7‑39 Sénat de Belgique Session ordinaire 2022‑2023 Séances plénières Vendredi 23 juin 2023 Séance du matin |
7‑39 Belgische Senaat Gewone Zitting 2022‑2023 Plenaire vergaderingen Vrijdag 23 juni 2023 Ochtendvergadering |
|
||
Annales |
Handelingen |
|
||
Sommaire |
Inhoudsopgave |
|||
Approbation de l’ordre du jour Vérification des pouvoirs et prestation de serment d’un nouveau membre Prise en considération de propositions Proposition prise en considération Exécution des décisions du Conseil de sécurité des Nations unies. Cour constitutionnelle – Arrêts Cour constitutionnelle – Questions préjudicielles Cour constitutionnelle – Recours Assemblée générale des juges de paix et des juges aux tribunaux de police
|
Onderzoek van de geloofsbrieven en eedaflegging van een nieuw lid Inoverwegingneming van voorstellen Samenstelling van de commissies In overweging genomen voorstel Uitvoering van de besluiten van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties Grondwettelijk Hof – Prejudiciële vragen Algemene vergadering van de vrederechters en de rechters in de politierechtbanken
|
|||
Présidence de Mme Stephanie D’Hose (La séance est ouverte à 10 h 20.) |
Voorzitster: mevrouw Stephanie D’Hose (De vergadering wordt geopend om 10.20 uur.) |
|
||
Goedkeuring van de agenda |
|
|||
Mme la présidente. – L’ordre du jour établi par le Bureau a été communiqué par voie électronique aux sénateurs. Puisqu’il n’y a pas d’observations, l’ordre du jour est approuvé. |
De voorzitster. – De agenda zoals vastgesteld door het Bureau werd elektronisch meegedeeld. Aangezien er geen opmerkingen zijn, is de agenda goedgekeurd. |
|
||
Vérification des pouvoirs et prestation de serment d’un nouveau membre |
Onderzoek van de geloofsbrieven en eedaflegging van een nieuw lid |
|
||
Mme la présidente. – Le Bureau s’est réuni aujourd’hui pour la vérification des pouvoirs de M. Kris Poelaert. Je prie donc M. Anciaux de donner lecture du rapport du Bureau. |
De voorzitster. – Het Bureau is vandaag bijeengekomen voor het onderzoek van de geloofsbrieven van de heer Kris Poelaert. Ik geef het woord aan de heer Anciaux om kennis te geven van het verslag van het Bureau. |
|
||
M. Bert Anciaux (Vooruit), rapporteur. – Par lettre du 25 avril 2023, Mme Maud Vanwalleghem a démissionné de son mandat de sénatrice cooptée à partir du 1er mai 2023. Le greffier de la Chambre a communiqué à la présidente du Sénat la déclaration visée à l’article 220, § 2, du Code électoral. Dans cette déclaration, les élus de la formation politique D (CD&V) de la Chambre ont déclaré que les sénateurs d’entité fédérée suivants appartiennent à leur formation politique : Mme Karin Brouwers et MM. Stijn De Roo, Orry Van de Wauwer et Peter Van Rompuy. Les sénateurs d’entité fédérée susmentionnés ont ensuite désigné M. Kris Poelaert en tant que sénateur coopté. M. Kris Poelaert a transmis les justificatifs qui prouvent qu’il répond aux conditions prescrites par l’article 69 de la Constitution pour être désigné comme sénateur. Le Bureau propose dès lors l’admission de M. Poelaert comme membre du Sénat. |
De heer Bert Anciaux (Vooruit), rapporteur. – Bij brief van 25 april 2023 heeft mevrouw Maud Vanwalleghem haar ontslag ingediend als gecoöpteerd senator, met ingang van 1 mei 2023. De griffier van de Kamer heeft aan de voorzitster van de Senaat de verklaring bezorgd bedoeld in artikel 220, § 2, van het Kieswetboek. In die verklaring hebben de verkozenen van de politieke formatie D (CD&V) in de Kamer de volgende deelstaatsenatoren vermeld als behorend tot hun politieke formatie: mevrouw Karin Brouwers en de heren Stijn De Roo, Orry Van de Wauwer en Peter Van Rompuy. De bovengenoemde deelstaatsenatoren hebben vervolgens de heer Kris Poelaert als gecoöpteerd senator aangewezen. De heer Kris Poelaert heeft de bewijsstukken bezorgd die staven dat hij voldoet aan de bij artikel 69 van de Grondwet voorziene voorwaarden om tot senator aangewezen te kunnen worden. Het Bureau stelt dan ook voor de heer Poelaert toe te laten als lid van de Senaat. |
|
||
Mme la présidente. – Je remercie le rapporteur. Quelqu’un demande‑t‑il la parole ? Nous passons au vote sur les conclusions de ce rapport. |
De voorzitster. – Ik dank de rapporteur. Vraagt iemand het woord? Wij gaan over tot de stemming over de besluiten van het verslag. |
|
||
– Les conclusions du rapport sont adoptées par assis et levé. |
– De besluiten van het verslag worden aangenomen bij zitten en opstaan. |
|
||
Mme la présidente. – Je proclame M. Kris Poelaert sénateur et l’invite à prêter le serment constitutionnel. |
De voorzitster. – Ik roep de heer Kris Poelaert uit tot senator en verzoek hem de grondwettelijke eed af te leggen. |
|
||
– M. Kris Poelaert prête serment. |
– De heer Kris Poelaert legt de eed af. |
|
||
Mme la présidente. – Je donne à M. Kris Poelaert acte de sa prestation de serment et le déclare installé dans son mandat de sénateur coopté. |
De voorzitster. – Ik geef aan de heer Kris Poelaert akte van zijn eedaflegging en verklaar hem aangesteld in zijn mandaat van gecoöpteerd senator. |
|
||
(Applaudissements) |
(Applaus) |
|
||
Informatieverslag over lichamelijke zelfbeschikking en het tegengaan van obstetrisch geweld (Doc. 7‑245) |
|
|||
Voorstel tot terugzending |
|
|||
M. Rik Daems (Open Vld). – Madame la Présidente, je suis contraint de formuler une demande embarrassante, comme je l’ai déjà indiqué au Bureau. Après l’adoption à l’unanimité de ce rapport d’information, fruit d’un travail de longue haleine, la Vlaamse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie (VVOG – Association flamande d’obstétrique et de gynécologie) nous a informés de certains éléments nouveaux qui amènent mon groupe à ne plus pouvoir se prononcer en faveur du rapport. Nous pourrions en discuter en séance plénière, mais cela nous mènerait peut‑être trop loin. Il me paraît donc judicieux de renvoyer le rapport d’information à la commission compétente pour que celle‑ci examine ces nouveaux éléments et pour que nous puissions ensuite adopter le rapport à l’unanimité en séance plénière. Certes, des amendements ont été déposés en dernière minute, mais selon la personne qui a suivi le dossier au nom de notre groupe, ceux‑ci ne sont plus suffisants. J’ai cru comprendre que d’autres groupes partagent notre point de vue. Je présente mes excuses à mes collègues pour cette réaction tardive, même s’il existe des précédents. Bref, si nous voulons faire du bon travail, un renvoi en commission me semble la solution la plus judicieuse. |
De heer Rik Daems (Open Vld). – Mevrouw de voorzitster, ik moet een vervelende vraag stellen, waarvan ik in het Bureau al melding heb gemaakt. Na de unanieme goedkeuring van het voorliggende informatieverslag, waar heel lang aan gewerkt is, werden we door de Vlaamse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie (VVOG) in kennis gesteld van een aantal nieuwe elementen die maken dat onze fractie het verslag in deze omstandigheden niet zal kunnen goedkeuren. We zouden wel een plenair debat kunnen houden, maar dat zou ons misschien te ver leiden. Daarom denk ik – hoewel dit vrij uitzonderlijk is – dat het verstandig zou zijn om dit informatieverslag terug te zenden naar de bevoegde commissie om die nieuwe elementen te bekijken zodat we het daarna eensgezind in de plenaire vergadering kunnen goedkeuren. Er waren weliswaar te elfder ure enkele amendementen ingediend, maar nu blijkt dat die niet te volstaan, aldus de personen die dit dossier hebben gevolgd voor onze fractie. Ik heb begrepen dat ook andere fracties die mening toegedaan zijn. Ik wens mij te verontschuldigen bij de collega’s omdat dit zo laattijdig wordt meegedeeld, al is zoiets voorheen nog al eens gebeurd. Kortom, om goed werk te leveren lijkt een terugzending naar de bevoegde commissie me het verstandigste. |
|
||
Mme la présidente. – Chaque groupe dispose de trois minutes pour s’exprimer sur cette question de procédure. |
De voorzitster. – Over deze procedurevraag mag elke fractie nu gedurende drie minuten het woord nemen. |
|
||
Mme Karin Brouwers (CD&V). – Mme Ampe et moi avons effectivement déposé des amendements à la suite de critiques reçues sur la formulation de certains points du texte. Nous maintenons bien sûr ces amendements, mais hier, j’ai en outre reçu sept pages de commentaires de la VVOG qui ne sont pas à négliger. Nous devons les analyser point par point et l’endroit le plus approprié pour le faire est la commission et non la séance plénière. D’autres amendements encore seront sans doute nécessaires pour que ce texte puisse être adopté à l’unanimité en commission. Il faut en tout cas réexaminer ce texte en profondeur. Je soutien donc la demande de M. Daems. |
Mevrouw Karin Brouwers (CD&V). – Samen met collega Ampe heb ik inderdaad amendementen ingediend, omdat we reacties opvingen dat de tekst op een aantal punten toch vrij scherp geformuleerd is. Die amendementen behouden we uiteraard, maar gisteren kreeg ik bovendien zeven bladzijden commentaren van de VVOG, die niet min zijn. We moeten ze punt voor punt kunnen overlopen en dat gebeurt natuurlijk het best in de commissie en niet in de plenaire vergadering. Allicht zullen er dus nog bijkomende amendementen nodig zijn om de tekst in de commissie eenparig te kunnen goedkeuren. De huidige tekst moeten we in elk geval nog eens grondig bekijken. Ik steun daarom uiteraard de vraag van collega Daems. |
|
||
Mme Anke Van dermeersch (Vlaams Belang). – Le Vlaams Belang soutient lui aussi la demande de renvoi en commission. En effet, les textes laissent encore à désirer et il est nécessaire d’y apporter des nuances. |
Mevrouw Anke Van dermeersch (Vlaams Belang). – Ook het Vlaams Belang steunt de vraag om het informatieverslag naar de commissie terug te sturen. De teksten zijn inderdaad nog niet volledig uitgeklaard en er dienen zeker nuances te worden aangebracht. |
|
||
