Vragen en Antwoorden

Belgische Senaat


Bulletin 1-70

ZITTING 1997-1998

Vragen van de Senatoren en antwoorden van de Ministers

(N.): Vraag gesteld in 't Nederlands - (Fr.): Vraag gesteld in 't Frans


Vice-eerste minister en minister van Economie en Telecommunicatie (Telecommunicatie)

Vraag nr. 841 van de heer Loones d.d. 10 februari 1998 (N.) :
Uitgifte postzegel. ­ Poststempel.

Ieder jaar krijgen belangwekkende gebeurtenissen nog wat meer luister door uitgifte van, in het bijzonder, postzegels en poststempels.

Zo heeft ook het gemeentebestuur van Koksijde, rond de beschermde site van de cisterciėnze abdij, ter gelegenheid van het bijzonder jaar 1999, een verzoek tot uitgifte van postzegel-poststempel, ingediend.

Daarbij is het jaar 1999 wel zeer bijzonder : 50 jaar opgravingen, 200 jaar na het overlijden van de laatste abt van de Duinenabdij, Maurus de Mol van Gent (1799-1999) en 900 jaar Cisterciėnzers.

Bovendien zal ook de abdij van Fontmorigny (F), waarvan de geschiedenis nauw betrokken is met die van de Duinenabdij, een zelfde vraag indienen. In die zin zouden het postzegelinitiatief en de mogelijke cultuurhappening die daarbij aansluit meteen een internationaal karakter krijgen.

De bijzondere uitgifte zou ook een ideale start vormen voor de realisatie van het project « Ik verrijs vanonder het zand », dat de consolidering en restauratie beoogt van de beschermde ruļne van de abdij « Onze-Lieve-Vrouw ten Duinen », samen met de revaluatie van het aanpalend museumcomplex tot een volwaardig cisterciėnzer bezoek- en onderzoekscentrum.

Aan de geachte minister de betreffende postzegel- en poststempeluitgifte te willen ondersteunen.

Wie beslist over de uitgifte van bijzondere postzegels-poststempels ?

Worden betreffende deze uitgiften, de voorstellen voorgelegd aan de geachte minister ?

Worden voor betreffende uitgiften welbepaalde criteria vastgelegd ?

Bestaat er een regionale verdeelsleutel ?

Hoe worden de postzegelwaarden vastgesteld ?

Antwoord : Het programma en de uitgifte van postale waarden wordt voorbereid door de Filatelistische Commissie. Deze bestaat uit deskundigen, behorend tot het overheidsbedrijf en tot de filatelistische, culturele en artistieke wereld.

Dit programma wordt voor akkoord voorgelegd aan de beheerraad van De Post, en vervolgens aan de voogdijminister. Tenslotte wordt het aan de Koning ter ondertekening voorgelegd.

Wat de toekenning en het gebruik betreft van bijzondere datumstempels, komt de beslissing toe aan de directie postzegels en filatelie van De Post.

De Filatelistische Commissie hanteert geen vastgestelde criteria om haar uitgifteprogramma te bepalen. Zij houdt rekening met de aantrekkelijkheid van de projecten voor de filatelisten.

De commissie volgt geen precieze regels voor een regionale verdeling, maar zij waakt over een evenwicht terzake.

Tenslotte worden de waarden vastgesteld door de directie postzegels en filatelie in functie van de behoeften inzake frankering.