7‑16

Sénat de Belgique

Session ordinaire 2020‑2021

Séances plénières

Vendredi 22 janvier 2021

Séance du matin

7‑16

Belgische Senaat

Gewone Zitting 2020‑2021

Plenaire vergaderingen

Vrijdag 22 januari 2021

Ochtendvergadering

 

Annales

Handelingen

 

Sommaire

Inhoudsopgave

Approbation de l’ordre du jour. 2

Nomination du Greffier. 3

Proposition de résolution visant à la libération de la journaliste citoyenne Zhang Zhan en Chine (de Mme Sabine de Bethune et consorts ; Doc. 7‑218) 4

Discussion. 4

Éloge funèbre de M. Willy Henrard, secrétaire général honoraire du Sénat 11

Décès d’un ancien sénateur 12

Prise en considération de propositions. 12

Votes. 12

Proposition de résolution visant à la libération de la journaliste citoyenne Zhang Zhan en Chine (de Mme Sabine de Bethune et consorts ; Doc. 7‑218). 13

Ordre des travaux. 13

Excusés. 13

Annexe. 14

Vote nominatif. 14

Propositions prises en considération. 14

Cour constitutionnelle – Arrêts. 14

Cour constitutionnelle – Questions préjudicielles. 16

Cour constitutionnelle – Recours. 17

Cour de cassation. 18

Activités d’intérêt général de la Famille royale. 18

Conseil central de l’économie et Conseil national du travail 18

Agence tarifaire BA voiture. 18

Parlement européen. 18

 

Goedkeuring van de agenda. 2

Benoeming van de Griffier 3

Voorstel van resolutie voor de invrijheidstelling van burgerjournaliste Zhang Zhan in China (van mevrouw Sabine de Bethune c.s.; Stuk 7‑218). 4

Bespreking. 4

In memoriam de heer Willy Henrard, eresecretaris‑generaal van de Senaat 11

Overlijden van een oud‑senator. 12

Inoverwegingneming van voorstellen. 12

Stemmingen. 12

Voorstel van resolutie voor de invrijheidstelling van burgerjournaliste Zhang Zhan in China (van mevrouw Sabine de Bethune c.s.; Stuk 7‑218). 13

Regeling van de werkzaamheden. 13

Berichten van verhindering. 13

Bijlage. 14

Naamstemming. 14

In overweging genomen voorstellen. 14

Grondwettelijk Hof – Arresten. 14

Grondwettelijk Hof – Prejudiciële vragen. 16

Grondwettelijk Hof – Beroepen. 17

Hof van Cassatie. 18

Activiteiten van algemeen belang van de Koninklijke Familie. 18

Centrale Raad voor het bedrijfsleven en Nationale Arbeidsraad. 18

Tariferingsbureau BA auto. 18

Europees Parlement 18

 

Présidence de Mme Stephanie D’Hose

(La séance est ouverte à 10 h 00.)

(En raison des mesures prises contre la pandémie de coronavirus, la plupart des sénateurs participent à la séance en vidéoconférence.)

Voorzitster: mevrouw Stephanie D’Hose

(De vergadering wordt geopend om 10.00 uur.)

(Wegens de coronamaatregelen nemen de meeste senatoren aan de vergadering deel via videoconferentie.)

 

Approbation de l’ordre du jour

Goedkeuring van de agenda

 

Mme la présidente. – Je commencerai notre première séance de l’année nouvelle en souhaitant à chacun une heureuse année et une bonne santé.

L’ordre du jour établi par le Bureau a été communiqué par voie électronique aux sénateurs.

Y a‑t‑il des observations ?

De voorzitster. – Bij de start van onze eerste vergadering in het nieuwe jaar, wens ik iedereen een gelukkig jaar en een goede gezondheid.

De agenda zoals vastgesteld door het Bureau werd elektronisch meegedeeld.

Zijn er opmerkingen?

 

M. Bert Anciaux (sp.a). – À mon corps défendant, je demande le retrait du deuxième point de notre ordre du jour, à savoir la demande d’établissement d’un rapport d’information relatif à l’évaluation des réformes institutionnelles.

Je suis, en effet, déçu. Je déduis des réponses reçues, hier, de la part des autres partis qu’il vaut mieux ne pas débattre aujourd’hui de cette demande car elle risque de ne pas emporter l’adhésion de la majorité.

Je considère toutefois que le Sénat est l’instance la plus appropriée pour débattre de la réforme de l’État. Nous devons mener cette discussion ici et, par conséquent, nous ne retirons pas notre demande, qui marque le début d’une réflexion concernant la réforme de l’État. J’insiste sur le fait qu’il s’agit du début de la réflexion, du début de l’évaluation, l’objectif étant de voir où nous en sommes. C’est le minimum minimorum. Le fait que nous retirions cette demande de l’ordre du jour ne signifie pas un abandon, mais un report. Sur la base du règlement du Sénat, je demanderai que ce point soit inscrit à l’ordre du jour de la séance plénière au plus tard en avril 2021. Cela nous donnera amplement le temps de nous concerter, par‑delà les clivages politiques, et, bien entendu, d’accorder nos violons, afin que chacun puisse prendre ses responsabilités en avril. Mettre la proposition aux voix aujourd’hui équivaut à la faire rejeter, ce que je ne souhaite pas.

En effet, cet exercice est nécessaire pour permettre une réforme en profondeur de notre pays. Celui‑ci en a besoin. Six réformes de l’État ont également généré des lacunes et des erreurs. De plus, les perspectives ont évolué. Il faut donner leur chance à ces nouvelles pistes de réflexion. Le Sénat dispose du temps, de l’espace et d’une expérience suffisante pour procéder à une évaluation approfondie et pour établir un « menu » reprenant les solutions possibles.

Je demanderai, je le répète, que cette demande soit inscrite à l’ordre du jour au plus tard en avril. Le règlement m’y autorise. À ce moment‑là, chacun devra prendre ses responsabilités.

Soyons clairs, ce n’est pas un sujet qui passionne la population. Je suis d’ailleurs dans le même cas. Depuis le mois de mars dernier, d’autres problèmes me préoccupent et je ne suis pas le seul. La réforme de l’État est toutefois bien plus importante et a une plus grande portée que ne le pensent 99,9 % de nos concitoyens. Elle est essentielle dans nos vies et mérite par conséquent un traitement approfondi ici, au Sénat. Certains collègues prétendent que les décisions seront prises ailleurs. C’est possible, mais chaque parlementaire doit prendre ses responsabilités.

J’invite donc chaque parlementaire à réfléchir attentivement à la question et à prendre ses responsabilités au plus tard en avril. J’espère que tous les partis qui, jusqu’il y a quelques jours, voire quelques heures, m’ont promis de soutenir la demande prendront leurs responsabilités en avril.

De heer Bert Anciaux (sp.a). – Geheel tegen mijn natuur en zin in verzoek ik om het tweede punt op onze agenda, ons voorstel tot het opstellen van een informatieverslag betreffende de evaluatie van de staatkundige hervormingen, vandaag van de agenda te halen.

Ik wil dat graag even uitleggen. Ik ben ontgoocheld. Uit de reacties die ik gisteren van andere partijen kreeg, leid ik af dat het beter is het voorstel niet nu te behandelen, omdat het vandaag mogelijk geen meerderheid zal halen.

Ik denk nochtans dat de Senaat wel degelijk de instantie is waar overleg over de staatshervorming het meest op zijn plaats is. We moeten die discussie hier houden en we trekken ons voorstel dan ook niet in. Ons voorstel is een start van een denkronde rond staatshervorming. Ik benadruk, een start van een denkronde, een start van een evaluatie om te kijken waar we staan. Dat is het minimum minimorum. Dat we het voorstel nu van de agenda halen, betekent voor mij geen afstel – ik zeg dit heel formeel – wel een uitstel. Op basis van het reglement van de Senaat zal ik vragen het voorstel op de agenda van de plenaire vergadering te zetten en dit uiterlijk in april 2021. Dat geeft ons ruim voldoende tijd om het overleg, over welke partijgrenzen heen dan ook, te voeren en natuurlijk ook de violen te stemmen, zodat eenieder in april zijn verantwoordelijkheid kan opnemen. Nú het voorstel ter stemming brengen staat gelijk aan het laten wegstemmen en dat wil ik niet.

Deze oefening is immers noodzakelijk om een grondige hervorming van ons land mogelijk te maken. Daar is ons land aan toe. Zes staatshervormingen hebben ook hiaten en vergissingen opgeleverd. Bovendien zijn er nieuwe inzichten. Die nieuwe denkrichtingen moeten echt kansen krijgen. In de Senaat zijn tijd, ruimte en voldoende ervaring aanwezig om een grondige evaluatie te maken en een ‘menuboek’ met mogelijke oplossingen samen te stellen.

Ik zeg nogmaals duidelijk: uiterlijk in april zal ik opnieuw vragen het voorstel op de agenda te zetten. Volgens het reglement is dat mijn recht en op dat moment moet iedereen dan maar zijn verantwoordelijkheid nemen.

Laten we duidelijk zijn, dit is geen onderwerp waarvan de bevolking vandaag wakker ligt. Ik ook niet. Ik lig sinds maart van andere zaken wakker en ik ben niet de enige. Maar ik denk wel dat de staatshervorming veel belangrijker en ingrijpender is dan 99,9 % van de bevolking denkt. Ze is voor ons leven zeer belangrijk en daarom verdient ze ook een grondige behandeling, hier in de Senaat. Er zijn collega’s die zeggen dat daarover wel elders zal worden beslist. Dat is mogelijk, maar elk parlementslid moet zijn verantwoordelijkheid nemen.

Ik roep dan ook elk parlementslid op hierover grondig na te denken en uiterlijk in april zijn verantwoordelijkheid te nemen. Ik hoop dat alle partijen die mij tot enkele dagen of zelfs enkele uren geleden hun woord hadden gegeven dat ze het verzoek zouden steunen, in april hun verantwoordelijkheid zullen nemen.

 

Mme la présidente. – Je vous propose donc de modifier notre ordre du jour et de reporter l’examen de la demande d’établissement d’un rapport d’information.

De voorzitster. – Ik stel dus voor om de agenda te wijzigen en de bespreking van het verzoek tot het opstellen van een informatieverslag uit te stellen.

 

(Assentiment)

(Instemming)

 

Mme Sabine de Bethune (CD&V). – En vertu de l’article 54, 3, alinéa 1er, du règlement du Sénat, je demande que nous examinions immédiatement, au cours de cette séance plénière, la proposition de résolution visant à la libération de la journaliste citoyenne Zhang Zhan en Chine (Doc. 7‑218).

Mevrouw Sabine de Bethune (CD&V). – Op basis van artikel 54,3, eerste lid van het reglement van de Senaat verzoek ik het voorstel van resolutie voor de invrijheidstelling van burgerjournaliste Zhang Zhan in China (Stuk 7‑218), onmiddellijk in de plenaire vergadering te behandelen.

 

Mme la présidente. – Le texte de cette proposition de résolution a été communiqué par voie électronique. En vertu de l’article 54, 3, alinéa 1er, du règlement du Sénat, notre assemblée peut effectivement prendre cette proposition de résolution en considération et l’examiner immédiatement. Je vous propose donc de l’ajouter à notre ordre du jour.

De voorzitster. – De tekst van dit voorstel van resolutie werd elektronisch medegedeeld. Met toepassing van artikel 54, paragraaf 3, eerste lid, van het reglement van het Senaat, kan onze vergadering inderdaad dit voorstel van resolutie in overweging nemen en onmiddellijk behandelen. Ik stel dus voor het aan onze agenda toe te voegen.

 

(Assentiment)

(Instemming)

 

Nomination du Greffier

Benoeming van de Griffier

 

Mme la présidente. – Le 31 mars 2021, le mandat de notre greffier, M. Gert Van der biesen, prendra fin.

Après délibération lors de sa réunion du 7 décembre 2020, le Bureau a décidé de proposer la nomination de M. Gert Van der biesen pour un nouveau mandat de greffier pour une période de cinq ans prenant cours le 1er avril 2021.

Quelqu’un demande‑t‑il la parole sur la proposition du Bureau de nommer M. Gert Van der biesen à la fonction de greffier ?

De voorzitster. – Op 31 maart 2021 komt een einde aan het mandaat van onze griffier, de heer Gert Van der biesen.