Mme France Masai (Ecolo‑Groen). – Je voudrais dire mon étonnement et ma colère quant au procédé appliqué, même s’il est prévu dans notre règlement. Nous sommes prêts à présenter le texte aujourd’hui. Cela fait deux ans que nous travaillons au rapport ; nous avons auditionné plus de trente experts, nous avons élargi les listes de spécialistes au fur et à mesure des auditions pour entendre davantage de personnes. Nous avons reçu des avis complémentaires, des avis écrits, nous avons rédigé deux cent cinquante pages de rapport sur un sujet difficile et délicat, qui touche à l’intimité, qui remet en question certaines pratiques des soignants, nous avons adopté une posture d’écoute sans tabou et sans aucun sensationnalisme. Nous avons recherché des équilibres, rédigé une synthèse de cinquante pages et plus de nonante‑deux recommandations. Nous avons parfois déploré l’absence de nos collègues, certainement retenus à d’autres travaux politiques. En effet, il est parfois difficile de suivre certains travaux du Sénat, où plusieurs commissions se déroulent en même temps. Je peux le comprendre. Mais aujourd’hui, entendre dire par ces mêmes collègues, ces mêmes groupes politiques absents lors de ces débats depuis deux ans qu’il est nécessaire de renvoyer le texte en commission, surtout parce que de fortes pressions s’exercent sur eux en ce sens, me met en colère. Vous avez reçu des critiques ? Et alors ? Nous avons auditionné les personnes qui les émettent ! Elles se sont exprimées le 29 novembre et leur avis a compté dans notre rapport, comme celui de toutes les personnes que nous avons entendues. Nous n’allons pas organiser un second tour parce que certaines personnes rechignent sur l’une ou l’autre disposition. C’est un travail de synthèse, c’est un rapport d’information qui vise à faire l’état de la situation. « Réfléchir à, examiner, évaluer la pertinence de, encourager, veiller à, tendre vers… » : peut‑on trouver des formulations qui sont plus souples, plus prudentes pour un sujet si délicat ? Non ! Pour moi, c’est un rapport que nous pourrions aujourd’hui discuter et voter en confiance. Des amendements sont même proposés pour le nuancer encore. Aujourd’hui, visiblement, vous vous réveillez et il faut tout arrêter. Nous n’avons pas connaissance du courrier cité et je trouve que nous devrions prendre nos responsabilités. Il est inadmissible que des pressions de cette force, que des lobbies entravent de cette manière les travaux parlementaires. C’est énorme et c’est assez cynique quand on observe quel est l’objet de notre travail : un sujet intime, délicat, tel que les violences obstétricales et gynécologiques et l’enjeu de l’autodétermination des femmes dans les soins de santé. De quoi parlons‑nous ? Du droit des femmes et des patientes à être entendues, comprises dans leur vécu, défendues ; du besoin des soignantes et des soignants de trouver des solutions à des situations difficiles, de disposer de données claires, de recherches pour mieux comprendre ces phénomènes. Il s’agit d’un sujet qui concerne toutes les femmes, de la puberté à la ménopause. Alors, que proposez‑vous de faire aujourd’hui ? Visiblement, le temps est à la pause. Vous voulez mettre ces travaux en pause. Nous voudrions avancer. Je pense que les femmes sont prêtes à avancer. Elles le demandent, elles le méritent et elles y ont droit. |
Mevrouw France Masai (Ecolo‑Groen). – Ik ben verontwaardigd over de gang van zaken in dit dossier, ook al is dit mogelijk volgens het reglement. We zijn klaar om de tekst vandaag voor te leggen. We werken al twee jaar aan dat verslag; we hebben meer dan dertig experts gehoord, we hebben de lijst met specialisten in de loop van de hoorzittingen uitgebreid om meer personen te horen. We hebben bijkomende schriftelijke adviezen ontvangen, we hebben een verslag van 250 bladzijden geschreven over een moeilijk en delicaat onderwerp dat verband houdt met intimiteit, en dat sommige handelingen van zorgverstrekkers ter discussie stelt, we hebben een luisterende houding aangenomen, zonder taboes en zonder sensatiezucht. We hebben gezocht naar een evenwicht, we hebben een synthese gemaakt van 50 bladzijden en meer dan 92 aanbevelingen. We hebben soms betreurd dat onze collega’s afwezig waren. Ze werden wellicht verhinderd wegens andere politieke werkzaamheden. Het is immers soms moeilijk de vergaderingen in de Senaat bij te wonen, aangezien verschillende commissies gelijktijdig plaatsvinden. Maar als ik vandaag diezelfde collega’s, diezelfde politieke fracties die gedurende twee jaar afwezig waren tijdens de debatten, hoor zeggen dat de tekst naar de commissie moet worden teruggezonden, vooral omdat er sterke druk in die zin op hen wordt uitgeoefend, dan word ik kwaad. Hebt u kritiek gekregen? En wat dan nog? We hebben de personen gehoord die die kritiek uiten! Ze zijn op 29 november komen spreken en hun advies heeft een weerslag gehad op het verslag, net zoals dat van alle personen die we hebben gehoord. We gaan geen tweede ronde organiseren omdat sommige personen niet blij zijn met een of andere bepaling. Dit is een syntheseverslag, het is een informatieverslag dat een stand van zaken beoogt te maken. “Nadenken over, onderzoeken, de relevantie beoordelen van, aanmoedigen, erover waken dat, trachten te …”: zijn er formuleringen mogelijk die nog soepeler, nog voorzichtiger zijn voor zo een delicaat onderwerp? Neen! Voor mij kunnen we vandaag stemmen over dat verslag en het in vertrouwen bespreken. Er werden zelfs amendementen ingediend om het nog meer te nuanceren. Vandaag wordt u blijkbaar wakker en moet alles stopgezet worden. We zijn niet op de hoogte van de vermelde brief en ik vind dat we onze verantwoordelijkheid moeten nemen. Het is onaanvaardbaar dat een dergelijke zware druk wordt uitgeoefend, dat lobbygroepen op die manier de werkzaamheden van de parlementsleden belemmeren. Dat is ongehoord en cynisch als we kijken naar wat het onderwerp is van ons werk: een intiem, delicaat onderwerp als obstetrisch en gynaecologisch geweld en de zelfbeschikking van vrouwen in de gezondheidszorg. Waarover spreken we? Over vrouwenrechten en over het recht van patiënten te worden gehoord, over de wens dat er rekening wordt gehouden met hun ervaring, over het recht verdedigd te worden, over de nood van zorgverstrekkers om oplossingen te vinden voor moeilijke situaties, over de noodzaak te beschikken over duidelijke gegevens, over onderzoek om die fenomenen beter te begrijpen. Het gaat over een onderwerp dat alle vrouwen aanbelangt, vanaf de puberteit tot de menopauze. En wat stelt u vandaag voor? U wilt duidelijk een pauze inlassen, u wilt een pauze in die werkzaamheden. Wij willen vooruitgaan. Ik denk dat de vrouwen klaar zijn om vooruit te gaan. Ze vragen het, ze verdienen het en ze hebben er recht op. |
|
||
(Vifs applaudissements sur les bancs d’Ecolo‑Groen et du PVDA‑PTB) |
(Levendig applaus op de banken van Ecolo‑Groen en PVDA‑PTB) |
|
||
M. Bert Anciaux (Vooruit). – Je comprends parfaitement les propos de Mme Masai et partage sa colère. J’estime moi aussi que l’envoi d’un courrier à un groupe de personnes n’est pas un argument suffisant pour reporter l’examen de ce rapport d’information ou pour renvoyer celui‑ci en commission. En revanche, le dépôt d’amendements au terme de la discussion en commission constitue bel et bien un argument formel en faveur du renvoi. L’examen de ces amendements en séance plénière ne pourrait se faire avec la sérénité nécessaire, vu le sujet et son importance. Si nous pensons qu’il vaudrait mieux en discuter sereinement en commission, c’est par pragmatisme et surtout par respect pour cette problématique encore méconnue, que nous voulions mettre en lumière à travers ce rapport d’information. D’autant plus que, selon moi, nous n’obtiendrons pas aujourd’hui la majorité nécessaire à l’adoption du rapport d’information. Ce n’est pas forcément un argument mais vu le travail de longue haleine et très approfondi fourni par certains collègues en commission, nous devons essayer d’établir un rapport de qualité qui puisse obtenir l’adhésion d’une majorité du Sénat. Cette majorité fait aujourd’hui défaut et c’est pourquoi Vooruit soutient le renvoi en commission. |
De heer Bert Anciaux (Vooruit). – Na de heel terechte uiteenzetting van mevrouw Masai kan ik alleen maar zeggen dat ik haar voor honderd procent begrijp en de woede deel. Ook ik vind de ontvangst van een brief van een groep mensen geen voldoende argument om de zaak uit te stellen of terug naar de commissie te zenden. Wél een formeel argument voor terugzending is het feit dat er na de bespreking in de commissie nog amendementen werden ingediend. Een bespreking van die amendementen vandaag in de plenaire vergadering kan volgens mij niet voldoende sereen verlopen, gelet op het onderwerp en het belang ervan. Vanuit een vorm van pragmatisme en vooral gezien het respect dat we met dit informatieverslag willen betuigen voor een ernstige problematiek die tot op heden altijd onderbelicht is gebleven, kunnen we de zaak beter in alle sereniteit in de commissie behandelen. Vooral ook omdat ik denk dat we anders geen meerderheid hebben om de tekst vandaag goed te keuren. Dat hoeft niet altijd een argument te zijn, maar aangezien sommige collega’s hieraan zeer lang en zeer grondig in de commissie hebben gewerkt, moeten we wel proberen te zorgen voor een goed verslag dat een meerderheid van de Senaat achter zich krijgt. Vandaag hebben we die meerderheid niet en daarom steunen we met Vooruit de terugzending naar de commissie. |
|
||
Mme Nadia El Yousfi (PS). – Je suis d’accord avec ma collègue France Masai qui a déjà exposé les raisons, les objectifs et les attentes des femmes, de manière transparente et ouverte. Il est important de souligner que l’établissement de ce rapport est un processus qui a duré 19 mois, depuis les réflexions jusqu’à la finalisation. Il y a eu des auditions et chaque parti a pu proposer des personnes à auditionner. Ce temps a été nécessaire pour parvenir à un large consensus et trouver un équilibre entre les différents thèmes abordés. La veille de cette séance, des amendements de dernière minute ont été déposés en néerlandais par des collègues qui n’avaient pas participé aux travaux précédents. Je remercie les collègues présents et nos services pour leur travail acharné afin d’assurer que ce rapport soit le plus consensuel possible, malgré les discussions suscitées par les différents amendements. Après 19 mois de travail et d’implication de chacun d’entre nous, il n’est pas acceptable de présenter des amendements à la dernière minute sans réflexion réelle. Bien sûr, nous sommes d’accord sur le report, mais nous devons nous assurer que les personnes qui le demandent seront réellement présentes en commission. Il est dommage, à la fois pour nos collègues, pour le Sénat et pour nos services, qui ont réalisé un immense travail de recoupement pour rassembler les différents points de vue, de présenter des avis de dernière minute sous prétexte de mécontentement, alors qu’il y a eu au moins un an de débats, d’échanges et d’auditions pour faire avancer les choses. Bien entendu, nous soutenons le report, mais à condition que nous puissions progresser rapidement sur ce sujet qui est très attendu par de nombreuses femmes. |
