Vragen en Antwoorden

BELGISCHE SENAAT


Bulletin 3-47

ZITTING 2004-2005

Vragen van de Senatoren en antwoorden van de Ministers

(N.): Vraag gesteld in het Nederlands - (Fr.): Vraag gesteld in het Frans


Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid

Vraag nr. 3-2567 van de heer Steverlynck d.d. 29 april 2005 (N.) :
Thuiszorg. — Informatisering. — Wetsontwerp. — Projecten.

De westerse bevolking vergrijst, met als gevolg dat de behoefte aan rusthuizen voor bejaarden jaar na jaar toeneemt. Het aanbod aan dergelijke woonplaatsen kan nu al de vraag niet volgen. Kenners beweren dat deze behoefte minder sterk zal toenemen als de technologie die professionele thuiszorg op afstand, met behulp van informatie- en communicatietechnologie, mogelijk maakt (telezorg of e-zorg) doorbreekt. De VZW Telesenior, opgericht door het Kortrijkse stadsbestuur en het Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn (OCMW), experimenteert al ruim 10 jaar met succes in het ontwikkelen en toepassen van technologie voor telezorg.

Niet alleen senioren maar ook mensen met chronische aandoeningen kunnen op die manier thuis worden verpleegd. In de meeste gevallen volstaat bij hen het opvolgen van de aandoening, ingrijpen is slechts af en toe noodzakelijk.

Investeren in technologie voor telezorg zal de kostprijs voor verzorging van senioren en mensen met een chronische aandoening niet doen toenemen, maar zal kostenbesparend werken voor de overheid. Wetenschappelijke studies hebben dit aangetoond. De besparing zou toenemen naarmate deze toepassingen op grote schaal worden gebruikt. De enorme breedband-communicatiemogelijkheden waarover ons land beschikt, kunnen de ontwikkeling bespoedigen. Telenet en Belgacom tonen alvast grote interesse.

De federale regering nam tot voor kort een afwachtende houding aan wat betreft het investeren in technologie voor telezorg. Intussen liet de geachte minister wel blijken dat hij op korte termijn werk wil maken van een wetsontwerp dat een wettelijk kader schept voor het behandelen en verzorgen van patiënten op afstand via nieuwe technologieën. Ook zou het wetsontwerp de basis leggen voor de veralgemening van het elektronisch medisch dossier en de toekenning van een uniek medisch nummer aan iedere patiënt.

Mag ik daarom aan de geachte minister vragen :

1. Hoe verklaart hij de vroegere afwachtende houding van de federale regering ?

2. Zal hij verenigingen zoals Telesenior raadplegen om het wetsontwerp concreet vorm te geven ?

3. Wanneer zal het wetsontwerp klaar zijn ?

4. Welke stappen plant hij om projecten inzake telezorg of e-zorg te ondersteunen ?

5. Hoe ziet hij de vergoeding voor het consulteren op afstand geregeld worden ?

6. Op welke manier zal de elektronische identiteitskaart (e-IK) aangewend worden bij het elektronisch medisch dossier en het uniek medisch nummer van een patiënt ? Kan de e-IK ook gebruikt worden in het behandelen van een patiënt of een bejaarde op afstand ?

Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid als volgt te antwoorden.

De ontwikkeling van telegeneeskunde is inderdaad een parameter waarmee we rekening dienen te houden bij een gecoördineerde aanpassing van het aanbod voor verzwakte personen, en voor ouderen in het bijzonder.

Het geval van telemonitoring bij personen die terwijl ze zelf thuis zijn, in contact gesteld worden met hulpverstrekkers, is hiervan een mooi voorbeeld.

Wij geloven verder dat de recente, uitzonderlijk snelle en complexe evolutie van nieuwe informatie- en communicatietechnologie het mogelijk maken projecten uit te denken die vier jaar geleden ondenkbaar waren, en dat we ze vooral zodanig moeten uitdenken dat ze niet enkele maanden later al achterhaald zijn.

Onze aanpak ter zake mag dus geen bepaalde technologie of implementering bevoorrechten. Realiteitszin en bezorgdheid om de technische kwaliteit van de oplossingen die de burgers geboden worden, overtuigen er ons van dat de performante telegeneeskundediensten van morgen uitgebouwd zullen worden door operatoren die een waaier van gespecialiseerde communicatiemiddelen aanbieden, de ene meer gespecialiseerd dan de andere, waaruit burgers-patiënten of hun raadgevers geper-sonaliseerde specifieke keuzes kunnen maken.

Met de « telematicawet » die u vermeldt, stellen wij voor een wettelijke basis te leggen om op een generieke manier de toepassingen voor telegeneeskunde te bepalen die relevant zijn ter ondersteuning van de communicatie binnen het systeem van sociale bijstand en gezondheidszorg. Vervolgens stellen wij algemene kwaliteitscriteria voor ter ondersteuning van een labelingsysteem voor telegeneeskunde-toepassingen.

Bedoeling van dit label is gebruikers, patiënten en zorgverstrekkers te verzekeren dat de toepassingen voor telegeneeskunde waar zij de gezondheidszorg aan toevertrouwen, voldoen aan minimumcriteria.

De criteria hebben tot doel de volksgezondheid te beschermen, de respectievelijke verantwoordelijkheden van de betrokken partijen (arts, patiënt en technische operator) vast te leggen en de persoonlijke levenssfeer te beschermen.

In toepassing van de toekomstige wet zal het voor uitvoering van deze labeling onder meer nodig zijn dat de Commissie « Normen inzake Telematica ten behoeve van de sector van de Gezondheidszorg » van mijn administratie technische aanbevelingen uitwerkt om de procedures voor toekenning van een label concreet vorm te geven. Wij zullen er op toezien dat de spelers op het terrein, zoals Telesenior, betrokken worden bij dit proces.

Het wetsvoorstel zou aan de Ministerraad voorgelegd worden in de loop van het tweede semester 2005 om, na advies van de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, overgemaakt te worden aan de Raad van State.

We zijn er van onvertuigd dat, eens het wettelijk kader opgesteld is, het afbakenen en toepassen van Kwaliteitscriteria en het bepalen van de rol van de betrokken spelers het aanbod inzake telegeneeskunde zal toelaten te evolueren van permanent prototype tot een echt dienstengamma dat meer en meer aangepast is aan de noden van de bevolking. In een volgende etappe zal nauwkeurig bepaald worden in welke contexten telegeneeskunde kan overeenstemmen met een handeling die geassimilieerd kan worden met een consultatie of met een rechtstreeks beroep doen op een hulpdienst.

De elektronische identiteitskaart is uiteraard een middel waar men niet omheen kan om op termijn de identifcatie en authenticatie van personen te verzekeren in toepassingen voor telegeneeskunde.