Na beraadslaging tijdens de vergadering van 7 december 2020 heeft het Bureau beslist om de heer Gert Van der biesen voor te dragen voor een nieuwe benoeming tot griffier voor een periode van vijf jaar, met ingang van 1 april 2021.

Vraagt iemand het woord over het voorstel van het Bureau om de heer Gert Van der biesen tot griffier te benoemen?

 

M. Bert Anciaux (sp.a). – Un large consensus s’est dégagé au sein du Bureau. Je voudrais exprimer ici cette adhésion, je l’espère, au nom de tous.

Au cours des cinq dernières années, M. Van der Biesen a été un exemple d’objectivité et de combativité. Il a toujours été disponible pour l’ensemble des parlementaires. Il incarne une nouvelle image de la fonction de greffier. Les greffiers me sont souvent apparus comme des personnes très sages, très âgées, pratiquement issues de la noblesse, qui planaient au‑dessus des autres. Le greffier actuel a les pieds sur terre et défend son institution, son personnel ainsi que les parlementaires. Il nous donne entière satisfaction.

De heer Bert Anciaux (sp.a). – In het Bureau was er grote eensgezindheid en ik wil die eensgezindheid hier vertolken, naar ik hoop in naam van iedereen.

De heer Van der biesen was de laatste vijf jaar een toonbeeld van objectiviteit, zin om te vechten voor zijn “onderdanen”. Hij was altijd voor alle parlementairen beschikbaar. Hij belichaamt een nieuwe inkleding van de functie van griffier. Ik heb de griffiers nog meegemaakt als zeer wijze, zeer oude, bijna van adel zijnde mensen, die boven de rest zweefden. De huidige griffier staat er met zijn twee voeten tussen, verdedigt zijn instelling, zijn personeel, en de parlementairen.

Ik denk dat we allen zeer blij zijn met een persoon zoals onze huidige griffier.

 

M. Karl Vanlouwe (N‑VA). – Je partage les propos de M. Anciaux. La collaboration avec le greffier a toujours été correcte, courtoise, ouverte et transparente. Le Bureau a en effet unanimement adhéré à la prolongation de cette collaboration pour les années à venir.

De heer Karl Vanlouwe (N‑VA). – Ik sluit mij aan bij de woorden van de heer Anciaux. De samenwerking met de griffier is altijd op een correcte, hoffelijke, open en transparante manier verlopen en in het Bureau was daar inderdaad eensgezindheid over om die samenwerking de komende jaren te verlengen.

 

Mme la présidente. – Je proclame M. Gert Van der biesen élu en qualité de greffier du Sénat.

De voorzitster. – Hierbij verklaar ik de heer Gert Van der biesen verkozen tot griffier van de Senaat.

 

(Applaudissements)

(Applaus)

 

Proposition de résolution visant à la libération de la journaliste citoyenne Zhang Zhan en Chine (de Mme Sabine de Bethune et consorts ; Doc. 7‑218)

Voorstel van resolutie voor de invrijheidstelling van burgerjournaliste Zhang Zhan in China (van mevrouw Sabine de Bethune c.s.; Stuk 7‑218)

 

Discussion

Bespreking

 

Mme Sabine de Bethune (CD&V). – Dans les premiers mois qui ont suivi l’apparition du coronavirus, la journaliste chinoise Zhang Zhan s’est rendue à Wuhan pour relater la situation et recueillir des témoignages. Ceux‑ci ont ensuite été diffusés par des médias sociaux. Zhang Zhan a par ailleurs rapporté l’incarcération de journalistes indépendants et le harcèlement des familles de victimes du coronavirus. En mai 2020, Zhang Zhan a été arrêtée et emprisonnée sous l’inculpation de provocation aux troubles. En prison, elle vit dans des conditions désastreuses. Ses chevilles sont entravées et elle a été menottée durant trois mois. Elle a observé une grève de la faim, mais a été alimentée de force. En décembre 2020, la journaliste a été condamnée à quatre ans de prison à l’issue d’un procès expéditif auquel ni la presse internationale, ni les observateurs internationaux n’ont été autorisés à assister.

Nous savons qu’au moment de l’apparition du coronavirus, les journalistes indépendants ont été la première et seule source d’informations non censurées sur le virus en Chine. Ces journalistes ont subi et subissent des pressions constantes de la part des autorités chinoises et font aussi souvent l’objet d’un mandat d’arrêt. L’emprisonnement de ces personnes prouve qu’en Chine, la liberté de la presse est entravée, ce qui constitue une violation de l’article 35 de la Constitution chinoise de 1982.

Mais la violation de la liberté de la presse n’est pas seule en cause, il y a aussi les graves risques sanitaires auxquels sont exposées les populations chinoise et mondiale. À l’heure actuelle, plus de deux millions de personnes sont déjà décédées du coronavirus dans le monde. Malheureusement, ce drame empire de jour en jour.

Cette semaine, nous avons ainsi été informés par un documentaire diffusé par l’émetteur de télévision indépendant ITV qu’en décembre 2019, des médecins chinois étaient déjà parfaitement au courant des risques liés au virus. Ils ont voulu communiquer à ce sujet et alerter le monde entier, mais ont été mis sous pression et menacés pour qu’ils se taisent. Ces faits illustrent la dangerosité de la dissimulation de telles informations pour la sécurité de la population mondiale.

L’Union européenne et différentes instances ont également réclamé la libération immédiate de la journaliste citoyenne Zhang Zhan. De plus, l’Union européenne appelle également à se soucier des défenseurs des droits humains dont elle a déjà pris la défense à plusieurs reprises : Yu Wensheng, Li Yuhan, Gao Zhisheng, Huang Qi, Wu Gan, Ge Jeuping, Qin Yongmin, Tashi Wangchuk, Liu Feiyue, Ilham Tohti. L’Union européenne a également évoqué le sort des douze activistes que les autorités chinoises ont arrêtés à la suite du mouvement de protestation qui a éclaté à Hong Kong. Nous savons à présent que depuis le début de cette année, la Chine a également pris le contrôle total de la région administrative – en théorie souveraine – de Hong Kong. Tous les opposants ont été incarcérés. Je songe aux dizaines de responsables politiques, parlementaires et membres de l’opposition élus démocratiquement, brutalement réduits au silence. L’Union européenne a lancé un appel aux autorités chinoises pour qu’elles mettent un terme à ces répressions.

En déposant la présente résolution, je souhaite inviter le Sénat à s’associer aux collègues qui l’ont signée, et que je tiens à remercier d’emblée, pour demander au gouvernement fédéral, mais aussi aux gouvernements des Communautés et des Régions, à s’adresser aux autorités chinoises pour dénoncer l’arrestation de la journaliste citoyenne chinoise Zhang Zhan et pour les exhorter à la libérer immédiatement et sans conditions.

Mevrouw Sabine de Bethune (CD&V). – De Chinese journaliste Zhang Zhan begaf zich tijdens de eerste maanden na de uitbraak van het coronavirus naar Wuhan om te rapporteren en getuigenissen te verzamelen over de situatie. Die werden verspreid via sociale media. Daarnaast bracht zij ook verslag uit over het gevangen zetten van onafhankelijke journalisten en het lastigvallen van de families van coronaslachtoffers. In mei 2020 werd Zhang Zhan gearresteerd en opgesloten op beschuldiging van het zoeken naar ruzie en het veroorzaken van moeilijkheden. In de gevangenis leeft ze in erbarmelijke omstandigheden. Ze moet enkelboeien dragen en haar handen werden drie maanden geboeid. Zij ging over tot een hongerstaking, maar kreeg dwangvoeding toegediend. De journaliste werd in december 2020 veroordeeld tot vier jaar cel tijdens een haastig proces waar noch internationale pers, noch internationale waarnemers aanwezig mochten zijn.

We weten dat tijdens de uitbraak van het coronavirus onafhankelijke journalisten in China de eerste en enige bron van niet‑gecensureerde informatie over het virus waren. Deze journalisten stonden en staan constant onder druk van de Chinese autoriteiten en worden ook vaak gearresteerd. De arrestatie van deze personen toont aan dat de persvrijheid een probleem is in China. Dit is in strijd met artikel 35 van de Chinese grondwet van 1982.

Het gaat niet enkel over de schending van de persvrijheid, maar ook over de aantasting van en de grote gevaren voor de volksgezondheid in China en wereldwijd. Vandaag zijn al meer dan twee miljoen personen overleden aan het coronavirus wereldwijd. Spijtig genoeg zet dit drama zich alle dagen verder.

Deze week werden we bijvoorbeeld geïnformeerd door de onafhankelijke zender ITV met een documentaire, waaruit blijkt dat Chinese dokters in december 2019 al perfect op de hoogte waren van het gevaar van het virus. Ze wilden hierover communiceren, en alerteren, maar werden onder druk gezet en bedreigd om dit niet te doen. Dit illustreert hoe gevaarlijk het verzwijgen van dergelijke informatie is voor de veiligheid van de wereldbevolking.

Ook de Europese Unie en verschillende instanties wereldwijd hebben gevraagd om burgerjournaliste Zhang Zhan onmiddellijk vrij te laten. Daarnaast roept de Europese Unie ook op om aandacht te hebben voor de mensenrechtenactivisten waarvoor ze al meermaals zijn opgekomen: Yu Wensheng, Li Yuhan, Gao Zhisheng, Huang Qi, Wu Gan, Ge Jeuping, Qin Yongmin, Tashi Wangchuk, Liu Feiyue, Ilham Tohti. De Europese Unie heeft ook verwezen naar de twaalf activisten gearresteerd door de Chinese autoriteiten als gevolg van de protestbeweging in Hongkong. We weten ondertussen dat China sinds het begin van dit jaar ook de volledige controle heeft genomen over het – in theorie – soevereine Hongkong. Wie het daar niet mee eens is, werd gevangengezet. Ik denk aan de tientallen politici, parlementsleden en democratische oppositieleden aan wie hardhandig het zwijgen is opgelegd. De Europese Unie heeft een oproep tot de Chinese autoriteiten gericht om hieraan een einde te maken.

Met deze resolutie wil ik de Senaat uitnodigen om, samen met de collega’s die deze resolutie hebben ondertekend en die ik hiervoor meteen ook wil bedanken, de federale regering, maar ook de regeringen van de Gemeenschappen en Gewesten te vragen zich te richten tot de Chinese autoriteiten om de arrestatie van de Chinese burgerjournaliste Zhang Zhan aan te klagen en op te roepen om haar onmiddellijk en onvoorwaardelijk vrij te laten.

 

Mme Hélène Ryckmans (Ecolo‑Groen). – Je voudrais remercier Mme de Bethune d’avoir déposé ce texte et saluer surtout le travail de la journaliste Zhang Zhan, dont le sort ne peut pas nous laisser indifférents. Le travail qu’elle a fourni, avec d’autres journalistes, pour alerter l’opinion publique sur l’émergence de la Covid‑19, et qui lui a valu son emprisonnement dans les conditions que Mme de Bethune a rappelées, a évidemment ému et sensibilisé tout le monde, en tout cas en Europe. Plusieurs niveaux de pouvoir ont réagi et le fait que le Sénat ajoute ici sa voix et son vote pour demander la libération de cette journaliste n’est que logique, dans le souci que nous avons de préserver la liberté de la presse et la liberté d’expression.

Nous appelons tous nos collègues à voter en faveur de cette proposition de résolution visant à la libération immédiate de Zhang Zhan et de ses confrères qui ont affirmé leur droit au travail et à la liberté d’expression.

Mevrouw Hélène Ryckmans (Ecolo‑Groen). – Ik dank mevrouw de Bethune voor het indienen van deze tekst, en ik wil vooral mijn waardering uitspreken voor het werk van de journaliste Zhang Zhan, wiens lot ons niet onverschillig kan laten. Haar inzet, samen met die van andere journalisten, om de publieke opinie te waarschuwen voor COVID‑19 heeft ze moeten bekopen met gevangenschap, in de omstandigheden die mevrouw de Bethune zonet heeft beschreven. Haar werk heeft iedereen, althans in Europa, gemobiliseerd. Verschillende bevoegdheidsniveaus hebben gereageerd en het is niet meer dan logisch dat de Senaat zich eveneens uitspreekt om de vrijlating te vragen van deze journaliste, vanuit onze bekommernis om de persvrijheid en de vrijheid van meningsuiting te beschermen.

