Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 6-2357

van Rik Daems (Open Vld) d.d. 18 februari 2019

aan de vice-eersteminister en minister van Financiën, belast met Bestrijding van de fiscale fraude, en Minister van Ontwikkelingssamenwerking

Social impact bonds - Onderzoek - Pilootprojecten - Facilitator - Randvoorwaarden

bedrijfsfinanciering
obligatie
sociaal probleem
sociaal effect
oprichting van een onderneming
financiering
startende onderneming

Chronologie

18/2/2019Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 21/3/2019)
19/2/2019Antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-2356
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-2358
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-2359
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-2360

Vraag nr. 6-2357 d.d. 18 februari 2019 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Social impact bonds (SIB) waren de afgelopen jaren zeer succesvol maar jammer genoeg vooral in het buitenland. Momenteel zijn er wereldwijd meer dan zestig SIB, waaronder in België het project "Duo for a Job". De SIB zijn zich aan het bewijzen als "bottom up" initiatieven waarin er een horizontale verhouding tussen overheid en burgers aanwezig is die duidelijk resultaten levert. Deze investeringen zijn zo waardevol omdat ze gebonden zijn aan meetbare resultaten op sociaal vlak. Deze SIB hebben we zowel op het Vlaamse niveau als op het federale niveau de laatste jaren besproken en uitgediept.

In deze tijd kan de overheid het niet meer alleen. Wij zijn vragende partij om samen met maatschappelijk bewogen ondernemers en investeerders hier op in te zetten. Het instrument dat zijn deugdelijkheid heeft bewezen in het buitenland, de social impact bonds, moeten wij ook hier uitrollen en stimuleren. Belangrijk daarbij is het "no cure no pay" beginsel.

In 2016 werd in de Senaat een voorstel van resolutie ingediend ter ondersteuning van innovatieve maatschappelijke investeringsinstrumenten, in het bijzonder Social Impact Bonds (stuk Senaat nr. 6 271/1) die vraagt om de volgende verwezenlijkingen te realiseren :

1) de domeinen waarin deze SIB wenselijk zijn op te lijsten;

2) er een regulerend fiscaalkader wordt opgesteld om de SIB in ons land te faciliteren;

3) de Nationale Bank van België (NBB) de opdracht te geven om een onderzoek te voeren naar de voorwaarden om SIB te faciliteren en dit te rapporteren aan het Parlement;

4) concrete pilootprojecten op te zetten op basis van het social impact bond model met de nadruk op armoedebestrijding.

In welke mate zijn deze voorstellen momenteel gerealiseerd ?

Het betreft een transversale aangelegenheid met de Gemeenschappen. Het realiseren van doelstellingen op vlak van welzijn, onderwijs, opleiding van jongeren, enz., behoort tot de bevoegdheden van de Gemeenschappen. Het realiseren van doelstellingen op vlak van Justitie, gevangeniswezen en herintegratie zijn federale bevoegdheden. SIB zijn bovendien het instrument bij uitstek om externe financiering aan te trekken voor preventie, wat grotendeels een bevoegdheid van de Gemeenschappen is.

Graag kreeg ik een antwoord op volgende vragen :

1) Kan u meedelen of de federale overheid reeds de domeinen heeft opgelijst waar de social impact bonds en de health impact bonds kunnen worden ingezet ? Zo ja, kan u meedelen waar deze reeds in uitrol zijn ? Zo neen, waarom niet ? Bent u vandaag bereid dit nader te onderzoeken ?

2) Bent u bereid de Nationale Bank van België de opdracht te geven om een onderzoek te voeren naar de voorwaarden om SIB te faciliteren die ook ten dienste kan staan van de Gemeenschappen en de sociale entrepreneurs ? Het probleem bij social impact bonds is immers dat men bij elk project telkens opnieuw een leercurve moet opzetten. Een facilitator kan ervoor zorgen dat de kosten voor het opzetten van een SIB drastisch kan dalen.

3) Kan u meedelen of er reeds pilootprojecten bestaan inzake social impact bonds en social health bonds binnen de federale overheid ? Kan u dit toelichten ? Zo neen, waarom niet ?

Antwoord ontvangen op 19 februari 2019 :

Voor zover mij bekend zijn er tot op vandaag nog geen concrete initiatieven genomen om dit project verdere uitwerking te geven.

De Nationale Bank van België is nog niet bevraagd geweest over de voorwaarden om SIB te faciliteren. Ik wijs er echter op dat de primaire verantwoordelijkheid voor het toezicht op financiële producten bij de FSMA ligt. Zij is beter uitgerust om de ontwikkeling van dergelijke financiële instrumenten, die desgevallend aan de verplichting om een prospectus op te stellen en te laten goedkeuren onderworpen zouden kunnen zijn, te analyseren.

Afhankelijk van de omvang van de projecten zullen deze niet noodzakelijkerwijs onder de prospectusplicht vallen, gelet de recente versoepeling van de wetgeving ter zake, eveneens inzake crowdfunding. Wel zal de beleggersbescherming ook degelijk in aanmerking dienen te worden genomen indien een specifiek kader voor de SIB zou worden gecreëerd.

In 2017 heb ik, in mijn hoedanigheid als minister van Ontwikkelingssamenwerking en Humanitaire Hulp, een humanitaire impact bond (HIB) gelanceerd in samenwerking met het Internationale Comité van het Rode Kruis (ICRC). Deze HIB, een primeur in zijn soort, geeft het ICRC de opdracht om in Democratische Republiek Congo (DRC), Mali en Nigeria fysieke revalidatiecentra te bouwen, uit te rusten en te besturen. Met de middelen van de sociale investeerders worden deze centra opgebouwd. Wanneer na vijf jaar zou blijken dat het ICRC de vooropgestelde doelstellingen heeft behaald zal België, samen met andere « outcome funders », de sociale investeerders compenseren en een premium betalen. Op deze manier ligt een deel van het risico bij mislukken bij de sociale investeerders. Ook dient het ICRC een nieuwe manier van werken te introduceren waarbij het behalen van resultaten doorslaggevend wordt voor verdere financiering in de toekomst.

In elk geval lijkt het thans, in deze context van de lopende zaken en de nakende verkiezingen, weinig realistisch om dergelijk project nog op te starten. Het zal aan de volgende regering toekomen om voor de eventuele ontwikkeling van de SIB te zorgen.