3-2382/1

3-2382/1

Belgische Senaat

ZITTING 2006-2007

30 MAART 2007


Wetsvoorstel tot regeling van de reclame voor cosmetische ingrepen

(Ingediend door mevrouw Christine Defraigne)


TOELICHTING


1. Inleiding

Cosmetiek in het algemeen en, meer in het bijzonder, de cosmetische chirurgie staan momenteel sterk in de belangstelling. Almaar meer mensen zoeken hun toevlucht tot cosmetische chirurgie om hun uiterlijk te veranderen, beïnvloed als ze zijn door de lichaamscultus, de door de mode opgelegde standaarden en de angst bij het verouderen af te takelen.

Uit het karige cijfermateriaal dat daarover beschikbaar is (1) , blijkt dat in België jaarlijks tussen 20 000 en 30 000 liposucties of lipoaspiraties worden uitgevoerd, terwijl 10 000 vrouwen een borstimplantaat laten inbrengen.

Naar schatting worden elk jaar in Frankrijk alles samen 150 000 à 200 000 cosmetische heelkundige operaties verricht..

De cosmetische chirurgie is een medische discipline waarin men zowel het slechtste als het beste tegenkomt : van charlatans die commercie boven medische ethiek verkiezen tot gekwalificeerde specialisten die volgens de regels van de kunst werken.

Ingrepen zoals liftings, liposucties of borstvergrotingen zijn geen onschuldige handelingen. Het gaat om échte operaties, die niet mogen worden onderschat en die risico's en mogelijke complicaties inhouden. Het is zaak die soms onomkeerbare ingrepen, waarvan de effecten levenslang duren, niet te laten overkomen als iets banaals.

De rush naar cosmetische chirurgie wordt nog versterkt door de overdreven media-aandacht, in de pers en op televisie. Op de beeldbuis tieren reality-TV en voyeurisme almaar weliger.

Ook op het internet zijn cosmetische thema's legio. Heel wat artsen en privé-klinieken gebruiken dat medium om reclame te maken. Sommigen houden het sober en willen zich via het internet alleen maar kenbaar maken, anderen daarentegen hebben duidelijk mercantiele en financiële bedoelingen, wat leidt tot misbruik van wat eigenlijk toch een informatiekanaal is. Het aantal websites van beoefenaars en wellnessklinieken neemt hand over hand toe. Zij geven hoog op van hun persoonlijk kunnen en van hun activiteiten, daarbij gebruik makend van foto's « voor en na ». Sommigen gaan zelfs zo ver dat zij uitpakken met maandelijkse promoties of promoties ter gelegenheid van het feit dat zij een bepaald aantal jaren actief zijn.

De reclame beïnvloedt het gedrag van de consument. Wij vinden dat reclame aanvaardbaar en zelfs wenselijk is, als de boodschap maar informatief blijft. Ronselreclame is echter onaanvaardbaar.

2. België : de vigerende wetten en voorschriften

In 2005 kwam er een wijziging van de geneesmiddelenwet van 25 maart 1964. Sindsdien is het « verboden voor elke fysieke persoon of rechtspersoon om reclame bestemd voor het publiek te maken voor implanteerbare hulpmiddelen » en voor de inbrenging ervan. Met name worden daarmee borstimplantaten bedoeld.

Die wetswijziging behelst slechts een deel van de reclame voor cosmetische chirurgie. Geen enkele tekst bevat immers bepalingen die specifiek van toepassing zijn op ware ronselreclame die in die sector wordt gevoerd. Er is dus sprake van een leemte in het recht.

Nochtans komt het aspect reclame in algemene bewoordingen aan bod in hoofdstuk III van de Belgische Code van geneeskundige plichtenleer. In die Code worden de krijtlijnen aangegeven waarbinnen de artsen hun activiteiten aan het publiek kenbaar mogen maken.