We roepen al onze collega’s op om voor dit voorstel van resolutie voor de onmiddellijke invrijheidstelling van Zhang Zhan en haar collega’s te stemmen. Zij hebben hun recht op werk en op vrije meningsuiting uitgeoefend.

 

Mme Latifa Gahouchi (PS). – La journaliste citoyenne Zhang Zhan a été condamnée à quatre années d’emprisonnement. D’après plusieurs sources, les autorités chinoises auraient limité la diffusion d’informations sur l’épidémie de Covid‑19 à Wuhan et auraient manipulé celles‑ci depuis le début. Notre commission des Matières transversales est précisément en train d’examiner la question des infox, et l’on voit bien, à travers cet exemple tragique, à quel point ce thème est important.

Le monde entier dépendait fortement des rapports objectifs, non censurés, de journalistes citoyens comme cette jeune femme, pour appréhender la réalité de la situation à Wuhan et pour savoir si, effectivement, les médias faisaient l’objet de contrôles stricts alors même qu’une épidémie contrôlable se muait en une épidémie mondiale mortelle.

La jeune journaliste a subi un procès expéditif auquel les observateurs étrangers n’ont pas pu assister. Le droit à la liberté d’expression est, je le rappelle, un droit fondamental inscrit dans de nombreux textes, notamment dans l’article 19 de la Déclaration universelle des droits de l’homme. Tout individu a le droit de chercher, de recevoir et de répandre, sans considérations de frontières, les informations et les idées, sous une forme orale, écrite, imprimée ou artistique, ou par tout autre moyen d’expression. La liberté d’expression est donc non seulement le droit de toute personne à exprimer ce qu’elle pense et ressent par le moyen de son choix, mais aussi le droit d’être informée et de diffuser des informations.

Dans le cadre de la crise de la Covid‑19, l’UNESCO n’a d’ailleurs pas manqué de rappeler la nécessité de respecter ce droit à la liberté d’expression. Elle a aussi émis des lignes directrices à l’intention des acteurs du monde judiciaire, dont je vous livre ici un extrait : « La pandémie de COVID‑19 a entraîné un affaiblissement des droits fondamentaux tels que la liberté d’expression, le droit d’accès à l’information et le droit à la vie privée dans de nombreuses régions du monde. Plusieurs autorités nationales ont déclaré l’état d’urgence, ce qui a entraîné de graves restrictions des droits fondamentaux, y compris la liberté d’expression. En outre, certains gouvernements ont adopté des lois pour lutter contre la désinformation, qui ne sont pas toujours conformes au droit international relatif aux droits de l’homme. Il est probable que les tribunaux devront se prononcer sur des affaires liées à la liberté de la presse et à la sécurité des journalistes à l’égard de cette pandémie ».

C’est en mai 2020 que la journaliste Zhang Zhan a été arrêtée et condamnée à quatre ans de prison sous l’inculpation de « provocation aux troubles ». Ses conditions de détention sont désastreuses. Ses chevilles sont entravées et elle a été menottée durant trois mois. Elle a observé une grève de la faim mais a été alimentée de force. Comme je l’ai rappelé au début de mon intervention, son procès a été expéditif et ni la presse internationale ni les observateurs internationaux n’ont été autorisés à y assister.

L’Union européenne a exigé la libération immédiate et inconditionnelle de Zhang Zhan et de plusieurs défenseurs des droits de l’homme, ainsi que celle des douze militants appréhendés par les autorités chinoises à la suite du mouvement de protestation à Hong Kong.

Compte tenu de tous ces faits, Amnesty International dénonce, elle aussi, la condamnation de Zhang Zhan. Plusieurs actions ont déjà été entreprises aux échelons national et international afin de condamner la situation dans laquelle se trouve cette jeune journaliste, seulement coupable d’exercer sa profession.

Nous soutenons donc, Madame de Bethune, la proposition de résolution, soumise à l’examen de notre assemblée, qui appelle le gouvernement fédéral et les gouvernements des Communautés et des Régions à réprouver la condamnation de la journaliste chinoise Zhang Zhan auprès des autorités chinoises.

Nous partageons en effet l’idée selon laquelle les droits humains et le respect de l’État de droit, y compris des libertés qu’il garantit, influencent notre politique étrangère, qui relève à la fois du gouvernement fédéral et des gouvernements des entités fédérées. Ces thématiques méritent un long débat au sein de notre assemblée.

Mevrouw Latifa Gahouchi (PS). – De burgerjournaliste Zhang Zhan werd tot vier jaar gevangenisstraf veroordeeld. Volgens verschillende bronnen zouden de Chinese autoriteiten de verspreiding van informatie over de covidepidemie in Wuhan hebben beperkt en zouden ze die van bij het begin hebben gemanipuleerd. Onze commissie voor de Transversale Aangelegenheden is nu net bezig met het onderzoek naar fake news en dit tragische voorbeeld illustreert zeer goed hoe belangrijk dit thema is.

De gehele wereld was sterk afhankelijk van objectieve, niet gecensureerde berichten van burgerjournalisten zoals deze jonge vrouw om zich een beeld te kunnen vormen van de situatie in Wuhan en om te weten of de verslaggeving in de media sterk in toom werd gehouden op het moment dat een beheersbare epidemie aan het evolueren was naar een wereldwijde dodelijke pandemie.

De jonge journaliste kreeg een summier proces waarbij buitenlandse waarnemers niet aanwezig mochten zijn. De vrijheid van meningsuiting is een fundamenteel recht dat in tal van teksten opgenomen is, onder meer in artikel 19 van de Universele Verklaring van de rechten van de mens. Elk individu heeft het recht om, over de grenzen heen, informatie en ideeën op te zoeken, te ontvangen en te verspreiden, mondeling, schriftelijk, in drukwerk, als kunstwerk of in elke andere vorm van expressie. De vrije meningsuiting is dus niet alleen het recht van elke persoon om uit te drukken wat hij of zij denkt of voelt via het communicatiemiddel van zijn keuze, maar ook het recht om geïnformeerd te worden en informatie te verspreiden.

In het kader van de covidcrisis heeft UNESCO trouwens de noodzaak van het respect voor de vrije meningsuiting in herinnering gebracht. De organisatie heeft richtlijnen verspreid die gericht zijn aan rechtspractici en die onder meer gaan over het feit dat de covidpandemie geleid heeft tot een afzwakking van fundamentele rechten zoals de vrije meningsuiting, het recht op toegang tot informatie en het recht op privacy in vele delen van de wereld. Verschillende nationale overheden riepen de noodtoestand uit, met een ernstige beknotting van grondrechten, waaronder de vrije meningsuiting, tot gevolg. Sommige regeringen hebben bovendien wetten aangenomen om desinformatie tegen te gaan die niet altijd stroken met het internationaal recht inzake mensenrechten. Het valt te verwachten dat rechtbanken zullen moeten oordelen over rechtszaken die verband houden met persvrijheid en de veiligheid van journalisten als gevolg van de uitbraak van de pandemie.

In mei 2020 werd Zhang Zhan gearresteerd en veroordeeld tot vier jaar cel op beschuldiging van het “zoeken naar ruzie en het veroorzaken van moeilijkheden”. In de gevangenis leeft Zhang Zhan in erbarmelijke omstandigheden. Ze moet enkelboeien dragen en ook haar handen werden tijdens een periode van drie maanden geboeid. In de gevangenis ging Zhang Zhan over tot een hongerstaking, maar kreeg dwangvoeding toegediend. Zoals gezegd kreeg ze slechts een haastig proces waar noch internationale pers, noch internationale waarnemers aanwezig mochten zijn.

De Europese Unie heeft gevraagd om Zhang Zhan en verschillende mensenrechtenactivisten onmiddellijk en onvoorwaardelijk vrij te laten, alsook de twaalf activisten die werden gearresteerd door de Chinese autoriteiten als gevolg van de protestbeweging in Hongkong.

Wegens al die feiten veroordeelt ook Amnesty International de veroordeling van Zhang Zhan. Er werden intussen al verschillende acties ondernomen op nationaal en internationaal vlak om de situatie waarin onder meer Zhang Zhan zich bevindt, te veroordelen, aangezien ze zich alleen schuldig heeft gemaakt aan het uitoefenen van haar beroep.

Mevrouw de Bethune, wij steunen dus deze resolutie die nu in de Senaat voorligt en die de federale regering en de regeringen van de Gemeenschappen en Gewesten oproept om de veroordeling van de Chinese journaliste Zhang Zhan aan te klagen bij de Chinese autoriteiten.

We delen de overtuiging dat mensenrechten en het respect voor de rechtsstaat, inclusief de daarin gewaarborgde vrijheden, een invloed hebben op het buitenlands beleid waarvoor zowel de federale regering als de deelstatelijke regeringen verantwoordelijk zijn. Die thema’s verdienen een uitgebreide bespreking in onze assemblee.

 

M. Philippe Dodrimont (MR). – Le cas de la journaliste citoyenne Zhang Zhan montre une nouvelle fois de manière évidente le contrôle croissant que le régime communiste chinois tente d’opérer sur la diffusion des informations. Je rappelle qu’en 2020, la Chine occupait la 177e place sur 180 au classement mondial de la liberté de la presse publié par Reporters sans frontières. Les médias publics et privés sont placés sous le contrôle étroit du Parti communiste chinois, qui déploie d’importants efforts pour dissuader la diffusion de certaines informations afin d’empêcher toute critique à son égard et de s’assurer que les journalistes servent les intérêts du régime. Ce contrôle s’opère de différentes manières : emprisonnement de journalistes et de blogueurs ayant recueilli ou diffusé des informations censurées, utilisation massive de nouvelles technologies limitant les informations disponibles et développement d’un appareil très abouti de propagande et de surveillance. La diffusion et l’accessibilité des informations sont donc extrêmement réduites. Le phénomène ne s’arrête d’ailleurs pas aux frontières de la Chine, qui tente d’exporter son système à l’échelon international.

Ces faits sont diamétralement opposés aux valeurs de mon parti et, je l’espère, à celles de tous les démocrates de ce parlement. Ils foulent également aux pieds les droits fondamentaux. Nous devons nous assurer que la liberté d’expression et la liberté de la presse sont pleinement exercées en Belgique et en Europe. La Belgique est douzième au classement de Reporters sans frontières, mais je rappelle que notre principal défi, aujourd’hui, est de lutter contre la désinformation. Les défis liés à la liberté de la presse et à la liberté d’expression sont de taille. La désinformation, essentiellement en ligne, complique de plus en plus le travail des journalistes et de la presse en général. Nous connaissons bien la problématique, puisque le Sénat travaille actuellement sur un rapport d’information consacré à la lutte contre les infox.

Dans un État de droit qui se veut pérenne, le rôle des journalistes est vital : leur sens critique et leur indépendance sont essentiels pour garantir, tant aux citoyens qu’aux autorités, le bon fonctionnement d’une démocratie saine.

C’est notamment parce qu’elle luttait contre de fausses informations diffusées par le régime chinois que la journaliste Zhang Zhan a été arrêtée. En effet, ses reportages décrivaient la situation inquiétante des citoyens et hôpitaux chinois au début de la crise : manque de tests de dépistage et de lits, habitants livrés à eux‑mêmes, etc. Ces assertions contredisaient le discours des autorités qui se félicitaient de l’efficacité des mesures adoptées. Zhang Zhan représente aujourd’hui un nouveau symbole, parmi tant d’autres, de la lutte en faveur de la liberté de la presse et de la liberté d’expression en Chine. Les circonstances de son procès rappellent par ailleurs l’ampleur de la censure et du contrôle opérés par les autorités : comme les collègues l’ont rappelé, les conditions d’un procès équitable n’ont pas été respectées.

Chers collègues, face à de tels constats, il est de notre devoir de rappeler à la Chine que les droits en question sont inscrits dans la Déclaration universelle des droits de l’homme, que de telles violations sont inacceptables et qu’il est essentiel qu’elle ratifie le Pacte international relatif aux droits civils et politiques. La Chine doit savoir que nous continuerons de veiller minutieusement au respect des libertés et droits de l’homme fondamentaux.

Je conclurai en soulignant qu’en sa qualité de cosignataire, le groupe MR soutiendra bien évidemment la proposition de résolution.

