Vragen en Antwoorden

BELGISCHE SENAAT


Bulletin 3-53

ZITTING 2005-2006

Vragen van de Senatoren en antwoorden van de Ministers

(N.): Vraag gesteld in het Nederlands - (Fr.): Vraag gesteld in het Frans


Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Volksgezondheid

Vraag nr. 3-3240 van de heer Vandenberghe H. d.d. 23 augustus 2005 (N.) :
Computerverslaving bij jongeren. — Aantal diagnoses. — Preventiecampagne. — Andere maatregelen.

Steeds meer Belgen, vooral jongeren, raken verslaafd aan hun computer. Naar schatting 30 000 landgenoten zouden per week meer dan 35 uur voor hun scherm zitten. Uit een enquête van een huisarts in het Limburgse Zolder blijkt dat in een klas van 14-jarigen, tijdens de krokusvakantie, iedereen gemiddeld vijf uur per dag achter de computer zit. De arts vraagt de overheid om de nefaste gevolgen van computerverslaving, zoals fysieke klachten en asociaal gedrag, te erkennen en preventiecampagnes te lanceren.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen :

1. Hoeveel jongeren in ons land worden jaarlijks met een computerverslaving gediagnosticeerd ?

2. Is de regering van plan een preventiecampagne op te zetten die jongeren en hun ouders tegen de gevaren van een computerverslaving waarschuwt ?

3. Welke (andere) maatregelen wil de regering nemen om computerverslaving bij jongeren tegen te gaan ?

Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid als volgt te antwoorden.

1. Als minister van Volksgezondheid ben ik op de hoogte van het toenemend computergebruik door jongeren. Computers worden zowel gebruikt voor onderwijs- als vrijetijdsdoeleinden.

In de internationale officiële indelingen van medische aandoeningen (ICD-9) of psychiatrische stoornissen (DSM-IV) is computerverslaving evenwel niet opgenomen. Dit geeft aan dat computerverslaving op dit moment niet erkend wordt als een belangrijk medisch of psychiatrisch probleem.

Ook in de Belgische ziekenhuizen hanteren we deze classificatiesystemen, wat impliceert dat we over geen officiële cijfers beschikken over computerverslaving bij jongeren.

2. Het opzetten van preventiecampagnes rond de eventuele gevaren van computerverslaving is de bevoegdheid van de gemeenschappen.

3. Over de precieze impact van computergebruik op de gezondheid van jongeren of over het fenomeen van computerverslaving bestaat weinig of geen relevante wetenschappelijke kennis.

Ik heb tot nog toe geen vragen of klachten rond computerverslaving bij jongeren ontvangen van relevante actoren, zoals hulpverleners, ouderverenigingen of scholen.

Bovendien is, zoals gezegd, computerversiaving niet opgenomen in een officiële, internationaal erkende classificatie.

Om deze redenen neemt de regering momenteel geen concrete maatregelen rond computerverslaving.