Vragen en Antwoorden

BELGISCHE SENAAT


Bulletin 3-87

ZITTING 2006-2007

Vragen van de Senatoren en antwoorden van de Ministers (Art. 70 van het reglement van de Senaat)

(N.): Vraag gesteld in het Nederlands - (Fr.): Vraag gesteld in het Frans


Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid

Vraag nr. 3-6331 van mevrouw De Roeck d.d. 29 november 2006 (N.) :
Armoedebestrijding. — Gezondheidszorg. — Derdebetalersregeling.

Het recentste verslag van het Steunpunt tot bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid en sociale uitsluiting is verschenen in december 2005 onder de titel Armoede uitbannen. Volgens dit verslag is gezondheidszorg de voorbije tien jaar steeds moeilijker te betalen voor de laagste inkomensgroepen. Een steeds groter deel van hun budget gaat naar directe kosten voor gezondheidszorg. Steeds vaker kunnen mensen de ziekenhuisrekeningen niet betalen. Heel wat mensen moeten om financiële redenen hun medische zorgen uitstellen of er zelfs van afzien.

Naar aanleiding van de verschijning van het Algemeen Verslag Armoede, gaan er stemmen op om de derdebetalersregeling naar alle zorgverstrekkers uit te breiden. Dit systeem heeft een oplossing tot doel voor het probleem van de voorschotten. Momenteel kan dit systeem voor ambulante zorgen worden toegepast in de door de wet uitdrukkelijk voorziene voorwaarden, maar dit is geen verplichting. De zorgverstrekker beslist immers geval per geval of hij het systeem toepast, ook al vervult de patiënt alle voorwaarden die in de wet zijn bepaald.

De pilootprojecten die werden opgestart in de regio Gent en Waasland en in Luik, tonen aan dat het systeem, mits er overleg en praktische ondersteuning (uitwerken van procedure en efficiënte informatieverstrekking) plaatsvindt, op een systematischer wijze kan worden toegepast. Met ondersteunende maatregelen van het beleid kunnen deze experimenten ook naar andere regio's worden uitgebreid.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen :

1. Overweegt de geachte minister een nationale bewustmakingscampagne te voeren versus zorgverstrekkers, rechthebbenden, verzekeringsinstellingen, OCMW's en sociale diensten. Zo'n campagne zou zeker bijdragen aan een snellere invoering van het systeem.

2. Werden de genoemde projecten reeds geëvalueerd ? Wat is hun budgettaire impact op jaarbasis ?

3. Acht hij het haalbaar om deze projecten ook uit te breiden naar andere regio's waar de noden het hoogst zijn of op termijn zelfs te veralgemenen ?

Antwoord : De pilootprojecten toonden aan dat het promoten van de derdebetalersregeling op basis van overleg en praktische ondersteuning een positieve impact heeft op de toegankelijkheid van de gezondheidszorg. Zowel het aantal huisartsen dat de derdebetalersregeling toepast als het aantal patiënten waarvoor de derdebetalersregeling werd toegepast kende een sterke stijging.

Ik acht het belangrijk dat voldoende zorgverleners ermee instemmen de derdebetalersregeling toe te passen bij personen die zich in een precaire economische situatie bevinden. Om die reden werd een ontwerp van koninklijk besluit uitgewerkt dat bepaalt dat wanneer de huisarts de derdebetalersregeling toepast voor een consultatie of een bezoek op basis van één van de uitzonderingen gekoppeld aan de bijzondere toestand van de rechthebbende (bijvoorbeeld rechthebbenden op de verhoogde verzekeringstegemoetkoming), deze zou worden betaald door de verzekeringsinstelling uiterlijk binnen de maand die volgt op deze waarin de getuigschriften werden ontvangen door de verzekeringsinstelling.

Het ontwerpbesluit dat voor advies werd overgemaakt aan het Verzekeringscomité van het RIZIV beoogt dus een hindernis weg te werken bij de toepassing van de derdebetalersregeling in hoofde van de huisartsen door hen een snellere betaling te garanderen dan momenteel gebruikelijk is. De gevallen waarin de derdebetalersregeling zou worden toegepast, zouden de gevallen zijn zoals voorzien in de huidige reglementering. Het gaat hier dus niet om een uitbreiding van het systeem, maar om een stimulans om het toe te passen.

Daarnaast is het ook van essentieel belang dat personen die zich in een precaire economische situatie bevinden weten tot wie ze zich moeten wenden om de derdebetalersregeling te genieten. Daarom vindt heden een technische en juridische studie plaats omtrent de vraag in hoeverre algemene, maar ook meer preciese informatie daaromtrent op de website van het RIZIV geplaatst kan worden.