Een aantal uittreksels uit die Code :

— « De verstrekte informatie dient waarheidsgetrouw, objectief, relevant, verifieerbaar, discreet en duidelijk te zijn. Zij mag in geen geval misleiden. Zij mag niet vergelijkend zijn. Resultaten van onderzoeken en behandelingen mogen niet voor publicitaire doeleinden worden aangewend (...) ».

— « Ronseling van patiënten is niet toegelaten (...) ».

— « De verwoording en vormgeving van de publiciteit evenals de hierbij gebruikte methoden en technieken — inclusief internetsites, naamborden, briefhoofden en vermeldingen in gidsen — moeten beantwoorden aan de bepalingen van artikel 13. »

Het valt op dat de Orde van Geneesheren een onderscheid maakt tussen informatieve reclame, die is toegestaan, en agressief wervende reclame of ronselreclame, die verboden is. Voorts verbiedt de Code het gebruik, in de reclame, van de resultaten van onderzoeken en behandelingen. Dat zou kunnen slaan op de foto's « voor en na ».

Jammer genoeg ondervindt de Orde van Geneesheren moeilijkheden als het erop aankomt die reclamevoorschriften te doen naleven, met name doordat het fenomeen een zo grote omvang aanneemt, maar ook doordat het technisch niet makkelijk is het internet te controleren en er nog geen klachten werden ingediend.

Niettemin heeft de Nationale Raad van de Orde van Geneesheren onlangs zijn advies van 1 oktober 2005 betreffende het houden van internetsites door artsen bevestigd en aangevuld. In dat advies verbiedt de Orde een aantal vormen van informatie, zoals misleidende of vergelijkende reclame, honorariavergelijkingen en de vermelding van de resultaten van de behandelingen. Volgens de Orde mag een internetsite als enige bedoeling hebben het publiek over de beroepsactiviteiten van de betrokken arts te informeren. Bovendien moet de internetsite de voorschriften inzake reclame in acht nemen, zoals die zijn opgenomen in de Belgische Code van geneeskundige plichtenleer.

3. In Frankrijk geldt een reclameverbod

In 2002 is in Frankrijk wetgeving aangenomen met specifieke voorschriften aangaande de inrichtingen waar ingrepen in het kader van cosmetische chirurgie worden uitgevoerd.

Allereerst werd op 4 maart 2002 « la loi relative aux droits des malades et à la qualité du système de santé » goedgekeurd. Die wet bevat twee onderdelen : er wordt voorzien in kwaliteitsgaranties voor de inrichtingen waar ingrepen in het kader van cosmetische chirurgie worden uitgevoerd, en voorts worden de beoefenaar striktere verplichtingen ten aanzien van de patiënt opgelegd. Bovendien behelst die wet een verbod op directe of indirecte reclame.

In een circulaire van 23 december 2005 « relative à l'autorisation de fonctionnement des installations de chirurgie esthétique » wordt het volgende gepreciseerd :

« L'article L. 6322-1 interdit aux installations autorisées de bénéficier d'une publicité directe ou indirecte, sous quelque forme que ce soit ». Die bepaling berust op dezelfde grondbeginselen als de deontologische verboden die artikel R. 4127-19 van de Franse Code de la santé publique de artsen oplegt. Ze is in duidelijke bewoordingen gesteld en behoeft geen bijzondere uitvoeringsmaatregelen. Uiteraard heeft ze betrekking op álle informatiekanalen, inclusief het internet. In dat verband zij onderstreept dat die bepaling de houders van een dergelijke vergunning geenszins verbiedt het publiek feitelijke informatie te verschaffen over hun voorzieningen, hun activiteiten en de competenties van hun beoefenaars, mits dat met mate gebeurt en zij zich onthouden van reclameprocédés. Evenmin houdt die bepaling een verbod in op wetenschappelijke informatieverstrekking, bijvoorbeeld in de gespecialiseerde tijdschriften of in handboeken, op voorwaarde dat dergelijke publicaties geen vermeldingen bevatten die een of andere instelling op de voorgrond brengen.