Mevrouw Nadia El Yousfi (PS). – Ik ben het eens met mijn collega France Masai, die al op een open en transparante manier de beweegredenen, de doelstellingen en de verwachtingen van vrouwen heeft verwoord. Het is van belang te benadrukken dat het opstellen van dit informatieverslag 19 maanden heeft geduurd, vanaf de eerste reflectie tot aan de uiteindelijke afwerking. Er werden hoorzittingen gehouden en elke partij heeft kunnen voorstellen welke personen ze wenste te horen. Die lange doorlooptijd was nodig om tot een brede consensus te komen en een evenwicht te vinden tussen de behandelde thema’s. Aan de vooravond van deze vergadering werden er op het allerlaatste moment nog amendementen in het Nederlands ingediend door collega’s die niet aan de voorafgaande werkzaamheden hebben deelgenomen. Ik dank de aanwezige collega’s en de diensten voor hun niet aflatende inzet om over dit verslag een zo groot mogelijke consensus te bereiken, ondanks de discussiepunten die na de indiening van verschillende amendementen zijn gerezen. Na 19 maanden hard werk door ieder van ons is het onaanvaardbaar om last minute nog niet weloverwogen amendementen in te dienen. We kunnen nu wel akkoord gaan met een uitstel, maar we moeten er dan wel zeker van zijn dat de mensen die dat vragen ook effectief in de commissie aanwezig zullen zijn. Het is jammer, zowel voor onze collega’s als voor de Senaat en de diensten die bergen werk hebben verzet om de verschillende zienswijzen te kunnen verzamelen, dat dan op het allerlaatste ogenblik, onder het voorwendsel dat men ontevreden is, standpunten worden verkondigd, terwijl er ruim een jaar lang debatten, gedachtewisselingen en hoorzittingen werden gehouden om de zaak te laten vooruitgaan. We steunen dus het uitstel, doch op voorwaarde dat we snel weer vooruitgang kunnen maken, want veel vrouwen wachten op beterschap in deze materie. |
|
||
Mme Ayse Yigit (PVDA‑PTB). – Je me rallie totalement aux propos de Mmes Masai et El Yousfi. Nous avons travaillé à ce dossier pendant deux ans. Nous avons organisé de multiples auditions à ce sujet et avons examiné de nombreux amendements. Les très nombreuses femmes confrontées aux problèmes attendent des mesures et j’ai par ailleurs pleinement confiance dans le contenu du rapport. Par respect envers mes collègues qui se sont investies pleinement dans ce dossier, je déplore que l’on doive aujourd’hui faire marche arrière. Je préférerais que les choses suivent leur cours aujourd’hui. |
Mevrouw Ayse Yigit (PVDA‑PTB). – Ik sluit me helemaal aan bij de opmerkingen van collega’s Masai en El Yousfi. Er is hierrond heel veel werk verricht de afgelopen twee jaar. Er hebben uitgebreide hoorzittingen plaatsgevonden en er zijn amendementen besproken. Enerzijds zijn heel veel vrouwen die de problemen ondergaan, aan het wachten op maatregelen, maar anderzijds heb ik ook volledig vertrouwen in de inhoud van het dossier. Uit respect voor mijn collega’s die daar hard voor hebben gewerkt, vind ik het heel jammer dat het werk nu moet worden teruggedraaid. Ik zou veel liever hebben dat het hier vandaag wordt voortgezet. |
|
||
M. Karl Vanlouwe (N‑VA). – Je suis stupéfait par ce qui se passe aujourd’hui et par le communiqué que j’ai reçu il y a une demi‑heure. Les médias ont déjà largement salué le travail formidable accompli au Sénat au sujet des violences obstétricales. J’ai lu plusieurs articles à ce sujet, mais je constate qu’une demi‑heure avant le début de la séance plénière, certains prétendent que le travail laisse peut‑être à désirer, que nous ne nous sommes pas si bien acquittés de notre mission de réflexion et que nous devons nous pencher à nouveau sur le dossier et le réexaminer dans la sérénité. J’entends maintenant dire que les amendements qui pourraient tenir compte des objections des médecins sont prêts. Les partis qui souhaitent déposer et défendre ces amendements peuvent parfaitement le faire aujourd’hui. Les autres groupes travaillent depuis deux ans pour mener ce dossier à bien. La commission a organisé au total 30 auditions dont le compte rendu représente 250 pages. Je m’interroge donc : vous êtes‑vous assoupis en commission ? n’avez‑vous pas été attentifs ? L’association de médecins impliquée a même été entendue par la commission ! Et une demi‑heure avant la séance plénière, on se met à douter de la qualité du travail fourni ces deux dernières années et on se demande s’il ne faut pas le recommencer. On crée ainsi le chaos. Le chaos règne déjà au sein de la coalition Vivaldi, il gagne maintenant le Sénat. Le dossier n’est pas à sa place ici. Qu’il soit traité là où il doit l’être, à la Chambre ! À la Chambre, il aurait sans doute été traité efficacement. Je constate que la chambre de réflexion qu’est le Sénat n’est pas capable de réfléchir en profondeur et qu’on demande un renvoi en commission une demi‑heure avant l’examen prévu en plénière. Ceux qui ont aujourd’hui un avis défavorable sur le rapport qu’ils ont approuvé en commission peuvent faire examiner ces amendements et, si ceux‑ci sont rejetés, ils pourront voter contre le rapport dans son ensemble. Pourquoi ne procéderiez‑vous pas à l’examen du rapport si, comme nous l’avons constamment entendu pendant deux ans, celui‑ci est tellement important. Au moment de voter, on nous dit qu’il est nécessaire d’y réfléchir à nouveau en profondeur. Laissons les choses suivre leur cours et laissons chacun d’entre nous définir sa position sur la base des amendements et du texte du rapport. |
De heer Karl Vanlouwe (N‑VA). – Ik ben verwonderd over wat er hier vandaag gebeurt, over het bericht dat ik een halfuurtje geleden kreeg. De media heeft al uitvoerig besproken wat voor fantastisch werk er hier in de Senaat gedaan werd rond obstetrisch geweld. Ik heb er meerdere artikels over gelezen en dan stel ik vast dat er een halfuur voor de plenaire zitting wordt gezegd dat het werk misschien toch niet zo goed is, dat we onze reflectietaak toch niet zo goed hebben vervuld en dat we er toch nog eens over moeten nadenken, en het sereen behandelen. Ondertussen hoor ik dat we eigenlijk wel klaar zijn met de amendementen. We hebben verschillende amendementen die rekening zouden kunnen houden met de bezwaren van die dokters. De partijen die die amendementen wensen in te dienen en te verdedigen, kunnen dat hier perfect doen. De andere fracties zijn hier bijna twee jaar bezig om dat dossier tot een goed einde te brengen. Er waren in totaal blijkbaar 30 hoorzittingen en er zijn 250 bladzijden met betrekking tot die hoorzittingen. Dan vraag ik mij af: Hebben jullie allemaal zitten slapen, hebben jullie niet goed opgelet, niet goed geluisterd? Blijkbaar is die vereniging van dokters zelfs naar de commissie gekomen! Een halfuur voor de plenaire vergadering twijfelt men of het werk wel goed is gedaan de afgelopen twee jaar, en of het niet opnieuw behandeld moet worden. Dat is gewoon chaos creëren. Ik stel vast dat er al chaos is binnen de federale Vivaldi‑regering en nu ook binnen de Senaat. Dit dossier hoort hier niet thuis. Laat dit dossier behandelen waar het moet worden behandeld, namelijk in de Kamer. Daar zou men het waarschijnlijk wel efficiënt hebben behandeld. Ik stel vast dat deze reflectiekamer niet in staat is om grondig te reflecteren en dat ze een halfuur voor het punt zou worden behandeld, uiteindelijk vraagt dat het wordt teruggezonden naar de commissie. Wanneer men tegen het verslag is waar men in commissie vóór was, dan heeft men de mogelijkheid die amendementen te behandelen. Als ze weggestemd worden, kan men tegen het hele verslag stemmen. Waarom zouden jullie het niet behandelen, als de meeste fracties denken dat dat zo belangrijk is, zoals we twee jaar aan één stuk hebben moeten horen. Nu erover moet worden gestemd, zeggen jullie dat er nog één keer grondig over moet worden nagedacht. Laten we gewoon verder doen en ieder zijn stemgedrag bepalen op basis van de amendementen en van de tekst die voorligt. |
|
||
Mme France Masai (Ecolo‑Groen). – Je demande une interruption de séance. |
Mevrouw France Masai (Ecolo‑Groen). – Ik vraag een schorsing van de vergadering. |
|
||
(La séance, suspendue à 10 h 41, est reprise à 11 h 00.) |
(De vergadering wordt geschorst om 10.41 uur. Ze wordt hervat om 11.00 uur.) |
|
||
Mme la présidente. – Nous procédons maintenant au vote par assis et levé sur la proposition de renvoi. |
De voorzitster. – We gaan nu over tot de stemming bij zitten en opstaan over het voorstel tot terugzending. |
|
||
– Le renvoi est ordonné par assis et levé. |
– Tot terugzending wordt besloten bij zitten en opstaan. |
|
||
M. Rik Daems (Open Vld). – Je voudrais simplement dire que nous sommes navrés de cette situation et que l’Open Vld s’engage à… |
De heer Rik Daems (Open Vld). – Ik wil enkel nog zeggen dat we deze situatie betreuren en dat Open Vld zich ertoe verbindt… |
|
||
Mme la présidente. – Monsieur Daems, il n’est plus permis d’intervenir. Ce point est clôturé. |
De voorzitster. – Mijnheer Daems, er mogen geen tussenkomsten meer zijn. Het agendapunt is gesloten. |
|
||
Mme Latifa Gahouchi (PS). – Nous sommes nous aussi particulièrement navrés de ce qui se passe aujourd’hui. C’est inadmissible ! |
Mevrouw Latifa Gahouchi (PS). – Ook wij betreuren ten zeerste wat hier vandaag gebeurt. Het is onaanvaardbaar! |
|
||
Mme Celia Groothedde (Ecolo‑Groen). – Deux ans de travail se clôturent en effet par un vote sacrifiant la solidarité en raison d’une unique lettre ! |
