Vragen en Antwoorden

BELGISCHE SENAAT


Bulletin 3-30

ZITTING 2004-2005

Vragen van de Senatoren en antwoorden van de Ministers

(N.): Vraag gesteld in 't Nederlands - (Fr.): Vraag gesteld in 't Frans


Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid

Vraag nr. 3-967 van mevrouw Van de Casteele d.d. 27 mei 2004 (N.) :
Psychiatrische ziekenhuizen. — Kosten voor opname en behandeling. — Verschil tussen de psychiatrische afdeling van een algemeen ziekenhuis en een psychiatrisch ziekenhuis.

Een knelpuntennota van het Verbond der verzorgingsinstellingen (VVI) wijst op een aantal problemen in verband met de betaalbaarheid en toegankelijkheid van de geestelijke gezondheidszorg.

Zo bestaat er een discriminatie tussen opname in een psychiatrisch ziekenhuis ten opzichte van opname in een algemeen ziekenhuis. In het eerste geval moet de patiënt inderdaad zes maanden ontslagen zijn om opnieuw aanspraak te kunnen maken op het persoonlijk aandeel van de eerste opname. Voor een algemeen ziekenhuis en ook voor een psychiatrische afdeling van een algemeen ziekenhuis is drie maanden vereist.

Welke is de reden van dit onderscheid ?

Kan het psychiatrisch ziekenhuis hier niet gelijkgeschakeld worden met een algemeen ziekenhuis ?

Welke zouden de budgettaire gevolgen zijn van zo'n beslissing ?

Antwoord : Het onderscheid waarbij het persoonlijk aandeel van de eerste opname in aanmerking komt na 3 maand in geval van een wederopname in een psychiatrische afdeling van een algemeen ziekenhuis en pas na 6 maand in geval van opname in een psychiatrisch ziekenhuis, is het gevolg van de toepassing van artikel 2, § 2, van het koninklijk besluit van 5 maart 1997 tot vaststelling van het bedrag van vermindering van de verzekeringstegemoetkoming in geval van opneming in een ziekenhuis of verblijf in een revalidatiecentrum.

Dit onderscheid werd bewust gemaakt om langdurige verblijven in psychiatrische inrichtingen te voorkomen.

Wat de budgettaire gevolgen van een gelijkschakeling van deze twee termijnen zouden zijn, kan momenteel niet afdoend worden onderzocht.

In elk geval heb ik aan het RIZIV de opdracht gegeven om in het bijzonder de « financiële toegankelijkheid » tot de geestelijke gezondheidszorg te bestuderen, eventuele oplossingen tot verbetering ervan voor te stellen en zo nodig het budgettair en reglementair gevolg van de genomen beslissingen na te gaan. Met prioriteit zullen volgende punten door het RIZIV nader behandeld worden : de vereenvoudiging van de administratieve regelgeving en de kosten voor de patiënt (opname, persoonlijk aandeel, patiënt met gezinslast, de technische prestaties en de dringende medische hulpverlening) in het psychiatrisch ziekenhuis, in beschut wonen en in een psychiatrisch verzorgingstehuis.