De heer Philippe Dodrimont (MR). – Het geval van de burgerjournaliste Zhang Zhan toont nog maar eens aan dat het Chinese communistische regime steeds meer controle tracht uit te oefenen op de informatieverspreiding. China stond in 2020 op de 177ste plaats in de wereldranglijst inzake de persvrijheid, gepubliceerd door Verslaggevers zonder Grenzen (RSF). De openbare en privémedia worden streng gecontroleerd door de Chinese communistische partij, die geen moeite spaart om de verspreiding van informatie te ontmoedigen met als doel elke kritiek op het regime te beletten en ervoor te zorgen dat de journalisten het belang van het regime dienen. Die controle gebeurt op verschillende manieren: door journalisten of bloggers die gecensureerde informatie verzamelen of verspreiden op te sluiten, door op grote schaal nieuwe technologieën in te zetten die de beschikbare informatie beperken, en door een gesofisticeerd propaganda- en controleapparaat te ontwikkelen. De verspreiding en de toegang tot informatie wordt dus zeer sterk beperkt. Dat fenomeen stopt trouwens niet aan de grenzen van China: het land probeert zijn systeem internationaal uit te breiden.

Die feiten staan lijnrecht tegenover de waarden van mijn partij, en, naar ik hoop, van alle democratische partijen in dit parlement. Ze treden ook de fundamentele rechten met voeten. We moeten zorgen voor een volledige vrijheid van meningsuiting en persvrijheid in België en in Europa. België bekleedt de twaalfde plaats in de ranking van RSF, maar ik herinner eraan dat de grootste uitdaging er voor ons vandaag in bestaat desinformatie te bestrijden. De uitdagingen op het vlak van persvrijheid en vrijheid van meningsuiting zijn enorm. Desinformatie, vooral online, bemoeilijkt steeds meer het werk van journalisten en van de pers in het algemeen. We kennen de problematiek goed, aangezien de Senaat aan een informatieverslag over de bestrijding van fake news werkt.

In een duurzame rechtstaat is de rol van journalisten essentieel: hun kritische geest en hun onafhankelijkheid zijn essentieel om zowel ten aanzien van de burgers als van de overheid de goede werking van een gezonde democratie te garanderen.

Precies omdat ze foute informatie van het Chinese regime bestreed, werd de journaliste Zhang Zhan aangehouden. Haar reportages beschreven de verontrustende situatie van burgers en in Chinese ziekenhuizen aan het begin van de crisis: gebrek aan tests, aan bedden, mensen die aan hun lot waren overgelaten, enzovoort. Die berichtgeving was in tegenspraak met het discours van de overheid, die de efficiëntie van de maatregelen prees. Zhang Zhan is vandaag een nieuw symbool, zoals zoveel andere, van de strijd voor de persvrijheid en de vrijheid van meningsuiting in China. De omstandigheden van haar berechting illustreren trouwens de omvang van de censuur en de controle door de autoriteiten: zoals de collega’s hebben gezegd, zijn de voorwaarden voor een eerlijk proces niet vervuld.

Beste collega’s, in het licht van die feiten, is het onze plicht China erop te wijzen dat die rechten deel uitmaken van de Universele Verklaring van de rechten van de mens, dat dergelijke schendingen onaanvaardbaar zijn en dat het uiterst belangrijk is dat China het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten ratificeert. China moet weten dat we zorgvuldig blijven waken over het respect voor de fundamentele rechten en vrijheden.

Tot slot, de MR‑fractie zal, als medeondertekenaar, dit voorstel van resolutie uiteraard steunen.

 

M. Tom Ongena (Open Vld). – Je tiens avant tout à remercier Mme de Bethune d’avoir pris l’initiative de cette résolution.

La condamnation et l’incarcération de la journaliste Zhang Zhan sont inacceptables. C’est une énième preuve du mépris qu’a le régime chinois pour une presse libre et critique. Quiconque veut révéler la vérité, ce qui est l’essence même d’une presse libre et critique, représente évidemment une menace pour la continuité du régime. Chaque communiqué susceptible de montrer sans fard la manière dont le régime a géré la pandémie de coronavirus est donc brutalement réprimé. Ne soyons pas naïfs à ce sujet, chers collègues. La volonté du régime chinois de présenter coûte que coûte sa gestion de la pandémie comme un succès s’inscrit dans une stratégie géopolitique plus large. La Chine, le sauveur qui libérera le monde du coronavirus ! Et cela, alors que c’est en Chine que la pandémie a vu le jour et que l’on est en droit de se demander si cette catastrophe n’aurait pas pu être évitée si la Chine avait agi plus efficacement. Si tel avait été le cas, les trois quarts des sénateurs ne seraient pas obligés de suivre cette séance via Zoom.

Les communiqués critiques à l’égard de la gestion des autorités chinoises touchent en plein cœur la stratégie géopolitique du régime et ceux qui les diffusent sont traités sans ménagement. Et cette stratégie semble fonctionner, ce qui m’inquiète. Il y a quelque temps en effet, un éditorialiste d’un journal populaire flamand a cité en exemple la gestion chinoise de la pandémie. J’étais sidéré de lire cela. Il va sans dire que chacun peut se montrer critique envers la manière dont la crise du coronavirus est gérée par nos gouvernements et considérer que l’on pourrait mieux faire. C’est précisément l’avantage de la démocratie. Mais citer la Chine en exemple, c’est se laisser manipuler par la propagande mensongère du régime chinois.

J’espère dès lors que la condamnation de Zhang Zhan va tous nous réveiller et nous ouvrir les yeux. Nous avons affaire à un régime qui va même jusqu’à instrumentaliser une crise sanitaire pour asséner une intense propagande dont les premières victimes sont manifestement la liberté d’information, la liberté de la presse et la liberté d’expression.

Notre groupe soutiendra sans réserve cette résolution dans l’espoir que nous pourrons amener les autorités chinoises à de meilleurs sentiments. Si nous échouons – nous sommes aussi réalistes –, espérons que ce signal fera comprendre à chacun que le régime chinois mène une guerre de propagande.

De heer Tom Ongena (Open Vld). – Allereerst wens ook ik collega de Bethune te bedanken omdat ze het initiatief tot deze resolutie heeft genomen.

De veroordeling en opsluiting van journaliste Zhang Zhan is onaanvaardbaar. Het is het zoveelste bewijs dat het Chinese regime, puur uit zelfbehoud, lak heeft aan een vrije en kritische pers. Wie de waarheid aan het licht wil brengen, de essentie van een vrije en kritische pers, vormt natuurlijk een gevaar voor het voortbestaan van het regime zelf. Daarom moet elke berichtgeving die de waarheid over hoe het regime met de coronapandemie is omgegaan, aan het licht kan brengen, brutaal worden onderdrukt. We moeten daar niet naïef over zijn, collega’s. Het past in een grotere geopolitieke strategie van het Chinese regime om zijn corona‑aanpak kost wat kost als een succes voor te stellen, als een model voor de rest van de wereld. China als redder die de wereld van corona zal verlossen! Terwijl het nota bene het land is waar de coronapandemie is begonnen en we de vraag kunnen stellen of deze miserie door een beter optreden in China misschien niet had kunnen worden vermeden. Dan hadden drie kwart van de senatoren deze vergadering niet via Zoom moeten volgen.

Berichten die de aanpak van de Chinese overheid bekritiseren door de waarheid ervan aan het licht te brengen, raken de geopolitieke strategie van het regime natuurlijk midscheeps en hun verspreiders worden daarom hard aangepakt. Mij verontrust het dat die strategie van China ook lijkt te werken. Ook in ons land las ik een tijd geleden hoe een opinieschrijver van een populaire Vlaamse krant de Chinese corona‑aanpak nog als voorbeeld aanhaalde. Toen ik dat las, brak mijn klomp. Uiteraard mag iedereen heel kritische vragen stellen bij de manier waarop onze regeringen de coronacrisis aanpakken en zeggen dat het beter kan. Dat is precies het fijne van de democratie die wij hebben. Maar wie China als voorbeeld aanhaalt, trapt met beide voeten in de misleidende propaganda van het Chinese regime.

Ik hoop daarom dat de veroordeling van Zhang Zhan iedereen wakker schudt en weer bij de les haalt. We hebben hier te maken met een regime dat zelfs een gezondheidscrisis gebruikt om een propagandaoorlog te voeren waarvan de eerste slachtoffers duidelijk de vrije nieuwsgaring, de vrije pers en de vrije meningsuiting zijn.

Wij zullen met onze fractie deze resolutie volmondig steunen in de hoop dat we de Chinese autoriteiten op andere gedachten kunnen brengen. Lukt dat niet – we zijn ook realistisch – dan hopen we dat dit signaal iedereen de ogen opent en doet beseffen dat er daar een pure propagandaoorlog bezig is.

 

M. Guy D’haeseleer (Vlaams Belang). – Nous partageons les inquiétudes exprimées dans la proposition de résolution. La liberté d’expression et la liberté de la presse sont chères aux démocrates que nous sommes.

Nous avons affaire à une dictature communiste où, par définition, la liberté de la presse et la liberté d’expression sont inexistantes. Il n’est donc pas étonnant que les faits dénoncés par la proposition de résolution se déroulent dans un tel pays qui réprime toute expression libre sous couvert de lutte contre les infox et les discours de haine.

Il est facile de dénoncer les violations de la liberté d’expression lorsqu’elles ont lieu loin d’ici. Mais ici aussi, les plaidoyers pour une restriction de cette liberté sont de plus en plus nombreux. Réfléchissons‑y, chers collègues.

Dans une dictature communiste, il n’y a pas de place non plus pour un État de droit. Cela ne doit cependant pas nous empêcher de protester contre ce qui se passe en Chine même s’il serait naïf de croire que nous pouvons amener les autorités chinoises à de meilleurs sentiments. Un tel changement d’attitude nécessite des mesures bien plus fortes dont la Chine puisse réellement ressentir les effets. Une résolution inoffensive n’y suffira malheureusement pas.

Nous partageons néanmoins les valeurs que prône la résolution, raison pour laquelle nous la soutiendrons lors du vote.

De heer Guy D’haeseleer (Vlaams Belang). – Wij delen de bezorgdheden die in het voorstel van resolutie naar voren worden gebracht. De vrijheid van meningsuiting en de persvrijheid zijn ons, democraten, zeer dierbaar.

We hebben hier te maken met een communistische dictatuur. Het mag ons dan ook niet verbazen dat de feiten die in de resolutie worden aangeklaagd in een dergelijk land gebeuren. In een communistische dictatuur bestaan per definitie geen persvrijheid en geen vrijheid van meningsuiting. Die laatste vrijheid wordt in dat land onderdrukt onder het mom van een strijd tegen fake news en ‘hate speech’.

Het is makkelijk om te protesteren tegen inbreuken op de vrijheid van meningsuiting wanneer ze ver weg van hier worden begaan. In eigen huis hoor ik steeds meer pleidooien om die vrijheid van meningsuiting te beknotten. Daarover mogen de collega’s wel eens nadenken.

In een communistische dictatuur is er evenmin plaats voor een rechtsstaat. Dat mag ons er evenwel niet van weerhouden om te protesteren tegen wat in dat land gebeurt, ook al is het wellicht naïef om te denken dat we de Chinese dictators tot andere en betere gedachten en inzichten kunnen brengen. Om hen daartoe te bewegen zijn hardere maatregelen nodig, die China echt voelt. Dat kan jammer genoeg niet worden gerealiseerd door middel van een tandeloze resolutie.

Desalniettemin staan wij principieel achter de waarden die in deze resolutie worden uitgedragen en daarom zullen we ze dan ook ook mee goedkeuren.

 

M. Antoine Hermant (PVDA‑PTB). – La situation des droits humains dans le monde entier interpelle évidemment le PTB. La défense de la démocratie la plus large relève bien entendu du core business du parti. Ce problème nous tient fort à cœur, qu’il se pose en Belgique ou ailleurs.

Nous constatons toutefois l’existence d’une double morale dans le monde politique traditionnel belge. Nous observons, par exemple, que la résolution que nous avions proposée en vue de la libération de Julian Assange a été refusée dans ce Parlement. Il est visiblement beaucoup plus facile d’approuver des résolutions concernant certains pays plutôt que d’autres. Le PTB s’oppose à cette double morale, qui nous fait réagir. Nous respectons la souveraineté des pays et nous condamnons l’instrumentalisation des événements qui se produisent dans le monde. Comme nous avons pu le remarquer jusqu’ici, cette instrumentalisation est dirigée contre certains pays qui ne sont pas alignés sur les pays occidentaux, en particulier sur l’Amérique de Trump.