Mevrouw Celia Groothedde (Ecolo‑Groen). – Het werk van twee jaar wordt inderdaad afgesloten met een stemming waarbij solidariteit wordt opgegeven omwille van één brief! |
|
||
Mme la présidente. – Notre règlement est clair. Ce point est clôturé. |
De voorzitster. – Ons reglement is heel duidelijk. Dit punt is gesloten. |
|
||
Voordracht van kandidaten voor drie ambten van Nederlandstalig staatsraad en een ambt van Franstalig staatsraad bij de Raad van State (Doc. 7‑460) |
|
|||
Voordracht van kandidaten voor vijf ambten van Franstalig staatsraad bij de Raad van State (Doc. 7‑463) |
|
|||
Mme la présidente. – Je vous propose de joindre la discussion de ces deux points à l’ordre du jour. |
De voorzitster. – Ik stel voor deze twee agendapunten samen te bespreken. |
|
||
(Assentiment) |
(Instemming) |
|
||
Le 5 juin 2023, le Conseil d’État a communiqué la présentation de candidats pour trois fonctions de conseiller d’État néerlandophone et une fonction de conseiller d’État francophone au Conseil d’État. Le 13 juin 2023, le Conseil d’État a communiqué une deuxième présentation de candidats pour cinq fonctions de conseiller d’État francophone au Conseil d’État. Les listes des candidats ont été communiquées (doc. Sénat, no 7‑460/1 et 7‑463/1). La commission des Affaires institutionnelles a entendu les candidats le 19 juin dernier. Les rapporteurs sont Mme Laruelle et M. Vanlouwe. |
Op 5 juni 2023 heeft de Raad van State de voordracht meegedeeld van kandidaten voor drie ambten van Nederlandstalig staatsraad en één ambt van Franstalig staatsraad bij de Raad van State. Op 13 juni 2023 heeft de Raad van State een tweede voordracht van kandidaten meegedeeld voor vijf ambten van Franstalig staatsraad. De lijsten van de kandidaten werden meegedeeld (doc. Senaat, nr. 7‑460/1 en 7‑463/1). De commissie voor de Institutionele Aangelegenheden heeft de kandidaten gehoord op 19 juni jongstleden. De rapporteurs zijn mevrouw Laruelle en de heer Vanlouwe. |
|
||
M. Karl Vanlouwe (N‑VA), rapporteur. – Deux avis de vacance pour des postes de conseiller d’État ont été publiés au Moniteur belge ces derniers mois, à savoir le 27 janvier et le 1er mars. Il s’agit, d’une part, de quatre places de conseiller d’État néerlandophone et de trois places de conseiller d’État francophone, avec une affectation en premier lieu pour la section de législation, et, d’autre part, de cinq places de conseiller d’État francophone et de cinq places de conseiller d’État néerlandophone, avec une affectation en premier lieu pour la section du contentieux administratif. Ces vacances font suite à l’extension du champ d’application de la loi du 6 septembre 2022, ainsi qu’à l’admission à la retraite de deux présidents de chambre. Conformément à l’article 70 des lois coordonnées sur le Conseil d’État, les conseillers d’État sont nommés par le Roi sur une liste de trois noms formellement motivée, présentée par le Conseil d’État après qu’il a examiné la recevabilité des candidatures et comparé les titres et mérites respectifs des candidats. Si l’assemblée générale ne présente pas les candidats à l’unanimité – ce qui a été le cas ici – il appartient alternativement au Sénat ou à la Chambre des représentants, soit de procéder à la présentation d’une deuxième liste de trois noms expressément motivée, soit de confirmer les listes présentées par le Conseil d’État. Sur la base de l’alternance Chambre‑Sénat, le Sénat s’est vu confier la mission de procéder à la présentation des candidats : – pour les quatre places de conseiller d’État néerlandophone et pour la quatrième place vacante de conseiller d’État francophone dans le cadre du premier avis de vacance du 27 janvier. Ces listes de candidats figurent dans le doc. 7‑460/1 ; – pour les cinq places de conseiller d’État francophone dans le cadre du deuxième avis de vacance du 1er mars. Ces listes de candidats figurent dans le doc. 7‑463/1. La Chambre s’est vu confier les trois autres dossiers francophones dans le cadre du premier avis de vacances du 27 janvier et les cinq dossiers néerlandophones dans le cadre du deuxième avis de vacance du 1er mars. Lors de ses réunions des 5 et 14 juin 2023, le Bureau a envoyé les dossiers à la commission des Affaires institutionnelles en lui laissant le soin de procéder à des auditions, dont la possibilité est prévue à l’article 70, § 1er, des lois coordonnées sur le Conseil d’État. Ces auditions ont eu lieu, à huis clos, le lundi 19 juin. Au total, compte tenu des retraits de candidatures et des candidats qui se sont faits excuser, la commission a entendu 29 candidats, plus précisément 19 francophones le matin et 11 néerlandophones l’après‑midi. Après ces auditions, la commission a brièvement délibéré à huis clos. Après avoir procédé à une comparaison et à une mise en balance des titres et mérites respectifs des candidats, la commission propose à l’unanimité de confirmer les listes de candidats présentées par le Conseil d’État et de faire siennes les motivations données par celui‑ci. |
De heer Karl Vanlouwe (N‑VA), rapporteur. – De voorbije maanden zijn er twee oproepen voor kandidaten voor het ambt van staatsraad gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad, namelijk op 27 januari en 1 maart 2023. Er zijn vier Nederlandstalige en drie Franstalige vacante betrekkingen voor staatsraden, die hoofdzakelijk zullen worden toegewezen aan de afdeling Wetgeving, en vijf Franstalige en vijf Nederlandstalige betrekkingen voor staatsraden, die hoofdzakelijk zullen worden toegewezen aan de afdeling Bestuursrechtspraak. Deze vacatures zijn het gevolg van de uitbreiding van het toepassingsgebied van de wet van 6 september 2022 enerzijds, en de pensionering van twee kamervoorzitters anderzijds. Overeenkomstig artikel 70 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State worden de staatsraden benoemd door de Koning uit een uitdrukkelijk gemotiveerde lijst van drie namen, voorgelegd door de Raad van State, nadat deze de ontvankelijkheid van de kandidaturen heeft onderzocht en de respectievelijke kwalificaties en verdiensten van de kandidaten heeft vergeleken. Indien de Algemene Vergadering de kandidaten niet met eenparigheid van stemmen voorstelt – wat hier het geval was – is het beurtelings aan de Senaat of aan de Kamer van volksvertegenwoordigers om ofwel een tweede uitdrukkelijk gemotiveerde lijst van drie namen voor te leggen, ofwel de door de Raad van State voorgelegde lijsten te bevestigen. Op basis van de beurtrol tussen Kamer en Senaat kreeg de Senaat de taak om over te gaan tot de voordracht van de kandidaten: – voor de vier vacante plaatsen van Nederlandstalig staatsraad en voor de vierde vacante plaats van Franstalig staatsraad, zoals opgenomen in de eerste kennisgeving van 27 januari. Deze kandidatenlijsten zijn opgenomen in doc. 7‑460/1; – voor de vijf vacante plaatsen voor Franstalig staatsraad, zoals opgenomen in de tweede kennisgeving van 1 maart. Deze kandidatenlijsten zijn opgenomen in doc. 7‑463/1. De Kamer werd belast met de drie andere Franstalige dossiers in het kader van de eerste kennisgeving van 27 januari en met de vijf Nederlandstalige dossiers in het kader van de tweede kennisgeving van 1 maart. Tijdens zijn vergaderingen van 5 en 14 juni 2023 heeft het Bureau de commissie voor de Institutionele Aangelegenheden gevraagd om hoorzittingen te houden, zoals bepaald in artikel 70, § 1 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State. Deze hoorzittingen vonden achter gesloten deuren plaats op maandag 19 juni. Rekening houdend met de intrekking van kandidaturen en de ontvangen verontschuldigingen, heeft de commissie in totaal 29 kandidaten gehoord, namelijk in de voormiddag 19 Franstalige kandidaten en 11 Nederlandstalige kandidaten in de namiddag. Na deze hoorzittingen heeft de commissie kort beraadslaagd achter gesloten deuren. Na vergelijking en afweging van de respectievelijke aanspraken en verdiensten van de kandidaten, stelt de commissie unaniem voor om de door de Raad van State voorgedragen kandidatenlijsten te bevestigen en de daartoe opgegeven motivering van de Raad van State over te nemen. |
|
||
Mme la présidente. – Je propose que le Sénat confirme les listes présentées par le Conseil d’État. |
De voorzitster. – Ik stel voor dat de Senaat de door de Raad van State voorgestelde lijsten bevestigt. |
|
||
(Assentiment) |
(Instemming) |
|
||
Voordracht van kandidaten voor een ambt van Franstalig rechter in het Grondwettelijk Hof (Doc. 7‑458) |
|
|||
Mme la présidente. – Nous procédons maintenant au scrutin secret pour la présentation de candidats à la fonction de juge d’expression française à la Cour constitutionnelle, en vue du remplacement d’un juge qui sera admis à la retraite le 1er août 2023. Le Sénat a reçu deux candidatures. Le document portant les noms des candidates au mandat à pourvoir a été distribué sous le no 7‑458/1. Le Bureau a examiné la recevabilité des candidatures. Tous les sénateurs ont pu prendre connaissance du curriculum vitae des candidates, qui remplissent les conditions légales de nomination. |
De voorzitster. – We gaan nu over tot de geheime stemming voor de voordracht van kandidaten voor het vacante ambt van Franstalig rechter in het Grondwettelijk Hof, ter vervanging van een rechter die op 1 augustus 2023 in ruste gesteld wordt. De Senaat heeft twee kandidaturen ontvangen. Het stuk met de lijst van de kandidaten voor het te begeven ambt, werd rondgedeeld onder het nr. 7‑458/1. Het Bureau heeft de ontvankelijkheid van de kandidaturen onderzocht. Alle senatoren hebben kennis kunnen nemen van het curriculum vitae van de kandidaten, die voldoen aan de wettelijke benoemingsvoorwaarden. |
|
||
Deux scrutins devront avoir lieu, l’un pour la présentation de la première candidate et l’autre pour la présentation de la seconde candidate. Les candidates doivent obtenir la majorité des deux tiers des suffrages des membres présents afin de pouvoir être présentées. Si, pour chacun de ces scrutins, aucune candidate n’obtient la majorité requise, un scrutin de ballottage a lieu. Afin d’écarter le moindre doute lors du comptage, je vous rappelle que le Bureau a décidé que le nombre de « suffrages des membres présents » est déterminé sur la base du nombre de bulletins de vote déposés dans l’urne. Pour pouvoir être présenté, un candidat doit obtenir la majorité des deux tiers de ce nombre de suffrages. |