4. De noodzaak wetgevend op te treden

Aangezien er in verband met reclame voor cosmetische ingrepen en inzake de medische gevolgen ervan geen exhaustieve regelgeving bestaat, staat de deur wijd open voor alle vormen van misbruik. De indieners stellen voor die juridische leemte op te vullen. Daartoe hebben zij zich gebaseerd op de Code van geneeskundige plichtenleer en op het advies van de Nationale Raad van 1 oktober 2005. Aldus wordt de evolutie van de plichtenleer in acht genomen.

De in dit wetsvoorstel opgenomen tekst zou van toepassing zijn op alle beoefenaars van de geneeskunde en de tandheelkunde, van wie de beroepstitel valt onder het koninklijk besluit van 25 november 1991 (houdende de lijst van bijzondere beroepstitels voorbehouden aan de beoefenaars van de geneeskunde, met inbegrip van de tandheelkunde) en wanneer zij als hoofd- of nevenactiviteit ingrepen van cosmetische aard verrichten. Zodoende zou die tekst op de huisartsen als op de specialisten betrekking hebben. De indieners nemen ook het geval van de door niet-artsen geëxploiteerde instellingen in aanmerking.

Wat de cosmetiek betreft, voorzien de indieners in een vrij ruim toepassingsgebied. Ze hanteren het begrip « cosmetische ingrepen », dat wordt omschreven als een medische en/of chirurgische ingreep die erin bestaat het uiterlijk van een individu te wijzigen.

Eensdeels stellen de indieners voor reclame voor cosmetische ingrepen te verbieden. Dat principe gaat evenwel gepaard met één uitzondering, want persoonlijke reclame zou worden toegestaan. Daarmee wordt de informatieve reclame beoogd, die een beoefenaar de mogelijkheid biedt zich bekend te maken en een minimum aan informatie te verstrekken over zijn activiteiten. Door alleen dat soort van reclame toe te staan, halen de indieners de doelstelling die erin bestaat agressief wervende reclame of ronselreclame te verbieden. Voor die principes heeft onder meer de Code van geneeskundige plichtenleer model gestaan.

Anderdeels, als persoonlijke reclame betrekking heeft op een welbepaalde cosmetische ingreep, moet ze een aantal elementen vermelden, waaronder de opleiding en de titel van de beoefenaar, de contra-indicaties, de nevenwerkingen enzovoort.

Tot slot is in strafrechtelijke sancties voorzien ingeval deze in uitzicht gestelde wetgeving niet in acht wordt genomen. Bijgevolg worden de hoven en rechtbanken met de controle belast.

COMMENTAAR BIJ DE ARTIKELEN

Artikel 2 — definities

Met de reclame waarvan sprake is in artikel 2, 1º wordt elke reclame bedoeld die tot doel heeft ingrepen met cosmetische doeleinden te promoten en die wordt verspreid via alle informatiemiddelen, met inbegrip van het internet. De hyperlinks en de banners van de internetsites vallen daar ook onder; terzake gelden de bepalingen van deze in uitzicht gestelde wet.

De wet van 2 augustus 2002 betreffende de misleidende en vergelijkende reclame, de onrechtmatige bedingen en de op afstand gesloten overeenkomsten inzake de vrije beroepen heeft model gestaan voor de definities van de misleidende en de vergelijkende reclame. Aangezien het hier gaat om reclame voor ingrepen die een onderdeel zijn van een medische activiteit en niet van een economische activiteit, zijn de definities aangepast aan de specifieke aard van die activiteiten.

De persoonlijke reclame omvat wat louter onder informatieve reclame valt, met uitzondering van alles wat tot de zogenaamde agressief wervende reclame of ronselreclame zou kunnen behoren. Die persoonlijke reclame moet de beoefenaars de mogelijkheid bieden de mensen in te lichten over hun kwalificaties en over de cosmetische ingrepen die ze in het kader van hun beroepsactiviteit uitvoeren.

