan zijn er nogmaals 25 op de agenda van de avondvergadering geplaatst.