Er zijn twee geheime stemmingen, respectievelijk voor de voordracht van de eerste kandidaat en voor de voordracht van de tweede kandidaat. De kandidaten dienen een meerderheid van twee derde van de stemmen van de aanwezige leden te behalen om voorgedragen te kunnen worden. Indien, voor elk van deze stemmingen, geen enkele kandidaat de vereiste meerderheid verkrijgt, heeft herstemming plaats. Om elke twijfel bij de telling uit te sluiten, herinner ik u eraan dat het Bureau heeft beslist dat “het aantal stemmen van de aanwezige leden” wordt vastgesteld aan de hand van het aantal stembrieven dat in de urne wordt aangetroffen. Om te kunnen worden voorgedragen, dient een kandidaat de tweederdemeerderheid van dat aantal stemmen te behalen. |
|
||
Eerste geheime stemming |
|
|||
Mme la présidente. – Nous allons procéder maintenant au scrutin pour la présentation de la première candidate. Le sort désigne M. De Loor et Mme Durenne pour remplir les fonctions de scrutateurs. Vous avez reçu une enveloppe contenant un bulletin de vote de couleur verte pour le scrutin. Vous pouvez voter pour une seule candidate. Le vote commence par le nom de M. De Roo. |
De voorzitster. – Wij stemmen nu over de voordracht van de eerste kandidaat. Het lot wijst de heer De Loor en mevrouw Durenne aan om de functie van stemopnemers te vervullen. U hebt een omslag met een groen stembriefje voor de stemming ontvangen. U kan voor één kandidaat stemmen. De stemming begint met de naam van de heer De Roo. |
|
||
(Il est procédé au scrutin.) |
(Tot de geheime stemming wordt overgegaan.) |
|
||
Je propose de suspendre la séance pendant que les scrutateurs dépouillent les bulletins. Je vous rappelle qu’après lecture des résultats, nous devons encore voter pour la présentation d’une seconde candidate. |
Ik stel voor de vergadering te schorsen terwijl de stemopnemers de stembriefjes nakijken. Ik herinner u eraan dat wij na het voorlezen van de uitslag nog moeten stemmen over de voordracht van een tweede kandidaat. |
|
||
(La séance, suspendue à 11 h 15, est reprise à 11 h 20.) |
(De vergadering wordt geschorst om 11.15 uur. Ze wordt hervat om 11.20 uur.) |
|
||
Mme la présidente. – Voici le résultat du scrutin pour la présentation de la première candidate à la place de juge à la Cour constitutionnelle : Nombre de votants : 50 Majorité des deux tiers : 34 Bulletins blancs ou nuls : 3 Votes valables : 47 Mme Magali Plovie obtient 47 suffrages. En conséquence, Mme Plovie ayant obtenu la majorité des deux tiers des suffrages, elle est proclamée première candidate. |
De voorzitster. – Hier volgt de uitslag van de stemming over de voordracht van de eerste kandidaat voor het ambt van rechter in het Grondwettelijk Hof: Aantal stemmenden: 50 Tweederdemeerderheid: 34 Blanco of ongeldige stembriefjes: 3 Geldige stemmen: 47 Mevrouw Magali Plovie behaalt 47 stemmen. Bijgevolg wordt mevrouw Plovie die de tweederdemeerderheid van de stemmen behaald heeft, tot eerste kandidaat uitgeroepen. |
|
||
Tweede geheime stemming |
|
|||
Mme la présidente. – Le Sénat procède maintenant au scrutin pour la présentation de la seconde candidate. Vous avez reçu une enveloppe contenant un bulletin de vote de couleur rose pour le scrutin. Vous pouvez voter pour une seule candidate. Les membres ne peuvent valablement voter qu’en cochant la case face au nom de la candidate restante. Tous les autres bulletins sont blancs ou non valables. Le vote commence par le nom de M. De Roo. |
De voorzitster. – De Senaat gaat nu over tot de geheime stemming over de voordracht van de tweede kandidaat. U hebt een omslag met een roze stembriefje ontvangen. U kan voor één kandidaat stemmen. Leden kunnen geldig stemmen door het stemvakje bij de naam van de overblijvende kandidaat in te vullen. Alle andere stembiljetten zijn “blanco” of “ongeldig”. De stemming begint met de naam van de heer De Roo. |
|
||
(Il est procédé au scrutin.) |
(Tot de geheime stemming wordt overgegaan.) |
|
||
Je propose de suspendre la séance pendant que les scrutateurs dépouillent les bulletins. |
Ik stel voor de vergadering te schorsen terwijl de stemopnemers de stembriefjes nakijken. |
|
||
(La séance, suspendue à 11 h 25, est reprise à 11 h 30.) |
(De vergadering wordt geschorst om 11.25 uur. Ze wordt hervat om 11.30 uur.) |
|
||
Mme la présidente. – Voici le résultat du scrutin pour la présentation de la seconde candidate à la place de juge à la Cour constitutionnelle : Nombre de votants : 50 Majorité des deux tiers : 34 Bulletins blancs ou nuls : 4 Votes valables : 46 Mme Évelyne Huytebroeck obtient 46 suffrages. En conséquence, Mme Huytebroeck ayant obtenu la majorité des deux tiers des suffrages, elle est proclamée seconde candidate. Il sera donné connaissance de ces présentations au premier ministre et au premier président de la Cour constitutionnelle. |
De voorzitster. – Hier volgt de uitslag van de geheime stemming over de voordracht van de tweede kandidaat voor het ambt van rechter in het Grondwettelijk Hof: Aantal stemmenden: 50 Tweederdemeerderheid: 34 Blanco of ongeldige stembriefjes: 4 Geldige stemmen: 46 Mevrouw Évelyne Huytebroeck behaalt 46 stemmen. Bijgevolg wordt mevrouw Huytebroeck die de tweederdemeerderheid van de stemmen behaald heeft, tot tweede kandidaat uitgeroepen. Van deze voordrachten zal kennis worden gegeven aan de eerste minister en aan de eerste voorzitter van het Grondwettelijk Hof. |
|
||
Inoverwegingneming van voorstellen |
|
|||
Mme la présidente. – La liste des propositions à prendre en considération a été communiquée par voie électronique. Y a‑t‑il des observations ? Puisqu’il n’y a pas d’observations, ces propositions sont considérées comme prises en considération et renvoyées à la commission indiquée par le Bureau. |
De voorzitster. – De lijst van de in overweging te nemen voorstellen werd elektronisch meegedeeld. Zijn er opmerkingen? Aangezien er geen opmerkingen zijn, beschouw ik die voorstellen als in overweging genomen en verzonden naar de commissies die door het Bureau zijn aangewezen. |
|
||
(La liste des propositions prises en considération figure en annexe.) |
(De lijst van de in overweging genomen voorstellen wordt in de bijlage opgenomen.) |
|
||
Samenstelling van de commissies |
|
|||
Mme la présidente. – Le Sénat est saisi de demandes tendant à modifier la composition de certaines commissions : |
De voorzitster. – Bij de Senaat zijn voorstellen ingediend tot wijziging van de samenstelling van bepaalde commissies: |
|
||
Commission parlementaire de concertation : |
Parlementaire overlegcommissie: |
|
||
– M. Kris Poelaert remplace Mme Maud Vanwalleghem comme membre suppléant. |
– De heer Kris Poelaert vervangt mevrouw Maud Vanwalleghem als plaatsvervangend lid. |
|
||
Commission des Affaires institutionnelles : |
Commissie voor de Institutionele Aangelegenheden: |
|
||
– Mme Karin Brouwers remplace Mme Maud Vanwalleghem comme membre. |
– Mevrouw Karin Brouwers vervangt mevrouw Maud Vanwalleghem als lid. |
|
||
Commission du Renouveau démocratique, de la Citoyenneté et des Affaires internationales : |
Commissie voor de Democratische Vernieuwing, Burgerschap en Internationale Aangelegenheden: |
|
||
– M. Kris Poelaert remplace Mme Maud Vanwalleghem comme membre. |
– De heer Kris Poelaert vervangt mevrouw Maud Vanwalleghem als lid. |
|
||
Commission des Matières transversales : |
Commissie voor de Transversale Aangelegenheden: |
|
||
– M. Kris Poelaert remplace Mme Karin Brouwers comme membre. |
– De heer Kris Poelaert vervangt mevrouw Karin Brouwers als lid. |
|
||
Comité d’avis pour l’égalité des chances entre les femmes et les hommes : |
Adviescomité voor gelijke kansen voor vrouwen en mannen: |
|
||
– Mme Karin Brouwers remplace Mme Maud Vanwalleghem comme membre. |
– Mevrouw Karin Brouwers vervangt mevrouw Maud Vanwalleghem als lid. |
|
||
(Assentiment) |
(Instemming) |
|
||
Regeling van de werkzaamheden |
|
|||
Mme la présidente. – L’ordre du jour de la présente séance est ainsi épuisé. |
De voorzitster. – De agenda van deze vergadering is afgewerkt. |
|
||
– Le Sénat s’ajourne jusqu’à convocation ultérieure. |
– De Senaat gaat tot nadere bijeenroeping uiteen. |
|
||
(La séance est levée à 11 h 35.) |
(De vergadering wordt gesloten om 11.35 uur.) |
|
||
Berichten van verhindering |
|
|||
Mme Blancquaert, pour raison de santé, Mmes De Vreese et Lekane, MM. D’haeseleer, De Brabandere et Van de Wauwer pour d’autres devoirs, demandent d’excuser leur absence à la présente séance. |
Afwezig met bericht van verhindering: mevrouw Blancquaert, om gezondheidsredenen, de dames De Vreese en Lekane, de heren D’haeseleer, De Brabandere en Van de Wauwer wegens andere plichten. |
|
||
– Pris pour information. |
– Voor kennisgeving aangenomen. |
|
||
Bijlage |
|
|||
|
In overweging genomen voorstel |
|||
|
Proposition de résolution |
Voorstel van resolutie |
||
|
Proposition de résolution visant une utilisation durable et responsable des eaux usées (de MM. Gaëtan Van Goidsenhoven et Ludwig Vandenhove, Mmes Fatima Ahallouch et Els Ampe, MM. Philippe Dodrimont, Georges‑Louis Bouchez et Jean‑Paul Wahl, Mme Sabine Laruelle, M. Gregor Freches et Mme Véronique Durenne ; Doc. 7‑465/1). |
Voorstel van resolutie met het oog op een duurzaam en verantwoord gebruik van afvalwater (van de heren Gaëtan Van Goidsenhoven en Ludwig Vandenhove, de dames Fatima Ahallouch en Els Ampe, de heren Philippe Dodrimont, Georges‑Louis Bouchez en Jean‑Paul Wahl, mevrouw Sabine Laruelle, de heer Gregor Freches en mevrouw Véronique Durenne; Doc. 7‑465/1). |
||
|
– Commission des Matières transversales |
– Commissie voor de Transversale Aangelegenheden |
||
|
Exécution des décisions du Conseil de sécurité des Nations unies |
Uitvoering van de besluiten van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties |
||
|
