Vragen en Antwoorden

BELGISCHE SENAAT


Bulletin 3-77

ZITTING 2006-2007

Vragen van de Senatoren en antwoorden van de Ministers (Art. 70 van het reglement van de Senaat)

(N.): Vraag gesteld in het Nederlands - (Fr.): Vraag gesteld in het Frans


Vice-eersteminister en minister van Justitie

Vraag nr. 3-4170 van mevrouw Anseeuw d.d. 20 januari 2006 (N.) :
Verkrachtingen. — Aangiften. — Vervolging.

Uit een onderzoek dat in Groot-Brittannië werd gevoerd, bleek dat één op de drie Britten vindt dat een vrouw gedeeltelijk of volledig verantwoordelijk is voor haar verkrachting wanneer ze flirt of dronken is. Één vijfde van de Britse respondenten vindt dat een vrouw medeverantwoordelijk is wanneer ze verschillende partners heeft. Meer vrouwen dan mannen vinden dat een vrouw volledig verantwoordelijk is voor een verkrachting wanneer ze dronken is.

Dit heeft belangrijke implicaties voor de gerechtsdeskundigen en de gezondheidswerkers en de wijze waarop de omgeving van het slachtoffer het best wordt geïnformeerd van de feiten. Tevens moet er worden gewerkt aan de maatschappelijke houding ten opzichte van slachtoffers van verkrachting.

Verder bleek ook uit het onderzoek dat de bevolking niet op de hoogte bleek te zijn van het effectieve aantal verkrachtingen. Uit hetzelfde onderzoek zou eveneens blijken dat er in Groot-Brittannië niet snel genoeg wordt gezocht naar gerechtelijk bewijsmateriaal. Nochtans bestaan er speciale kits voor gevallen van verkrachting, waarmee op de plaats van de misdaad stalen kunnen worden genomen. Verder zou uit het Britse onderzoek blijken dat slechts 15 % van alle verkrachtingen wordt aangegeven bij de politie.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen :

1. Hoeveel gevallen van verkrachting werden er de laatste drie jaren aangegeven bij de politie en kan de geachte vice-eersteminister de evolutie van het aantal aangiften toelichten ?

2. Uit het Britse onderzoek blijkt dat slechts 15 % van alle verkrachtingen worden aangegeven in Groot-Brittannië. Kan de geachte vice-eersteminister aangeven hoeveel dit percentage in België bedraagt ?

3. In hoeverre bestaan er richtlijnen inzake het onmiddellijk opsporen van gerechtelijk bewijsmateriaal ingeval van een aangifte van verkrachting en kunnen die worden toegelicht ?

4. Beschikt elke politiezone over gespecialiseerde onderzoekers en een standaardkit waarmee er op de plaatsen van de misdaad stalen kunnen worden genomen ingeval van een aangifte van verkrachting ? Zo neen, waarom niet en gaat de bevoegde minister hier werk van maken ?

5. Hoeveel aangiften inzake verkrachting werden respectievelijk voor de jaren 2003, 2004 en 2005 geseponeerd en welke waren de voornaamste redenen voor het sepot ?

6. Hoeveel bedraagt het percentage seponeringen op het totaal aantal aangiftes voor verkrachting ? Hoeveel aangiften voor verkrachting hebben daadwerkelijk tot een veroordeling geleid en dit voor de laatste drie jaren ?

Antwoord : Het computersysteem gebruikt door de correctionele afdelingen van de parketten bij de rechtbanken van eerste aanleg biedt niet de mogelijkheid alle vragen te beantwoorden. Met het oog op het antwoord op de punten 5 en 6 van voornoemde vraag hebben mijn diensten evenwel alle zaken betreffende verkrachting geselecteerd op grond van de tenlasteleggingscode « 37A — verkrachting ».

Deze analyse is gebaseerd op de registraties door de correctionele afdelingen van de parketten bij de rechtbanken van eerste aanleg tussen 1 januari 2003 en 31 december 2005. Ik kan u resultaten bezorgen voor alle parketten behalve voor dat te Eupen, aangezien op laatstgenoemd parket de dossiers niet in het REA-computersysteem worden geregistreerd.

Hieronder vindt u drie tabellen. De eerste tabel bevat een overzicht van het aantal zaken dat bij de correctionele parketten is binnengekomen inzake de tenlastelegging verkrachting, zulks tussen 1 januari 2003 en 31 december 2005. In de tweede tabel wordt de stand van zaken van deze zaken op 10 januari 2006 vermeld. In de derde tabel ten slotte wordt stilgestaan bij de redenen voor sepot. De rekeneenheid van de tabellen 1, 2 en 3 is een « strafzaak », iedere zaak kan betrekking hebben op een of meer personen en op een of meer strafbare feiten.

In tabel 1 wordt een overzicht gegeven van de instroom van de zaken in elk gerechtelijk arrondissement in de periode 2003-2005. Om de zaken inzake verkrachting te selecteren, is rekening gehouden met de voornaamste en bijkomende tenlasteleggingen inzake verkrachting (tenlasteleggingscode « 37A — verkrachting ». Er moet worden onderstreept dat de tenlasteleggingscode « 37A — verkrachting » in het parket te Hasselt betrekking heeft op een groter aantal misdrijven, aangezien dat parket de code « 37A » gebruikt voor zedenzaken in de ruime zin van het woord (verkrachting, aanranding van de eerbaarheid, zedenschennis, voyeurisme, ontucht van minderjarigen, huis van ontucht, souteneur). De resultaten meegedeeld in tabel 1 zijn gegrond op de toestand van de gegevensbanken op 10 januari 2006.