De ingrepen met cosmetische doeleinden die zijn bedoeld in deze in uitzicht gestelde wet zijn alle handelingen die een onderdeel zijn van de geneeskunde in het algemeen, of meer in het bijzonder van de heelkunde, en die het uiterlijk van een individu wijzigen.

Artikel 3 — toepassingsgebied

Deze in uitzicht gestelde wet is van toepassing op alle beoefenaars van de geneeskunde met een beroepstitel als bedoeld in het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de lijst van bijzondere beroepstitels voorbehouden aan de beoefenaars van de geneeskunde, met inbegrip van de tandheelkunde.

Deze tekst heeft dus onder meer betrekking op de huisartsen, de specialisten in de dermatologie en de venerologie, de specialisten in de plastische, reconstructieve en cosmetische heelkunde, alsmede de chirurgen en andere specialisten die de chirurgie beoefenen (NKO, stomatologie enzovoort).

Wat hier wordt voorgesteld heeft ook betrekking op de andere beoefenaars van de geneeskunde die houder zijn van een van de titels als bedoeld in het voormelde koninklijk besluit van 25 november 1991, indien ze in het kader van hun beroepsactiviteit cosmetische ingrepen uitvoeren. De voorgestelde bepalingen gelden dus voor elke beoefenaar van de geneeskunde wiens activiteit erin bestaat (in hoofd- of in bijberoep) ingrepen met cosmetische doeleinden uit te voeren.

Deze tekst is voorts van toepassing op de beoefenaars van de tandheelkunde als ze aan cosmetische tandverzorging doen.

Tot slot zijn ook de instellingen die een beroep doen op de beoefenaars van de geneeskunde of van de tandheelkunde om ingrepen met cosmetische doeleinden uit te voeren, onderworpen aan deze tekst, ongeacht de vorm of de benaming van die instellingen.

De klinieken en centra waar aan cosmetiek wordt gedaan, zijn dus instellingen die de bepalingen van deze in uitzicht gestelde wet in acht moeten nemen. Zodoende valt om het even welke inrichting waar ingrepen met cosmetische doeleinden worden uitgevoerd onder de gelding van deze tekst.

Artikel 4 — de reclame

Deze in uitzicht gestelde wet stelt als beginsel dat elke reclame voor ingrepen met cosmetische doeleinden verboden is.

Er is echter één uitzondering, met name de persoonlijke reclame, maar die moet wel aan verscheidene voorwaarden voldoen.

De informatie welke in die persoonlijke reclame wordt verstrekt, moet waarheidsgetrouw, objectief, relevant, discreet en duidelijk zijn; die voorwaarden zijn overgenomen van de Code van geneeskundige plichtenleer (artikel 13).

Die informatie mag misleidend noch vergelijkend zijn. Misleidende en vergelijkende reclame wordt omschreven in artikel 2, 2º en 3º.

Ze mag geen gebruik maken van financiële argumenten. Promoties zijn dus verboden.

Resultaten van onderzoeken en behandelingen mogen niet worden gebruikt voor reclamedoeleinden; ook die voorwaarde komt uit de Code van geneeskundige plichtenleer (artikel 13). De hier voorgestelde tekst verbiedt dus onder meer elke persoonlijke reclame die gebruik zou maken van foto's « voor en na », ongeacht of ze echt of vals zijn.

Tot slot zullen de gevolgde opleiding en de titel waaronder de beoefenaar bij de Orde der Geneesheren is ingeschreven in de persoonlijke reclame moeten worden vermeld. Als de persoonlijke reclame op een of meer welbepaalde cosmetische ingrepen betrekking heeft, moet die op zijn minst de volgende vermeldingen bevatten : de eventuele contra-indicaties voor de door de beoefenaar uitgevoerde ingrepen, de nevenwerkingen waarmee die ingrepen met cosmetische doeleinden gepaard gaan, de omstandigheden waarin die ingrepen worden uitgevoerd, de risico's die eraan verbonden zijn, de nabehandeling en de eventuele alternatieven.