Par lettre du 16 mai 2023, le vice‑premier ministre et ministre des Finances, chargé de la Lutte contre la fraude fiscale, a transmis au Sénat, conformément à l’article 3 de la loi du 11 mai 1995 relative à la mise en œuvre des décisions du Conseil de sécurité de l’Organisation des Nations unies, l’arrêté royal du 3 avril 2023 modifiant la liste des personnes et entités visée aux articles 3 et 5 de l’arrêté royal du 28 décembre 2006 relatif aux mesures restrictives spécifiques à l’encontre de certaines personnes et entités dans le cadre de la lutte contre le financement du terrorisme. |
Bij brief van 16 mei 2023 deelt de vice‑eersteminister en minister van Financiën, belast met Bestrijding van de fiscale fraude, overeenkomstig artikel 3 van de wet van 11 mei 1995 inzake de tenuitvoerlegging van de besluiten van de Veiligheidsraad van de Organisatie van de Verenigde Naties, het koninklijk besluit van 3 april 2023 tot wijziging van de lijst van personen en entiteiten bedoeld in artikelen 3 en 5 van het koninklijk besluit van 28 december 2006 inzake specifieke beperkende maatregelen tegen bepaalde personen en entiteiten met het oog op de strijd tegen de financiering van het terrorisme. |
||
|
– Dépôt au Greffe. |
– Neergelegd ter Griffie. |
||
|
Grondwettelijk Hof – Arresten |
|||
|
En application de l’article 113 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour constitutionnelle, le greffier de la Cour constitutionnelle notifie à la présidente du Sénat : |
Met toepassing van artikel 113 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, geeft de griffier van het Grondwettelijk Hof kennis aan de voorzitster van de Senaat van: |
||
|
– l’arrêt no 75/2023, rendu le 17 mai 2023, en cause les recours en annulation |
– het arrest nr. 75/2023, uitgesproken op 17 mei 2023, inzake de beroepen tot vernietiging |
||
|
– - de la loi du 1er octobre 2021, du décret de la Communauté flamande du 1er octobre 2021, du décret de la Communauté française du 30 septembre 2021, du décret de la Communauté germanophone du 30 septembre 2021, du décret de la Région wallonne du 30 septembre 2021, de l’ordonnance de la Commission communautaire commune du 30 septembre 2021 et du décret de la Commission communautaire française du 30 septembre 2021 portant assentiment à l’accord de coopération du 27 septembre 2021 visant à la modification de l’accord de coopération du 14 juillet 2021 entre l’État fédéral, la Communauté flamande, la Communauté française, la Communauté germanophone, la Commission communautaire commune, la Région wallonne et la Commission communautaire française concernant le traitement des données liées au certificat Covid numérique de l’UE et au Covid Safe Ticket, le PLF et le traitement des données à caractère personnel des travailleurs salariés et des travailleurs indépendants vivant ou résidant à l’étranger qui effectuent des activités en Belgique, introduits par Bernadette Weyers et autres et par Luc Lamine et autres, |
– - van de wet van 1 oktober 2021, van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 1 oktober 2021, van het decreet van de Franse Gemeenschap van 30 september 2021, van het decreet van de Duitstalige Gemeenschap van 30 september 2021, van het decreet van het Waalse Gewest van 30 september 2021, van de ordonnantie van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 30 september 2021 en van het decreet van de Franse Gemeenschapscommissie van 30 september 2021 houdende instemming met het samenwerkingsakkoord van 27 september 2021 strekkende tot wijziging van het samenwerkingsakkoord van 14 juli 2021 tussen de Federale Staat, de Vlaamse Gemeenschap, de Franse Gemeenschap, de Duitstalige Gemeenschap, de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie betreffende de verwerking van gegevens met betrekking tot het digitaal EU‑Covid‑certificaat, het Covid Safe Ticket, het PLF en de verwerking van persoonsgegevens van in het buitenland wonende of verblijvende werknemers en zelfstandigen die activiteiten uitvoeren in België, ingesteld door Bernadette Weyers en anderen en door Luc Lamine en anderen, |
||
|
– - de la loi du 29 octobre 2021, du décret de la Communauté flamande du 29 octobre 2021, du décret de la Communauté française du 28 octobre 2021, du décret de la Communauté germanophone du 29 octobre 2021, du décret de la Région wallonne du 28 octobre 2021, de l’ordonnance de la Commission communautaire commune du 29 octobre 2021 et du décret de la Commission communautaire française du 29 octobre 2021 portant assentiment à l’accord de coopération [législatif] du 28 octobre 2021 visant à la modification d’accord de coopération du 14 juillet 2021 entre l’État fédéral, la Communauté flamande, la Communauté française, la Communauté germanophone, la Commission communautaire commune, la Région wallonne et la Commission communautaire française concernant le traitement des données liées au certificat Covid numérique de l’UE et au Covid Safe Ticket, le PLF et le traitement des données à caractère personnel des travailleurs salariés et des travailleurs indépendants vivant ou résidant à l’étranger qui effectuent des activités en Belgique, introduits par Luc Lamine et autres et par Bernadette Weyers et autres, et |
– - van de wet van 29 oktober 2021, van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 29 oktober 2021, van het decreet van de Franse Gemeenschap van 28 oktober 2021, van het decreet van de Duitstalige Gemeenschap van 29 oktober 2021, van het decreet van het Waalse Gewest van 28 oktober 2021, van de ordonnantie van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 29 oktober 2021 en van het decreet van de Franse Gemeenschap van 29 oktober 2021 houdende instemming met het [wetgevend] samenwerkingsakkoord van 28 oktober 2021 strekkende tot wijziging van het samenwerkingsakkoord van 14 juli 2021 tussen de Federale Staat, de Vlaamse Gemeenschap, de Franse Gemeenschap, de Duitstalige Gemeenschap, de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie betreffende de verwerking van gegevens met betrekking tot het digitaal EU‑Covid‑certificaat, het Covid Safe Ticket, het PLF en de verwerking van persoonsgegevens van in het buitenland wonende of verblijvende werknemers en zelfstandigen die activiteiten uitvoeren in België, ingesteld door Luc Lamine en anderen en door Bernadette Weyers en anderen, en |
||
|
– - du décret de la Communauté flamande du 29 octobre 2021 relatif au Covid Safe Ticket, introduit par Luc Lamine et autres (numéros du rôle 7658, 7666 et 7685) ; |
– - van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 29 oktober 2021 over het Covid Safe Ticket, ingesteld door Luc Lamine en anderen (rolnummers 7658, 7666 en 7685); |
||
|
– l’arrêt no 76/2023, rendu le 17 mai 2023, en cause les recours en annulation totale ou partielle (articles 2 à 7 et 11) du décret de la Région wallonne du 21 octobre 2021 relatif à l’usage du Covid Safe Ticket et à l’obligation du port du masque, introduits par Vincent Franquet, par l’ASBL Droits et libertés et par Jean Lesire (numéros du rôle 7670, 7680 et 7749) ; |
– het arrest nr. 76/2023, uitgesproken op 17 mei 2023, inzake de beroepen tot gehele of gedeeltelijke (artikelen 2 tot 7 en 11) vernietiging van het decreet van het Waalse Gewest van 21 oktober 2021 betreffende het gebruik van het Covid Safe Ticket en de mondmaskerplicht, ingesteld door Vincent Franquet, door de vzw Droits et libertés en door Jean Lesire (rolnummers 7670, 7680 en 7749); |
||
|
– l’arrêt no 77/2023, rendu le 17 mai 2023, en cause le recours en annulation de l’ordonnance de la Commission communautaire commune du 14 octobre 2021 relative à l’extension du Covid Safe Ticket en cas de nécessité découlant d’une situation épidémiologique particulière, introduit par Paolo Criscenzo (numéro du rôle 7697) ; |
– het arrest nr. 77/2023, uitgesproken op 17 mei 2023, inzake het beroep tot vernietiging van de ordonnantie van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 14 oktober 2021 betreffende de uitbreiding van het Covid Safe Ticket in geval van noodzakelijkheid voortvloeiend uit een specifieke epidemiologische situatie, ingesteld door Paolo Criscenzo (rolnummer 7697); |
||
|
– l’arrêt no 78/2023, rendu le 17 mai 2023, en cause le recours en annulation du décret de la Région flamande du 28 mai 2021 modifiant le décret du 31 juillet 1990 relatif à l’agence autonomisée externe Vlaamse Vervoermaatschappij – De Lijn, en ce qui concerne la continuité de la prestation de service de la Vlaamse Vervoermaatschappij – De Lijn en cas de grève, introduit par la Centrale générale des services publics et autres (numéro du rôle 7703) ; |
– het arrest nr. 78/2023, uitgesproken op 17 mei 2023, inzake het beroep tot vernietiging van het decreet van het Vlaamse Gewest van 28 mei 2021 tot wijziging van het decreet van 31 juli 1990 betreffende het publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap Vlaamse Vervoermaatschappij – De Lijn, wat betreft de continuïteit van de dienstverlening van de Vlaamse Vervoermaatschappij – De Lijn in geval van staking, ingesteld door de Algemene Centrale der openbare diensten en anderen (rolnummer 7703); |
||
|
– l’arrêt no 79/2023, rendu le 17 mai 2023, en cause la question préjudicielle concernant l’article 16, alinéa 2, de la loi du 26 juillet 1962 relative à la procédure d’extrême urgence en matière d’expropriation pour cause d’utilité publique, posée par la cour d’appel de Mons (numéro du rôle 7818) ; |
– het arrest nr. 79/2023, uitgesproken op 17 mei 2023, inzake de prejudiciële vraag over artikel 16, tweede lid, van de wet van 26 juli 1962 betreffende de rechtspleging bij hoogdringende omstandigheden inzake onteigening ten algemenen nutte, gesteld door het hof van beroep te Bergen (rolnummer 7818); |
||
|
– l’arrêt no 80/2023, rendu le 17 mai 2023, en cause la question préjudicielle relative à l’article 45/1 de la loi du 8 juin 2006 réglant des activités économiques et individuelles avec des armes, posée par le Conseil d’État (numéro du rôle 7824) ; |
– het arrest nr. 80/2023, uitgesproken op 17 mei 2023, inzake de prejudiciële vraag betreffende artikel 45/1 van de wet van 8 juni 2006 houdende regeling van economische en individuele activiteiten met wapens, gesteld door de Raad van State (rolnummer 7824); |
||
|