Selon nous, le rôle du Sénat n’est pas de faire la leçon au monde entier. Nous serons très attentifs à l’évolution dans ce domaine, en espérant qu’elle aboutisse à un monde pacifié où, bien entendu, les droits humains seront pleinement respectés dans tous les pays. Cet objectif est vraiment au centre de notre engagement.

Pour les raisons précitées, nous nous abstiendrons au moment du vote sur ce texte.

De heer Antoine Hermant (PVDA‑PTB). – De PVDA‑PTB is uiteraard bekommerd om de situatie van de mensenrechten in de hele wereld. De verdediging van een zo breed mogelijke democratie behoort uiteraard tot de corebusiness van de partij. Die kwestie ligt ons na aan het hart, of het nu België betreft of een ander land.

We stellen echter vast dat er een dubbele moraal wordt gehanteerd in de traditionele Belgische politiek. We zien bijvoorbeeld dat de resolutie die we hadden voorgesteld met het oog op de vrijlating van Julian Assange werd geweigerd in dit parlement. Over sommige landen worden blijkbaar makkelijker resoluties goedgekeurd dan over andere. De PVDA‑PTB verzet zich tegen die dubbele moraal. We respecteren de soevereiniteit van de landen en we veroordelen de instrumentalisering van gebeurtenissen in de wereld. Zoals we tot nu toe hebben kunnen zien, wordt die instrumentalisering gericht tegen sommige landen die niet de lijn van de Westerse landen volgen, in het bijzonder die van het Amerika van Trump.

Volgens ons is het niet de rol van de Senaat om de les te spellen aan de hele wereld. We zullen de evolutie nauwlettend in de gaten houden, in de hoop dat ze leidt tot een wereld in vrede, waarin uiteraard de mensenrechten ten volle worden gerespecteerd in alle landen. Die doelstelling vormt de kern van onze inzet.

Om die redenen zullen we ons onthouden bij de stemming over deze tekst.

 

Mme Annick Lambrecht (sp.a). – Je remercie Mme de Bethune pour sa proposition de résolution.

Les journalistes comme Zhang Zhan font preuve d’un immense courage. Malheureusement, elle n’est pas la seule dans ce cas. D’autres journalistes ont le courage de filmer des hôpitaux surpeuplés, le courage de filmer des crématoriums, le courage d’interviewer des personnes inquiètes dans la rue, le courage de tout publier sur les réseaux sociaux, le courage de combattre les mesures extrêmes prises à Wuhan et de les qualifier de violations graves des droits humains.

Cela lui a coûté cher, et pas seulement à elle. De telles violations des droits humains se produisent trop souvent en Chine, notamment à l’égard de Hong Kong. La liberté de la presse et l’indépendance des journalistes sont mises à mal. Nous devons, comme nous le faisons aujourd’hui, continuer à montrer que nous ne sommes pas d’accord. Heureusement, nous sommes nombreux à réagir, tant en Belgique que dans l’Union européenne. C’est la raison pour laquelle mon groupe soutiendra très volontiers cette proposition de résolution.

Mevrouw Annick Lambrecht (sp.a). – Ik dank mevrouw de Bethune voor haar resolutie.

Journalisten als Zhang Zhan getuigen van enorme moed. Ze is jammer genoeg niet alleen. Journalisten als haar hebben de moed om overvolle ziekenhuizen te filmen, moed om crematoria te filmen, moed om verontruste mensen op straat te interviewen, moed om dat alles op sociale media te zetten, moed om in te gaan tegen de extreme maatregelen in Wuhan en ze ernstige schendingen van de mensenrechten te noemen.

Het is haar zuur opgebroken en haar niet alleen. Dergelijke schendingen van mensenrechten gebeuren te vaak in China. De laatste tijd ook ten aanzien van Hongkong. Journalisten worden gefnuikt in hun persvrijheid, in hun onafhankelijkheid. We moeten, zoals vandaag, blijven tonen dat we daar niet mee akkoord gaan. Gelukkig doen we dat met zeer velen, vanuit België en vanuit de EU. Daarom zal mijn fractie deze resolutie heel graag ondersteunen.

 

Mme Latifa Gahouchi (PS). – Je suis vraiment heurtée par les propos de M. Hermant, qui prétend que nous tenons un double discours, ce que je réfute. Partout où les droits de l’homme sont bafoués, nous devons réagir et nous en indigner au sein de ce Parlement. Je refuse d’entendre dire que le PTB serait le seul parti qui défend les droits de l’homme partout dans le monde. En l’espèce, nous défendons une journaliste qui a été emprisonnée simplement pour avoir voulu communiquer une information au monde entier. Monsieur Hermant, je suis choquée de vous entendre dire que nous sommes aujourd’hui, dans cet hémicycle, des agents de Trump ! Où allons‑nous ? Je me mets rarement en colère, Monsieur Hermant, mais sachez que les droits de l’homme sont dans mon ADN. En 1965, mon père a quitté le Maroc, qui était alors une dictature. Il a été condamné à mort par contumace parce qu’il avait osé imaginer un Maroc démocratique. Ne venez donc pas nous donner ici une leçon de démocratie !

Par le biais de cette proposition de résolution, Mme de Bethune nous prie de demander à nos gouvernements de mener une politique étrangère qui permette de sauver cette femme. Partout où des journalistes, qu’il s’agisse d’hommes ou de femmes, ont été emprisonnés uniquement pour avoir exercé leur liberté de penser, il incombe au Sénat et aux parlements des entités fédérées, de réagir et de s’opposer.

Mevrouw Latifa Gahouchi (PS). – Ik ben geschokt door de woorden van de heer Hermant, die beweert dat we met dubbele tong zouden spreken, wat ik ten stelligste ontken. Telkens er mensenrechten geschonden worden, moeten we daartegen reageren en ons erover verontwaardigen in dit parlement. Ik wil niet horen zeggen dat de PVDA‑PTB de enige partij zou zijn die de rechten van de mens overal ter wereld verdedigt. In casu verdedigen wij een journaliste die werd opgesloten, gewoon omdat ze informatie wilde delen met de gehele wereld. Ik vind het schokkend u hier te horen zeggen dat wij handlangers van Trump zouden zijn. Waar gaat dit heen! Ik word zelden boos, mijnheer Hermant, maar weet dat de mensenrechten in mijn DNA zitten. In 1965 heeft mijn vader Marokko verlaten, op het moment dat het een dictatuur was. Hij werd bij verstek ter dood veroordeeld omdat hij had durven dromen van een democratisch Marokko. Kom ons hier dus geen lessen in democratie geven!

Via dit voorstel van resolutie nodigt mevrouw de Bethune ons uit om onze regeringen te vragen een buitenlands beleid te voeren dat het mogelijk maakt om deze vrouw te redden. Overal waar journalisten, mannen of vrouwen, zijn opgesloten, enkel omdat ze vrij durven te denken, is het de taak van de Senaat en van de deelstaatparlementen om te reageren en zich daartegen te verzetten.

 

M. Antoine Hermant (PVDA‑PTB). – Je souhaite répondre brièvement à Mme Gahouchi que si elle était si préoccupée par les droits de l’homme, elle aurait pu soutenir la proposition de résolution demandant la libération de Julian Assange, ce qu’elle s’est abstenue de faire, visiblement en raison d’intérêts contradictoires.

De heer Antoine Hermant (PVDA‑PTB). – Ik wil kort antwoorden op wat mevrouw Gahouchi heeft gezegd. Als ze zo begaan is met de mensenrechten, dan had ze de resolutie kunnen steunen waarin de vrijlating van Julian Assange wordt gevraagd, wat ze niet gedaan heeft, vanwege een tegenstrijdigheid van belangen, zo blijkt.

 

M. Karl Vanlouwe (N‑VA). – La double morale du PVDA‑PTB est connue. C’est évidemment dans les pays où le régime partage la même idéologie que M. Hermant que les droits humains sont perpétuellement violés. J’espère que M. Hermant en est bien conscient.

Nous nous étonnons naturellement d’apprendre si tardivement que cette proposition de résolution va être examinée en urgence. Il nous est donc impossible de discuter du texte en profondeur. Le texte n’a été envoyé pour lecture qu’hier soir.

La situation dénoncée par la proposition de résolution ne concerne pas que Mme Zhang Zhan. Elle concerne aussi des centaines de journalistes et des médecins qui ont voulu révéler l’apparition du coronavirus à Wuhan dès décembre 2019 et qui sont aujourd’hui incarcérés ou disparus. On ne parle pas d’eux.

Nous souscrivons bien sûr à certaines parties de la proposition de résolution mais persistons à croire qu’il aurait mieux valu lui consacrer un débat approfondi dans un cadre plus général. Allons‑nous chaque semaine déposer des propositions de résolution sur les violations des droits humains en Chine ou à Hong Kong ? Nous savons bien que la nouvelle loi en matière de sécurité permet au régime communiste de museler l’opposition tout entière à Hong Kong. C’est cela, le régime chinois, la dictature chinoise.

Il va sans dire que la situation de la journaliste Zhang Zhan est terrible. Il en va de même pour ces milliers d’autres journalistes de Chine et de Hong Kong. Mais la liberté de la presse, la liberté d’expression et la liberté d’association sont également mises à mal dans d’autres pays, comme la Turquie. Il est donc indiqué d’examiner une résolution plus globale.

Je le répète, la violation des droits humains, de l’État de droit et de la liberté d’expression est navrante et odieuse. Au nom de notre groupe, Assita Kanko a d’ailleurs mis à l’ordre du jour du Parlement européen la situation de Zhang Zhan et des nombreux journalistes, médecins et militants des droits humains qui ont voulu dénoncer certaines choses.

Étant donné que cette proposition de résolution a été déposée particulièrement tardivement et qu’elle se focalise sur un cas individuel alors qu’il aurait été préférable d’en élargir la portée, nous nous abstiendrons lors du vote.

Je terminerai en rappelant qu’il serait plus judicieux de traiter de tels dossiers à la Chambre ou dans les parlements des entités fédérées.

De heer Karl Vanlouwe (N‑VA). – De dubbele moraal van de PTB, de Partij van de Arbeid, is gekend. Het is natuurlijk in landen waar regimes aan de macht zijn die de ideologie van de heer Hermant delen, dat de mensenrechten steeds met de voeten worden getreden. Ik hoop dat de heer Hermant dit zeer goed beseft.

Wij zijn uiteraard een beetje verwonderd over het feit dat wij bijzonder laattijdig van het voorstel van resolutie op de hoogte zijn gebracht. Wij kunnen de tekst dan ook niet ten gronde bespreken. Een halfuur of drie kwartier geleden werd ik op de hoogte gebracht van het feit dat het voorstel van resolutie bij hoogdringendheid aan de agenda zou worden toegevoegd. Ik had de tekst gisterenavond ontvangen en gelezen.

Het gaat niet alleen om de journaliste Zhang Zhan, maar om honderden journalisten. Het gaat om artsen die de uitbraak van het coronavirus in Wuhan reeds in december 2019 aan de kaak wilden stellen. Zij zijn in de gevangenis terechtgekomen of verdwenen. Over hen wordt niet gesproken.

Met sommige onderdelen van het voorstel van resolutie gaan we zeker akkoord. Wij blijven echter van mening dat dit beter grondig en binnen een algemeen kader wordt besproken. Gaan we wekelijks resoluties indienen met betrekking tot de schending van mensenrechten in China of Hongkong? We weten dat de voltallige oppositie in Hongkong door het communistische regime op basis van de nieuwe veiligheidswet is opgepakt en quasi monddood is gemaakt. Dat is het Chinese regime, dat is de Chinese dictatuur.

De toestand van journaliste Zhang Zhan is uiteraard verschrikkelijk. Dat geldt ook voor het lot van die duizenden andere journalisten in China en Hongkong. Ook in andere landen, zoals Turkije, staan de persvrijheid, de vrijheid van meningsuiting en de vrijheid van vereniging onder druk. Het is dan ook aangewezen om een meer globale resolutie te bespreken.