Artikel 5 — de straffen

Er is voorzien in strafbepalingen indien artikel 4 van dit wetsvoorstel niet in acht wordt genomen.

Christine DEFRAIGNE.

WETSVOORSTEL


Artikel 1

Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.

Art. 2

Voor de toepassing van deze wet wordt verstaan onder :

— reclame : iedere vorm van mededeling of handeling die direct of indirect tot doel heeft cosmetische ingrepen te bevorderen, zulks ongeacht de daartoe aangewende plaats, drager of technieken;

— misleidende reclame : elke vorm van mededeling of handeling die op enigerlei wijze, daaronder begrepen de opmaak ervan, de personen tot wie ze zich richt of die ze aanbelangt misleidt, en door haar misleidende aard hun gedrag kan beïnvloeden, of die daardoor schade toebrengt of kan toebrengen aan een beoefenaar van de geneeskunde of van de tandheelkunde;

— vergelijkende reclame : elke vorm van mededeling of handeling waarbij een andere beoefenaar van de geneeskunde of de tandheelkunde, dan wel van een door een dergelijke beoefenaar geboden dienstverlening uitdrukkelijk of impliciet worden genoemd;

— persoonlijke reclame : elke vorm van mededeling of handeling die er direct of indirect op gericht is, ongeacht de daartoe aangewende plaats, drager of technieken, de betrokkene bekend te maken, dan wel informatie te verstrekken over de aard of de kwaliteit van zijn beroepspraktijk;

— cosmetische ingreep : een geneeskundige en/of heelkundige ingreep die erin bestaat het lichamelijke uiterlijk van een persoon te wijzigen.

Art. 3

Deze wet is van toepassing op :

— de beoefenaars van de geneeskunde en de tandheelkunde wier beroepstitels worden bedoeld in het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de lijst van bijzondere beroepstitels voorbehouden aan de beoefenaars van de geneeskunde, met inbegrip van de tandheelkunde, en die hoofdzakelijk of in bijkomende orde cosmetische ingrepen verrichten.;

— de instellingen die, ongeacht de vorm of benaming ervan, een beroep doen op de diensten van een beoefenaar van de geneeskunde of de tandheelkunde, zoals is bedoeld in het vorige lid.

Art. 4

Reclame voor cosmetische ingrepen is verboden, met uitzondering van persoonlijke reclame.

De in het kader van persoonlijke reclame verstrekte informatie is waarheidsgetrouw, objectief, relevant, verifieerbaar, discreet en duidelijk.

Die informatie mag niet misleidend of vergelijkend zijn, en mag evenmin financiële argumenten aanwenden.

De resultaten van onderzoeken en behandelingen, zoals foto's die werden genomen vóór en na een cosmetische ingreep, mogen niet voor reclamedoeleinden worden aangewend.

Persoonlijke reclame moet steeds vermelden met welke titel de beoefenaar bij de Orde der Geneesheren is ingeschreven en welke opleiding hij heeft gevolgd.

Wanneer persoonlijke reclame betrekking heeft op één of meer welbepaalde cosmetische ingrepen moet die reclame, onverminderd het vorige lid, tenminste gewag maken van :

— de eventuele contra-indicaties;

— de aan de cosmetische ingreep inherente nevenwerkingen;

— de voorwaarden om de ingreep uit te voeren;

— de aan de ingreep verbonden risico's;

— de bij wijze van nabehandeling toegediende verzorging;

— de eventuele alternatieven voor de ingreep.

Art. 5

Met gevangenisstraf van een maand tot een jaar en met geldboete van 250 tot 10 000 EUR of met een van deze straffen alleen, worden gestraft zij die artikel 4 overtreden.

1 februari 2007.

Christine DEFRAIGNE.
Myriam VANLERBERGHE.
Patrik VANKRUNKELSVEN.
Sabine de BETHUNE.
Clotilde NYSSENS.
Isabelle DURANT.

(1) « Top 5 des interventions : la beauté à quel prix ? », in : La Meuse, 4 mei 2005.