– l’arrêt no 81/2023, rendu le 17 mai 2023, en cause la question préjudicielle relative à l’article 221, § 1er, de la loi générale sur les douanes et accises, coordonnée le 18 juillet 1977, et l’article 45, alinéa 4, de la loi du 22 décembre 2009 relative au régime général d’accise, posée par le tribunal de première instance de Flandre orientale, division de Gand (numéro du rôle 7837) ; |
– het arrest nr. 81/2023, uitgesproken op 17 mei 2023, inzake de prejudiciële vraag betreffende artikel 221, § 1, van de algemene wet inzake douane en accijnzen, gecoördineerd op 18 juli 1977, en artikel 45, vierde lid, van de wet van 22 december 2009 betreffende de algemene regeling inzake accijnzen, gesteld door de rechtbank van eerste aanleg Oost‑Vlaanderen, afdeling Gent (rolnummer 7837); |
||
|
– l’arrêt no 82/2023, rendu le 25 mai 2023, en cause les questions préjudicielles concernant l’article 41 de la loi du 16 mars 1968 relative à la police de la circulation routière, posées par le tribunal de première instance de Flandre orientale, division de Gand (numéro du rôle 7778 et 7781) ; |
– het arrest nr. 82/2023, uitgesproken op 25 mei 2023, inzake de prejudiciële vragen over artikel 41 van de wet van 16 maart 1968 betreffende de politie over het wegverkeer, gesteld door de rechtbank van eerste aanleg Oost‑Vlaanderen, afdeling Gent (rolnummers 7778 en 7781); |
||
|
– l’arrêt no 83/2023, rendu le 25 mai 2023, en cause la question préjudicielle relative à l’article 347‑1 de l’ancien Code civil, posée par le tribunal de la famille et de la jeunesse du tribunal de première instance d’Anvers, division d’Anvers (numéro du rôle 7793) ; |
– het arrest nr. 83/2023, uitgesproken op 25 mei 2023, inzake de prejudiciële vraag betreffende artikel 347‑1 van het oud Burgerlijk Wetboek, gesteld door de familie- en jeugdrechtbank van de rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Antwerpen (rolnummer 7793); |
||
|
– l’arrêt no 84/2023, rendu le 1er juin 2023, en cause le recours en annulation de la loi du 2 avril 2021, du décret de la Communauté flamande du 2 avril 2021, du décret de la Communauté française du 25 mars 2021, du décret de la Communauté germanophone du 29 mars 2021, de l’ordonnance de la Commission communautaire commune du 2 avril 2021, du décret de la Région wallonne du 1er avril 2021 et du décret de la Commission communautaire française du 1er avril 2021 portant assentiment à l’accord de coopération du 12 mars 2021 entre l’État fédéral, la Communauté flamande, la Communauté française, la Communauté germanophone, la Commission communautaire commune, la Région wallonne et la Commission communautaire française concernant le traitement de données relatives aux vaccinations contre la Covid‑19, introduit par Charlotte D’Hondt (numéro du rôle 7648) ; |
– het arrest nr. 84/2023, uitgesproken op 1 juni 2023, inzake het beroep tot vernietiging van de wet van 2 april 2021, van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 2 april 2021, van het decreet van de Franse Gemeenschap van 25 maart 2021, van het decreet van de Duitstalige Gemeenschap van 29 maart 2021, van de ordonnantie van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 2 april 2021, van het decreet van het Waalse Gewest van 1 april 2021 en van het decreet van de Franse Gemeenschapscommissie van 1 april 2021 houdende instemming met het samenwerkingsakkoord van 12 maart 2021 tussen de Federale Staat, de Vlaamse Gemeenschap, de Franse Gemeenschap, de Duitstalige Gemeenschap, de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, het Waals Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie betreffende de verwerking van gegevens met betrekking tot vaccinaties tegen Covid‑19, ingesteld door Charlotte D’Hondt (rolnummer 7648); |
||
|
– l’arrêt no 85/2023, rendu le 1er juin 2023, en cause les recours en annulation du chapitre premier du décret de la Communauté française du 17 juin 2021 portant création des Pôles territoriaux chargés de soutenir les écoles de l’enseignement ordinaire dans la mise en œuvre des aménagements raisonnables et de l’intégration permanente totale, en tant qu’il insère les articles 6.2.2‑5, 6.2.3‑1, 6.2.5‑4, 6.2.5‑5 et 6.2.5‑6, § 3, alinéas 2 et 3, dans le livre 6 du Code de l’enseignement fondamental et de l’enseignement secondaire, introduits par l’ASBL Secrétariat général de l’enseignement catholique en Communautés française et germanophone et par l’ASBL Inclusion (numéros du rôle 7720 et 7747) ; |
– het arrest nr. 85/2023, uitgesproken op 1 juni 2023, inzake de beroepen tot vernietiging van hoofdstuk I van het decreet van de Franse Gemeenschap van 17 juni 2021 houdende oprichting van territoriale polen belast met de ondersteuning aan scholen voor gewoon onderwijs in de uitvoering van redelijke aanpassingen en volledige permanente integratie, in zoverre het de artikelen 6.2.2‑5, 6.2.3‑1, 6.2.5‑4, 6.2.5‑5 en 6.2.5‑6, § 3, tweede en derde lid, invoegt in boek 6 van het Wetboek voor het basis- en secundair onderwijs, ingesteld door de vzw Secrétariat général de l’enseignement catholique en Communautés française et germanophone en door de vzw Inclusion (rolnummers 7720 en 7747); |
||
|
– l’arrêt no 86/2023, rendu le 1er juin 2023, en cause les recours en annulation de l’article 2 de la loi du 29 octobre 2021 intitulée loi interprétative de l’article 124, § 1er, d), de la loi du 4 avril 2014 relative aux assurances, introduits par l’ASBL Assuralia et autres et par la SA Allianz Benelux (numéros du rôle 7760 et 7808) ; |
– het arrest nr. 86/2023, uitgesproken op 1 juni 2023, inzake de beroepen tot vernietiging van artikel 2 van de wet van 29 oktober 2021 met als opschrift interpretatieve wet van artikel 124, § 1, d), van de wet van 4 april 2014 betreffende de verzekeringen, ingesteld door de vzw Assuralia en anderen en door de nv Allianz Benelux (rolnummers 7760 en 7808); |
||
|
– l’arrêt no 87/2023, rendu le 8 juin 2023, en cause le recours en annulation partielle de l’article 3, 1º, de la loi du 11 juillet 2021 modifiant le Code de la taxe sur la valeur ajoutée en ce qui concerne l’exemption de la taxe en matière de prestations de soins médicaux à la personne, introduit par l’ASBL Union professionnelle des logopèdes francophones et autres (numéro du rôle 7737) ; |
– het arrest nr. 87/2023, uitgesproken op 8 juni 2023, inzake het beroep tot gedeeltelijke vernietiging van artikel 3, 1º, van de wet van 11 juli 2021 tot wijziging van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde wat de vrijstelling van de belasting inzake medische verzorging betreft, ingesteld door de vzw Union professionnelle des logopèdes francophones en anderen (rolnummer 7737); |
||
|
– l’arrêt no 88/2023, rendu le 8 juin 2023, en cause les questions préjudicielles relatives à l’article 344 de la loi‑programme (I) du 24 décembre 2002, posées par le tribunal du travail de Liège, division de Liège (numéro du rôle 7796) ; |
– het arrest nr. 88/2023, uitgesproken op 8 juni 2023, inzake de prejudiciële vragen betreffende artikel 344 van de programmawet (I) van 24 december 2002, gesteld door de arbeidsrechtbank te Luik, afdeling Luik (rolnummer 7796); |
||
|
– l’arrêt no 89/2023, rendu le 8 juin 2023, en cause les questions préjudicielles relatives à l’article 335, § 3, de l’ancien Code civil, posées par le tribunal de première instance de Namur, division de Namur (numéros du rôle 7819 et 7834) ; |
– het arrest nr. 89/2023, uitgesproken op 8 juni 2023, inzake de prejudiciële vragen betreffende artikel 335, § 3, van het oud Burgerlijk Wetboek, gesteld door de rechtbank van eerste aanleg Namen, afdeling Namen (rolnummers 7819 en 7834); |
||
|
– l’arrêt no 90/2023, rendu le 8 juin 2023, en cause la question préjudicielle relative à l’article D.171 du Code wallon de l’environnement, posée par un juge d’instruction du tribunal de première instance de Liège, division de Liège (numéro du rôle 7917) ; |
– het arrest nr. 90/2023, uitgesproken op 8 juni 2023, inzake de prejudiciële vraag betreffende artikel D.171 van het Waalse Milieuwetboek, gesteld door een onderzoeksrechter van de rechtbank van eerste aanleg Luik, afdeling Luik (rolnummer 7917); |
||
|
– l’arrêt no 91/2023, rendu le 8 juin 2023, en cause la question préjudicielle relative à l’article D.161 du Code wallon de l’environnement, posée par un juge d’instruction du tribunal de première instance de Liège, division de Liège (numéro du rôle 7919). |
– het arrest nr. 91/2023, uitgesproken op 8 juni 2023, inzake de prejudiciële vraag betreffende artikel D.161 van het Waalse Milieuwetboek, gesteld door een onderzoeksrechter van de rechtbank van eerste aanleg Luik, afdeling Luik (rolnummer 7919). |
||
|
– Pris pour notification. |
– Voor kennisgeving aangenomen. |
||
|
Grondwettelijk Hof – Prejudiciële vragen |
|||
|
En application de l’article 77 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour constitutionnelle, le greffier de la Cour constitutionnelle notifie à la présidente du Sénat : |
Met toepassing van artikel 77 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, geeft de griffier van het Grondwettelijk Hof aan de voorzitster van de Senaat kennis van: |
||
|
– la question préjudicielle relative à l’article 47, § 1er, alinéa 2, de la loi du 27 avril 2018 sur la police des chemins de fer, posée par le tribunal de police du Brabant wallon, division de Wavre (numéro du rôle 7992) ; |
– de prejudiciële vraag betreffende artikel 47, § 1, tweede lid, van de wet van 27 april 2018 op de politie van de spoorwegen, gesteld door de politierechtbank Waals‑Brabant, afdeling Waver (rolnummer 7992); |
||
|
– les questions préjudicielles relatives aux articles 31, alinéa 2, 4º, 32, alinéa 2, 2º, et 34, § 1er, 1º, 1ºbis et 2º, b), du Code des impôts sur les revenus 1992, posées par la cour d’appel de Liège (numéro du rôle 7995) ; |
– de prejudiciële vragen betreffende de artikelen 31, tweede lid, 4º, 32, tweede lid, 2º, en 34, § 1, 1º, 1ºbis en 2º, b), van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, gesteld door het hof van beroep te Luik (rolnummer 7995); |
||
|
– les questions préjudicielles relatives à l’article 39/82, §§ 1er et 4, de la loi du 15 décembre 1980 sur l’accès au territoire, le séjour, l’établissement et l’éloignement des étrangers, posées par le tribunal de première instance francophone de Bruxelles (numéro du rôle 7996) ; |