Nogmaals, de schending van de mensenrechten en de miskenning van de rechtsstaat en de vrijheid van meningsuiting zijn schrijnend en afschuwelijk. In het Europees Parlement heeft Assita Kanko namens onze fractie de situatie van Zhang Zhan en veel andere journalisten, artsen en mensenrechtenactivisten die bepaalde zaken aan de kaak willen stellen, op de agenda gezet en ter sprake gebracht.

Omdat het voorstel van resolutie bijzonder laattijdig is ingediend en omdat de tekst focust op één individueel geval, terwijl een meer algemene visie wenselijker is, zullen we ons onthouden.

Ten slotte blijf ik herhalen dat dergelijke dossiers beter in de Kamer of de deelstaatparlementen worden besproken.

 

  La discussion est close.

  De bespreking is gesloten.

 

  Il sera procédé ultérieurement au vote sur la proposition de résolution.

  De stemming over het voorstel van resolutie heeft later plaats.

 

Éloge funèbre de M. Willy Henrard, secrétaire général honoraire du Sénat

In memoriam de heer Willy Henrard, eresecretaris‑generaal van de Senaat

 

Mme la présidente (devant l’assemblée debout). – M. Willy Henrard nous a quittés le 7 décembre 2020. Il fut fonctionnaire du Sénat pendant 34 années, dont les cinq dernières au poste de secrétaire général.

Willy Henrard vit le jour à Lanaken. Il était fier du Pays mosan dont il était originaire et où il passa sa jeunesse. Il gardait d’ailleurs un doux accent mélodieux, caractéristique de cette région qui forgea aussi son caractère. Sa vie durant, Willy Henrard fit preuve d’une bonne dose de bon sens, d’une détermination tranquille, de modestie et de pondération, doublées d’un dédain de la grandiloquence.

Il se départit toutefois aisément de cet autre caractère souvent prêté aux Limbourgeois, la sédentarité. Il partit pour Louvain où il obtint une licence en sciences commerciales et consulaires et s’établit définitivement au cœur de la ville, sur les rives de la Dyle.

C’est en 1970, alors que débutait le chantier de la première réforme de l’État, qu’il commença sa carrière au Sénat. L’économiste qu’il était y fit son entrée en tant que traducteur, ce qui témoigne de sa polyvalence. Cependant, c’est surtout du secrétaire des commissions des Affaires sociales et de la Santé publique que se souviendront des générations de sénateurs et de ministres. Pendant plus de vingt ans, Willy Henrard s’investit dans ces commissions, avec son style unique alliant une grande expertise, une ferme détermination lorsque cela s’imposait, mais aussi une cordialité et une affabilité sans faille. Cela lui valut la reconnaissance de l’ensemble du Sénat. Leo Tindemans, Lucienne Herman‑Michielsen et Roger Lallemand en étaient convaincus : Willy Henrard était un homme sur qui l’on pouvait compter. À la fin des années 80, il sut conduire les commissions de la Justice et de la Santé publique à travers la tempête que représentèrent les discussions historiques et ô combien difficiles relatives à l’interruption de grossesse. Les fonctions de secrétaire général, qu’il exerça de 1999 à 2004, furent le couronnement de sa carrière.

Willy Henrard maîtrisait l’art de concilier le respect du règlement avec un grand sens du pragmatisme. Il est toutefois un domaine où il ne faisait aucune concession : la qualité du travail et singulièrement celle des textes. Les rapports de commission de Willy Henrard étaient limpides, précis et concis. Maints sénateurs s’étonnèrent de voir avec quelle habileté il pouvait résumer des interventions de plusieurs minutes en trois alinéas en y conservant toutes les nuances.

Cette quête de la qualité n’était pas pour lui qu’un devoir. C’était une manière de reconnaître la dignité propre à une institution étatique représentant le peuple.

Nous réitérons nos sincères condoléances à sa famille. Je remercie son épouse, son fils, sa belle‑fille et ses petits‑fils d’être présents parmi nous aujourd’hui.

De voorzitter (voor de staande vergadering). – Op 7 december 2020 overleed de heer Willy Henrard. Hij was 34 jaar lang ambtenaar van de Senaat, waarvan de laatste vijf jaar secretaris‑generaal.

Willy Henrard werd geboren in Lanaken. Hij was trots op zijn geboortestreek, de Maaskant. Hij bracht er zijn jeugd door. Het leverde hem een zachte, melodieuze tongval op en vormde ook zijn karakter. Willy Henrard zou door het leven gaan, gezegend met een grote portie gezond verstand, rustige vastberadenheid en nuchtere bescheidenheid, wars van grote woorden.

Maar dat andere cliché dat Limburgers vaak wordt toegedicht, de honkvastheid, gooide hij overboord. Hij trok naar Leuven, behaalde een licentie in de handels- en consulaire wetenschappen en vestigde zich voorgoed in de Leuvense binnenstad, aan de oevers van de Dijle.

In 1970, terwijl de eerste staatshervorming volop in de steigers stond, begon hij zijn lange carrière in de Senaat. Hij, de economist, deed dat zowaar als vertaler, hetgeen getuigt van zijn veelzijdigheid. Maar generaties senatoren en ministers zullen zich Willy Henrard bovenal herinneren als de secretaris van de commissies Sociale Zaken en Volksgezondheid. Meer dan twintig jaar lang begeleidde hij deze commissies. Willy Henrard deed dat in een unieke stijl, met een enorme deskundigheid, met kordaatheid wanneer het moest, maar steeds ook met innemende hartelijkheid. Het leverde hem een kamerbrede, of beter, een Senaatsbrede waardering op. Leo Tindemans, Lucienne Herman‑Michielsen en Roger Lallemand wisten het: op deze man kan je bouwen. Eind jaren’80 gidste hij de Senaatscommissies Justitie en Volksgezondheid doorheen de aartsmoeilijke en historische besprekingen over de zwangerschapsafbreking. Hij bekroonde zijn carrière als secretaris‑generaal van de Senaat van 1999 tot 2004.

Willy Henrard beheerste de kunst om het respect voor de reglementaire voorschriften te paren aan een grote zin voor pragmatiek. Maar op één punt duldde hij geen concessies: de kwaliteit van het werk, in het bijzonder de kwaliteit van de teksten. De commissieverslagen van Willy Henrard zijn helder, precies en beknopt. Senatoren stelden vaak verbaasd vast dat hun minutenlange tussenkomsten waren samengevat in een drietal alinea’s, maar dat alle nuances daarin zaten.

Dat streven naar kwaliteit was voor hem niet zomaar een plicht. Het was een erkenning van de waardigheid die eigen is aan een staatsinstelling die het volk vertegenwoordigt.

Aan zijn familie bieden wij nogmaals onze blijken van medeleven aan. Ik dank zijn echtgenote, zoon, schoondochter en kleinzonen voor hun aanwezigheid.

 

(L’assemblée observe une minute de silence.)

(De vergadering neemt een minuut stilte in acht.)

 

Décès d’un ancien sénateur

Overlijden van een oud‑senator

 

Mme la présidente. – Le Sénat a appris avec un vif regret le décès de M. Aloïs De Backer, ancien sénateur.

Votre présidente a adressé les condoléances de l’Assemblée à la famille de notre regretté ancien collègue.

De voorzitster. – De Senaat heeft met groot leedwezen kennis gekregen van het overlijden van de heer Aloïs De Backer, oud‑senator.

Uw voorzitster heeft het rouwbeklag van de Vergadering aan de familie van ons betreurde gewezen medelid betuigd.

 

Prise en considération de propositions

Inoverwegingneming van voorstellen

 

Mme la présidente. – La liste des propositions à prendre en considération a été distribuée.

Y a‑t‑il des observations ?

Puisqu’il n’y a pas d’observations, ces propositions sont considérées comme prises en considération et renvoyées à la commission indiquée par le Bureau.

De voorzitster. – De lijst van de in overweging te nemen voorstellen werd rondgedeeld.

Zijn er opmerkingen?

Aangezien er geen opmerkingen zijn, beschouw ik die voorstellen als in overweging genomen en verzonden naar de commissies die door het Bureau zijn aangewezen.

 

(La liste des propositions prises en considération figure en annexe.)

(De lijst van de in overweging genomen voorstellen wordt in de bijlage opgenomen.)

 

Votes

Stemmingen

 

Mme la présidente. – Nous allons à présent procéder aux votes nominatifs au moyen du système de vote numérique.

Je vous invite dès lors à vous connecter maintenant à l’application de vote.

Je suspends la réunion pendant quelques minutes afin que chacun ait le temps nécessaire pour se connecter, ensuite nous procéderons au vote nominatif.

De voorzitster. – Wij gaan nu over tot de naamstemmingen via de digitale stemtoepassing.

Mag ik u vragen om u aan te melden in de stemtoepassing?

Ik schors de vergadering gedurende enkele minuten om iedereen de tijd te geven zich aan te melden, waarna we zullen overgaan tot de naamstemming.

 

(La séance, suspendue à 10 h 52, est reprise à 10 h 53.)

(De vergadering wordt geschorst om 10.52 uur. Ze wordt hervat om 10.53 uur.)

 

Proposition de résolution visant à la libération de la journaliste citoyenne Zhang Zhan en Chine (de Mme Sabine de Bethune et consorts ; Doc. 7‑218)

Voorstel van resolutie voor de invrijheidstelling van burgerjournaliste Zhang Zhan in China (van mevrouw Sabine de Bethune c.s.; Stuk 7‑218)

 

(Les listes nominatives figurent en annexe.)

(De naamlijsten worden in de bijlage opgenomen.)

 

Vote no 1

Stemming nr. 1

 

Présents : 53
Pour : 39
Contre : 0
Abstentions : 14

Aanwezig: 53
Voor: 39
Tegen: 0
Onthoudingen: 14

 

Mme Zoé Genot (Ecolo‑Groen). – Je voulais voter pour mais mon vote n’a pas été enregistré.

Mevrouw Zoé Genot (Ecolo‑Groen). – Ik wilde voorstemmen maar mijn stem is niet geregistreerd.

 

  La résolution est adoptée. Elle sera transmise au premier ministre, à la vice‑première ministre et ministre des Affaires étrangères, des Affaires européennes et du Commerce extérieur, et des Institutions culturelles fédérales, ainsi qu’à la présidente de la Chambre des représentants.

  De resolutie is aangenomen. Zij zal worden overgezonden aan de eerste minister, aan de vice‑eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken, Europese Zaken en Buitenlandse Handel, en de Federale Culturele Instellingen en aan de voorzitster van de Kamer van volksvertegenwoordigers.

 

Ordre des travaux

Regeling van de werkzaamheden

 

Mme la présidente. – L’ordre du jour de la présente séance est ainsi épuisé.

La prochaine séance aura lieu le vendredi 26 février 2021.

De voorzitster. – De agenda van deze vergadering is afgewerkt.

De volgende vergadering vindt plaats op vrijdag 26 februari 2021.

 

(La séance est levée à 10 h 57.)

(De vergadering wordt gesloten om 10.57 uur.)

 

Excusés

Berichten van verhindering

 

M. Daems, pour d’autres devoirs, demande d’excuser son absence à la présente séance.

Afwezig met bericht van verhindering: de heer Daems, wegens andere plichten.

 

  Pris pour information.

  Voor kennisgeving aangenomen.

 

Annexe

Bijlage

 

 

Vote nominatif

Naamstemming

 

 

Vote n° 1

Stemming nr. 1

 

Présents : 53
Pour : 39
Contre : 0
Abstentions : 14

Aanwezig : 53
Voor : 39
Tegen : 0
Onthoudingen : 14

 

Pour

Voor

 

Ahallouch Fatima, Ampe Els, Anciaux Bert, Antoine André, Ben Chikha Fourat, de Bethune Sabine, Blancquaert Adeline, Brouwers Karin, Buysse Yves, Courard Philippe, D'haeseleer Guy, D'Hose Stephanie, De Brabandere Bob, De Loor Kurt, Demeuse Rodrigue, Dodrimont Philippe, Durenne Véronique, Eerdekens Jean-Frédéric, El Yousfi Nadia, Fournier Martine, Frédéric André, Gahouchi Latifa, Goffinet Anne-Catherine, Groothedde Celia, Hoessen Soetkin, Lambrecht Annick, Laruelle Sabine, Masai France, Miesen Alexander, Ongena Tom, Pieters Leo, Ryckmans Hélène, Schiltz Willem-Frederik, Segers Katia, Uyttendaele Julien, Van de Wauwer Orry, Van Goidsenhoven Gaëtan, Van Rompuy Peter, Wahl Jean-Paul

 

Abstention

Onthouding

 

Claes Allessia, D'Haese Jos, Demesmaeker Mark, De Vreese Maaike, Grosemans Karolien, Gryffroy Andries, Hermant Antoine, Lekane Laure, Muyters Philippe, Nemes Samuel, Perdaens Freya, Sminate Nadia, Vanlouwe Karl, Yigit Ayse

Propositions prises en considération

In overweging genomen voorstellen

 

Proposition de loi spéciale

Voorstel van bijzondere wet

 

Article 77 de la Constitution

Artikel 77 van de Grondwet

 

Proposition de loi spéciale modifiant l’article 92bis, § 2, de la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles et les articles 4, § 3, et 11 de la loi spéciale du 16 janvier 1989 relative au financement des communautés et des régions concernant la taxation sur la circulation des véhicules et la mise en circulation des véhicules (de M. André Antoine et Mme Anne‑Catherine Goffinet ; Doc. 7‑216/1).