Tabel 2 geeft een overzicht van de beslissingen genomen voor de zaken die tussen 1 januari 2003 en 31 december 2005 zijn ingestroomd. Voor ieder soort beslissing is naast het absolute aantal zaken (n) tevens het percentage berekend (%). Tabel 2 betreft de stand van zaken op het tijdstip waarop de gegevens werden geëxtraheerd uit de plaatselijke stelsels van de correctionele parketten om een gecentraliseerde gegevensbank te vormen, te weten 10 januari 2006.

In tabel 3 wordt een overzicht gegeven van de redenen voor sepot. De parketten beschikken over een lijst van de redenen voor sepot die uniform is voor het hele land en als gevolg van de Franchimont-hervorming is geformaliseerd. De rubrieken zijn overgenomen in bijlage 1 bij circulaire COL 12/98 van het College van procureurs-generaal betreffende de toepassing van de wet van 12 maart 1998. Deze lijst van redenen is onderverdeeld volgens drie algemene rubrieken : sepot om opportuniteitsredenen, sepot om technische redenen en sepot om een andere reden.

Tabel 1 : Aantal en percentage van de zaken met een tenlastelegging inzake verkrachting, per arrondissement.

Jaren 2003, 2004 en 2005

200320042005Totaal
n %n %n %n %
AntwerpenAntwerpen2357,592958,572778,018078,07
Mechelen852,75842,44862,492552,55
Turnhout842,711103,21113,213053,05
Hasselt2016,491935,612737,896676,67
Tongeren682,2702,03581,681961,96
Rechtsgebied67321,7475221,8580523,282 23022,31
BrusselBrussel44814,4747013,6654015,621 45814,59
Leuven953,07892,59902,62742,74
Nijvel511,65702,03782,261991,99
Rechtsgebied59419,1962918,2870820,471 93119,32
GentGent2066,661975,732617,556646,64
Dendermonde1665,361534,451163,354354,35
Oudenaarde541,74561,63661,911761,76
Brugge1344,331684,881534,424554,55
Kortrijk882,841073,111273,673223,22
Ieper421,36290,84240,69950,95
Veurne351,13381,1270,781001
Rechtsgebied72523,4274821,7477422,382 24722,48
LuikLuik2969,563359,743249,379559,56
Hoei331,07551,6501,451381,38
Verviers491,58772,24752,172012,01
Namen943,041213,521113,213263,26
Dinant953,07952,76942,722842,84
Aarlen260,84280,81290,84830,83
Neufchâteau361,16351,02401,161111,11
Marche-en-Famenne230,74270,78361,04860,86
Rechtsgebied65221,0777322,4675921,952 18421,85
BergenCharleroi2387,692717,881855,356946,94
Bergen1203,881674,851383,994254,25
Doornik9331002,91882,542812,81
Rechtsgebied45114,5753815,6341111,891 40014,01
FederaalFederaal10,0310,0320,02
Belgie3 0951003 4411003 4581009 994100
Bron : Gegevensbank van het College van procureurs-generaal — Statistische analisten.

Tabel 2 : Stand van zaken, op 10 januari 2006, van de zaken betreffende « verkrachting » binnengekomen tussen 1 januari 2003 en 31 december 2005.

200320042005Totaal
n %n %n %n %
Opsporingsonderzoek1645,340511,771 15233,311 72117,22
Sepot1 35543,781 36139,5584024,293 55635,58
Voor beschikking31710,2439111,3637310,791 08110,82
Voeging42913,8648414,0739811,511 31113,12
Dading10,0310,01
Bemiddeling in strafzaken160,52150,44190,55500,5
Gerechtelijk onderzoek742,391825,2941111,896676,67
Raadkamer1866,011805,231063,074724,72
Dagvaarding en vervolg55417,942212,261594,61 13511,36
Totaal3 0951003 4411003 4581009 994100
Bron : Gegevensbank van het College van procureurs-generaal — Statistische analisten.

Tabel 3 : Redenen voor sepot inzake verkrachting, op 10 januari 2006.

Zaken binnengekomen tussen 1 januari 2003 en 31 december 2005.

Belgie
n %
TechnischDader onbekend67518,98
Geen misdrijf42712,01
Onvoldoende bewijzen1 77049,78
Verjaring1022,87
Overlijden van de dader190,53
Klachtafstand20,06
Onbevoegdheid210,59
Kracht van gewijsde250,7
Immuniteit10,03
Strafuitsluitende verschoningsgrond30,03
Geen klacht10,03
OpportuniteitBeperkte maatschappelijke weerslag200,56
Toestand geregulariseerd381,07
Misdrijf van relationele aard631,77
Nadeel gering40,11
Overschrijding redelijke termijn180,51
Geen antecedenten110,31
Occasionele feiten — specifieke411,15
Jeugdige leeftijd80,22
Wanverhouding gevolgen441,24
Gedrag van het slachtoffer1093,07
Te weinig recherchecapaciteit180,51
Andere prioriteiten742,08
AndereSeinig van de dader551,55
Pretoriaanse probatie70,2
Totaal3 556100
Bron : Gegevensbank van het College van procureurs-generaal — Statistische analisten.