– de prejudiciële vragen over artikel 39/82, §§ 1 en 4, van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, gesteld door de Franstalige rechtbank van eerste aanleg te Brussel (rolnummer 7996); |
||
|
– les questions préjudicielles concernant l’article 56, § 3, du décret flamand du 28 juin 2013 relatif à la politique de l’agriculture et de la pêche, posées par le Conseil d’État (numéro du rôle 7997) ; |
– de prejudiciële vragen betreffende artikel 56, § 3, van het Vlaamse decreet van 28 juni 2013 betreffende het landbouw- en visserijbeleid, gesteld door de Raad van State (rolnummer 7997); |
||
|
– les questions préjudicielles concernant l’article 25 du décret flamand du 24 février 2017 relatif à l’expropriation d’utilité publique, posées par le juge de paix du canton de Merelbeke (numéro du rôle 8001). |
– de prejudiciële vragen over artikel 25 van het Vlaamse decreet van 24 februari 2017 betreffende onteigening voor het algemeen nut, gesteld door de vrederechter van het kanton Merelbeke (rolnummer 8001). |
||
|
– Pris pour notification. |
– Voor kennisgeving aangenomen. |
||
|
Grondwettelijk Hof – Beroepen |
|||
|
En application de l’article 76 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour constitutionnelle, le greffier de la Cour constitutionnelle notifie à la présidente du Sénat : |
Met toepassing van artikel 76 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, geeft de griffier van het Grondwettelijk Hof kennis aan de voorzitster van de Senaat van: |
||
|
– le recours en annulation des articles 2, 3, 5, 14 et 15 de la loi du 3 août 2016 instaurant une nouvelle taxe annuelle sur les établissements de crédit en remplacement des taxes annuelles existantes, des mesures de limitation de déductions à l’impôt des sociétés et de la contribution à la stabilité financière, introduit par la société de droit français Rothschild & Co Wealth Management (numéro du rôle 7991) ; |
– het beroep tot vernietiging van de artikelen 2, 3, 5, 14 en 15 van de wet van 3 augustus 2016 tot invoering van een nieuwe jaarlijkse taks op de kredietinstellingen in de plaats van de bestaande jaarlijkse taksen, van de aftrekbeperkende maatregelen in de vennootschapsbelasting en van de bijdrage voor de financiële stabiliteit, ingesteld door de vennootschap naar Frans recht Rothschild & Co Wealth Management (rolnummer 7991); |
||
|
– le recours en annulation du décret de la Région flamande du 25 novembre 2022 modifiant le Code flamand de la fiscalité du 13 décembre 2013, en ce qui concerne le classement en catégories d’appareils automatiques de divertissement, introduit par l’ASBL UBA‑BNGO (numéro du rôle 7998) ; |
– het beroep tot vernietiging van het decreet van het Vlaamse Gewest van 25 november 2022 tot wijziging van de Vlaamse Codex fiscaliteit van 13 december 2013, wat betreft de indeling in categorieën van automatische ontspanningstoestellen, ingesteld door de vzw UBA‑BNGO (rolnummer 7998); |
||
|
– le recours en annulation de la loi du 6 décembre 2022 modifiant la loi du 27 avril 2018 sur la police des chemins de fer en ce qui concerne la procédure applicable à la suppression des passages à niveau, introduit par D.B. et autres (numéro du rôle 8002) ; |
– het beroep tot vernietiging van de wet van 6 december 2022 tot wijziging van de wet van 27 april 2018 op de politie van de spoorwegen, wat betreft de procedure voor het afschaffen van overwegen, ingesteld door D.B. en anderen (rolnummer 8002); |
||
|
– le recours en annulation de la loi du 21 décembre 2022 portant confirmation de l’arrêté royal du 27 juin 2022 déterminant le ratio au 31 décembre 2007 entre les moyens des autorités communales et fédérale, ainsi que les postes des revenus et des dépenses qui entrent en ligne de compte pour calculer ce ratio, en exécution de l’article 67, alinéa 2, de la loi du 15 mai 2007 relative à la sécurité et de l’arrêté royal du 27 juin 2022, précité, confirmé par cette loi, introduit par la ville d’Andenne et autres (numéro du rôle 8005). |
– het beroep tot vernietiging van de wet van 21 december 2022 houdende bekrachtiging van het koninklijk besluit van 27 juni 2022 tot vaststelling van de verhouding op 31 december 2007 tussen de middelen van de gemeenten en de federale overheid, alsook de inkomsten- en uitgavenposten die in aanmerking worden genomen om deze verhouding te berekenen, in toepassing van artikel 67, tweede lid, van de wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid en van het bij die wet bekrachtigde voormelde koninklijk besluit van 27 juni 2022, ingesteld door de stad Andenne en anderen (rolnummer 8005). |
||
|
– Pris pour notification. |
– Voor kennisgeving aangenomen. |
||
|
Hof van beroep |
|||
|
Par lettre du 7 juin 2023, le premier président de la cour d’appel de Mons transmet au Sénat, conformément à l’article 340, § 3, alinéa 5, du Code judiciaire, le rapport de fonctionnement 2022 de la cour d’appel de Mons, approuvé lors de l’assemblée générale du 7 juin 2023. |
Bij brief van 7 juni 2023 zendt de eerste voorzitter van het hof van beroep te Bergen, overeenkomstig artikel 340, § 3, alinéa 5, van het Gerechtelijk Wetboek aan de Senaat over, het werkingsverslag 2022 van het hof van beroep te Bergen, goedgekeurd tijdens zijn algemene vergadering van 7 juni 2023. |
||
|
– Dépôt au Greffe. |
– Neergelegd ter Griffie. |
||
|
Arbeidshof |
|||
|
Par lettre du 30 mai 2023, le premier président de la cour du travail de Bruxelles transmet au Sénat, conformément à l’article 340, § 3, alinéa 5, du Code judiciaire, le rapport de fonctionnement 2022 de la cour du travail de Bruxelles, approuvé lors de son assemblée générale du 25 mai 2023. |
Bij brief van 30 mei 2023, zendt de eerste voorzitter van het arbeidshof te Brussel, overeenkomstig artikel 340, § 3, vijfde lid, van het Gerechtelijk Wetboek aan de Senaat over, het werkingsverslag 2022 van het arbeidshof te Brussel, goedgekeurd tijdens zijn algemene vergadering van 25 mei 2023. |
||
|
– Dépôt au Greffe. |
– Neergelegd ter Griffie. |
||
|
Parketten‑generaal |
|||
|
Par lettre du 1er juin 2023, le procureur général de Liège transmet au Sénat, conformément à l’article 346, § 2, 2º, du Code judiciaire, le rapport de fonctionnement 2022 du parquet général de Liège, approuvé lors de son assemblée de corps du 30 mai 2023. |
Bij brief van 1 juni 2023 zendt de procureur‑generaal te Luik, overeenkomstig artikel 346, § 2, 2º, van het Gerechtelijk Wetboek aan de Senaat over, het werkingsverslag 2022van het parket‑generaal te Luik, goedgekeurd tijdens zijn korpsvergadering van 30 mei 2023. |
||
|
Par lettre du 23 mai 2023, le procureur général de Bruxelles transmet au Sénat, conformément à l’article 346, § 2, 2º, du Code judiciaire, le rapport de fonctionnement 2022 du parquet général de Bruxelles, approuvé lors de son assemblée de corps du 22 mai 2023. |
Bij brief van 23 mei 2023 zendt de procureur‑generaal te Brussel, overeenkomstig artikel 346, § 2, 2º, van het Gerechtelijk Wetboek aan de Senaat over, het werkingsverslag 2022 van het parket‑generaal te Brussel, goedgekeurd tijdens zijn korpsvergadering van 22 mei 2023. |
||
|
– Dépôt au Greffe. |
– Neergelegd ter Griffie. |
||
|
Auditoraten‑generaal |
|||
|
Par lettre du 23 mai 2023, le procureur général de l’auditorat général près la cour du travail de Bruxelles transmet au Sénat, conformément à l’article 346, § 2, alinéa 2, du Code judiciaire, le rapport de fonctionnement 2022 de l’auditorat général près la cour du travail de Bruxelles, approuvé lors de son assemblée de corps du 22 mai 2023. |
Bij brief van 23 mei 2031 zendt de procureur‑generaal van het auditoraat‑generaal bij het arbeidshof te Brussel, overeenkomstig artikel 346, § 2, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek aan de Senaat over, het werkingsverslag 2022 van het auditoraat‑generaal bij het arbeidshof te Brussel, goedgekeurd tijdens zijn korpsvergadering van 22 mei 2023. |
||
|
Par lettre du 30 mai 2023, le procureur général de Liège transmet au Sénat, conformément à l’article 346, § 2, 2º, du Code judiciaire, le rapport de fonctionnement 2022 de l’auditorat général de Liège, approuvé lors de son assemblée de corps du 25 mai 2023. |
Bij brief van 30 mei 2023 zendt de procureur‑generaal te Luik, overeenkomstig artikel 346, § 2, 2º, van het Gerechtelijk Wetboek aan de Senaat over, het werkingsverslag 2022 van het auditoraat‑generaal te Luik, goedgekeurd tijdens zijn korpsvergadering van 25 mei 2023. |
||
|
– Dépôt au Greffe. |
– Neergelegd ter Griffie. |
||
|
Assemblée générale des juges de paix et des juges aux tribunaux de police |
Algemene vergadering van de vrederechters en de rechters in de politierechtbanken |
||
|
Par lettre du 12 juin 2023, le président de l’assemblée générale des juges de paix et des juges aux tribunaux de police du ressort de la cour d’appel de l’arrondissement de Bruxelles transmet au Sénat, conformément à l’article 340, § 3, alinéa 5, du Code judiciaire, le rapport de fonctionnement pour l’année 2022 de l’assemblée générale des juges de paix et des juges aux tribunaux de police du ressort de la cour d’appel de l’arrondissement de Bruxelles, approuvé lors de ses assemblées générales des 25 et 31 mai 2023. |
Bij brief van 12 juni 2023 zendt de voorzitter van de algemene vergadering van de vrederechters en de rechters in de politierechtbanken ressorterende onder het hof van beroep van het arrondissement Brussel, overeenkomstig artikel 340, § 3, vijfde lid, van het Gerechtelijk Wetboek, aan de Senaat over, het werkingsverslag voor 2022 van de algemene vergadering van de vrederechters en de rechters in de politierechtbanken ressorterende onder het hof van beroep van het arrondissement Brussel, goedgekeurd tijdens zijn algemene vergaderingen van 25 en 31 mei 2023. |
||
|
– Dépôt au Greffe. |
– Neergelegd ter Griffie. |
||
|
Europees Parlement |
|||
|
Par lettre du 5 juin 2023, la présidente du Parlement européen transmet au Sénat les textes adoptés par le Parlement européen du 8 au 11 mai 2023. |
Bij brief van 5 juni 2023 zendt de voorzitster van het Europees Parlement aan de Senaat over, de teksten aangenomen door het Europees Parlement van 8 tot 11 mei 2023. |
||
|
– Dépôt au Greffe. |
– Neergelegd ter Griffie. |
||