Voorstel van bijzondere wet tot wijziging van artikel 92bis, § 2, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen en de artikelen 4, § 3, en 11 van de bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende de financiering van de gemeenschappen en de gewesten inzake verkeersbelasting en de belasting op inverkeerstelling (van de heer André Antoine en mevrouw Anne‑Catherine Goffinet; Doc. 7‑216/1).

 

  Commission des Affaires institutionnelles

  Commissie voor de Institutionele Aangelegenheden

 

Proposition de résolution

Voorstel van resolutie

 

Proposition de résolution relative au travail forcé des Ouïgours dans la région autonome chinoise du Xinjiang (de Mmes Sabine de Bethune, Hélène Ryckmans et Karin Brouwers, M. Bert Anciaux, Mme Anne‑Catherine Goffinet et MM. Fourat Ben Chikha et Orry Van de Wauwer ; Doc. 7‑220/1).

Voorstel van resolutie over de dwangarbeid van de Oeigoeren in de autonome Chinese regio Xinjiang (van de dames Sabine de Bethune, Hélène Ryckmans en Karin Brouwers, de heer Bert Anciaux, mevrouw Anne‑Catherine Goffinet en de heren Fourat Ben Chikha en Orry Van de Wauwer; Doc. 7‑220/1).

 

  Commission des Matières transversales

  Commissie voor de Transversale Aangelegenheden

 

Cour constitutionnelle – Arrêts

Grondwettelijk Hof – Arresten

 

En application de l’article 113 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour constitutionnelle, le greffier de la Cour constitutionnelle notifie à la présidente du Sénat :

Met toepassing van artikel 113 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, geeft de griffier van het Grondwettelijk Hof kennis aan de voorzitster van de Senaat van:

 

  l’arrêt no 162/2020, rendu le 17 décembre 2020, en cause le recours en annulation partielle de l’ordonnance de la Région de Bruxelles‑Capitale du 23 juillet 2018 modifiant l’ordonnance du 19 juillet 2001 relative à l’organisation du marché de l’électricité en Région de Bruxelles‑Capitale, l’ordonnance du 1er avril 2004 relative à l’organisation du marché du gaz en Région de Bruxelles‑Capitale, concernant des redevances de voiries en matière de gaz et d’électricité et portant modification de l’ordonnance du 19 juillet 2001 relative à l’organisation du marché de l’électricité en Région de Bruxelles‑Capitale et l’ordonnance du 12 décembre 1991 créant des fonds budgétaires, introduit par l’ASBL InterEnvironnement Bruxelles et autres (numéro du rôle 7147) ;

  het arrest nr. 162/2020, uitgesproken op 17 december 2020, inzake het beroep tot gedeeltelijke vernietiging van de ordonnantie van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest van 23 juli 2018 tot wijziging van de ordonnantie van 19 juli 2001 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de ordonnantie van 1 april 2004 betreffende de organisatie van de gasmarkt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, betreffende wegenisretributies inzake gas en elektriciteit en houdende wijziging van de ordonnantie van 19 juli 2001 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de ordonnantie van 12 december 1991 houdende oprichting van begrotingsfondsen, ingesteld door de vzw InterEnvironnement Bruxelles en anderen (rolnummer 7147);

 

  l’arrêt no 163/2020, rendu le 17 décembre 2020, en cause le recours en annulation de l’article 76, 1º, du décret‑programme de la Région wallonne du 17 juillet 2018 portant des mesures diverses en matière d’emploi, de formation, d’économie, d’industrie, de recherche, d’innovation, de numérique, d’environnement, de transition écologique, d’aménagement du territoire, de travaux publics, de mobilité et de transports, d’énergie, de climat, de politique aéroportuaire, de tourisme, d’agriculture, de nature, de forêt, des pouvoirs locaux et de logement, introduit par l’ASBL Belgisch Fonds voor de inzameling en verwerking van elektrohuishoudtoestellen et autres (numéro du rôle 7157) ;

  het arrest nr. 163/2020, uitgesproken op 17 december 2020, inzake het beroep tot vernietiging van artikel 76, 1º, van het programmadecreet van het Waalse Gewest van 17 juli 2018 houdende verschillende maatregelen inzake tewerkstelling, vorming, economie, industrie, onderzoek, innovatie, digitale technologieën, leefmilieu, ecologische overgang, ruimtelijke ordening, openbare werken, mobiliteit en vervoer, energie, klimaat, luchthavenbeleid, toerisme, landbouw, natuur, bossen, plaatselijke besturen en huisvesting, ingesteld door de vzw Belgisch Fonds voor de inzameling en verwerking van elekrohuishoudtoestellen en anderen (rolnummer 7157);

 

  l’arrêt no 164/2020, rendu le 17 décembre 2020, en cause le recours en annulation du décret de la Région flamande du 29 mars 2019 relatif au transport particulier rémunéré, introduit par la SA Taxis Autolux et autres (numéro du rôle 7286) ;

  het arrest nr. 164/2020, uitgesproken op 17 december 2020, inzake het beroep tot vernietiging van het decreet van het Vlaamse Gewest van 29 maart 2019 betreffende het individueel bezoldigd personenvervoer, ingesteld door de nv Taxis Autolux en anderen (rolnummer 7286);

 

  l’arrêt no 165/2020, rendu le 17 décembre 2020, en cause les recours en annulation du décret de la Région flamande du 26 avril 2019 portant réglementation de l’utilisation de feux d’artifice, de pétards, de canons à carbure et de lanternes volantes, introduits par C.B. et autres et par la SA PyroStar et autres (numéros du rôle 7292 et 7293) ;

  het arrest nr. 165/2020, uitgesproken op 17 december 2020, inzake de beroepen tot vernietiging van het decreet van het Vlaamse Gewest van 26 april 2019 houdende een reglementering op het gebruik van vuurwerk, voetzoekers, carbuurkanonnen en wensballonnen, ingesteld door C.B. en anderen en door de bvba PyroStar en anderen (rolnummers 7292 en 7293);

 

  l’arrêt no 166/2020, rendu le 17 décembre 2020, en cause à la question préjudicielle concernant l’article 1675/13, § 3, deuxième tiret, du Code judiciaire, posée par le tribunal du travail de Gand, division Audenarde (numéro du rôle 7334) ;

  het arrest nr. 166/2020, uitgesproken op 17 december 2020, inzake de prejudiciële vraag betreffende artikel 1675/13, § 3, tweede streepje, van het Gerechtelijk Wetboek, gesteld door de arbeidsrechtbank te Gent, afdeling Oudenaarde (rolnummer 7334);

 

  l’arrêt no 167/2020, rendu le 17 décembre 2020, en cause les demandes de suspension totale ou partielle du décret flamand du 26 juin 2020 modifiant le décret du 21 juin 2013 relatif à la coopération administrative dans le domaine fiscal, en ce qui concerne l’échange automatique et obligatoire d’informations dans le domaine fiscal en rapport avec les dispositifs transfrontiers devant faire l’objet d’une déclaration, introduites par l’Orde van Vlaamse balies et Alain Claes et par l’association de fait Belgian Association of Tax Lawyers et autres (numéros du rôle 7429 et 7443) ;

  het arrest nr. 167/2020, uitgesproken op 17 december 2020, inzake de vorderingen tot gehele of gedeeltelijke schorsing van het Vlaamse decreet van 26 juni 2020 tot wijziging van het decreet van 21 juni 2013 betreffende de administratieve samenwerking op het gebied van de belastingen, wat betreft de verplichte automatische uitwisseling van inlichtingen op belastinggebied met betrekking tot meldingsplichtige grensoverschrijdende constructies, ingesteld door de Orde van Vlaamse balies en Alain Claes en door de feitelijke vereniging Belgian Association of Tax Lawyers en anderen (rolnummers 7429 en 7443);

 

  l’arrêt no 168/2020, rendu le 17 décembre 2020, en cause la demande de suspension de la loi du 20 décembre 2019 transposant la directive (UE) 2018/822 du Conseil du 25 mai 2018 modifiant la directive 2011/16/UE en ce qui concerne l’échange automatique et obligatoire d’informations dans le domaine fiscal en rapport avec les dispositifs transfrontiers devant faire l’objet d’une déclaration, introduite par l’association de fait Belgian Association of Tax Lawyers et autres (numéro du rôle 7407) ;

  het arrest nr. 168/2020, uitgesproken op 17 december 2020, inzake de vordering tot schorsing van de wet van 20 december 2019 tot omzetting van Richtlijn (EU) 2018/822 van de Raad van 25 mei 2018 tot wijziging van Richtlijn 2011/16/EU wat betreft verplichte automatische uitwisseling van inlichtingen op belastinggebied met betrekking tot meldingsplichtige grensoverschrijdende constructies, ingesteld door de feitelijke vereniging Belgian Association of Tax Lawyers en anderen (rolnummer 7407);

 

  l’arrêt no 169/2020, rendu le 17 décembre 2020, en cause la demande de suspension de la loi du 6 novembre 2020 en vue d’autoriser des personnes non légalement qualifiées à exercer, dans le cadre de l’épidémie de coronavirus Covid‑19, des activités relevant de l’art infirmier, introduite par l’ASBL Union4U et autres (numéro du rôle 7465).

  het arrest nr. 169/2020, uitgesproken op 17 december 2020, inzake de vordering tot schorsing van de wet van 6 november 2020 om toe te staan dat in het kader van de coronavirus‑Covid‑19‑epidemie verpleegkundige activiteiten worden uitgeoefend door personen die wettelijk daartoe niet bevoegd zijn, ingesteld door de vzw Union4U en anderen (rolnummer 7465).

 

  Pris pour notification.

  Voor kennisgeving aangenomen.

 

Cour constitutionnelle – Questions préjudicielles

Grondwettelijk Hof – Prejudiciële vragen

 

En application de l’article 77 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour constitutionnelle, le greffier de la Cour constitutionnelle notifie à la présidente du Sénat :

Met toepassing van artikel 77 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, geeft de griffier van het Grondwettelijk Hof aan de voorzitster van de Senaat kennis van:

 

  les questions préjudicielles concernant l’article 37/1 de la loi du 16 mars 1968 relative à la police de la circulation routière, posées par le tribunal de police d’Anvers, division Malines (numéros du rôle 7466 et 7467) ;

  de prejudiciële vragen over artikel 37/1 van de wet van16 maart 1968 betreffende de politie over het wegverkeer, gesteld door de politierechtbank Antwerpen, afdeling Mechelen (rolnummers 7466 en 7467);

 

  les questions préjudicielles relatives à l’article 43 du Code judiciaire, posées par la cour d’appel de Mons (numéro du rôle 7469) ;

  de prejudiciële vragen betreffende artikel 43 van het Gerechtelijk Wetboek, gesteld door het hof van beroep te Bergen (rolnummer 7469);

 

  la question préjudicielle concernant l’article 3, § 1er, 1º, de la loi du 21 novembre 1989 relative à l’assurance obligatoire de la responsabilité en matière de véhicules automoteurs, posée par le tribunal de première instance francophone de Bruxelles (numéro du rôle 7471) ;

  de prejudiciële vraag over artikel 3, § 1, 1º, van de wet van 21 november 1989 betreffende de verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen, gesteld door de Franstalige rechtbank van eerste aanleg te Brussel (rolnummer 7471);

 

  la question préjudicielle concernant les articles 1er et 2 du décret de la Communauté française du 22 octobre 2020 modifiant le décret du 13 juillet 2016 relatif aux études de sciences vétérinaires, posée par le Conseil d’État (numéro du rôle 7473) ;

  de prejudiciële vraag over de artikelen 1 en 2 van het decreet van de Franse Gemeenschap van 22 oktober 2020 houdende wijziging van het decreet van 13 juli 2016 betreffende de studie diergeneeskunde, gesteld door de Raad van State (rolnummer 7473);

 

  les questions préjudicielles concernant l’article 69, § 1er, alinéas 1er et 5, de la loi générale relative aux allocations familiales, posées par le tribunal du travail de Liège, division Liège (numéro du rôle 7474) ;

  de prejudiciële vragen betreffende artikel 69, § 1, eerste en vijfde lid, van de Algemene kinderbijslagwet, gesteld door de arbeidsrechtbank te Luik, afdeling Luik (rolnummer 7474);

 

  la question préjudicielle relative aux articles 2, alinéa 1er, et 18, § 1er, 2º, lus en combinaison avec l’article 44, § 1er, 2º, du Code de la taxe sur la valeur ajoutée, posée par le tribunal de l’entreprise d’Anvers, division Anvers (numéro du rôle 7476) ;

  de prejudiciële vraag betreffende de artikelen 2, eerste lid, en 18, § 1, 2º, gelezen in samenhang met artikel 44, § 1, 2º, van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde, gesteld door de ondernemingsrechtbank te Antwerpen, afdeling Antwerpen (rolnummer 7476);

 

  les questions préjudicielles concernant les articles 24 et 30 de la loi du 28 avril 2003 relative aux pensions complémentaires et au régime fiscal de celles‑ci et de certains avantages complémentaires en matière de sécurité sociale (avant leur modification par la loi du 15 mai 2014), posées par la cour du travail d’Anvers, division Anvers (numéro du rôle 7479) ;

  de prejudiciële vragen over de artikelen 24 en 30 van de wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van die pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid (vóór hun wijziging bij de wet van 15 mei 2014), gesteld door het arbeidshof te Antwerpen, afdeling Antwerpen (rolnummer 7479);

 

  les questions préjudicielles relatives à l’article 206, 1º, a), du Code bruxellois de l’aménagement du territoire, adopté par l’arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles‑Capitale du 9 avril 2004, posées par le Conseil d’État (numéro du rôle 7483) ;

  de prejudiciële vragen betreffende artikel 206, 1º, a), van het Brussels Wetboek van ruimtelijke ordening, vastgesteld bij het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke regering van 9 april 2004, gesteld door de Raad van State (rolnummer 7483);

 

  les questions préjudicielles concernant les articles 18, 19, 39 à 44 et 50 à 54 du décret de la Communauté française du 18 janvier 2018 portant le code de la prévention, de l’Aide à la jeunesse et de la protection de la Jeunesse et l’article 7 de la loi du 8 avril 1965 relative à la protection de la jeunesse, à la prise en charge des mineurs ayant commis un fait qualifié infraction et à la réparation du dommage causé par ce fait, posées par la cour d’appel de Bruxelles (numéro du rôle 7486).

  de prejudiciële vragen over de artikelen 18, 19, 39 tot 44 en 50 tot 54 van het decreet van de Franse Gemeenschap van 18 januari 2018 houdende het wetboek van preventie, hulpverlening aan de jeugd en jeugdbescherming en artikel 7 van de wet van 8 april 1965 betreffende de jeugdbescherming, het ten laste nemen van minderjarigen die een als misdrijf omschreven feit hebben gepleegd en het herstel van de door dit feit veroorzaakte schade, gesteld door het hof van beroep te Brussel (rolnummer 7486).

 

  Pris pour notification.

  Voor kennisgeving aangenomen.

 

Cour constitutionnelle – Recours

Grondwettelijk Hof – Beroepen

 

En application de l’article 76 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour constitutionnelle, le greffier de la Cour constitutionnelle notifie à la présidente du Sénat :

Met toepassing van artikel 76 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, geeft de griffier van het Grondwettelijk Hof kennis aan de voorzitster van de Senaat van:

 

  le recours en annulation totale ou partielle de l’article 2 du décret de la Région flamande du 15 mai 2020 modifiant le décret sur l’Énergie du 8 mai 2009, en ce qui concerne l’introduction d’une disposition transitoire pour la durée de validité de la date de mise en service, visée à l’article 1.1.3, 113º/2 (insertion d’un article 15.3.5/22 dans le décret sur l’Énergie du 8 mai 2009), introduit par la SA E‑Wood Energiecentrale et autres (numéro du rôle 7470) ;

  het beroep tot gehele of gedeeltelijke vernietiging van artikel 2 van het decreet van het Vlaamse Gewest van 15 mei 2020 tot wijziging van het Energiedecreet van 8 mei 2009, wat betreft het invoeren van een overgangsbepaling voor de geldigheidsduur van de startdatum, vermeld in artikel 1.1.3, 113º/2 (invoeging van artikel 15.3.5/22 in het Energiedecreet van 8 mei 2009), ingesteld door de nv E‑Wood Energiecentrale en anderen (rolnummer 7470);

 

  le recours en annulation de l’article 74 de la loi du 31 juillet 2020 portant dispositions urgentes diverses en matière de justice, introduit par Charles Huylebrouck (numéro du rôle 7475) ;

  het beroep tot vernietiging van artikel 74 van de wet van 31 juli 2020 houdende diverse dringende bepalingen inzake justitie, ingesteld door Charles Huylebrouck (rolnummer 7475);

 

  le recours en annulation totale ou partielle et la demande de suspension partielle du décret de la Région wallonne du 1er octobre 2020 modifiant le décret du 6 mai 1999 relatif à l’établissement, au recouvrement et au contentieux, en matière de taxes régionales wallonnes, en vue de la transposition de la directive 2018/822/UE sur l’échange automatique et obligatoire d’informations dans le domaine fiscal en rapport avec les dispositifs transfrontiers devant faire l’objet d’une déclaration, introduits par l’association de fait Belgian Association of Tax Lawyers et autres (numéro du rôle 7480) ;

  het beroep tot gehele of gedeeltelijke vernietiging en de vordering tot gedeeltelijke schorsing van het decreet van het Waalse Gewest van 1 oktober 2020 houdende wijziging van het decreet van 6 mei 1999 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillen inzake de Waalse gewestelijke belastingen, met het oog op de omzetting van richtlijn 2018/822/EU wat betreft verplichte automatische uitwisseling van inlichtingen op belastinggebied met betrekking tot meldingsplichtige grensoverschrijdende constructies, ingesteld door de feitelijke vereniging Belgian Association of Tax Lawyers en anderen (rolnummer 7480);

 

  le recours en annulation partielle et la demande de suspension partielle de l’ordonnance de la Région de Bruxelles‑Capitale du 29 octobre 2020 modifiant l’ordonnance du 26 juillet 2013 transposant la directive 2011/16/UE du Conseil du 15 février 2011 relative à la coopération administrative dans le domaine fiscal et abrogeant la directive 77/799/CEE et modifiant le Code bruxellois de procédure fiscale, introduits par l’association de fait Belgian Association of Tax Lawyers et autres (numéro du rôle 7481).

  het beroep tot gedeeltelijke vernietiging en de vordering tot gedeeltelijke schorsing van de ordonnantie van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest van 29 oktober 2020 tot wijziging van de ordonnantie van 26 juli 2013 houdende omzetting van richtlijn 2011/16/EU van de Raad van 15 februari 2011 betreffende de administratieve samenwerking op het gebied van belastingen en tot intrekking van richtlijn 77/799/EEG en tot wijziging van de Brusselse Codex Fiscale Procedure, ingesteld door de feitelijke vereniging Belgian Association of Tax Lawyers en anderen (rolnummer 7481).

 

  Pris pour notification.

  Voor kennisgeving aangenomen.

 

Cour de cassation

Hof van Cassatie

 

Par lettre du 23 décembre 2020 le procureur général de la Cour de cassation transmet au Sénat, conformément à l’article 11 de la loi du 25 avril 2007 instaurant un Comité parlementaire chargé du suivi législatif, le rapport annuel 2020 de la Cour de cassation.

Bij brief van 23 december 2020 zendt de procureur‑generaal van het Hof van Cassatie, overeenkomstig artikel 11 van de wet van 25 april 2007 tot oprichting van het Parlementair Comité belast met de wetsevaluatie, aan de Senaat over, het jaarverslag 2020 van het Hof van Cassatie.

 

  Dépôt au Greffe

  Neergelegd ter Griffie.

 

Activités d’intérêt général de la Famille royale

Activiteiten van algemeen belang van de Koninklijke Familie

 

Par lettre du 8 décembre 2020, le premier ministre transmet au Sénat, conformément à l’article 15 de la loi du 27 novembre 2013, le rapport des activités d’intérêt général de S.A.R. le prince Laurent pour l’année 2019.

Bij brief van 8 december 2020 zendt de eerste minister, overeenkomstig artikel 15 van de wet van 27 november 2013 aan de Senaat over, het verslag over de activiteiten van algemeen belang tijdens het jaar 2019 van Z.K.H. Prins Laurent.

 

  Dépôt au Greffe.

  Neergelegd ter Griffie.

 

Conseil central de l’économie et Conseil national du travail

Centrale Raad voor het bedrijfsleven en Nationale Arbeidsraad

 

Par lettres du 18 décembre 2020, le Conseil central de l’économie et le Conseil national du travail transmettent au Sénat, conformément à l’article XIII.1er du titre Ier du livre XIII du Code de droit économique et à l’article 1er de la loi du 29 mai 1952 organique du Conseil national du travail :

Bij brieven van 18 december 2020 zenden de Centrale Raad voor het bedrijfsleven en de Nationale Arbeidsraad aan de Senaat, overeenkomstig artikel XIII.1 van titel I van boek XIII van het Wetboek van economisch recht en artikel 1 van de organieke wet van 29 mei 1952 tot inrichting van de Nationale Arbeidsraad:

 

  l’avis du CNT no 191 et du CCE 2020‑2560 DEF CO 1000 concernant le dixième rapport bisannuel du Service de lutte contre la pauvreté, la précarité et l’exclusion sociale ;

  het NAR advies nr. 191 en van het CRB 2020‑2560 DEF CO 1000 betreffende het tiende tweejaarlijks verslag van het Steunpunt tot bestrijding van de armoede, bestaansonzekerheid en sociale uitsluiting;

 

  le rapport du CNT no 121 et du CCE 2020‑2570 concernant l’« Évaluation des conventions de premier emploi »,

  het NAR rapport nr. 121 en van het CRB 2020‑2570 over de “Evaluatie van de startbaan‑overeenkomsten”,

 

approuvés lors de leur séance plénière commune du 16 décembre 2020.

goedgekeurd tijdens hun gezamenlijke plenaire vergadering van 16 december 2020.

 

  Dépôt au Greffe.

  Neergelegd ter Griffie.

 

Agence tarifaire BA voiture

Tariferingsbureau BA auto

 

Par lettre du 21 décembre 2020, la présidente de l’Agence tarifaire BA voiture transmet au Sénat, conformément à l’article 9bis, § 4, de la loi du 21 novembre 1989 relative à l’assurance obligatoire de la responsabilité en matière de véhicules automoteurs, le rapport triennal 2016‑2019 de l’Agence tarifaire BA voiture.

Bij brief van 21 december 2020, zendt de voorzitster van het Tariferingsbureau BA auto overeenkomstig artikel 9bis, § 4, van de wet van 21 november 1989 betreffende de verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen, aan de Senaat over, het driejaarlijks verslag voor 2016‑2019 van het Tariferingbureau BA auto.

 

  Dépôt au Greffe.

  Neergelegd ter Griffie.

 

Parlement européen

Europees Parlement

 

Par lettre du 18 décembre 2020, le président du Parlement européen transmet au Sénat les textes adoptés par le Parlement européen au cours de sa période de session du 11 au 13 novembre 2020.

Bij brief van 18 december 2020 zendt de voorzitter van het Europees Parlement aan de Senaat over, de teksten aangenomen door het Europees Parlement tijdens zijn vergaderperiode van 11 tot 13 november 2020.

 

  Dépôt au Greffe.

  Neergelegd ter Griffie.